Stenogram : Vragenuur: Vragen van het lid Van Kent aan de staatssecretaris Participatie en Integratie over het bericht "Sterfte onder fabrieksarbeiders Tata Steel blijkt 1,5 keer zo hoog als landelijk gemiddelde: 'Topje van de ijsberg'".
2 Vragenuur
Vergaderjaar 2024-2025
Vergaderingnummer 34
Te raadplegen sinds
2025-03-24Inhoudsopgave
Gerelateerde informatie
Toon alle items in vergaderingHandelingen TK 2024-2025, 34
Vragenuur
Aan de orde is het mondelinge vragenuur, overeenkomstig artikel 12.3 van het Reglement van Orde.
Vragen Van Kent
Vragen van het lid Van Kent aan de staatssecretaris Participatie en Integratie over het bericht "Sterfte onder fabrieksarbeiders Tata Steel blijkt 1,5 keer zo hoog als landelijk gemiddelde: 'Topje van de ijsberg'".
De voorzitter:
Aan de orde is het vragenuur. Een hartelijk woord van welkom aan de staatssecretaris Participatie en Integratie, die wij meteen even feliciteren met de geboorte van zijn tweede kind, een dochtertje dat Anne heet. Zo, dan staat ze meteen in de Handelingen. Hij wordt aan de tand gevoeld door de heer Van Kent van de SP. Ik geef graag het woord aan hem.
De heer Van Kent (SP):
Dank, voorzitter. Ultrafijnstof, zware metalen, kankerverwekkende koolwaterstoffen, asbest en nog veel meer stoffen: daar worden de omwonenden en werknemers van Tata Steel aan blootgesteld. Dat is levensgevaarlijk gif. Het RIVM en de GGD hebben al vastgesteld dat mensen die in de buurt van Tata Steel wonen, een kortere levensverwachting hebben. CE Delft heeft becijferd dat er om en nabij de 350 miljoen extra zorgkosten voortvloeien uit de uitstoot van Tata Steel.
Het is goed dat er nu ook aandacht is voor de mensen die bij Tata werken. EenVandaag heeft op basis van eigen onderzoek vastgesteld dat mensen die bij Tata werken, 50% meer kans hebben om tijdens hun werkzame leven te overlijden dan werknemers die elders werken. De SP vindt dat onbestaanbaar. Wij vinden dat daar ingegrepen moet worden door de staatssecretaris en door de inspectie. Ik wil de staatssecretaris vragen wat zijn reactie is en welke maatregelen hij gaat nemen om ervoor te zorgen dat hier wordt ingegrepen.
De voorzitter:
Het woord is aan de staatssecretaris.
Staatssecretaris Nobel:
Voorzitter, dank u wel. Ik deel namens het kabinet met de heer Van Kent dat het niet zo kan zijn dat werknemers overlijden of ziek worden als gevolg van hun arbeidsomstandigheden. Eerder hebben we in debatten met elkaar gesproken over nul doden op de werkvloer. Dat geldt uiteraard ook voor een bedrijf als Tata Steel. Ik heb kennisgenomen van de berichtgeving van EenVandaag over de sterfte van de fabriekswerknemers van Tata Steel voor hun 65ste levensjaar, zoals u dat zojuist schetste. Net als u vind ik dat ernstig. Het uitgangspunt moet gewoon zijn dat iedereen in Nederland gezond en veilig aan het werk kan. U schetste al een aantal onderzoeken die worden gedaan voor omwonenden. Tegelijkertijd is Tata Steel zelf verantwoordelijk is voor de gezondheid van de werknemers. Voor alle bedrijven in Nederland hebben we daar afspraken over, dus ook voor Tata Steel. Daarenboven maken we met Tata Steel nog aparte afspraken over gezondheid en hoe zij daar uiteindelijk mee om moeten gaan bij hun werknemers.
De heer Van Kent (SP):
Het staat niet op zichzelf, want in onderzoeken bij staalfabrikanten in Engeland, Italië en Spanje zien we vergelijkbare cijfers. Ook daar overlijden tot 50% meer mensen tijdens hun werkzame leven dan bij andere bedrijven. Kan de staatssecretaris hier bevestigen dat werknemers bij Tata beschermd zijn volgens de allerlaatste inzichten van de wetenschap, dus volgens de allerlaatste kennis die er is rondom filters en beschermingsmiddelen? Dit staat in de Arbowetten, dus de wetten die zijn gemaakt om mensen te beschermen. Kan de staatssecretaris hier bevestigen dat mensen volgens die laatste strenge normen beschermd zijn bij Tata?
Staatssecretaris Nobel:
Wat ik kan bevestigen, is dat de Arbeidsinspectie toezicht houdt op de naleving van de wettelijke verplichtingen die zojuist voor een deel werden geschetst door de heer Van Kent. Tegelijkertijd wil het kabinet in gesprek gaan met Tata Steel over mogelijke maatwerkafspraken over de verdere verduurzaming. Het uitgangspunt daarbij is voor het kabinet helder, namelijk dat als gevolg van de maatwerkafspraken de impact van Tata Steel op de oud-werknemers maar ook de omwonenden en werknemers zo snel mogelijk moet worden geminimaliseerd. Dat bedoelen we in termen van schadelijke uitstoot alsook hinder. Die vermindering van de schadelijke impact op de gezondheid moet goed gemeten en gecontroleerd worden.
De heer Van Kent (SP):
Ik hoor hier geen bevestiging. We hebben met elkaar wetten en regels. De vraag die ik aan de staatssecretaris stel, is: vindt de staatssecretaris en kan de staatssecretaris garanderen dat Tata aan die laatste wetten en regels voldoet en dat de werknemers dus optimaal beschermd zijn? Als dat niet het geval is, is de staatssecretaris dan bereid om de inspectie erop af te sturen en ervoor te zorgen dat die normen wel worden nageleefd?
Staatssecretaris Nobel:
Ik gaf zojuist al aan dat de Arbeidsinspectie toezicht houdt op de naleving van de wettelijke verplichtingen. Er zijn op dit moment ook controles vanuit de Arbeidsinspectie. De Arbeidsinspectie voert die als orgaan zelfstandig uit; daar ga ik niet in treden. De gesprekken die ik zojuist benoemde, lopen ook. Zowel de inspectie als ik, vanuit mijn rol als staatssecretaris, zitten erbovenop.
De heer Van Kent (SP):
Ik vind het niet voldoende. Mensen lopen groot gevaar. Mensen overlijden bij Tata veel vaker veel eerder, vaak voordat ze hun pensioengerechtigde leeftijd halen. Dat heeft te maken met de omstandigheden op de werkvloer. Er zijn niet voor niets wetten en regels die ervoor zorgen dat mensen beschermd zijn op de plek waar ze werken. Ik hoor de staatssecretaris hier niet bevestigen dat Tata voldoet aan de laatste eisen, wetten en regels. Ik wil de staatssecretaris nogmaals de kans geven om hier te zeggen: ja, wij gaan ervoor zorgen dat de werknemers bij Tata optimaal en volgens de laatste inzichten beschermd zijn.
Staatssecretaris Nobel:
Ik zal nogmaals herhalen dat voor het kabinet geldt dat er bij elk bedrijf in Nederland nul doden op de werkvloer zouden moeten zijn. Dat geldt dus ook voor Tata Steel. Over dit specifieke geval, dit onderzoek dat naar voren is gekomen, kan ik zeggen dat het kabinet inziet dat dit ernstig is, voor zover we de data kunnen toetsen; ik heb het onderzoek uiteraard niet zelf gedaan, noch ken ik alle inzichten daaruit. Maar ik wil de Arbeidsinspectie naar aanleiding van deze berichtgeving nogmaals vragen of die hier kritisch naar wil kijken en dit wil volgen. Maar we zitten er al bovenop. Dat is eigenlijk de boodschap die ik wil meegeven. Ik hoop dat ik met de extra toezegging dat ik dit nogmaals zal vragen, ook benadruk dat we in de toekomst datgene wat we al deden zeker ook willen blijven doen.
De heer Van Kent (SP):
Het is goed dat de staatssecretaris de inspectie gaat vragen om erop toe te zien dat de regels bij Tata worden nageleefd. Meer specifiek wil ik vragen of de staatssecretaris dan ook wil nagaan of alle afspraken die met de vakbonden zijn gemaakt in de RI&E, het document waarin is vastgelegd welke bescherming er moet zijn voor werknemers, stuk voor stuk worden nageleefd. Is de staatssecretaris bereid om dat ook te doen?
Staatssecretaris Nobel:
Wat betreft de RI&E: er is een speciale module vanuit het meerjarenprogramma — daar spreken we ook met Tata Steel over — waarmee werkgevers ondersteund worden en waarbij ze zelf moeten inventariseren wat de risico's van gevaarlijke stoffen zijn en die moeten aanpakken. Als dat nog niet is gebeurd, zal ik dat ook bij Tata Steel onder de aandacht brengen.
De heer Van Kent (SP):
Dank. Is de staatssecretaris bereid om bijvoorbeeld de GGD, het RIVM of beide te vragen om onderzoek te doen naar de kwaliteit van de lucht en van de werkomgeving van de mensen die bij Tata werken? Is de staatssecretaris ook bereid om bij het pensioenfonds van de Hoogovens data op te vragen over het aantal nabestaandenuitkeringen en over de levensverwachting van de mensen die daarbij zijn aangesloten?
Staatssecretaris Nobel:
Alhoewel ik de vraag begrijpelijk vind, is het niet aan mij als staatssecretaris om dit te doen. Het RIVM toetst zelf; ik gaf zojuist ook aan dat er al heel veel onderzoeken in de omgeving gedaan worden. Dat doet het RIVM dus al. Tata Steel is zelf verantwoordelijk voor de gezondheid van de werknemers, niet het RIVM. Het is dus ook niet aan mij om dat aan het RIVM te vragen.
De heer Van Kent (SP):
Ik hoop dat het RIVM meekijkt. Ik heb een andere vraag aan de staatssecretaris. Er is nog heel veel asbest aanwezig op het terrein. Vindt deze staatssecretaris dat al dat asbest van het terrein moet verdwijnen, en zo ja, op welke termijn?
Staatssecretaris Nobel:
Dit is best een specifieke vraag, dus ik zou u eigenlijk een wedervraag willen stellen. Eigenlijk zou ik een toezegging vanuit mijn kant willen doen, namelijk dat we bij de maatwerkafspraken ook kijken naar het asbest, zoals u zojuist schetst. Het is ingewikkeld voor mij om daar een precieze datum op te plakken, maar ik kan me goed voorstellen dat we dit meenemen in de maatwerkafspraken.
De heer Van Kent (SP):
Tot slot. Vindt de staatssecretaris dat groen staal, ongeacht wat er gebeurt, daar alleen maar geproduceerd kan worden als dat op een manier kan die gezond is voor de mensen die daar werken en voor de omgeving? Anders loopt het draagvlak voor Tata namelijk groot gevaar. Vindt de staatssecretaris dat ook, net als de SP?
Staatssecretaris Nobel:
Ik begon mijn verhaal met het gegeven dat het belangrijk is dat we uiteindelijk voor elk bedrijf in Nederland naar nul doden op de werkvloer gaan. Dat geldt dus ook voor Tata Steel. Ik heb ook aangegeven dat het belangrijk is, juist vanwege de impact die Tata Steel ook in positieve zin heeft, dat we goed kijken naar de gevolgen voor de omwonenden en dat de negatieve effecten daarvan zo snel mogelijk verminderd en beperkt worden.
De voorzitter:
Dank u wel. Tot zover de vragen aan de staatssecretaris. Er is nog een vraag van de heer Omtzigt. Het woord is aan hem. Er gaat meteen een sirene af, maar dat is de heer Aartsen.
De heer Omtzigt (NSC):
Het is nogal wat. Normaal gesproken zouden er 1.635 mensen overleden zijn. Er zijn 2.400 mensen overleden. Dat betekent dat er alleen bij Tata Steel 750 mensen extra overleden zijn. Dat zijn geen bedrijfsongevallen, maar het zijn mensen die langdurig ziek geworden zijn. Ze zitten dus niet in de bedrijfsongevallenstatistieken, op een enkeling na. Mijn vraag is als volgt. Als een regering bij 750 mensen oversterfte in één bedrijf niet ingrijpt, wanneer grijpt zij dan wel in? En hoe gaat deze regering ingrijpen bij dit bedrijf, zodat de werkomstandigheden verbeteren?
Staatssecretaris Nobel:
Ik snap deze vraag. Er is op basis van overlijdensaktes gekeken hoeveel mensen er van 1975 tot 2010 zijn overleden. Het is voor mij heel erg ingewikkeld om te toetsen in hoeverre er van 2010 tot nu bijvoorbeeld al stappen zijn gezet door Tata Steel die maken dat dat getal, wat ik ook ernstig vind namens het kabinet, al fors naar beneden is gegaan. Vandaar dat ik al eerder heb aangegeven dat we hier verder over in gesprek gaan met Tata Steel. Niet alleen door dit onderzoek, maar ook door eerdere berichtgeving over de uitstoot van Tata Steel ziet het kabinet dat we hiermee aan de slag moeten — niet alleen op basis van de berichtgeving die nu naar buiten komt.
Mevrouw Patijn (GroenLinks-PvdA):
Ik schrok enorm van het bericht — en volgens mij wij allemaal. De kern van het verhaal is dat er op een ongezonde manier wordt geleefd in de omgeving, waardoor mensen beschadigd raken, en dat er op ongezonde manier wordt gewerkt. Een aantal jaren geleden heeft de Arbeidsinspectie ook al geconstateerd dat er niet onder normale omstandigheden werd gewerkt en dat er op een verkeerde manier met ongezonde stoffen werd omgegaan. Dat lijkt niet verbeterd te zijn. Het is zodanig zorgwekkend dat mensen die bijvoorbeeld niet in dienst zijn bij Tata Steel maar wel werken op die vloer niet weten wat er met hen aan de hand is. Hoe gaat de staatssecretaris die groep volgen die daar niet in dienst is? En hoe krijgen we grip op het feit dat dit soort dingen gebeuren in Nederland?
Staatssecretaris Nobel:
Ik heb al aangegeven dat er gelukkig door het RIVM en andere instituten onderzoek wordt gedaan naar de leefomgeving van de omwonenden. Dit specifieke bericht gaat natuurlijk over de mensen die in dienst zijn. Laat ik namens het kabinet heel duidelijk zijn. Tata Staal moet zich ook gewoon aan de regels houden die we met elkaar hebben afgesproken. De berichtgeving zoals die nu naar buiten komt, vind ik ook ernstig. Ik zal er ook in de maatwerkafspraken opnieuw op aandringen dat Tata Steel zich gewoon aan de regels houdt.
Kamerlid Kostić (PvdD):
Ik weet gewoon niet wat ik hier hoor. De staatssecretaris blijft de verantwoordelijkheid afschuiven naar andere instanties en hij wijst naar de maatwerkafspraken. Maar die maatwerkafspraken zijn er niet om aan de regels te gaan voldoen; dat moet je gewoon met handhaving regelen. De maatwerkafspraken zijn er om bovenwettelijke zaken op te leggen. Mijn vraag is als volgt. We weten hoe ernstig het is: een enorme oversterfte. Wist de staatssecretaris, wist de Arbeidsinspectie, wisten de omgevingsdiensten van deze oversterfte? En zo ja, waarom hebben ze dan niet gehandeld?
Staatssecretaris Nobel:
De conclusies die uit het onderzoek van EenVandaag komen — dat heb ik zojuist ook al aangegeven — hebben een behoorlijk lange tijdsspanne: van 1975 tot 2010. In de tussentijd, van 2010 tot nu, is er ook ontzettend veel gebeurd. Ik kan niet nu, op basis van het onderzoek dat zij hebben gedaan, concluderen dat het sterftecijfer anderhalf keer hoger ligt, bijvoorbeeld van 2010 tot nu. Dat kan ik gewoon niet doen. Wat ik wel kan doen ... Dat was ik al van plan, maar dit bericht maakt dat ik daar nog meer mijn best voor wil doen, omdat ik ook zie hoe ernstig zo'n bericht is. We moeten gewoon met Tata Steel om tafel: hoe kun je niet alleen aan de regels voldoen — u heeft helemaal gelijk dat die voor ieder bedrijf gelden — maar ook nog meer doen om ervoor te zorgen dat niet alleen voor de mensen die daar werken maar ook voor de omwonenden de kwaliteit van de leefomgeving uiteindelijk verbetert?
Kamerlid Kostić (PvdD):
Volgens mij moeten we terug naar waar het hier om gaat, namelijk dat de staatssecretaris geen idee heeft wat Tata Steel met de werknemers doet en dat hij dat dus nog moet uitzoeken. Ik wil even terzijde laten dat hij nog allemaal gesprekken gaat voeren en koffie gaat drinken met Tata. Ik wil even focussen op de handhaving en de feiten weten. Eén onderdeel van mijn vraag was: gaat u kijken of u daar kan handhaven? Het tweede onderdeel slaat op het RIVM. Het RIVM doet ook opdrachten in opdracht van de regering. Dat hebben ze ook bij de omwonenden gedaan. Dat hebben ze niet zelfstandig bedacht. Daar hebben overheden opdracht toe gegeven. Bent u bereid, ook omdat u erkent dat u de feiten nog niet kent, om het RIVM opdracht te geven om te bevestigen in hoeverre er oversterfte is en te onderzoeken in welke mate dat te maken heeft met die kankerverwekkende stoffen van Tata?
Staatssecretaris Nobel:
Ik denk dat het goed is om ook even de feiten op een rijtje te hebben, want ik heb het gevoel dat u mij dat verwijt, terwijl het helemaal niet mijn verantwoordelijkheid is om in te grijpen. Het is uiteindelijk aan de inspectie om dat als onafhankelijk orgaan te doen. Wat ik namens het kabinet kan doen en ook zal doen, is nog extra maatwerkafspraken met Tata Steel maken. Tegelijkertijd, als dingen niet in orde zijn, dan is het uiteindelijk aan de Arbeidsinspectie om daarop te handhaven en niet aan mij. Dat geldt voor ieder bedrijf. Wat betreft het RIVM, er lopen al heel veel onderzoeken, ook in de omgeving van Tata Steel, en er hebben al onderzoeken plaatsgevonden. Ik wil daar best nog een keer naar kijken, maar dat is ook niet mijn terrein. Dat ligt uiteindelijk bij de staatssecretaris van IenW.
De voorzitter:
Ook 30 seconden voor de heer Grinwis.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Tata Steel produceert een belangrijk product, staal, maar wel tegen een hele hoge prijs van mensenlevens, van gezondheidsschade in de omgeving, van milieuschade. Hoe staan de onderzoeksgegevens die vandaag naar buiten zijn gekomen, in internationaal perspectief? Hoe gaat het internationaal bij staalfabrieken in Europa en elders in de wereld? Wat hebben die voor impact op de gezondheid van werknemers? Kan de staatssecretaris daar wat over zeggen? En wat betekent dit voor de inzet van het kabinet voor de toekomst van Tata Steel?
Staatssecretaris Nobel:
Dat eerste doe ik uiteraard graag, maar wel schriftelijk, want ik denk dat ik u dan beter van dienst kan zijn dan als u mij nu vraagt antwoord te geven op de vraag hoe het gaat bij alle staal producerende bedrijven in Europa. En met het tweede zijn we als kabinet al bezig. De uitstoot van Tata Steel, die negatieve effecten heeft op de omgeving — daarnaast zijn er uiteraard positieve effecten: we zijn niet afhankelijk van andere landen en Tata Steel brengt werkgelegenheid met zich mee — willen we zo snel mogelijk naar beneden brengen. Die maatwerkafspraken zijn bedoeld om versneld tot een betere en schonere omgeving te komen. Daar zullen we als kabinet verdere stappen op zetten.
De heer Van Kent (SP):
Ik hoor de staatssecretaris twee interessante dingen zeggen. Eén. De staatssecretaris weet niet hoe het zit met de oversterfte na 2010. Twee. De staatssecretaris wil met het kabinet kijken of het RIVM een opdracht gegeven kan worden, aangespoord kan worden, om een onderzoek te gaan doen naar de situatie op de werkvloer. Ik wil de staatssecretaris vragen om de oversterftecijfers na 2010 en het onderzoek van het RIVM zo spoedig mogelijk met de Kamer te delen, en ik wil van de staatssecretaris weten wanneer we daar informatie over kunnen krijgen.
Staatssecretaris Nobel:
Nu worden er twee dingen gezegd die ik niet heb gezegd. Het onderzoek van EenVandaag loopt tot 2010, dus op basis daarvan kan ik niets zeggen over 2010 tot nu. Dat is een. Het tweede is dat u mij eigenlijk de woorden in de mond legt dat het RIVM daar nu op de werkvloer een onderzoek gaat doen. Dat heb ik niet gezegd. Ik heb aangegeven dat ik met het RIVM in gesprek ga om te kijken wat ze eigenlijk allemaal aan onderzoeken hebben gedaan. Mocht het nodig zijn dat daar weer vervolgonderzoeken op komen, dan kan ik dat meenemen, maar dat is niet iets wat ik nu al heb toegezegd. Ik ga gewoon kijken wat er nodig is bij die maatwerkafspraak. Maar het staat als een paal boven water, niet dat het RIVM onderzoek moet doen, maar dat Tata Steel uiteindelijk als bedrijf aan de wet- en regelgeving moet voldoen en we met elkaar moeten zorgen dat Tata Steel zo snel mogelijk verder verduurzaamt, zodat er niet alleen voor de werknemers maar ook voor de omwonenden een schonere leefomgeving wordt gecreëerd.
De voorzitter:
Prima. Tot zover dit onderwerp. Dank aan de staatssecretaris. De volgende bewindspersoon is nog niet in huis, dus schors ik even totdat dat het geval is.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.