Brief regering : Geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken van 14 april 2025
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 3104
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 april 2025
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de Raad Buitenlandse Zaken van 14 april
2025.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
C.C.J. Veldkamp
Geannoteerde Agenda Raad Buitenlandse Zaken van 14 april 2025
Op maandag 14 april a.s. vindt de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van de EU plaats in
Luxemburg. De Raad zal spreken over de Russische agressie tegen Oekraïne, de situatie
in het Midden-Oosten, de EU-Afrika relatie en de Westelijke Balkan. Onder lopende
zaken staat Armenië-Azerbeidzjan op de agenda. Na de Raad zal een politieke dialoog
met de Palestijnse Autoriteit plaatsvinden. De Minister van Buitenlandse Zaken is
voornemens deel te nemen aan de Raad en de politieke dialoog met de Palestijnse Autoriteit.
Tot slot vindt naar verwachting en marge van de Raad een Intergouvernementele Conferentie met Albanië plaats.
Russische agressie tegen Oekraïne
De Raad zal spreken over de voortdurende Russische agressieoorlog tegen Oekraïne en
de urgentie van voortgezette militaire en niet-militaire steun voor Oekraïne. Hierbij
zal de Raad stilstaan bij de opvolging van de Europese Raad van 20 maart jl. Nederland
blijft Oekraïne politiek, militair, financieel en moreel actief en onverminderd steunen
in tijden van oorlog, herstel en wederopbouw, voor zolang als dat nodig is. Juist
nu is het van belang om Oekraïne in staat te stellen zich te verdedigen tegen de aanhoudende
Russische aanvallen en sterk te positioneren met het oog op onderhandelingen. Het
kabinet zal het belang onderstrepen dat alle EU-lidstaten hun bijdrage hieraan leveren.
In dit licht verwelkomt het kabinet het initiatief van de Hoge Vertegenwoordiger om
in 2025 zo snel mogelijk nieuwe militaire steun te genereren en roept het op tot spoedig
akkoord op de openstaande Raadsbesluiten onder de Europese Vredesfaciliteit. Daarnaast
zal het kabinet conform de motie Dobbe1 oproepen tot het maximaliseren van de druk op Rusland, met een ambitieus zeventiende
sanctiepakket. Tevens zal het kabinet het belang benadrukken om ook te blijven werken
aan rekenschap en herstel van rechtvaardigheid voor Oekraïne, door voorspoedige voortzetting
van het werk aan de oprichting van een agressietribunaal en de claims commissie.
Situatie Midden-Oosten
De Raad zal naar verwachting spreken over de situatie in het Midden-Oosten, waarbij
de Raad zal stilstaan bij het conflict in de Gazastrook en het belang van hervatting
van het staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas. Naar verwachting zal de Hoge Vertegenwoordiger
een terugkoppeling geven van haar bezoek aan Egypte, Israël en de Palestijnse gebieden.
De Raad zal mogelijk ook spreken over het Arabische plan voor de toekomst van de Gazastrook.
Hiernaast zal de Raad waarschijnlijk ook stilstaan bij de zorgelijke situatie op de
Westelijke Jordaanoever.
Nederland blijft benadrukken dat alle partijen zo snel mogelijk moeten terugkeren
naar de afspraken van het staakt-het-vuren en dat onderhandelingen moeten worden hervat.
Dit blijft cruciaal voor de vrijlating van alle gijzelaars door Hamas, de toegang
en distributie van humanitaire hulp naar de Gazastrook en een duurzaam einde aan de
gewelddadigheden. Het Arabisch plan voor de toekomst van de Gazastrook biedt een goede
basis voor verdere gesprekken. Ten aanzien van kolonistengeweld op de Westelijke Jordaanoever
blijft Nederland zich inzetten voor aanname van het derde sanctiepakket dat is voorgesteld
door Nederland en Frankrijk. Nederland veroordeelt het recente Israëlische besluit
om 13 buitenposten te erkennen als nederzettingen.
Tot slot zal na afloop van de Raad een politiek dialoog met de Palestijnse Autoriteit
plaatsvinden waar bovengenoemde thema’s ook zullen worden besproken. Nederland zal
in dit kader nogmaals benadrukken dat steun voor de Palestijnse Autoriteit cruciaal
is voor de enige duurzame oplossing: de tweestatenoplossing met een veilig Israël
naast een onafhankelijke, democratische en levensvatbare Palestijnse staat.
Ook zal de Raad naar alle waarschijnlijkheid over de situatie in Syrië spreken. In
navolging van de sanctieverlichting die tijdens de Raad Buitenlandse Zaken van 24 februari
jl. is aangenomen zal de discussie hieromtrent worden voortgezet rekening houdend
met de houding van het interim-bestuur en de ontwikkelingen in Syrië.
EU-Afrika relaties
De Raad zal naar verwachting een voorbereidende discussie houden over de EU-Afrikaanse
Unie (AU) ministeriële bijeenkomst die staat gepland op 21 mei 2025. Het kabinet verwelkomt
dat deze bijeenkomst weer zal plaatsvinden, nadat de beoogde bijeenkomst in 2023 geen
doorgang kon vinden. De EU-AU ministeriële bijeenkomst zal voortbouwen op de resultaten
van de EU-AU Top uit 2022, waaronder de slotverklaring2 die destijds werd overeengekomen. De wereld is sinds 2022 sterk veranderd, en het
belang van goede betrekkingen met de landen in het opkomende Afrikaanse continent
is toegenomen. Nederland zal tijdens de Raad oproepen tot het versterken van de relaties
en samenwerking tussen beide continenten op gebieden als migratie, handel en economie,
alsook vrede en veiligheid.
Voorts zal de Raad, mede op initiatief van Nederland en met steun van de EU kerngroep,
stilstaan bij Soedan. Nederland zal oproepen tot sterkere betrokkenheid van de EU
bij het oplossen van de crisis in Soedan. Het kabinet onderstreept dat de EU dient
bij te dragen aan stappen richting een wapenstilstand, verbeterde humanitaire toegang,
de bescherming van burgers en uiteindelijk een inclusieve politieke transitie. Hiervoor
zou de EU, via de Speciaal Gezant voor de Hoorn, meer nadrukkelijk een bemiddelende
rol richting de strijdende partijen op zich kunnen nemen, en onderzoeken onder welke
voorwaarden die bereid zijn aan de onderhandelingstafel te komen en hoe het-EU instrumentarium
dit zou kunnen ondersteunen. Ook zal Nederland oproepen tot sterkere coördinatie met
internationale initiatieven die dit beogen. Voor dit alles is overeenstemming binnen
de EU nodig, en hier kan de kerngroep een rol in spelen. In lijn met motie Dobbe/Van
der Burg3 zal Nederland oproepen tot maatregelen om wapen- en financieringsstromen richting
Soedan tegen te gaan, waar dit kan bijdragen aan het bereiken van een wapenstilstand.
Westelijke Balkan
De Raad zal tevens spreken over de ontwikkelingen in de Westelijke Balkan. Naar verwachting
zal in het bijzonder aandacht worden besteed aan de constitutionele crisis in Bosnië
en Herzegovina, naar aanleiding van de ontwikkelingen sinds de veroordeling van de
president van de Republika Srpska, Milorad Dodik, op 26 februari jl. Hij werd veroordeeld
voor ondermijning van het gezag van de Hoge Vertegenwoordiger. Tijdens de bespreking
zal tevens aandacht bestaan voor de situatie in Servië, vanwege de aanhoudende protesten
na het instorten van het treinstation in Novi Sad op 1 november jl.
Het kabinet is bezorgd over de ongrondwettelijke acties en provocatieve retoriek van
de autoriteiten van de Republika Srpska. Het kabinet benadrukt de soevereiniteit,
territoriale integriteit en constitutionele orde van Bosnië-Herzegovina, en roept
het leiderschap van de Republika Srpska op van koers te veranderen. Daarnaast roept
het kabinet op tot een gecoördineerde EU-reactie ter ondersteuning van de autoriteiten
van Bosnië en Herzegovina. Ten aanzien van de situatie in Servië volgt het kabinet
de ontwikkelingen, en benadrukt dat het zaak is dat de veiligheid tijdens de demonstraties
gewaarborgd blijft. De toenemende druk op het maatschappelijk middenveld is zorgwekkend.
Het kabinet benadrukt het belang dat de Servische autoriteiten en demonstranten in
dialoog gaan, en dat instellingen zoals het openbaar ministerie en de rechtspraak
hun werk doen. Het kabinet zet in internationaal verband in op eensgezinde, duidelijke
reacties en gecoördineerde aanpak ten aanzien van de politieke situatie.
Lopende zaken
Armenië en Azerbeidzjan
De Raad zal naar verwachting de laatste ontwikkelingen bespreken ten aanzien van het
vredesproces tussen Armenië en Azerbeidzjan. Onlangs kwamen Armenië en Azerbeidzjan
de tekst van een vredesverdrag overeen. De partijen gaan nog niet over tot ondertekening.
Azerbeidzjan heeft al langer aangegeven dat de Grondwet van Armenië moet worden geamendeerd
en de OVSE Minskgroep dient te worden opgeheven. De Armeense Premier Pasjinjan heeft
aangegeven dat er een nieuwe Grondwet gaat komen. Armenië ziet vrede met Azerbeidzjan
als prioriteit voor de toekomst van het land. Het kabinet steunt de vredesonderhandelingen
tussen Armenië en Azerbeidzjan en hoopt op een snelle uitkomst voor duurzame vrede
en stabiliteit in de zuidelijke Kaukasus. Het kabinet zal in de Raad pleiten voor
een faciliterende rol van de EU en EU-Lidstaten om positieve ontwikkelingen in dit
proces te ondersteunen.
EU-toetredingsproces Albanië: openen cluster 2
Afhankelijk van instemming van EU-lidstaten zal en marge van de RBZ een Intergouvernementele
Conferentie met Albanië worden georganiseerd. De Europese Commissie heeft aanbevolen
om cluster 2 (interne markt) te openen.4 Er zijn geen separate vereisten of opening benchmarks waar Albanië aan moet voldoen voorafgaand aan het openen van dit cluster. Ten aanzien
van de bredere rechtsstaatsituatie en hervormingen in Albanië verwijst het kabinet
naar de bevindingen van het landenrapport van de Commissie uit 2024 dat op verschillende
vlakken voortgang is geboekt, zoals aangegeven in de Kabinetsappreciatie.5 Eventuele tekortkomingen zal Albanië gedurende de verschillende fases van het toetredingsproces
moeten aanpakken. Onder cluster 2 valt ook het vrij verkeer van werknemers. Nederland
heeft, conform het hoofdlijnenakkoord (bijlage bij Kamerstuk 36 471, nr. 37), reeds aangegeven op het daartoe geëigende moment, namelijk bij het onder voorbehoud
sluiten van de individuele hoofdstukken, overgangsbepalingen te overwegen voor vrij
verkeer van werknemers en diensten. Een besluit hierover is nu niet aan de orde.
Het kabinet staat zeer kritisch tegenover verdere uitbreiding van de EU, en houdt
streng vast aan de eisen voor lidmaatschap van de EU, inclusief de zogenoemde Kopenhagen-criteria.
Hervormingen op het gebied van goed bestuur, transparantie en de rechtsstaat zijn
belangrijk en waar mogelijk ondersteunt Nederland daarbij. Er worden geen concessies
gedaan aan deze criteria. Nadat de gepaste closing
benchmarks door de Raad worden vastgesteld, kan cluster 2 worden geopend. Het kabinet heeft
een positieve grondhouding ten aanzien van het openen van cluster 2, mits de aandachtspunten
van het kabinet in voldoende mate in de benchmarks verankerd zijn. Het krachtenveld
in de Raad lijkt zich te bewegen richting unanieme steun voor deze stap.
Indieners
-
Indiener
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken