Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Dam over de Regeling aanwijzing consumenten- en theatervuurwerk (Ract), het tijdelijke vuurwerkverbod en de handhaving van het vuurwerkverbod door gemeentelijke handhavers (domein 1) boa’s
Vragen van het lid Van Dam (CDA) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister van Justitie en Veiligheid over de handhaving van het vuurwerkverbod door gemeentelijke handhavers (domein 1) boa’s (ingezonden 9 december 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-Van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat),
mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid (ontvangen 18 december 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met de regeling van de Staatsecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
van 4 september 2020, nr. IENW/BSK-2020/162203 tot wijziging van de Regeling aanwijzing
consumenten- en theatervuurwerk in verband met het niet langer als consumentenvuurwerk
aanwijzen van enkele typen vuurwerk?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u mijn waarneming dat met deze regeling een deel van het (F2 en F3) vuurwerk
dat tijdens eerdere jaarwisselingen in Nederland was toegestaan, niet langer als toegestaan
consumentenvuurwerk gekwalificeerd kan worden en daarmee valt onder de categorie illegaal
vuurwerk?
Antwoord 2
Met de regeling2 wordt categorie F3 vuurwerk, enkelschotsbuizen, knalvuurwerk (inclusief knalstrengen)
en vuurpijlen verboden voor consumenten. Hierdoor zijn de regels voor consumentenvuurwerk
voor dit vuurwerk niet meer van toepassing en is het illegaal voor consumenten om
dit vuurwerk af te steken, te vervoeren of in bezit te hebben. Ook mag dit vuurwerk
vanaf 1 december 2020 niet meer aanwezig zijn bij opslaglocaties voor consumentenvuurwerk3.
Vraag 3
Bent u bekend met de inhoud van uw brief d.d. 13 november 20202 over het kabinetsbesluit
tot een tijdelijk vuurwerkverbod?4
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Deelt u mijn waarneming dat, in ieder geval voor de jaarwisseling 2020/2021, met de
uitwerking van het in deze brief beschreven beleid de categorie toegestaan consumentenvuurwerk
kleiner zal worden en de categorie illegaal vuurwerk (aanmerkelijk) uitgebreid zal
worden?
Antwoord 4
Met het tijdelijke en eenmalige verbod op eindejaarsvuurwerk voor de jaarwisseling
2020/2021 mogen consumenten vuurwerk in de categorie F2 niet afsteken, in bezit hebben5, en/of vervoeren. Fop- en schertsvuurwerk, dat het gehele jaar verkrijgbaar is en
mag worden afgestoken, blijft wel toegestaan. Dit is een inperking van het consumentenvuurwerk
ten opzichte van de jaarwisseling 2019/2020.
Vraag 5
Klopt het dat gemeentelijke handhavers domein 1 (boa’s) uitsluitend bevoegd zijn op
het handhaven van consumentenvuurwerk en niet mogen handhaven op illegaal vuurwerk?
Zit er qua bevoegdheden van boa’s een verschil tussen het handhavend optreden bij
het tot ontbranding brengen van vuurwerk dan wel het vervoeren van vuurwerk? Mogen
handhavers personen die (knal)vuurwerk afsteken staande houden tot de politie arriveert?
Mag alleen de politie handhaven op illegaal vuurwerk?
Antwoord 5
Buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) Domein I (Openbare ruimte) zijn bevoegd
voor de strafrechtelijke handhaving van het tot ontbranding brengen van vuurwerk buiten
de toegestane afsteektijden. De komende jaarwisseling mag er vanwege het tijdelijk
vuurwerkverbod geen vuurwerk worden afgestoken. Boa’s blijven bevoegd voor de strafrechtelijke
handhaving van het tot ontbranding brengen van vuurwerk. Boa’s domein I kunnen niet
strafrechtelijk handhaven op het bezit en vervoeren van vuurwerk (het voorhanden hebben).
Zij mogen dus bij personen die vuurwerk afsteken verbaliserend optreden. Voor het
handhaven op bezit en vervoer en inbeslagname kunnen boa’s mensen staande houden tot
de politie arriveert.
Vraag 6
Kunt u beschrijven hoe de wettelijke bevoegdheid van boa’s in relatie tot het handhaven
van de vuurwerkwetgeving (in brede zin) geregeld is? Kunt u hierin betrekken welke
betekenis aan het begrip «vuurwerk» in artikel 2.3.6 Vuurwerkbesluit moet worden toegekend:
consumentenvuurwerk, illegaal vuurwerk, of beide? Hoe verhoudt zich dit tot de feitcode
die het Openbaar Ministerie voor dit strafbare feit hanteert («consumentenvuurwerk»)?
Kunt u hierin betrekken lijst 1 van de Regeling domeinlijsten buitengewoon opsporingsambtenaar?6
Antwoord 6
Boa’s zijn belast met de opsporing van de strafbare feiten in hun domein, zoals vastgelegd
in de Regeling domeinlijsten buitengewoon opsporingsambtenaar. Artikel 2.3.6 Vuurwerkbesluit
is opgenomen in Domeinlijst I. Op het tot ontbranding brengen van vuurwerk kunnen
dus de boa’s in domein I handhavend optreden. Zoals genoemd in het antwoord op vraag
5, betreft het hier al het vuurwerk, behalve fop- en schertsvuurwerk.
Boa’s kunnen zelfstandig handhaven op het afsteken van vuurwerk. Onder andere vanwege
de veiligheid zijn boa’s niet belast met het determineren van het afgestoken vuurwerk
en het afvoeren van vuurwerk. Boa’s kunnen dus bij het horen van een knal of zien
van een vuurpijl een proces-verbaal schrijven op feitcode H171.
Vraag 7
Deelt u mijn mening dat het beslist onwenselijk is als uitsluitend de politie handhavend
kan optreden bij illegaal afgestoken vuurwerk? Legt dit niet onevenredig veel druk
bij de toch al overbelaste politie?
Antwoord 7
Buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) Domein I (Openbare ruimte) zijn bevoegd
voor de strafrechtelijke handhaving van het tot ontbranding brengen van vuurwerk buiten
de toegestane afsteektijden. Boa’s en politie opereren complementair en versterken
elkaar. Boa’s zijn de ogen en oren op straat en kunnen daar ingrijpen waar de leefbaarheid
wordt aangetast. De politie is primair aan zet wanneer het gaat om het handhaven van
de openbare orde en de veiligheid. In situaties waar sprake is van verhoogd risico,
treden boa’s in principe niet op. Dat heeft te maken met het leefbaarheidscriterium
dat volgt uit de Beleidsregels buitengewoon opsporingsambtenaar.7 Daarin is opgenomen dat boa’s niet optreden wanneer er sprake is van een te verwachten
gevaarlijke of gewelddadige setting. Wanneer de boa dergelijke situaties tegenkomt,
zal hij een beroep doen op de politie. Hierover dienen lokale afspraken gemaakt te
worden.
Vraag 8
Bent u voornemens te regelen dat ook gemeentelijke handhavers domein 1 kunnen handhaven
op illegaal (verboden) vuurwerk, zeker tijdens de dagen en nachten rond de komende
jaarwisseling? Kloppen berichten dat deze handhavers nu al uit diensten worden uitgeroosterd,
omdat ze simpelweg geen bevoegdheid hebben om op te treden? Op welke wijze kan dit
«juridische gat» op zo kort mogelijke termijn gedicht worden?
Antwoord 8
Boa’s domein I (Openbare Ruimte) zijn reeds bevoegd voor de strafrechtelijke handhaving
van het tot ontbranding brengen van vuurwerk buiten de toegestane afsteektijden. Aangezien
deze handhavers onder andere werkgevers, zoals gemeenten, vallen, kan ik geen uitspraken
doen over hun dienstroosters. Zoals ik heb geantwoord bij vraag 7, treden boa’s Domein
I niet op wanneer er sprake is van een te verwachten gevaarlijke of gewelddadige setting.
Dat is geen juridisch gat, maar een bewuste en verantwoorde keuze. Er dienen lokale
afspraken gemaakt te worden over de dagen en tijden waarop boa’s worden ingezet evenals
de manier van samenwerking met de politie indien zij op zaken stuiten die hun bevoegdheid
overstijgt, daarbij het leefbaarheidscriterium in acht nemend.
Vraag 9
Bent u bereid, gelet op de urgentie van het onderwerp, deze vragen op zo kort mogelijke
termijn, doch uiterlijk vóór 28 december 2020 te beantwoorden?
Antwoord 9
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.