Brief regering : Geannoteerde agenda JBZ-Raad 19 en 20 oktober 2023
32 317 JBZ-Raad
Nr. 855
BRIEF VAN DE MINISTERS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VOOR RECHTSBESCHERMING EN DE
STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 oktober 2023
Hierbij bieden wij, mede namens de Minister en de Staatssecretaris van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, uw Kamer de geannoteerde agenda aan van de Raad Justitie
en Binnenlandse Zaken (JBZ-Raad) op 19 en 20 oktober 2023 in Luxemburg. Ook informeren
wij u over een bijeenkomst van de kopgroep terrorisme en over recente ontwikkelingen
met betrekking tot de richtlijn inzake voorkoming en bestrijding van mensenhandel.
Kopgroepontbijt terrorisme
Zweden is voornemens om voorafgaand aan de JBZ-Raad een ontbijtbijeenkomst van de
kopgroep terrorisme bijeen te roepen. Tijdens dit ministerieel ontbijt spreken België,
Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Nederland, Oostenrijk, Spanje, Zweden en
de EU contraterrorismecoördinator (EU CTC) over diverse actuele terrorismeonderwerpen.
Naar verwachting willen Zweden en de EU CTC aandacht vragen voor koranverbrandingen
en hoe daar tegen op te treden.
Voorkoming en bestrijding mensenhandel
Momenteel wordt op Europees niveau onderhandeld over de herziening van richtlijn 2011/36/EU
inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers
daarvan.1De JBZ-Raad van 8 en 9 juni jl. heeft een algemene oriëntatie aangenomen waar het
kabinet zich goed in kan vinden.2
Leden van het Europees Parlement (EP) hebben vervolgens in een draft report amendementen
voorgesteld. Deze aanpassingen zien onder andere op het schrappen van de bepaling
«with knowing use» uit recital 9 en artikel 18a van de richtlijn. In deze aanpassing door het EP ontbreekt
daardoor de wetenschapseis. Zonder die eis valt de reikwijdte van dit delict volgens
het kabinet te ruim uit. Voor Nederland is van belang dat de wetenschapseis behouden
blijft. Bovendien stelt een aantal leden van het EP in het rapport voor om het Scandinavische
prostitutiemodel, waarin de klant van prostitutie per definitie strafbaar is, aan
te houden als geadviseerd Europees beleidsmodel.
Nederland en België zien deze amendementen als aanleiding om een non-paper op te stellen
dat conform de informatie-afspraken met uw Kamer is gevoegd.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius
De Minister voor Rechtsbescherming,
F.M. Weerwind
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
E. van der Burg
Geannoteerde agenda van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken, 19 en 20 oktober 2023
Binnenlandse zaken
1. Staat van Schengen op basis van Schengen Barometer
= Gedachtewisseling
In de context van de Schengenraad zullen de lidstaten op basis van de Schengen Barometer
en een discussienotitie van het Voorzitterschap van gedachten wisselen over de algemene
staat van het Schengengebied. Deze bespreking is onderdeel van de jaarlijkse Schengencyclus.
De Schengen Barometer, opgesteld door de Commissie, brengt op alle onderdelen van
het Schengenacquis de meest in het oog springende ontwikkelingen, trends en risico’s
in kaart, met als doel kwetsbaarheden en operationele leemtes te identificeren en
daarover in de Schengenraad acties af te spreken. De invulling van de barometer is
ditmaal vernieuwd, waardoor het document een uitgebreider en completer overzicht van
de staat van het Schengengebied geeft. Een belangrijke ontwikkeling die uit de informatie
in de barometer naar voren komt, is dat de samenwerking tussen lidstaten die binnengrenscontroles
hebben ingevoerd en hun buurlanden is verbeterd, waardoor de negatieve impact van
binnengrenscontroles is verminderd. Tegelijkertijd stipt de Commissie in de barometer
aan dat irreguliere migratie naar de EU een grote zorg blijft (met name via de Centraal
Mediterrane route). De Schengen Barometer laat zien dat criminele mensensmokkelaars
actief zijn op alle migratieroutes en dat op sommige routes een intensivering is te
zien. Daarbij vraagt de Commissie aandacht voor versterkte samenwerking met derde
landen, het herzien van het juridisch raamwerk voor de aanpak van mensensmokkel en
een intensivering van de gezamenlijke aanpak ten aanzien van terugkeer met derde landen.
De Commissie heeft ten slotte aangekondigd met een actieplan te komen voor de aanpak
van drugssmokkel naar de EU.
Het definitieve discussiestuk van het Voorzitterschap is nog niet ontvangen. Wel heeft
het Voorzitterschap reeds aangekondigd dat het de discussie in de Raad wenst te focussen
op de aanpak van grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit, in het bijzonder
mensensmokkel. De overkoepelende vraag van de discussie zal naar verwachting zijn
of de huidige aanpak in de EU de uitdagingen op dit gebied voldoende beantwoordt.
Wat het kabinet betreft is het tegengaan van mensensmokkel van essentieel belang om
irreguliere migratie naar het Schengengebied en secundaire migratie binnen het Schengengebied
te verminderen. Het kabinet zal de agendering van dit onderwerp verwelkomen en daarbij
een aantal prioriteiten benadrukken. Allereerst acht het kabinet het van belang dat
de samenwerking in de aanpak van mensensmokkelnetwerken met en in derde landen versterkt
wordt. Dit betekent meer en betere informatie-uitwisseling, het sluiten van werkafspraken
tussen de EU-agentschappen, zoals Europol en Eurojust, en derde landen, en het versterken
van het netwerk van liaison officers in derde landen. Daarnaast dient de onderlinge
samenwerking tussen lidstaten en EU-agentschappen, zoals Europol, Frontex en Eurojust
versterkt te worden. Verder zal het kabinet een overzicht en betere monitoring van
de implementatie van de huidige initiatieven en actieplannen van de Commissie bepleiten,
om zo beter zicht te krijgen op de effectiviteit van de inspanning van lidstaten en
de Commissie om mensensmokkel tegen te gaan. Ten slotte ziet het kabinet graag verdere
studie naar de manieren waarop het EU-sanctieregime mogelijk behulpzaam kan zijn en
effectief kan worden ingezet om de meest meedogenloze criminele netwerken aan te pakken.
De verwachting is dat alle lidstaten het Voorzitterschap zullen steunen in het agenderen
van de aanpak van mensensmokkel op de Schengenraad. Veel lidstaten zullen eveneens
aandacht vragen voor een betere samenwerking op dit gebied met derde landen en tussen
lidstaten en EU-agentschappen. Een aantal lidstaten zal waarschijnlijk ook bepleiten
dat er een analyse moet worden gemaakt van het huidig juridische kader inzake mensensmokkel.
2. Implementatie van interoperabiliteit
= Gedachtewisseling
Naar verwachting zal de Commissie de lidstaten informeren over de aangepaste roadmap
voor de implementatie van de interoperabiliteit van EU-informatiesystemen.3 De lidstaten zullen gevraagd worden deze roadmap te steunen. In het bijzonder zal
gerapporteerd worden over de voortgang en de aangepaste planning van de implementatie
van het Entry/Exit Systeem (EES). De verwachting is dat tijdens de JBZ-Raad een tijdslijn
wordt gepresenteerd, waarbij de ingebruiknamedatum voor EES kan worden vastgesteld
na het opleveren van de volledig werkende versie van EES. Deze versie moet aan vooraf
afgestemde en gedefinieerde kwaliteitscriteria voldoen.
Het kabinet onderschrijft de meerwaarde van interoperabiliteit van centrale EU-informatiesystemen
en is verheugd dat na zoveel vertragingen in de oplevering van het EES er nu substantiële
voortgang te zien is bij eu-LISA. Het kabinet blijft benadrukken dat er na oplevering
van de centrale EU-systemen voldoende tijd is voor nationale implementatie-activiteiten.
Daarnaast vraagt het kabinet aandacht voor een EU-brede implementatiestrategie waarin
voldoende waarborgen zitten om een soepele grenspassage ook tijdens het moment van
invoering van het EES te kunnen ondersteunen.
3. Verordening tot vaststelling van regels ter voorkoming en bestrijding van seksueel
misbruik van kinderen
= Gedeeltelijke algemene oriëntatie
Het Spaanse voorzitterschap is voornemens om tijdens deze Raad tot een gedeeltelijke
algemene oriëntatie op deze verordening te komen. Deze gedeeltelijke algemene oriëntatie
stond eerst geagendeerd voor de JBZ-Raad van 28 september jl. Er is sprake van een
gedeeltelijke oriëntatie omdat er nu nog niet besloten kan worden over de zetel van
het voorgestelde EU Centrum; dit onderdeel zal in een apart traject met het Europees
Parlement worden besproken. Het voorstel bestaat uit verplichtingen voor aanbieders
van hostingdiensten en interpersoonlijke communicatiediensten, onder andere om het
risico te beoordelen dat hun diensten worden gebruikt voor het verspreiden van materiaal
van seksueel online kindermisbruik en het benaderen van kinderen voor seksuele doeleinden
(grooming) of om materiaal te verwijderen. Onder bepaalde omstandigheden kunnen deze bedrijven
ook worden verplicht om dit materiaal te detecteren. Het voorstel ziet ook op de oprichting
van een Europees centrum inzake seksueel misbruik van kinderen dat als expertisecentrum
zal moeten fungeren.
Op 17 juni 2022 is in reactie op het voorstel een BNC-fiche naar de Kamer gestuurd.4 Voor Nederland is het van belang dat met name de artikelen rondom het detectiebevel
worden aangepast. Nederland ziet alleen op het gebied van detecteren van reeds bekend
materiaal op interpersoonlijke communicatiediensten acceptabele technologische mogelijkheden.
De mogelijkheden voor detectie van nieuw materiaal of grooming acht Nederland thans niet toelaatbaar met het oog op de inbreuken hiervan op privacyrechten.
In het huidige ontwerpvoorstel is deze beperking op de reikwijdte nog niet aangepast;
mocht dit zo blijven, dan kan Nederland niet met het voorstel instemmen. Het kabinet
kan instemmen met de verordening als ten opzichte van de huidige compromistekst de
werking van het detectiebevel wordt beperkt tot alleen bestaand materiaal en meer
waarborgen en randvoorwaarden worden opgenomen. Ook op dit punt schiet de huidige
tekst te kort. Op moment van schrijven zijn de onderhandelingen nog gaande en is nog
niet duidelijk welk compromisvoorstel op de agenda van deze JBZ-Raad zal staan.
De Kamer heeft verschillende moties aangenomen die verdere richting geven aan dit
standpunt: motie van het lid Van Raan c.s.5 motie van het lid Van Ginneken c.s.6 en de motie van het lid Van Weerdenburg c.s.7 In reactie daarop heeft het kabinet aangegeven dat de motie van het lid Van Raan
zal worden uitgevoerd. In het huidige compromisvoorstel is naar tevredenheid van het
kabinet een referentie naar het niet mogen doorbreken van end-to-end versleuteling
opgenomen. Een stap verder gaat de motie van het lid Van Ginneken over het onmogelijk
maken van verdergaande chatcontrol (client side scanning). Het kabinet heeft besloten om deze motie niet uit te voeren en heeft de Kamer daar
nader over geïnformeerd.8 De motie van het lid van Weerdenburg vraagt om geen onomkeerbare stappen te zetten
op het gebied van chatcontrol totdat de brief met de toegezegde nadere onderbouwing van het besluit tot niet uitvoeren
van de motie van het lid Van Ginneken c.s. met de Kamer is besproken. Deze nadere
onderbouwing is op 18 september jl. aan uw Kamer verzonden.9 Zoals ook in deze brief aangegeven, verzoekt de motie van het lid Van Weerdenburg
c.s. geen onomkeerbare stappen te nemen voorafgaand aan een gedachtewisseling over
de nadere onderbouwing met de Tweede Kamer. De beantwoording reeds gestelde vragen
naar aanleiding van de geannoteerde agenda voor de JBZ-Raad van 28 september jl. worden
separaat aan uw Kamer gestuurd (Kamerstuk 32 317, nr. 854). Daarnaast verwijs ik graag naar het schriftelijk overleg over de Nederlandse inzet
tijdens deze JBZ raad dat gepland staat voor 12 oktober as.
Een aantal lidstaten is – net zoals Nederland – kritisch op het huidige voorstel,
maar onderschrijven het belang van een Europese aanpak om te voorkomen materiaal van
seksueel online kindermisbruik wordt verspreid. Daar tegenover staat dat ook een deel
van de lidstaten voorstander is van de verordening in de huidige vorm. Het is nog
niet duidelijk of de benodigde gekwalificeerde meerderheid wordt behaald. Het Europees
Parlement is kritisch over een aantal onderdelen van het voorstel voor de verordening,
waaronder de verplichting om te detecteren.
4. Asiel en migratiepact, incl. voortgang trilogen
= Voortgangsrapportage
Het Voorzitterschap zal rapporteren over de vorderingen die het namens de Raad maakt
in de trilogen met het Europees Parlement over de verschillende wetsvoorstellen uit
het Asiel- en Migratiepact: de Asiel- en Migratiemanagementverordening, de Asielprocedureverordening,
de Screenings-verordening, de Eurodac-verordening en de Crisis-verordening. Er hebben
inmiddels meerdere technische en politieke trilogen plaatsgevonden, waarin nog geen
definitieve besluiten zijn genomen. Nu de Raad een Raadspositie heeft aangenomen op
de crisis-verordening, zullen ook de eerder door het Europees Parlement gepauzeerde
politieke trilogen over de Screening- en Eurodac-verordening hervat worden. Nederland
zet zich, conform de inzet in de betreffende BNC-fiches, ervoor in te komen tot een
effectief en humaan gemeenschappelijk Europees asielstelsel met een goede balans tussen
verantwoordelijkheid en solidariteit. De verwachting is dat de lidstaten tijdens de
Raad kennis zullen nemen van de gerapporteerde voortgang en het Voorzitterschap zullen
aansporen tot spoedige overeenkomst hierover met het Europees Parlement te komen.
5. Union Civil Protection Mechanism i.r.t extreem weer
= Voortgangsrapportage
De EU wordt direct en indirect geraakt door complexe, langdurige, sector-overstijgende
en grensoverschrijdende crises. De Rijksbrede Risicoanalyse Nationale Veiligheid (RbRa)
laat zien dat de gevolgen van klimaatverandering, pandemieën en hybride dreigingen
de grootste risico’s voor Nederland vormen.10 Het Uniemechanisme voor civiele bescherming (UCPM) heeft tot doel bijstand te verlenen
in gevallen waarbij een deelnemend land wordt overweldigd door een noodsituatie en
nationale capaciteiten van dat deelnemende land niet voldoende toereikend zijn. Door
toenemende bosbranden als gevolg van klimaatverandering is er behoefte aan gespecialiseerde
responscapaciteit voor extreem weer. Vanaf 2023 is het streven om de gezamenlijke
last resort-pool van de UCPM, de zogeheten rescEU, uit te rusten met blusvliegtuigen
en helikopters. De Commissie stelt dat het essentieel is om de voorgestelde vlootcapaciteit
te behouden tot het einde van het huidige MFK (31 december 2027). De geschatte budgettaire
gevolgen kunnen worden opgevangen binnen de bestaande financiële middelen van het
Uniemechanisme voor civiele bescherming.
Naar verwachting zal de Raad worden geïnformeerd over de voorgestelde verlenging van
1 januari 2025 tot 31 december 2027, zodat de EU kan zorgen voor extra rescEU-capaciteit
vanuit de lucht terwijl de permanente Europese vloot voor bosbrandbestrijding geleidelijk
wordt opgericht. Nederland steunt deze wijziging.
6. Externe dimensie van migratie
= Gedachtewisseling
Onder dit agendapunt zullen de lidstaten van gedachten wisselen over de gewenste voortgang
op acties op de externe dimensie van het Europees migratiebeleid. Het discussiestuk
van het Voorzitterschap is op het moment van schrijven nog niet beschikbaar. Mogelijk
zal ook worden gesproken over vertrouwelijk te nemen maatregelen onder artikel 25bis
van de Visumcode. Zoals uw Kamer bekend acht het kabinet het van groot belang dat
de EU zich met ambitie en urgentie inzet voor de ontwikkeling van brede, duurzame
en gelijkwaardige partnerschappen met voor de EU en Nederland belangrijke partners
om irreguliere migratie tegen te gaan en terugkeer te bevorderen. Het kabinet roept
de Commissie op om daartoe alle instrumenten in te zetten die zij tot haar beschikking
heeft, bijvoorbeeld de bevordering van handel, visa en ontwikkelingssamenwerking.
Dat vereist een bijdrage van de gehele Commissie (de zogenaamde whole-of-Commission
benadering), maar ook concrete bijdragen van alle Europese lidstaten, in de geest
van Team Europe. Het kabinet acht het vanzelfsprekend van groot belang dat binnen
dergelijke samenwerkingsverbanden nadrukkelijk aandacht is voor de bescherming van
fundamentele rechten en dat de afspraken binnen internationaalrechtelijk kader worden
opgesteld en uitgevoerd. De meeste lidstaten onderschrijven het belang van migratiepartnerschappen
met derde landen, alsook van een integrale benadering om deze vorm te geven.
7. Voorkomen online radicalisering van minderjarigen
= Gedachtewisseling
Op het moment van schrijven zijn er nog geen agendastukken beschikbaar. Naar verwachting
zal het Spaanse voorzitterschap stil staan bij de rol die online content kan spelen
in de mogelijke radicalisering van minderjarigen en jongeren. Er zijn signalen dat
online radicalisering sneller verloopt dan radicalisering in offline netwerken. Nederland
verwelkomt de discussie hierover.
8. AOB: Roemenië en Schengen
= Informatievoorziening
Roemenië wenst een toelichting te geven over de stappen die het gezet heeft met betrekking
tot de volledige toepassing van het Schengenacquis. Uw Kamer is op 2 december 2022
middels een kamerbrief geïnformeerd over het kabinetsstandpunt inzake de Schengentoetreding
van onder meer Roemenië.11
Justitie
9. Insolventierichtlijn
= Beleidsdebat
Op 7 december 2022 heeft de Europese Commissie een richtlijnvoorstel gepubliceerd
om bepaalde materiële nationale insolventieregels in de EU te harmoniseren.12 Dit richtlijnvoorstel is onderdeel van een pakket aan maatregelen om de kapitaalmarktunie
te bevorderen en beoogt om bepaalde materiële nationale regels13 die zien op insolventieprocedures14 betreffende ondernemingen in de EU te harmoniseren. Het gaat hierbij onder andere
om de faillissementspauliana15, pre-pack-procedures, schuldeiserscommissies en transparantie van de nationale insolventiewetten.
Met de voorgestelde harmonisatie wordt beoogd om binnen de EU (i) de boedelopbrengsten
ten behoeve van schuldeisers te maximaliseren, (ii) de efficiëntie van insolventieprocedures
te verbeteren en (iii) een voorspelbare en eerlijke verdeling van de boedel onder
de schuldeisers te bevorderen. Doel hiervan is om knelpunten weg te nemen die nu de
goede werking van de kapitaalmarktunie belemmeren.16
Het kabinet steunt de doelstelling van het voorstel, omdat het kabinet groot belang
hecht aan verdere verdieping van de Europese kapitaalmarktunie. Wel heeft het kabinet
op bepaalde onderdelen kritische vragen en aandachtspunten bij de gevolgen van het
voorstel voor de Nederlandse rechtspraktijk en de mate waarin het voorstel de beoogde
doelen daadwerkelijk realiseert. Verder wil het kabinet inzetten op meer op uitgangspunten
gebaseerde regelgeving in de richtlijn, zodat er voldoende ruimte en flexibiliteit
voor lidstaten is om de regeling goed in het nationale recht in te passen.
Aan de hand van een discussiepaper wordt de JBZ-Raad gevraagd zijn standpunt kenbaar
te maken over de vraag of de voorgestelde maatregelen om de faillissementspauliana
te harmoniseren, meer flexibiliteit moeten bieden aan lidstaten. Het voorstel beoogt
door middel van minimumharmonisatie een zekere mate van bescherming te bieden tegen
bepaalde handelingen van de schuldenaar die nadelig zijn geweest voor de schuldeisers,
de zogenaamde paulianeuze handelingen. Het doel van het voorstel is om de belangen
van de gezamenlijke schuldeisers te beschermen zonder afbreuk te doen aan andere betrokken
legitieme belangen. Verschillende lidstaten hebben de zorg geuit dat de voorgestelde
maatregelen te gedetailleerd zijn om dat doel te bereiken en dat meer flexibiliteit
wenselijk is. Het Voorzitterschap stelt dat het belangrijk is om het juiste evenwicht
te vinden tussen het niveau van minimale harmonisatie van de nationale insolventiewetgeving
en de noodzaak om tegemoet te komen aan de verschillende uitgangspunten, juridische
tradities en beleidsvoorkeuren van de lidstaten. Politiek debat over deze aspecten
kan richting geven aan de verdere onderhandelingen op dit voorstel.
Het kabinet kan zich vinden in deze benadering van het Voorzitterschap. Gelet op het
belang van een verdere versterking van de kapitaalmarktunie, steunt het kabinet de
doelstelling van het richtlijnvoorstel om te komen tot harmonisatie op het terrein
van de faillissementspauliana. Tegelijkertijd moeten de lidstaten voldoende flexibiliteit
hebben om de geharmoniseerde regels in te kunnen passen in hun nationale recht. Met
het oog hierop behoeft het richtlijnvoorstel volgens het kabinet op enkele punten
enige aanpassing, om het juiste evenwicht te bereiken waarop het Voorzitterschap doelt.
Zo zullen door de regeling van het voorstel betalingen van opeisbare vorderingen voorafgaand
aan een faillissement, sneller vernietigd kunnen worden. Dit zorgt naar verwachting
voor rechtsonzekerheid en minder bereidheid om een onderneming in zwaar weer overeind
te houden. De door het Voorzitterschap voorgestelde benadering van meer flexibiliteit
biedt ruimte om deze regeling in het vervolg van de onderhandelingen beter aan te
laten sluiten bij de Nederlandse praktijk.
10. Russische agressie tegen Oekraïne: tegengaan straffeloosheid
= Stand van zaken
Op het moment van schrijven zijn er nog geen discussiestukken beschikbaar. Naar verwachting
zal het Voorzitterschap de mogelijkheden om straffeloosheid voor internationale misdrijven
in Oekraïne tegen te gaan doornemen. Het kabinet hecht groot belang aan de opsporing,
vervolging en uiteindelijk berechting van internationale misdrijven begaan in Oekraïne
en zet hier in Europees en internationaal verband actief op in. Zo heeft Nederland
zich ingezet voor de totstandkoming van het Ljubljana-The Hague Convention on the International Cooperation in the Investigation
and Prosecution of the Crime of Genocide, Crimes against Humanity, War Crimes and
other International Crimes, die op 26 mei jl. is aangenomen. Dit instrument zal de opsporing en vervolging van
internationale misdrijven zoals nu begaan in Oekraïne vergemakkelijken. Op 14 februari
en 15 februari 2024 zal een ondertekeningsceremonie hiervoor plaatsvinden in het Vredespaleis
in Den Haag.
11. Justitiële samenwerking met Latijns-Amerika inzake aanpak georganiseerde misdaad
= Stand van zaken
Het Spaanse voorzitterschap heeft de samenwerking met Latijns-Amerikaanse en Caribische
landen (LAC-regio) als voorzitterschapsprioriteit aangemerkt. Tijdens de ingelaste
JBZ-Raad van 28 september jl. stond het Voorzitterschap met de Home-ministers stil
bij de samenwerking met Latijns-Amerika in de aanpak van georganiseerde criminaliteit
en drugshandel. Tijdens deze JBZ-Raad zal het Voorzitterschap een update geven van
de ontwikkelingen na de EU-CELAC bijeenkomst van 17-18 juli jl. en een update geven
over EL PAcCTO 2.0 (Europe and Latin America programme of assistance against transnational organised crime). Het kabinet zet actief in op samenwerking met de Latijns-Amerikaanse en Caribische
regio en steunt het EL PAcCTO initiatief. EL PAcCTO is een capaciteitsopbouwprogramma
voor technische steun aan de LAC-regio om grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit
tegen te gaan. Een specifiek doel van EL PAcCTO is het versterken van regionale en
sub-regionale samenwerking in de strijd tegen georganiseerde criminaliteit en het
verstoren van criminele markten, waaronder de effectievere bestrijding van drugs.
Nederland zal tijdens de gehele duur van het project deel uitmaken van het consortium
van Europese landen, dat sturing geeft aan het programma.
12. Verbetering van de efficiëntie en kwaliteit van het rechtssysteem
= Gedachtewisseling
De JBZ-Raad zal zich naar verwachting tijdens de besloten lunch buigen over ontwikkelingen
met betrekking tot de rechtsstaat in de EU. Het gesprek zal zich richten op gezette
stappen die de efficiëntie en kwaliteit van het rechtssysteem verbeteren. Het discussiestuk
is op het moment van schrijven nog niet beschikbaar. Naar verwachting wordt dit ingestoken
op basis van het Rechtsstaatrapport dat op 5 juli jl. door de Europese Commissie is
gepubliceerd. Uw Kamer heeft hier op 8 september jl. de kabinetsreactie over ontvangen.17
Het rechtsstaatrapport is een belangrijk preventief instrument om de staat van de
Europese rechtsstaat structureel te monitoren en eventuele problemen in een vroeg
stadium te signaleren, te bespreken en gezamenlijk naar oplossingen te zoeken. Het
kabinet is van mening dat – in aanvulling op de bespreking in de Raad Algemene Zaken
– ook in de JBZ-Raad een structurele dialoog over de rechtsstaat dient plaats te vinden,
gebaseerd op de inhoudelijke competentie van de Raad en verwelkomt mede daarom het
bespreken van dit onderwerp in de JBZ-Raad.
13. Digitale emancipatie en fundamentele rechten
= Aanname Raadsconclusies en gedachtewisseling
Naar verwachting zullen de Raadsconclusies «digital empowerment to protect and enforce fundamental rights in the digital age» over digitalisering en fundamentele rechten tijdens de JBZ-Raad ter instemming voorliggen.
De Raadsconclusies richten zich op twee aspecten: het ondersteunen en versterken van
digitale vaardigheden van individuen en sleutelsectoren, en het bouwen aan een veilige
digitale omgeving waarin fundamentele rechten worden beschermd. De Raadsconclusies
vragen onder andere aandacht voor een groot aantal verschillende groepen, die elk
andere aandachtspunten hebben in deze context: kinderen en jonge mensen, ouderen,
vrouwen en meisjes, personen met een beperking, personen die in plattelandsgebieden
wonen, sociaaleconomisch achtergestelde personen en mensen die zich in een kwetsbare
situatie bevinden, werknemers, consumenten, stemgerechtigden, en het maatschappelijk
middenveld, mensenrechtenverdedigers en journalisten. Daarnaast wordt er onder andere
gewezen op de gevaren van desinformatie, de zorgwekkende stijging van online haatzaaien
en intimidatie, het belang van dataprotectie en het recht op privacy, en de kansen
en uitdagingen die de verdere ontwikkeling van AI bieden.
Er is bij de lidstaten brede steun voor deze Raadsconclusies. Ook het kabinet steunt
deze Raadconclusies. Het is belangrijk dat mensen kunnen meedoen in het digitale tijdperk
en dat zij de kansen van digitalisering op een veilige en betrouwbare manier kunnen
benutten. De Raadsconclusies kunnen een verdere positieve impuls geven aan de acties
die reeds zijn ingezet door EU-lidstaten en de Europese Commissie op dit vlak.
14. AOB
a. Toetreding EU tot Istanbulconventie
= Informatievoorziening
Naar verwachting zal de Commissie de lidstaten informeren over de discussies die de
Commissie de afgelopen zomer heeft gevoerd over de praktische implicaties van EU-toetreding
tot het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld
tegen vrouwen en huiselijk geweld geratificeerd, oftewel het Verdrag van Istanbul.
Dit betreft onder andere regels omtrent stemmen en de financiële bijdrage van de EU
aan de Conventie. Op 28 juni jl. heeft de Europese Unie het Verdrag geratificeerd.
b. Onderhandelingen EU-VS e-evidence
= Informatievoorziening
Naar verwachting zal de Commissie een toelichting geven over de onderhandelingen tussen
de EU en de VS over grensoverschrijdende toegang tot elektronisch bewijs voor justitiële
samenwerking in strafzaken (e-evidence).
Het sluiten van verdrag over e-evidence naar aanleiding van de Cloud Act van de Verenigde
Staten is een exclusieve Uniebevoegdheid op grond van artikel 3 van het Verdrag betreffende
de werking van de Europese Unie (VWEU). Het onderhandelingsmandaat is tijdens de JBZ-Raad
van 6-7 juni 2019 vastgesteld.
De onderhandelingen tussen EU en VS waren na enkele inleidende gesprekken opgeschort
totdat meer duidelijkheid bestond over de inhoud van het EU interne pakket inzake
e-evidence. Nu de EU interne EU e-evidence regels formeel zijn aangenomen (heeft eerder
dit jaar een eerste gesprek tussen de EU-VS plaatsgevonden en) zijn de onderhandelingen
in de week van 2 oktober 2023 gestart. De lidstaten zullen de toelichting aanhoren.
c. EU-Westerse Balkan ministeriële bijeenkomst
= Informatievoorziening
Op 26 en 27 oktober zal er een ministeriële bijeenkomst plaatsen vinden te Skopje.
Naar verwachting zal het Spaanse voorzitterschap de JBZ-Raad hierover informeren.
Op dit moment zijn er nog geen stukken over deze bijeenkomst beschikbaar. Het kabinet
zal de informatievoorziening van het Voorzitterschap aanhoren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming -
Mede ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.