Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Weverling over hondenhandel
Vragen van het lid Weverling (VVD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over hondenhandel (ingezonden 18 oktober 2019).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 11 december
2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 670.
Vraag 1
Bent u bekend met de tv-uitzending «Ellie in de Handel – Aflevering 2: Hondenhandel»
van 14 oktober 2019?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het onaanvaardbaar is dat elders in de Europese Unie (EU) onder
beestachtige omstandigheden gefokte honden in Nederland op de markt gebracht kunnen
worden?
Antwoord 2
Ik ben van mening dat het onwenselijk is dat honden onder slechte omstandigheden worden
gefokt en op de markt worden gebracht, ongeacht of de honden in Nederland of in het
buitenland zijn gefokt.
Momenteel werk ik binnen Nederland aan een verbetering van het identificatie- en registratiesysteem
van honden. Er komt een sluitende chiplogistiek, waarmee wordt voorkomen dat honden
in het buitenland met een Nederlandse chip worden gechipt en als Nederlandse honden
worden verkocht. Bij de registratie komen ook de fokker en chipper in beeld, waardoor
zij uit de anonimiteit worden gehaald. Dit alles moet ertoe leiden dat de keten transparanter
wordt en het steeds moeilijker wordt voor de malafide hondenhandel om te opereren.
Vraag 3
Deelt u de mening dat het een onwenselijke situatie is dat als gevolg hiervan buitenlandse
honden tegen een «voordeliger» tarief in Nederland te koop aangeboden kunnen worden,
wat een oneerlijk concurrentienadeel oplevert voor Nederlandse fokkers, die zich over
het algemeen plegen te houden aan de strenge vereisten omtrent dierenwelzijn?
Antwoord 3
Ik vind het ten algemene onwenselijk dat fokkers niet voldoen aan de eisen rondom
dierenwelzijn. Dit geldt ook voor fokkers uit het buitenland.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de handhaving van de wettelijke vereisten voor het invoeren
van honden uit andere EU-lidstaten op dit moment onvoldoende is?
Antwoord 4
Het is aan de individuele lidstaten om er voor te zorgen dat honden gezond zijn verklaard
op het moment van vertrek uit een lidstaat. Dit gezondheidscertificaat is ook een
vereiste binnen het Europese handelscontrolesysteem Traces. Als dit in de lidstaat
van herkomst niet goed wordt gedaan, is het zaak dat dit in het land van herkomst
wordt verbeterd. Dit neemt niet weg dat de NVWA handhaaft op het gebied van import.
Vraag 5
Kunt u bevestigen dat het vaccinatievereiste tegen rabiës, dat voor het invoeren van
honden geldt, structureel niet nageleefd wordt, omdat dieren al voordat het rabiësvaccin
werkzaam is worden ingevoerd vanuit andere EU-lidstaten?
Antwoord 5
De informatie die beschikbaar is uit de Traces-certificering en controles van de NVWA
bevestigt dit niet. In de Traces-certificaten wordt door een dierenarts verklaard
dat aan de rabiësvoorwaarden van de EU wordt voldaan.
Vraag 6
Kunt u bevestigen, bijvoorbeeld op basis van controles die door de Nederlandse Voedsel-
en Warenautoriteit (NVWA) zijn uitgevoerd, dat veel van de uit Oost-Europa ingevoerde
honden vaak ernstig ziek zijn op het moment dat ze in Nederland verkocht worden, waardoor
kopers van ingevoerde honden op hoge kosten worden gejaagd?
Antwoord 6
Dit blijkt niet uit de controles. Wel is bekend dat bij pups die zijn gefokt door
zogenaamde broodfokkers, zowel in binnen- als in buitenland, vaker gezondheidsproblemen
voorkomen. Dit komt ook naar voren in het rapport Beke, dat ik eerder naar uw Kamer
stuurde (Kamerstuk 28 286, nr. 1056).
Vraag 7
Kunt u aangeven hoe vaak en op welke wijze er door de NVWA gecontroleerd wordt op
de wettelijke vereisten voor het invoeren van honden vanuit de EU?
Antwoord 7
De NVWA controleert steekproefsgewijs de importzendingen van honden die aangemeld
zijn via het Traces-systeem. In 2018 zijn 89 controles uitgevoerd, waaronder 4 zendingen
uit Hongarije. Er zijn geen tekortkomingen aangetroffen bij deze controles.
Naast controles op basis van de informatie uit Traces, voert de NVWA ook inspecties
uit naar aanleiding van meldingen. Meldingen worden bijvoorbeeld door dierenartsen
gedaan wanneer er twijfels zijn over de vaccinatiestatus, leeftijd of herkomst van
een hond. Wanneer er een hoog risico op rabiës is, pakt de NVWA een melding met voorrang
op.
Vraag 8
Kunt u aangeven of er op dit moment gevallen bekend zijn van fraude met het EU-gezondheidscertificaat
voor de export van dieren, waardoor dieren tegen de geldende regels alsnog in Nederland
ingevoerd kunnen worden?
Antwoord 8
Tijdens inspecties zijn er regelmatig vermoedens van onregelmatigheden met de leeftijd
van ingevoerde pups onderzocht. Uit deze inspecties bleken echter geen bewezen gevallen
van fraude.
Vraag 9
Kunt u aangeven of de invulling van Oost-Europese exportlanden, zoals Hongarije, aan
het vereiste van een EU-gezondheidscertificaat op dit moment voldoende aanknopingspunten
biedt voor de NVWA om de importregels te handhaven?
Antwoord 9
Uitgangspunt is dat de certificaten, afgegeven door een bevoegde autoriteit in een
andere lidstaat van de EU, als voldoende betrouwbaar worden geacht. Uit controles
van de NVWA zijn vooralsnog geen onjuistheden gebleken.
Vraag 10
Deelt u de mening dat het noodzakelijk is dat de NVWA strenger gaat handhaven op de
importvereisten voor honden uit andere landen binnen de EU, teneinde dierenleed in
het buitenland en oneerlijke concurrentie voor Nederlandse fokkers te voorkomen?
Antwoord 10
De NVWA handhaaft op de importvereisten van honden. Bij de NVWA vindt voor toezicht
en handhaving op welzijn van gezelschapsdieren in 2020 een intensivering plaats met
3 fte, waarvan een deel ingezet wordt op hondenhandel.
Daarnaast wordt ook ingezet op andere instrumenten, zoals voorlichting.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.