Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Eijk over het bericht ‘Frauderisico bij brievenbus-bv’s: ‘In Muiden 403 bedrijven op één adres’’
Vragen van het lid Van Eijk (VVD) aan de Staatssecretaris van Financiën over het bericht «Frauderisico bij brievenbus-bv’s: «In Muiden 403 bedrijven op één adres»» (ingezonden 1 februari 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rij (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst)
(ontvangen 20 maart 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024,
nr. 1000.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Frauderisico bij brievenbus-bv’s»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat Nederland in totaal 377.399 «rode vlaggen» als indicaties van verdachte
praktijken bij bedrijfsregistraties kent en dat dit een relatief hoog aantal is in
vergelijking met andere landen? Zo ja, hoe duidt u dit?
Antwoord 2
In het artikel en het onderliggende rapport van Moody's Analytics wordt gebruik gemaakt
van een onderzoekmethodiek waarbij het Britse onderzoeksbureau op basis van zeven
indicatoren duidt of er een risico bestaat op de aanwezigheid van een shell company. Moody’s hanteert als definitie van een shell company: een vennootschap zonder actieve
bedrijfsoperaties of significante bezittingen. Er is echter geen eenduidige internationale
definitie van een shell company. In Nederland wordt de term shell company vaak vertaald
als een brievenbusmaatschappij.
Moody’s constateert dat Nederlandse vennootschappen 377.399 maal aan een van door
Moody’s gehanteerde zeven indicatoren voldoen die kunnen wijzen op het risico van
de aanwezigheid van een shell company. Als ik kijk naar hoe Nederland scoort op het
totaal aantal rode vlaggen per 1.000 bedrijven ten opzichte van andere Europese landen,
dan heeft Nederland juist niet een relatief hoog aantal.
Land
Aantal rode vlaggen per 1.000 bedrijven
Cyprus
326
Zwitserland
326
Verenigd Koninkrijk
264
Ierland
180
Estland
154
Noord-Macedonië
129
Letland
110
Noorwegen
106
Bulgarije
100
Spanje
98
Zweden
94
Slowakije
67
Nederland
54
Finland
43
Italië
39
Frankrijk
34
Oekraïne
34
Portugal
28
Tsjechië
25
België
22
Roemenië
11
Duitsland
9
Wanneer het gaat om witwasrisico’s wordt in de nationale risicobeoordeling witwassen
uit 20192 de elementen anoniem, internationaal en ongereguleerd gehanteerd om een witwasrisico
te duiden. Omdat de wijze van indicatie van een witwasrisico anders is dan de wijze
die Moody’s gebruikt, wil ik het aantal rode vlaggen niet zonder meer overnemen, en
ben ik, zoals gezegd niet van mening dat het een hoog aantal is in vergelijking met
andere landen.
Vraag 3
Klopt het dat deze massaregistratie in Nederland gebruikt kan worden als manier om
illegale activiteiten te verbergen en/of belasting te ontwijken door bezittingen en
transacties te verspreiden over meerdere entiteiten en het door deze massaregistratie
moeilijker is voor autoriteiten om de geldstromen te volgen?
Antwoord 3
Volgens Moody’s scoort Nederland vooral relatief hoog op de rode vlag «massaregistratie».
Dit betekent dat op één (bedrijfs)adres verschillende bv’s zijn ingeschreven. Er zijn
legitieme redenen voor registratie van meerdere bedrijven op hetzelfde adres. Zo is
het denkbaar dat éénmansbedrijven of zzp’ers liever niet hun thuisadres opgeven en
gebruik maken van een ander (post)adres. Daarnaast kan er sprake zijn van een bedrijfsverzamelgebouw
waar daadwerkelijk een groot aantal bedrijven is gevestigd, of kan het gaan om het
adres van een groot concern met meerdere dochterondernemingen. Dat Nederland hoog
scoort op bedrijfsregistraties kan dus verschillende legitieme oorzaken hebben. De
relatief hoge graad van massaregistratie impliceert dat er relatief veel bedrijven
in Nederland zijn die naast het postadres weinig tot geen reële economische activiteiten
in Nederland verrichten. Het is bekend dat Nederland een relatief groot aantal doorstroomvennootschappen
kent.3 De bevindingen van Moody’s lijken aan te sluiten bij die constatering.
Doorstroomvennootschappen kunnen misbruikt worden om illegale activiteiten te verbergen.
Doorstroomvennootschappen kunnen een aanvullende juridische laag tussen de (herkomst
van) het vermogen en de uiteindelijke bestemming en begunstigde(n) bieden. De beperkte
reële aanwezigheid betekent dat er minder aanknopingspunten zijn voor eventueel (strafrechtelijk)
onderzoek. Het verhullend effect van de extra juridische lagen tussen herkomst, vermogen
en begunstigde, kan bovendien worden versterkt door van verschillende jurisdicties
gebruik te maken. Hoe meer «sprongen» er gemaakt worden tussen entiteiten en jurisdicties,
hoe moeilijker het is voor nationale autoriteiten om geldstromen te volgen. Nederlandse
opsporingsautoriteiten kunnen bijvoorbeeld niet zomaar een inval doen in een buitenlands
bedrijfspand, of buitenlandse gegevens vorderen. Dat betekent dat zij in belangrijke
mate aangewezen zijn op internationale rechtshulpverzoeken, waarop niet zonder meer
tijdig en adequaat wordt gereageerd. Deze complexiteit geldt des te meer voor de «poortwachters»
van het financiële stelsel, zoals de banken. Deze zullen bij complexe internationale
structuren met Nederlandse doorstroomvennootschappen nog beperktere middelen hebben
om de herkomst van het vermogen, en de uiteindelijk belanghebbenden, accuraat vast
te stellen.4
Degene die het adres of postadres ter beschikking stelt, kan een rol spelen bij eventuele
illegale activiteiten. Natuurlijke personen, rechtspersonen of vennootschappen die
beroeps – of bedrijfsmatig een adres of postadres ter beschikking stellen zonder aanvullende
werkzaamheden zijn domicilieverleners.5 Het rapport illegale trustdienstverlening van SEO Economisch Onderzoek concludeert
dat illegale trustdienstverlening bijvoorbeeld plaatsvindt via domicilieverlening.6 Domicilieverlening valt onder de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren
van terrorisme (Wwft) en domicilieverleners zijn zodoende poortwachters van het financieel
stelsel. Deze poortwachters dienen aan cliëntenonderzoek te doen. Tot het cliëntenonderzoek
behoort ook, tijdens de duur van de relatie, de transactiemonitoring van de zakelijke
relatie. Het Bureau Toezicht Wwft (BTWwft) van de Belastingdienst houdt toezicht op
de beroepsgroep domicilieverleners en kijkt of de Wwft door deze beroepsgroep juist
wordt nageleefd. Het BTWwft maakt in haar toezicht gebruik van diverse bronnen (waaronder
het Handelsregister en de Basisregistratie Adressen en Gebouwen) om met behulp van
indicatoren potentiële domicilieverleners te selecteren voor onderzoek. Het aantal
inschrijvingen (registraties) van bedrijven op één adres, vormt een indicator en weegt
mee in de selectie.
Het BTWwft heeft geen taak ten aanzien van en geen zicht op bezittingen en transacties
van de cliënten van domicilieverleners, anders dan (geld)transacties tussen de cliënt
en de domicilieverlener als onderdeel van hun zakelijke relatie. De girale transacties
van de cliënten van de domicilieverlener vallen onder de transactiemonitoringsverplichting
van banken. De verschillende poortwachters van het financieel stelsel hebben daarmee
allen zicht op de geldstromen die zich onder hen bevinden en met de informatie van
de poortwachters over ongebruikelijke transacties kan de opsporing de puzzel leggen.
Doorstroomvennootschappen kunnen ook misbruikt worden als manier om belasting te ontwijken.
De afgelopen jaren zijn er belangrijke maatregelen genomen tegen het misbruik van
doorstroomvennootschappen voor fiscale doeleinden.7 In de Kamerbrief van 8 februari 2023 heb ik aangegeven hoe het kabinet opvolging
geeft aan het rapport van de Commissie Doorstroomvennootschappen.8 In lijn met het advies van de Commissie Doorstroomvennootschappen zet Nederland in
op een EU-brede aanpak van doorstroomvennootschappen via het EU-richtlijnvoorstel
«Unshell» uit december 2021. Het Unshell richtlijnvoorstel beoogt informatie-uitwisseling
en belastinggevolgen te harmoniseren voor vennootschappen die niet voldoen aan een
minimum van «substance-voorwaarden». Door een uniforme Europese aanpak kan misbruik
van doorstroomvennootschappen effectiever worden aangepakt.
Vraag 4
Welke stappen gaat u concreet zetten om beter zicht te krijgen in deze geldstromen
en de reden achter massaregistraties?
Antwoord 4
In het Anti-Money Laundering (AML)-pakket waar de Minister van Financiën, mede namens
de Minister van Justitie en Veiligheid, uw Tweede Kamer recent over heeft geïnformeerd9 wordt een registratieplicht voor domicilieverleners geïntroduceerd. Dit helpt om
de populatie beter in beeld te krijgen, waarmee toezicht nog effectiever kan plaatsvinden.
Daarnaast geldt in algemene zin dat meldingsplichtige instellingen die onder de Wwft
vallen, waaronder domicilieverleners, ongebruikelijke transacties moeten melden bij
de Financial Intelligence Unit Nederland (FIU-Nederland). De FIU-Nederland analyseert
de meldingen en brengt transacties en geldstromen in kaart die in verband kunnen worden
gebracht met witwassen en onderliggende delicten en het financieren van terrorisme.
Ongebruikelijke transacties die door de FIU-Nederland verdacht zijn verklaard, worden
ter beschikking gesteld aan de (bijzondere) opsporingsdiensten en inlichtingen- en
veiligheidsdiensten. Vanuit de Beleidsagenda aanpak van witwassen van september 202210 is een van de prioriteiten het verbeteren van de aanpak van facilitators en het versterken
van de samenwerking van opsporing en vervolging. Dit gebeurt onder andere door extra
middelen ter beschikking te stellen aan de politie, de Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst
(FIOD) en de FIU-Nederland. Domicilieverleners, andere meldingsplichtige instellingen
en de FIU-Nederland kunnen zo een beter beeld krijgen van trends en ontwikkelingen
in de aanpak van criminele geldstromen.
Tot slot loopt er een project van het Financieel Expertise Centrum (FEC) naar illegale
trustdienstverlening. Het FEC kijkt hierbij naar instellingen die mogelijk trustdiensten
opknippen. Ik ben benieuwd naar de uitkomsten van dit onderzoek en zal bezien wat
nodig is, aan de hand van de conclusies van het FEC.
Vraag 5
Registreert de Belastingdienst signalen of omstandigheden die zouden kunnen duiden
op mogelijke financiële criminaliteit of belastingfraude, zoals het feit dat honderden
bedrijven op hetzelfde adres gevestigd zijn?
Antwoord 5
De Belastingdienst heeft de taak om het naleven van fiscale wet- en regelgeving in
brede zin te handhaven. Daarbij zij opgemerkt dat BTWwft organisatorisch bij de Belastingdienst
is ondergebracht, maar niet-fiscale taken uitvoert, BTWwft valt dus verder buiten
de hieronder geschetste reikwijdte. De Belastingdienst vergroot zijn informatiepositie
door het gebruik van signalen, waaronder signalen en omstandigheden die kunnen duiden
op mogelijke financiële criminaliteit of belastingfraude. Dat zijn bijvoorbeeld meldingen
van burgers of berichten van andere overheidsinstellingen zoals het Openbaar Ministerie
(OM), die bij hun eigen onderzoek op informatie stuiten die ook voor de Belastingdienst
relevant kan zijn. Hieruit kunnen ook signalen voortkomen waaruit blijkt dat vele
bedrijven op eenzelfde adres gevestigd zijn.
Na het uitschakelen van Fraudesignaleringsvoorziening (FSV) in februari 2020, nadat
er fouten zijn gemaakt in het gebruik van dit systeem, is besloten verschillende soorten
signalen voorlopig niet te behandelen. Dit betekent niet dat er geen enkel signaal
meer wordt verwerkt. Zo selecteert de FIOD de strafrechtelijk relevante signalen om
deze te onderzoeken. Bovendien houdt de Belastingdienst ook zonder signalen toezicht,
bijvoorbeeld via reguliere controles en steekproeven bij belastingaangiftes van burgers
en ondernemers. Zo kunnen signalen dat mogelijk sprake is van financiële criminaliteit
of belastingfraude op verschillende manieren leiden tot nader onderzoek en waar nodig
tot handhaving door de Belastingdienst.
Vraag 6
Hoe wordt op dit moment geacteerd op dergelijke signalen vanuit de Belastingdienst
of opsporingsinstanties?
Antwoord 6
Voor de beantwoording van deze vraag wordt verwezen naar de beantwoording van vraag
5. Aanvullend kan worden aangegeven dat wanneer een signaal bestaat dat een domicilieverlener
de Wwft niet (volledig) naleeft, dan kan op basis daarvan, binnen de wettelijke kaders,
een melding worden gedaan bij het BTWwft. Wanneer het BTWwft feiten ontdekt die kunnen
duiden op witwassen of financieren van terrorisme dan meldt het BTWwft dit bij de
FIU-Nederland.11 Tevens kan het BTWwft gegevens of inlichtingen verstrekken aan de Belastingdienst
of een (bijzondere) opsporingsdienst (FIOD en politie) voor zover deze gegevens of
inlichtingen dienstig zijn voor de uitoefening van hun wettelijke taak.12
Vraag 7
Maakt de Belastingdienst op dit moment gebruik van vergelijkbare data-analyse zoals
gehanteerd in het onderzoek, om mogelijke financiële criminaliteit of belastingfraude
op te sporen en een beter beeld te krijgen van de omvang hiervan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
De Belastingdienst maakt in haar toezicht op dit moment nog geen gebruik van een data-analyse
zoals is gehanteerd in het onderzoek. De Belastingdienst is zich aan het oriënteren
of het mogelijk is risicovolle adressen, waar veel ondernemingen ingeschreven staan,
in beeld te brengen. Momenteel worden indicatoren ontwikkeld om zicht te kunnen krijgen
op dit soort adressen. Het ontwikkelen van risico-indicatoren, waarbij alle AVG-waarborgen
in acht worden genomen, is een zorgvuldig proces. Het is dan ook niet de verwachting
dat de Belastingdienst binnenkort kan beschikken over de uitkomsten van een data-analyse.
Vraag 8
Beschikt de Belastingdienst en/of de Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst (FIOD)
over de wettelijke grondslag om dergelijke signalen te verzamelen en te gebruiken
bij het handhaven op belastingfraude en andere financiële criminaliteit?
Antwoord 8
In de Algemene wet inzake Rijksbelastingen (AWR) zijn de grondslagen opgenomen die
de Belastingdienst in staat stellen haar wettelijke taken, het heffen en innen van
belastingen, goed en zorgvuldig uit te voeren. Op grond van deze bepalingen kan de
inspecteur signalen waar hij kennis van heeft genomen gebruiken in het toezicht. Daar
waar de grondslag voor het verwerken van bepaalde gegevens verstevigd moet worden
in het kader van de verwerking en bescherming van persoonsgegevens, worden waar nodig
(nadere) voorwaarden en maatregelen uitgewerkt. Hierover heb ik uw Kamer geïnformeerd
bij brief van 5 juli 2023.13
De FIOD is op basis van de Wet op de Bijzondere Opsporingsdiensten (BOD-en) verantwoordelijk
voor de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde op onder meer het terrein van
de Minister van Financiën. Voor zijn taakuitoefening werkt de FIOD op basis van de
wetboeken van Strafrecht en Strafvordering. Vanuit deze taakstelling kan de FIOD gegevens
verzamelen. Interne verwerking vindt plaats op basis van de Wet Politiegegevens en
aanverwante wet- en regelgeving.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën -
Mede namens
S.P.R.A. van Weyenberg, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.