Schriftelijke vragen : Gevolgen van de saneringsopdracht van corporatie Vestia voor huurders in Bergeijk
Vragen van de leden Nijboer (PvdA) en Smeulders (GroenLinks) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over gevolgen van de saneringsopdracht van corporatie Vestia voor huurders in Bergeijk (ingezonden 10 april 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met de negatieve gevolgen van de saneringsopdracht voor huurders van
Vestia in Bergeijk?1 2 3 4
Vraag 2
Bent u bekend met het achterstallig onderhoud, gebrekkige communicatie en minachting
van de huurders waarmee huurders in Bergeijk worden geconfronteerd? Deelt u de mening
dat de saneringsopdracht van Vestia niet mag leiden tot negatieve gevolgen voor huurders?
Zo ja, bent u bereid om Vestia hierop aan te spreken?
Vraag 3
Hoe kijkt u aan tegen de overname van Vestia-woningen in Bergeijk door woningcorporatie
Woningbelang? Hoe vindt u het dat overname onmogelijk lijkt doordat Vestia bij de
verkoop van de woningen (met achterstallig onderhoud) geen verlies mag lijden?
Vraag 4
Deelt u de mening dat de saneringsopdracht van Vestia niet mag leiden tot een afname
van het aantal sociale huurwoningen in Bergeijk en andere gemeenten? Zo ja, bent u
bereid om hiertegen maatregelen te nemen?
Vraag 5
Vindt u het ook onwenselijk dat bij corporatie Vestia financiën belangrijker worden
geacht dan de volkshuisvestelijke taak? Zo ja, bent u bereid maatregelen te nemen?
Vraag 6
Hoe kijkt u naar de opstelling van de Autoriteit Woningcorporaties die Vestia goedkeuring
gegeven heeft voor hun plan om honderden sociale woningen in de commerciële tak onder
te brengen? Zou de volkshuisvestelijke taak van Vestia voor de Autoriteit Woningcorporaties
een belangrijkere rol moeten spelen dan de financiën en het uitvoeren van de saneringsopdracht?
Indieners
-
Gericht aan
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Indiener
H. Nijboer, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
P.H.M. Smeulders, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.