Verslag van een schriftelijk overleg : Verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda voor de Raad Algemene Zaken van 28 januari 2025 (Kamerstuk 21501-33-1109)
21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie
21 501-02
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 1112
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 22 januari 2025
De vaste commissie voor Europese Zaken heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd
aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 17 januari 2025 over de brieven
van de Minister van Buitenlandse Zaken d.d. 17 januari 2025 inzake Geannoteerde agenda
Raad Algemene Zaken van 28 januari 2025 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 1109) en d.d. 19 december 2024 inzake Verslag Raad Algemene Zaken van 17 december 2024
(Kamerstuk 21 501-02, nr. 3002).
De vragen en opmerkingen zijn op 20 januari 2025 aan de Minister van Buitenlandse
Zaken voorgelegd. Bij brief van 22 januari 2025 zijn de vragen beantwoord.
De voorzitter van de commissie, Van der Plas
Adjunct-griffier van de commissie, Hoedemaker
Inhoudsopgave
I
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties en reactie van de bewindspersoon
2
•
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
2
•
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
5
•
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
7
•
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
10
•
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
11
•
Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie
13
•
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
15
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties en reactie van de bewindspersoon
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda en hebben nog wat vragen.
Het lijkt nog onduidelijk te zijn wat de koers gaat worden van de regering-Trump met
betrekking tot de financiële en militaire steun aan Oekraïne. De leden van de PVV-fractie
vragen de Minister of hij indicaties heeft ontvangen die blijk geven van een onduidelijke
opstelling van de regering-Trump bij het voortzetten van de steun aan Oekraïne.
1. Antwoord van het kabinet
Trump is zeer recent aangetreden als president. Het is belangrijk geen overhaaste
conclusies te trekken over wijzigingen in Amerikaans beleid ten over staande van Oekraïne.
Nederland is doorlopend met de Verenigde Staten in gesprek over onze gedeelde belangen
en de grote uitdagingen waar zowel de VS als de EU voor staan. Oekraïne is daarin
prioriteit. Deze gesprekken zullen we blijven voeren.
Hoge Vertegenwoordiger Kaja Kallas heeft onlangs aangegeven dat de Europese Unie (EU)
klaarstaat om de leidende rol van de Verenigde Staten (VS) over te nemen ten aanzien
van de steun aan Oekraïne en de leden van de PVV-fractie vragen wat de Minister van
deze uitspraak van de Hoge Vertegenwoordiger vindt. Deze leden merken in dit kader
op dat de bekrachtiging van de uitbreiding van het buitenlandbeleid van de EU door
nationale parlementen moet worden bepaald.
Voor 31 januari a.s. moeten EU-lidstaten instemmen met de verlenging van de huidige
sanctiemaatregelen tegen Rusland en de Hongaarse Minister van Buitenlandse Zaken wil
eigenlijk geen besluit nemen tot duidelijk is of de regering-Trump deze ook in stand
zal houden. De leden van de PVV-fractie vragen wat het effect van deze sancties nog
zal zijn als de Verenigde Staten deze niet meer in stand zal houden en wat de mening
van de Minister is over de opstelling van de Hongaarse Minister van Buitenlandse Zaken.
2. Antwoord van het kabinet
Sancties zijn een belangrijk onderdeel van de geïntegreerde Europese beleidsinzet
ten aanzien van Oekraïne. Het kabinet zet in op verlenging van de maatregelen en kan
niet speculeren over maatregelen van de nieuwe Amerikaanse regering. Het kabinet blijft
het belang van EU-eenheid onderstrepen. Dit doet het kabinet samen met vele andere
EU-lidstaten. Het kabinet heeft er vertrouwen in dat het Pools voorzitterschap zich
hier ook voor zal inspannen.
Deelt de Minister de mening van de leden van de PVV-fractie dat Hamas nooit ofte nimmer
(meer) politieke macht mag hebben in gebieden die onder controle van de Palestijnen
zijn?
3. Antwoord van het kabinet
Voor Nederland zijn de G7-principes voor de «Day After» in de Gazastrook leidend.
Onderdeel hiervan is dat Hamas geen rol speelt in het bestuur van de Gazastrook.
De voornoemde leden vragen opheldering aan de Minister waarom Nederland samen met
Frankrijk voortrekker is in de totstandkoming van het derde sanctiepakket tegen zogenaamde
gewelddadige kolonisten in betwiste gebieden. Ook vragen deze leden waarom er nog
geen nieuwe sancties tegen Hamas bekrachtigd zijn. Tevens vragen zij de Minister of
hij in kaart kan brengen welke andere betwistbare conflictgebieden potentieel in aanmerking
voor sancties zouden kunnen komen. Kan de Minister per gebied aangeven waarom Nederland
daar geen voortrekkersrol in speelt?
4. Antwoord van het kabinet
Het kabinet is voorstander van de inzet van sancties als onderdeel van een bredere,
samenhangende beleidsinzet om buitenlandpolitieke doelstellingen te behalen. Het kabinet
spreekt zowel bilateraal als in EU-verband zijn afkeuring uit over gewelddadig optreden
van kolonisten op de Westelijke Jordaanoever. Nederland spreekt Israël aan op diens
verantwoordelijkheden onder het bezettingsrecht, waaronder die voor de veiligheid
van Palestijnse burgers. Nederland draagt voortdurend internationaal bij aan het opvoeren
van druk op Hamas. De EU heeft begin vorig jaar een nieuw sanctieregime opgezet gericht
op personen en entiteiten die Hamas en de Palestijns Islamitische Jihad (PIJ) financieren
of faciliteren. In totaal zijn er twaalf personen en drie entiteiten op deze sanctielijst
geplaatst. Ook heeft de EU drie aan Hamas gelieerde entiteiten op de mensenrechtensanctielijst
geplaatst wegens seksueel geweld tijdens de terroristische aanslagen op 7 oktober.
Voor het instellen van nieuwe sancties geldt, naast het vereiste van gedegen juridische
onderbouwing, ook het algemene uitgangspunt van EU-eenheid.
Kan de Minister de leden van de PVV-fractie garanderen dat het arrestatiebevel tegen
het democratisch gekozen en bevriende staatshoofd Netanyahu van het Internationaal
Strafhof niet zal worden uitgevoerd door de Nederlandse regering? Tevens vragen deze
leden welke consequenties de onlangs aangenomen resolutie door het Amerikaanse Congres
heeft op Nederlandse parlementariërs en bewindslieden die eventueel mee zullen werken
aan de daadwerkelijke uitvoering van het arrest.
5. Antwoord van het kabinet
Nederland is op basis van het Statuut van Rome en de Uitvoeringswet Internationaal
Strafhof verplicht om een verzoek tot aanhouding en overlevering in behandeling te
nemen. Handelen op de arrestatiebevelen zal pas aan de orde zijn als de persoon zich
begeeft op Nederlands grondgebied en Nederland een dergelijk verzoek heeft ontvangen
tot aanhouding en overlevering. Dat is geregeld in het Statuut van Rome. Op dit moment
heeft Nederland nog niet een dergelijk verzoek ontvangen, en kan ook niet op de uitkomst
van een dergelijke behandeling vooruit lopen. Dat geldt eveneens voor de vraag wanneer
deze verplichting eventueel zou botsen met andere internationaalrechtelijke verplichtingen.
Op het moment dat dit zou spelen wordt een afweging gemaakt rekening houdend met de
omstandigheden van het geval.
Voor de Illegitimate Court Counteraction Act geldt dat vooralsnog enkel het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden met dit wetsvoorstel
heeft ingestemd. Naar verwachting zal stemming in de Senaat op korte termijn plaatsvinden.
In geval van aanname is het vervolgens aan de Trump-regering om binnen 60 dagen de
sanctielijst vast te stellen. Het is ook mogelijk dat sancties op basis van een Executive Order worden ingesteld. Gezien de nauwe banden met de VS, het belang van de Trans-Atlantische
relatie en het bondgenootschap met de VS op het gebied van veiligheid is het niet
de verwachting dat parlementariërs of bewindspersonen onderworpen zullen worden aan
sancties. Nederland staat in nauw contact met relevante partijen over mogelijke sancties
en bespreekt zorgen hierover.
De aan het woord zijnde leden willen graag weten of de Nederlandse Speciaal Gezant
voor Syrië zich ook gaat inzetten voor de terugkeer van Syrische vluchtelingen die
nog in Nederland verblijven.
6. Antwoord van het kabinet
Zoals ook benoemd in mijn brief van 5 januari jl. (Kamerstuk 32 623, nr. 332) heeft de Speciaal Gezant voor Syrië op 2 en 4 januari een bezoek gebracht aan Damascus.
Tijdens dit bezoek is onder andere gesproken over humanitaire hulp, de ondersteuning
van Syrische vluchtelingen in de omringende landen en de noodzaak van het creëren
van voorwaarden in Syrië voor het mogelijk maken van duurzame terugkeer van vluchtelingen.
Op dit moment geldt voor Syrië een besluit- en vertrekmoratorium voor de duur van
zes maanden. Met het instellen van een besluitmoratorium kunnen asielaanvragen tijdelijk
worden aangehouden totdat meer duidelijk is over de gevolgen van de machtswisseling.
Het Kabinet blijft de situatie tussentijds nauwlettend volgen en zet zich in voor
het ondersteunen van vrijwillige terugkeer van Syriërs naar hun land van herkomst.
De leden van de PVV-fractie maken zich ernstige zorgen over de uitspraken van de CEO
van Meta, Mark Zuckerberg, die een toename ziet van Europese wet- en regelgeving op
het gebied van censuur. Zij vragen de Minister of hij deze vrees deelt en of hij zich
sterk wil maken tijdens de Raad Algemene Zaken voor de vrijheid van meningsuiting,
en zich uit wil spreken tegen het voornemen van de Europese Commissie om censuur verder
te institutionaliseren in de EU.
7. Antwoord van het kabinet
Nee, de Minister deelt dat standpunt niet. Ook de Digitale dienstenverordening (DSA)
stelt de vrijheid van meningsuiting voorop en verplicht niet tot het verwijderen van
legale inhoud. Wel bevat de DSA een aantal zorgvuldigheidsverplichtingen waar big
tech-platformen aan moeten voldoen om bepaalde systeemrisico’s, zoals de verspreiding
van illegale inhoud of desinformatie die democratische processen kan beïnvloeden of
het publieke debat kan verstoren, tegen te gaan. Het kabinet steunt de Europese Commissie
in het toezicht op de DSA jegens deze big tech-platformen en volgt de lopende onderzoeken
in dit verband.
Tot slot vragen de leden van de PVV-fractie waarom de vragen over de artikel 7-procedure
tegen Hongarije, gesteld tijdens het schriftelijk overleg over de Raad Algemene Zaken
van 19 november jl., niet inhoudelijk zijn beantwoord. Kan de inhoudelijke beantwoording
van deze onbeantwoorde vragen meegenomen worden in de beantwoording van dit schriftelijk
overleg?
8. Antwoord van het kabinet
In het schriftelijk overleg over de Raad Algemene Zaken van 19 november jl. (Kamerstuk
21 501-02, nr. 2977) zijn antwoorden opgenomen over de vragen over de artikel 7-procedure tegen Hongarije
die toen stonden geagendeerd. Daarnaast is verwezen naar de mogelijkheid om in een
commissiedebat over rechtsstatelijke ontwikkelingen nadere vragen daarover te beantwoorden.
Dit commissiedebat, dat nog moet plaatsvinden, biedt een goede gelegenheid om de eventuele
verdere vragen nader te beantwoorden.
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben kennis genomen van de geannoteerde
agenda Raad Algemene Zaken van 28 januari 2025 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 1109). Zij hebben hier nog enige vragen en opmerkingen bij.
Tijdens de Raad zal onder andere gesproken worden over energiezekerheid en -onafhankelijkheid.
De Nederlandse afhankelijkheid van lng uit de Verenigde Staten is de afgelopen jaren
sterk toegenomen. De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie maken zich zorgen over deze
afhankelijkheid gezien de onvoorspelbaarheid ten opzichte van de EU van de aanstaande
Amerikaanse president. Bovendien is het Amerikaanse gas verantwoordelijk voor 66 procent
van de totale Nederlandse broeikasgasuitstoot die met gaswinning en -transport gepaard
gaat. Erkent de Minister dat het op lange termijn onwenselijk is om deze afhankelijk
te behouden? Ziet de Minister ook het geopolitieke belang van meer inzetten op energieopwekking
op zee en energiebesparing, bijvoorbeeld door grootschalige isolatie in Nederland?
Wat zijn de opties voor differentiatie?
9. Antwoord van het kabinet
Het is de verwachting dat het onderwerp energiezekerheid en -onafhankelijkheid enkel
door het Pools voorzitterschap wordt benoemd als een van haar prioriteiten. Het onderwerp
wordt niet inhoudelijk besproken tijdens de Raad.
Het kabinet zet zich in om de klimaatdoelstellingen voor 2050 te halen door onder
andere te focussen op energie- en gasbesparing en het versnellen van de energietransitie.
Dit omvat een afbouw van het gebruik van fossiele energiebronnen, wat bijdraagt aan
reductie van de milieu-impact. Het kabinet erkent dat de afhankelijkheid van LNG de
afgelopen jaren is toegenomen en dat dit op de lange termijn onwenselijk is, gezien
de geopolitieke onzekerheden en de milieu-impact. Daarom zet het kabinet in op het
verbeteren van de Nederlandse energieonafhankelijkheid en het verminderen van risicovolle
strategische afhankelijkheden voor het Nederlandse energiesysteem. Dit vergroot de
leveringszekerheid en verkleint de impact van onvoorspelbare marktprijzen en geopolitieke
spanningen.1
Op welke manier kan hier in Europees verband samen worden opgetrokken? Is de Minister
bereid dit op te werpen bij zijn ambtsgenoten tijdens de Raad?
10. Antwoord van het kabinet
Zoals ook in het antwoord op vraag 1 aangegeven, wordt dit onderwerp niet besproken
tijdens de Raad. Het maakt slechts deel uit van een presentatie van prioriteiten van
het Pools voorzitterschap. Op Europees niveau zijn de afgelopen jaren acties in gang
gezet om risicovolle strategische afhankelijkheden te verminderen, vooral in de context
van de energiecrisis. Nederland werkt binnen de EU mee aan het Europese streven naar
energiezekerheid. Dit streven heeft, in reactie op de Russische inval in Oekraïne,
een impuls gekregen met het REPowerEU-pakket dat tijdens de energiecrisis tot stand
is gebracht. Daarnaast zijn tijdens de energiecrisis maatregelen genomen om gasopslag
en gezamenlijke inkoop te bevorderen en zijn aanvullende afspraken gemaakt over onderlinge
Europese solidariteit voor het vergroten van de leveringszekerheid. De Minister van
Klimaat en Groene Groei werkt in Europees verband samen met andere lidstaten om deze
doelstellingen en afspraken na te komen.
Tijdens de Raad zal ook gesproken worden over het landenhoofdstuk van de rechtsstaatsdialoog
van Hongarije. De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie achten het van belang dat er
uitgebreid wordt stilgestaan bij de slechte staat van de rechtsstaat in Hongarije.
De Europese Commissie heeft Hongarije voor de rechter gedaagd voor de omstreden en
door het Kremlin geïnspireerde «foreign agents law». Deze leden vinden het van belang
dat deze wet van tafel gaat, met name met het oog op eerlijke verkiezingen in Hongarije
in 2026 en het effect dat dit met zich meebrengt voor landen met soortgelijke wetten.
Is de regering bereid zich uit te spreken in de zaak bij het Hof van Justitie van
de EU over deze wet? Zo nee, waarom niet?
11. Antwoord van het kabinet
Het kabinet heeft zorgen over de inperking van de ruimte van het maatschappelijk middenveld
in Hongarije, mede als gevolg van de invoering van een Soevereiniteitswet in december
2023. De Europese Commissie is om die reden een inbreukprocedure gestart en heeft
deze zaak in oktober 2024 bij het Hof van Justitie aanhangig gemaakt.2 Het kabinet zal voor 17 februari a.s. aan het Hof van Justitie een eventuele deelname
moeten doorgeven en beraadt zich momenteel op de opportuniteit van deelname aan deze
Hofzaak. Het kabinet beoordeelt elke Hofzaak altijd op zijn eigen merites. Ook trekt
Nederland altijd zoveel mogelijk samen met gelijkgezinde lidstaten op en zet het kabinet
zich actief in om een dergelijke samenwerking tot stand te brengen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken
ter voorbereiding op de Raad Algemene Zaken van 28 januari 2025. Zij wensen in dit
kader enkele specifieke aandachtspunten te benadrukken en vragen hierover nadere toelichting
van het kabinet.
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de prioriteiten van het Pools
EU-voorzitterschap, met bijzondere aandacht voor de vier centrale uitdagingen: Europese
veiligheid, migratie, klimaatverandering en concurrentievermogen van de EU. Met betrekking
tot de steun aan Oekraïne onder het Pools EU-voorzitterschap zijn de leden positief
over het voornemen om de militaire, economische en politieke steun te maximaliseren.
Tegelijkertijd zijn zij benieuwd naar de uitvoerbaarheid van het voorstel om winsten
uit geïmmobiliseerde activa van de Russische centrale bank in te zetten voor de wederopbouw
van Oekraïne. Welke juridische en praktische uitdagingen ziet de regering bij deze
inzet, en hoe denkt zij deze te overkomen? Bovendien vragen zij of de regering bereid
is zich in te zetten voor verdere sancties tegen Rusland, in lijn met het Poolse beleid.
12. Antwoord van het kabinet
Ten aanzien van het inzetten van de winsten uit bevroren activa van de Russische Centrale-banktegoeden
stemde het Europees Parlement in oktober in met een buitengewone lening van maximaal
EUR 35 miljard aan Oekraïne, waarbij de toekomstige inkomsten uit bevroren Russische
activa aan Oekraïne ter beschikking worden gesteld voor het terugbetalen van de lening
en rentebetalingen. Dit betreft opvolging van het G7 politiek akkoord om voor eind
2024 ongeveer EUR 45 miljard aan leningen aan Oekraïne te realiseren. Deze leningen
kunnen onder andere worden ingezet voor de wederopbouw van Oekraïne.
Conform de moties Boswijk c.s.; Krul c.s., Dobbe c.s. en Brekelmans c.s.3 zet het kabinet zich ook met ambitie in voor het in EU- en G7-verband onderzoeken
van mogelijkheden voor het nemen van aanvullende maatregelen op basis van de Russische
Centrale-banktegoeden. Op 20 december jl. heeft de Commissie van Advies voor Volkenrechtelijke
Vraagstukken (CAVV) haar advies «Confiscatie van eigendommen van vreemde staten»4 gepubliceerd over de (on)rechtmatigheid van confiscatie van vreemde staatseigendommen
onder het internationaal recht. Een kabinetsappreciatie zal uw kamer binnen de wettelijke
termijn toekomen. Er is binnen de EU en G7 geen overeenstemming over de rechtmatigheid
van het confisqueren, in tegenstelling tot immobiliseren, van Russische Centrale-Banktegoeden
als tegenmaatregel. Ook bestaan er zorgen over de mogelijke risico’s van confiscatie
voor de internationale rol van de Euro als reservevaluta en de stabiliteit van de
financiële markt. Aanvullende maatregelen kunnen alleen worden genomen in EU-verband,
temeer omdat tegoeden van de Russische Centrale Bank zich niet in Nederland bevinden.
Nederland blijft in internationaal verband en in bilaterale contacten in gesprek met
partners over de mogelijkheden en risico’s.
Het kabinet spant zich voortdurend in voor het opvoeren van de sanctiedruk tegen de
Russische Federatie, met als prioriteiten onder meer de aanpak van de schaduwvloot,
het ondermijnen van het Russische verdienvermogen op mondiale energie- en grondstoffenmarkten,
het raken van het Russische militair-industrieel complex en het bestrijden van sanctie-omzeiling.
Het kabinet staat hierover in nauw contact met het Poolse voorzitterschap.
De leden delen de ambitie van het Pools EU-voorzitterschap om de integratie van kandidaat-lidstaten
te bevorderen, met name Oekraïne, Moldavië en de Westelijke Balkan – vanzelfsprekend
op merites gebaseerd. Op het gebied van economie, rechtsstaat en acquis moeten deze
landen hun huiswerk op orde hebben. Zij constateren echter dat deze processen gepaard
gaan met complexe hervormingsagenda's, zoals op het gebied van goed bestuur en de
rechtsstaat. Kan de Minister aangeven hoe hij de balans ziet tussen het aanmoedigen
van integratie en het strikt vasthouden aan de Kopenhagen-criteria? Hoe wil de regering
voorkomen dat toetredingstrajecten versneld worden zonder de noodzakelijke hervormingen
te waarborgen en deelt hij de opvatting van de leden van de VVD fractie dat dit de
Europese Unie als geheel alleen maar zou verzwakken?
13. Antwoord van het kabinet
Het kabinet staat zeer kritisch tegenover verdere uitbreiding van de EU en houdt streng
vast aan de eisen voor EU-lidmaatschap, inclusief de Kopenhagen-criteria. Hervormingen
op het gebied van goed bestuur, transparantie en de rechtsstaat zijn belangrijk. Het
Oekraïneplan, Groeiplan voor de Westelijke Balkan en het voorstel voor een Groeiplan
voor Moldavië koppelen uitbetaling van middelen aan het doorvoeren van hervormingen,
mede op het gebied van de rechtsstaat. Het kabinet verwelkomt deze nadrukkelijke koppeling
en het principe van conditionaliteit. Daarnaast bieden het Groeiplan voor de Westelijke
Balkan en het voorgestelde Groeiplan voor Moldavië mogelijkheden voor geleidelijke
integratie in de EU. Het associatieakkoord met Oekraïne biedt ook ruimte voor geleidelijke
integratie. Het kabinet vindt dat geleidelijke integratie overwogen kan worden indien
sprake is van meerwaarde voor de Unie, de lidstaten en de kandidaat-lidstaat, en als
de integriteit van de interne markt niet wordt aangetast. Geleidelijke integratie
dient volgens het kabinet in beginsel te passen binnen de kaders van de bestaande
associatieakkoorden. Integratie in de interne markt moet volgens het kabinet altijd
voorafgegaan worden door implementatie en handhaving van alle relevante onderdelen
van het EU-acquis, en moet gepaard gaan met hervormingen en respect voor de rechtsstaat.
Wat betreft de rechtsstaat in Hongarije constateren deze leden dat de recente maatregelen
van de Europese Commissie, zoals het definitief bevriezen van 1,04 miljard euro aan
Europese tegoeden, een duidelijk signaal afgeven. Zij steunen deze aanpak, maar vragen
of de regering van mening is dat de bestaande sancties voldoende effectief zijn in
het afdwingen van hervormingen. Is de regering bereid om verdergaande maatregelen
te ondersteunen als Hongarije blijft falen in het nakomen van de aanbevelingen, zoals
het verbeteren van transparantie en corruptiebestrijding?
14. Antwoord van het kabinet
Het kabinet vindt het van groot belang dat de lidstaten de Uniewaarden, zoals vastgelegd
in artikel 2 VEU, respecteren. De breedte en de ernst van de rechtsstaatproblematiek
in Hongarije vragen om een effectieve inzet van het volledige rechtsstaatinstrumentarium.
De EU heeft inmiddels meerdere instrumenten tot zijn beschikking om rechtsstatelijke
problemen in de Unie te adresseren.5 Het EU-rechtsstaatinstrumentarium is de afgelopen jaren ontwikkeld en versterkt.
Zo kunnen financiële instrumenten worden ingezet als de schendingen van de beginselen
van de rechtsstaat het financieel beheer of de bescherming van de financiële belangen
van de Unie serieus dreigen aan te tasten. Dit is eind 2022 in het geval van Hongarije
ook gebeurd wat ertoe heeft geleid dat enkele rechtsstaathervormingen zijn doorgevoerd.6
Het kabinet vindt het van belang dat de Commissie snel en effectief optreedt om terugval
van lidstaten op rechtsstatelijk vlak te voorkomen en aan te pakken en daarbij gebruik
maakt van al het beschikbare EU-rechtsstaatinstrumentarium. Ervaringen uit het verleden
met lidstaten die de rechtsstaatbeginselen hebben geschonden tonen dit aan.
Het kabinet pleit er ook voor dat het bestaande EU-rechtsstaatinstrumentarium volledig,
consequent en meer in samenhang wordt benut. Het kabinet onderzoekt, in samenwerking
met gelijkgestemde lidstaten, hoe de effectiviteit van het bestaande EU-rechtsstaatinstrumentarium
kan worden vergroot en eventueel verder kan worden ontwikkeld. Ook de nieuwe Commissie
heeft als prioriteit aangemerkt om het huidige rechtsstaatinstrumentarium, in het
bijzonder het financiële instrumentarium, verder te versterken.7 Bij de uitwerking van dit voornemen zal het kabinet nauw betrokken zijn.
Daarnaast vragen zij of de regering kan aangeven hoe zij de geloofwaardigheid van
de EU wil waarborgen in het licht van de aanhoudende schendingen door Hongarije.
15. Antwoord van het kabinet
Indien lidstaten de rechtsstaatbeginselen schenden is de geloofwaardigheid van de
EU erbij gebaat dat de Commissie, als hoedster van de Verdragen, snel en effectief
optreedt en zorgvuldig beoordeelt of lidstaten voldoen aan de door de Commissie gestelde
eisen, voordat bevroren middelen worden vrijgegeven of andere maatregelen worden opgeheven.
Met betrekking tot Roemenië en Slovenië zijn de leden verheugd over de geconstateerde
verbeteringen, zoals de voortgang in de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht
en de bestrijding van corruptie. Tegelijkertijd blijven zij bezorgd over structurele
problemen, zoals het gebrek aan regels voor lobbyen en de aanhoudende bedreigingen
van journalisten. Kan de regering aangeven hoe zij binnen de EU wil pleiten voor versterkte
bescherming van journalisten, vooral in landen waar intimidatie en commerciële druk
op de media blijven bestaan?
16. Antwoord van het kabinet
Het kabinet staat pal voor de bescherming van journalisten; in Nederland, maar ook
daarbuiten. Het kabinet vindt het dan ook positief dat mediavrijheid en -pluriformiteit
onderdeel is van het jaarlijkse Commissie rechtsstaatrapport. Afgelopen jaren zijn
op EU-niveau de Europese verordening mediavrijheid en de anti-strategische rechtszaken
tegen publieke participatie (SLAPPs) richtlijn vastgesteld. Met de Europese verordening
mediavrijheid heeft de Commissie handvatten gekregen om in te grijpen indien lidstaten
zich politiek inmengen in de inhoud van aanbieders van mediadiensten. Met de anti-SLAPP-richtlijn
kunnen onterechte juridische procedures tegen journalisten een halt worden toegeroepen.
Het kabinet heeft de totstandkoming en de inhoud van deze EU-regelgeving gesteund
en is op dit moment bezig met de implementatie. De anti-SLAPP richtlijn moet uiterlijk
op 7 mei 2026 zijn geïmplementeerd. De EMFA-Europese verordening mediavrijheid is
met ingang van 8 augustus 2025 van toepassing. Verder steunt het kabinet uitwisseling
van kennis en goede voorbeelden uit diverse lidstaten. In EU-verband en in de Raad
van Europa wordt PersVeilig meermaals over het voetlicht gebracht. Het kabinet is
ook voorstander van uitwisseling in Europees verband door beroepsgroepen zelf.
Tot slot zijn de leden benieuwd naar de Nederlandse positie in de discussies rondom
het nieuwe MFK en de hervorming van het landbouw- en cohesiebeleid, zoals bepleit
door het Pools voorzitterschap. Zij vragen de regering om een standpunt in te nemen
over de mogelijke gevolgen van deze hervormingen voor Nederland en de bredere EU-begroting.
Hoe kijkt de regering tegen plannen die kunnen leiden tot centralisatie van de begroting
of een striktere conditionaliteit die mogelijk disproportioneel nadelig kunnen uitpakken
voor lidstaten met een netto-betalingspositie?
17. Antwoord van het kabinet
Het kabinet werkt in het eerste kwartaal van 2025 een kabinetsinzet uit op hoofdlijnen
voor de aankomende MFK-onderhandelingen. Deze hoofdlijneninzet wordt aan uw Kamer
verzonden. Op dit moment kan nog niet vooruit worden gelopen op de invulling van de
hoofdlijneninzet.
En welke kansen ziet de regering voor het instellen van conditionaliteiten om Europese
lidstaten te houden aan de rechtsstaatbeginselen, waarmee corruptie kan worden bestreden
en rechten van minderheden worden geborgd?
18. Antwoord van het kabinet
Respect voor de rechtsstaat en fundamentele waarden door lidstaten is essentieel voor
een goed functionerende Europese Unie. Het is van belang dat ook de toekomstige EU-begroting
sterke waarborgen voor de rechtsstaat en bescherming van de financiële belangen van
de EU bevat. Het kabinet is daarom voorstander van een sterke koppeling tussen het
respecteren van de rechtsstaat en de ontvangst van middelen uit EU-begroting. Op dit
moment kan verder niet vooruit worden gelopen op de invulling van de Nederlandse inzet
voor de MFK-onderhandelingen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda van de Raad Algemene Zaken d.d. 28 januari 2025. Deze leden hebben enkele vragen
over de inzet van het kabinet gedurende deze Raad Algemene Zaken.
Ontwikkelingen ten aanzien van de rechtstaat
De leden van de NSC-fractie zijn blij te horen dat er door een aantal landen, zoals
Hongarije en Portugal, vooruitgang is geboekt ten aanzien van de aanbevelingen die
gedaan zijn in het Rechtstaatrapport door de Europese Commissie. Toch zijn er nog
veel zorgen over de aanbevelingen die niet geadresseerd zijn. Kan de Minister aangegeven
welke andere mogelijkheden, naast het voortdurend aanspreken van deze landen, de Europese
Commissie heeft om deze landen aan te sporen de resterende aanbevelingen te implementeren?
19. Antwoord van het kabinet
De constateringen en aanbevelingen van de Commissie in het rechtsstaatrapport worden
indirect gebruikt om andere (handhavende) rechtsstaatinstrumenten toe te passen. Daar
waar lidstaten de rechtsstatelijke beginselen in de EU-verdragen schenden, kan de
Commissie handhavend optreden. De Commissie kan bijvoorbeeld een inbreukprocedure
starten op het terrein van de waarden van de EU tegen een lidstaat die volgens de
Commissie zijn EU-rechtelijke verplichtingen niet nakomt. Als de schendingen van de
beginselen van de rechtsstaat het financieel beheer of de bescherming van de financiële
belangen van de Unie serieus dreigen aan te tasten, kan de MFK-rechtsstaatverordening
worden ingezet, zoals eind 2022 is gebeurd tegen Hongarije. De EU heeft inmiddels
meerdere instrumenten tot haar beschikking om rechtsstatelijke problemen in de Unie
te adresseren.8
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde
agenda. Hierover hebben de leden nog enkele vragen. Vanaf 1 januari 2025 heeft Polen
het voorzitterschap van de Europese Raad overgenomen. Overwegende dat Polen in het
programma voor haar presidentschap veiligheid en defensie heeft aangedragen als focusgebied,
hoe kijkt het kabinet naar gezamenlijke Europese financiering van defensie-uitgaven?
Zijn er volgens het kabinet aanpassingen nodig aan de huidige Europese (MFK) wet-
en regelgeving om defensie-uitgaven op Europees niveau te kunnen doen?
20. Antwoord van het kabinet
Het kabinet benadrukt dat de verslechterde veiligheidssituatie in Europa vraagt om
sterkere afschrikking en verdediging van het NAVO-bondgenootschap. Dit vergt investeringen
in defensie-capaciteiten en de defensie-industrie. Om deze investeringen te financieren
zijn nationale defensiebudgetten het belangrijkst, waarbij de NAVO-norm leidend is.
Voor additionele EU-investeringen in defensie is het van belang dat eerst de rol van
de EU en het ambitieniveau worden bepaald, een needs assessment wordt verricht dat ingaat op welke beleidsmatige acties nodig zijn en dat private
financiering wordt gestimuleerd. Daarna kan worden bezien waarvoor en in welke vorm
aanvullende EU-financiering nodig is. Het kabinet is geen voorstander van een herziening
van het huidige MFK en stelt vast dat het reeds mogelijk is om via het MFK investeringen
in defensie-industrie te doen, bijvoorbeeld in het geval van EDIP. Het kabinet is
tegen het aangaan van gemeenschappelijke schulden voor nieuwe instrumenten.
Erkent het kabinet dat er op dit moment jaarlijks EUR 75 miljard efficiënter gewerkt
kan worden als EU-lidstaten beter zouden samenwerken op het gebied van defensie en
veiligheid?
21. Antwoord van het kabinet
Het kabinet is voorstander van intensivering van de samenwerking tussen EU-lidstaten
op het gebied van defensie en veiligheid. Het gaat hierbij bijvoorbeeld over meer
gezamenlijke aanbestedingen en meer open en concurrerende toeleveringsketens van defensie-eindproducten.
Dit kan leiden tot een efficiëntieslag en daarmee gepaard gaande kostenbesparing.
Het kabinet heeft geen analyse uitgevoerd of ontvangen over de precieze hoogte van
de potentiële kostenbesparing.
Overwegende dat ook financiële stabiliteit wordt genoemd in de geannoteerde agenda
als een van de prioriteiten van het Pools voorzitterschap en dat de Nederlandse begroting
eind vorig jaar door de EU is afgekeurd, welke stappen zijn er tot op heden gezet
(en gaan er nog gezet worden) om de Nederlandse begroting ook op de middellange termijn
in lijn te brengen met de Europese begrotingsregels?
22. Antwoord van het kabinet
Nederland onderschrijft het belang van houdbare overheidsfinanciën en de naleving
en handhaving van de begrotingsregels in dat kader, zodat lidstaten met hoge tekorten
en schulden hun overheidsfinanciën weer op orde brengen. Nederland behoort tot de
landen die momenteel geen buitensporig tekort hebben onder de Europese referentiewaarden.
Het doel van het kabinet is om dat zo te houden tijdens de kabinetsperiode. In het
Hoofdlijnenakkoord is afgesproken dat het kabinet maatregelen neemt als het tekort
de 3% dreigt te overschrijden tijdens de kabinetsperiode.
De leden van de D66-fractie maken zich, net als de Europese Commissie, aanhoudend
zorgen over de ontwikkelingen van de Hongaarse rechtsstaat. Kunt u een overzicht geven
van de specifieke punten waarop het kabinet zich zorgen maakt over de Hongaarse rechtsstaat?
23. Antwoord van het kabinet
De Europese Commissie heeft in het Hongaarse landenhoofdstuk van het rechtsstaatsrapport
2024 uitvoerig beschreven welke specifieke zorgen zij heeft over de Hongaarse rechtsstaat9. Ook heeft de Europese Commissie tijdens de Raad Algemene Zaken van 19 november 2024
toegelicht welke zorgen nog steeds ten grondslag liggen aan de artikel 7-procedure.10 Het kabinet deelt deze zorgen.
De leden hebben met zorg kennisgenomen van recente onderzoeksresultaten waaruit blijkt
dat Hongarije middels YouTube-campagnes het publieke debat in zeven andere Europese
landen heeft geprobeerd te beïnvloeden. In de gevallen van Polen en Slowakije ging
het zelfs om beïnvloeding tijdens verkiezingen. Is het kabinet het met de leden van
de D66-fractie eens dat beïnvloeding van verkiezingen in andere EU-lidstaten absoluut
onacceptabel is? Is het kabinet bereid om aan te dringen op vervolgonderzoek op Europees
niveau naar deze vorm van Hongaarse inmenging in verkiezingen?
24. Antwoord van het kabinet
Beïnvloeding van verkiezingen door EU-lidstaten in andere lidstaten is onacceptabel.
Een vrij en eerlijk verloop van het verkiezingsproces is allereerst een nationale
aangelegenheid. Het is aan de lidstaten zelf om een onderzoek in te stellen, of dit
aan de Commissie te vragen. Indien er EU-regels worden geschonden, is het aan de Commissie
om, als hoedster van de Verdragen, op te treden.
Kunt u uitsluiten dat dergelijke Hongaarse beïnvloeding ook in Nederland heeft plaatsgevonden?
25. Antwoord van het kabinet
In de evaluatie van de Europees Parlementsverkiezing is uw Kamer geïnformeerd dat
er geen aanwijzingen zijn dat grootschalige verkiezingsbeïnvloeding binnen Nederland
heeft plaatsgevonden.11
De leden van de D66-fractie hebben eerder deze week ook kennisgenomen van de inval
bij de Hongaarse anti-corruptiewaakhond. Overwegende dat deze organisatie ooit is
opgericht omdat de Europese Unie beter toezicht wilde houden op hoe EU-subsidies worden
uitgegeven, welke Europese gevolgen moet deze inval volgens het kabinet hebben?
26. Antwoord van het kabinet
Het is te vroeg hier een oordeel over te geven. Als er meer informatie bekend is,
is het allereerst aan de Commissie te beoordelen of er EU-regels geschonden zijn.
Tot slot vragen de leden van de D66-fractie zich af welke stappen er tot op heden
zijn ondernomen naar aanleiding van de aangenomen motie (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2988) van Paternotte, waarin de regering wordt verzocht zich in te zetten voor een onderzoek
naar de Hongaarse spionagepraktijken en, in afwachting van de resultaten daarvan,
de veiligheidssituatie expliciet mee te wegen bij het afvaardigen van delegaties naar
Hongarije?
27. Antwoord van het kabinet
Uw Kamer wordt hierover geïnformeerd in het verslag over de Raad Algemene Zaken van
28 januari as.
Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie
De leden van de SGP-fractie danken de regering voor de ontvangen stukken en hebben
nog enige vragen en opmerkingen.
De leden van de SGP-fractie zijn verheugd dat meerdere lidstaten bij de discussie
over de Toekomst van Europa aandacht vroegen voor het minderen van regeldruk en administratieve
lasten. Hoe wil de regering dat het beste waarborgen en bereiken, en bouwt de regering
daarop coalities met gelijkgezinde landen?
28. Antwoord van het kabinet
Het kabinet vindt het verminderen van administratieve lasten en regeldruk voor burgers,
bedrijven, medeoverheden en uitvoeringsorganisaties van groot belang. Zoals uitgewerkt
in het onlangs verschenen actieprogramma «Minder Druk met Regels»12, dat door de Minister van Economische Zaken op 9 december jl. aan uw Kamer is aangeboden
zet Nederland zich hier in EU-verband actief voor in, ook samen met andere lidstaten.
Zo pleit Nederland onder andere voor het meer en beter uitvoeren van impact assessments
en voor een sterke positie van de toezichthouder die de kwaliteit bewaakt van impact
assessments. Hiermee wordt voortgebouwd op een non-paper dat is opgesteld door Nederland
en mede ondertekend door Zweden, Italië, Tsjechië en Denemarken.13
De leden van de SGP-fractie zijn benieuwd naar het gesprek over het defensiegedeelte
van het Draghi-rapport. De regering gaf eerder aan veel van de voorstellen te steunen
die fragmentatie van de Defensie-industrie tegengaan. Voorgenoemde leden vragen hoe
de regering de voorgestelde centrale EU Defensieindustrieautoriteit voorstelt? Hoe
ziet de regering dit voorstel in het licht van subsidiariteit en proportionaliteit?
29. Antwoord van het kabinet
Er is nog geen formeel voorstel voor een centrale EU Defensie-industrieautoriteit.
Zodra hier een formeel voorstel toe verschijnt van de Europese Commissie zal het kabinet
hierover via reguliere weg een standpunt delen met uw Kamer, inclusief een oordeel
over de subsidiariteit en proportionaliteit.
Hoe weegt de regering het «bij voorkeur Europees aankopen» op het gebied van defensie
af tegen andere wensen zoals snelheid, hoeveelheid, kosten en de kwalitatieve eisen?
Is de regering het met voorgenoemde leden eens dat de voorkeursregel voor kopen uit
EU-landen in plaats van externe landen eerder politiek commitment dan wetgeving moet
worden?
30. Antwoord van het kabinet
Het Ministerie van Defensie heeft ervoor gekozen het oude mantra «beste product voor
de beste prijs» los te laten, en laat de factor tijd en herkomst van het product –
bij voorkeur Europees of Nederlands – zwaarder meewegen. Dit draagt ook bij aan de
ambitie van meer standaardisatie en interoperabiliteit van systemen en materieel in
Europa. De keuzes zullen case-by-case beoordeeld worden op basis van de meest urgente kritieke capabilities die Defensie nodig heeft. Er ligt momenteel geen voorstel waarin nationale overheden
via wetgeving een voorkeursprincipe voor aanschaf uit EU-landen wordt opgelegd. Indien
dit wordt voorgesteld zal Nederland via de reguliere weg een standpunt delen met uw
Kamer.
De leden van de SGP-fractie danken de regering voor de landenhoofdstukken uit het
rechtstaatrapport. Voorgenoemde leden vragen voor de discussie met de Roemeense overheid
welke steun aan de Roemeense overheid geleverd kan worden voor de stagnerende voortgang
inzake mediaonafhankelijkheid, publieke consultaties over wetgeving en lobbyregels?
31. Antwoord van het kabinet
Nederland ondersteunt het Roemeense maatschappelijk middenveld dat zich inzet voor
het versterken van de rechtsstaat, waaronder mediavrijheid, zowel financieel als politiek
via de ambassade in Boekarest. Ook wordt de benodigde voortgang ter versterking van
de rechtsstaat geregeld opgebracht in bilaterale contacten met de Roemeense autoriteiten.
De leden van de SGP-fractie zijn benieuwd naar het interinstitutioneel orgaan voor
Ethiek en Integriteit dat nog geoperationaliseerd moet worden. Welke voorkeuren heeft
de regering daarbij en kan ze die uiteenzetten? Zo vragen voorgenoemde leden zich
af of dit orgaan vooral adviserend of regulerend moet worden? Ook vragen de voorgenoemde
leden welke bevoegdheden het orgaan moet krijgen als het op basis van loyale samenwerking
gaat werken volgens de BNC-fiche?
32. Antwoord van het kabinet
In mei 2024 sloten de EU-instellingen een interinstitutioneel akkoord voor de oprichting
van het interinstitutioneel orgaan voor ethiek (Ethics Body)14. Het orgaan heeft de taak om ethische minimumstandaarden op te stellen en een collectieve
organisatiecultuur op het gebied van ethiek, integriteit en transparantie te bevorderen.
Momenteel vinden er technische gesprekken plaats over de inrichting en werkwijze van
het orgaan. Het kabinet ziet meerwaarde in het opstellen van ethische minimumstandaarden.
De partijen hebben afgesproken de gemeenschappelijke minimumnormen in hun interne
regels tot uitdrukking te laten komen en passende maatregelen te nemen om de uitvoering
van het akkoord te waarborgen. Onafhankelijke deskundigen kunnen juridisch niet-bindend
advies vaststellen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
De leden van de Volt-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de onderhavige
stukken voor het schriftelijk overleg over de Raad Algemene Zaken van 28 januari 2025.
De leden hebben daarover nog enkele vragen.
De leden van de Volt-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het werkprogramma
van het Poolse voorzitterschap. Kan het kabinet hier een appreciatie van geven?
33. Antwoord van het kabinet
Het thema van het Poolse EU-voorzitterschap is Security Europe. Veiligheid, weerbaarheid en stabiliteit zijn hierbij de prioriteiten. Tegelijkertijd
vraagt Polen ook extra aandacht voor versterkt Europees concurrentievermogen, energiezekerheid
en -onafhankelijkheid, voedselzekerheid, medische onafhankelijkheid en financiële
stabiliteit. Het kabinet hecht veel waarde aan deze onderwerpen. Het kabinet zal tijdens
het Poolse voorzitterschap ook vragen om voldoende aandacht voor de Nederlandse prioriteiten,
zoals migratie, landbouw, het Meerjarig Financieel Kader en de rechtsstaat.
Kan de Minister, nu het Poolse voorzitterschap begonnen is, reflecteren op de afgelopen
6 maanden onder het Hongaars voorzitterschap?
34. Antwoord van het kabinet
De start van het Hongaars voorzitterschap werd negatief beïnvloed door het bezoek
van Minister-President Orbán aan Moskou van begin juli jl., waarop door de voorzitter
van de Europese Raad, de Europese Commissie en door de individuele lidstaten, zoals
Nederland, adequaat en afkeurend is gereageerd. Het Hongaars voorzitterschap heeft
haar rol vanuit Brussel overwegend constructief en neutraal ingevuld.
De leden van Volt zijn verheugd te lezen dat defensie en veiligheid prioriteiten zijn
van het Pools voorzitterschap. Vanwege de benodigde hoge defensie-uitgaven wil Polen
de discussie starten omtrent nieuwe financiële instrumenten voor defensie. Kan de
Minister ingaan op het gebruik van Eurobonds als financieel instrument om de Europese
defensie-industrie op te schalen, aangezien de EU volgens Agnieszka Bartol nieuwe
financieringsmogelijkheden voor defensie moet verkennen buiten de gemeenschappelijke
begroting om? Kan de Minister 3 voordelen van het gebruik van Eurobonds voor Europese
defensie-uitgaven schetsen? Zo niet, waarom niet? Welke andere alternatieve financiële
instrumenten ziet de Minister om de defensie-uitgaven binnen de EU te verhogen en
om de Europese defensie-industrie op te schalen?
35. Antwoord van het kabinet
Het kabinet is geen voorstander van het aangaan van gemeenschappelijke schulden voor
nieuwe Europese instrumenten. Voor additionele EU-investeringen in defensie is het
van belang dat eerst de rol van de EU en het ambitieniveau worden bepaald, een needs assessment wordt verricht dat ingaat op welke beleidsmatige acties nodig zijn en private financiering
wordt gestimuleerd. Daarna kan pas worden bezien waarvoor en in welke vorm aanvullende
EU-financiering nodig is.
Is de Minister hiernaast bereid zich gedurende het Poolse voorzitterschap in te zetten
voor het creëren van data-ambassades binnen de EU, gezien het Poolse voorzitterschap
zich ook richt op digitale veiligheid?
36. Antwoord van het kabinet
Uw Kamer heeft op 26 november jl. een motie van de leden Koekkoek en Van der Burg
(Kamerstuk 36 600 V, nr. 50) aangenomen die het kabinet oproept mogelijkheden te onderzoeken om een data-ambassade
te creëren voor Nederland conform Estse voorbeeld. Nederland zal conform de oproep
in deze motie in gesprek gaan met collega’s in Estland om te onderzoeken welke mogelijkheden
er zijn om een soortgelijke data-ambassade te creëren voor Nederland.
Het Poolse voorzitterschap zal zich inzetten voor meer steun aan Oekraïne, onder andere
door het gebruik van bevroren Russische tegoeden en het uitbreiden van de sanctiepakketten
tegen Rusland. Het is bekend dat sommige EU-landen, zoals Hongarije en Slowakije,
zich hiertegen verzetten. Op welke manier denkt de Minister dat het Pools voorzitterschap
om zal gaan met dit soort dwarsliggers?
37. Antwoord van het kabinet
De steun vanuit de EU blijft voor Oekraïne van existentieel belang, evenals het opvoeren
van de druk op Rusland om de agressieoorlog te beëindigen. Het kabinet blijft het
belang van EU-eenheid ten aanzien van de steun voor Oekraïne onderstrepen en blijft
zich inzetten om die eenheid iedere keer weer te bewerkstelligen. Dit doet het kabinet
gelukkig niet alleen, maar samen met vele andere EU-lidstaten. Ook het Pools voorzitterschap
zal zich hier voor inspannen. Zie overigens ook antwoord 12.
Welke extra maatregelen denkt de Minister dat het Poolse voorzitterschap zal nemen
om ons als EU extra in te kunnen zetten voor Oekraïne en een vrede die gunstig is
voor Oekraïne?
38. Antwoord van het kabinet
Donald Tusk sprak zich in het najaar 2024 uit om een leidende rol te willen spelen
bij vredesbesprekingen. Ook president Duda onderstreepte recentelijk in het gesprek
met Zelensky de wens om aan tafel te zitten als er met Moskou wordt gesproken. Polen
benadrukt het principe nothing about Ukraine, without Ukraine in elk internationaal forum. Een principe waar het kabinet volledig achterstaat.
Het Pools voorzitterschap stelt in haar programma te willen werken aan het verzekeren
van consistente steun voor Oekraïne om te werken naar een duurzame en rechtvaardige
vrede. Hierbij benoemt Polen onder meer het belang van stabiele militaire steun, sancties
tegen Rusland en Belarus, energiesteun en financiële steun voor Oekraïne.
De brede en voortgezette EU-steun is van belang om Oekraïne goed te positioneren.
Zowel militair via de Europese Vredesfaciliteit en de militaire bijstandsmissie van
de Europese Unie ter ondersteuning van Oekraïne, als ook niet-militair in de vorm
van financiële steun, humanitaire steun en steun voor kritiek herstel en wederopbouw.
Daarnaast is de verwachting dat Polen zich tijdens dit voorzitterschap samen met EU
lidstaten zal inspannen voor veiligheidsgaranties voor Oekraïne, zodat afschrikking
richting Rusland ook op de lange termijn wordt gecreëerd.
De leden van de Volt-fractie zijn benieuwd naar de hervormingen die het Poolse voorzitterschap
zal nastreven. Wat verwacht de Minister van de toekomstige EU-hervormingen die langs
de vier lijnen van waarden, beleid, begroting en bestuur zullen worden voorgesteld?
39. Antwoord van het kabinet
De komende tijd zullen de Commissie en lidstaten in kaart brengen welke hervormingen
op het gebied van waarden, beleid, begroting en bestuur wenselijk of nodig zijn om
nieuwe lidstaten goed te kunnen absorberen. Het Poolse voorzitterschap heeft aangegeven
zich met name te willen richten op mogelijke hervormingen op het gebied van beleid.
Daarnaast kijken lidstaten uit naar de door de Commissie aangekondigde pre-uitbreiding
beleidsevaluaties, die in het voorjaar van 2025 worden verwacht. Uw Kamer wordt hierover
via de reguliere weg geïnformeerd.
Welke EU-hervormingen zijn volgens de Minister noodzakelijk om in te voeren voordat
er sprake kan zijn van nieuwe EU-uitbreiding? Hoe is de Minister van plan zich voor
deze hervormingen in te zetten?
40. Antwoord van het kabinet
Toetreding van nieuwe lidstaten moet bijdragen aan vrede, veiligheid, welvaart en
stabiliteit op het Europese continent. Daarbij hecht het kabinet waarde aan versterking
en bescherming van de rechtsstaat, het waarborgen van de integriteit en interne veiligheid
van de interne markt, en het toekomstbestendig maken van de EU-begroting via modernisering
en hervormingen. Deze inzet zal de komende tijd verder worden uitgewerkt. Toetreding
van nieuwe lidstaten tot de EU gebeurt op basis van merites.
Hoe staat de Minister tegenover het openen van de onderhandelingshoofdstukken met
Oekraïne en Moldavië?
41. Antwoord van het kabinet
Voor beide landen geldt dat wanneer de Commissie het voorstel zal doen om Cluster
1 (het zogenoemde Fundamentals-cluster) te openen, het kabinet hier met een kritisch-constructieve grondhouding
naar zal kijken, mits Oekraïne en Moldavië aan de voorwaarden voldoen en er overeenstemming
wordt bereikt in de Raad over het vaststellen van gepaste benchmarks.
De leden van de Volt-fractie hebben kennisgenomen van de vierde van de zeven pijlers
van het Poolse voorzitterschap: veiligheid en vrijheid van het bedrijfsleven verzekeren.
Kan de Minister een budgettaire schatting geven van de schade veroorzaakt door uitdagingen
gerelateerd aan technologische veranderingen, energie- en klimaattransitie en geopolitieke
spanningen en wat voor maatregelen denkt de Minister dat het Pools voorzitterschap
zal voorstellen om deze uitdagingen tegen te gaan?
42. Antwoord van het kabinet
Het kabinet kan de gevraagde budgettaire schatting niet geven. Het Poolse voorzitterschap
zet zich binnen deze pijler in op versterking van de interne markt, verbetering van
toegang tot privaat kapitaal voor bedrijven, vermindering van regeldruk en het herstellen
van eerlijke concurrentie voor de mondiale positie van Europese industrie.
De leden van de Volt-fractie hebben kennisgenomen van een onderzoek van SW Research
dat 33,4% van de Polen zich tijdens de Poolse presidentsverkiezingen in mei zou laten
beïnvloeden door de steun van Elon Musk en 11,2% zou stemmen op degene die hij steunt.
Hoe kan de EU volgens de Minister voorkomen dat Elon Musk op 18 mei de presidentsverkiezingen
in Polen beïnvloedt, zoals hij ook probeert in Duitsland en het VK?
Hoe kan bovendien worden voorkomen dat bij de nieuwe rondes van de presidentsverkiezingen
in Roemenië Rusland niet in staat is deze verkiezingen via TikTok opnieuw te beïnvloeden
met desinformatiecampagnes?
43. Antwoord van het kabinet
Big tech platformen hebben verschillende verplichtingen onder de Digitaledienstenverordening
(DSA) bedoeld om de verspreiding van desinformatie, die democratische processen beïnvloeden
of het publieke debat verstoren, tegen te gaan. Ook hebben deze platformen een verantwoordelijkheid
voor het waarborgen van een gelijk speelveld online ten aanzien van politieke gelijkheid.
Het kabinet steunt de Europese Commissie in het toezicht houden op de DSA en volgt
de lopende onderzoeken naar de big tech platformen.
Het versterken van de inzet op het tegengaan van buitenlandse inmenging is een van
de prioriteiten van de nieuwe Commissie, bijvoorbeeld via het in ontwikkeling zijnde European Democracy Shield. Nederland zal zich blijven inzetten voor Europese samenwerking omtrent verkiezingsintegriteit
en het tegengaan van buitenlandse inmenging.
Tot slot lezen de leden van de Volt-fractie dat de discussies over het nieuwe MFK
zullen worden opgestart tijdens het Pools voorzitterschap. Kan de Minister de contouren
schetsen van de Nederlandse inzet voor het nieuwe MFK? Is de vereenvoudiging van de
aanvraagprocedures voor EU-subsidies voor innovatieve mkb onderdeel van de Nederlandse
inzet tijdens de MFK-onderhandelingen? Zo niet, waarom niet? Wat ziet de Minister
in het voorstel om in het nieuwe MFK een fonds op te richten om als lidstaten betalingen
te krijgen vanuit de EU als tegenprestatie voor hervormingen?
44. Antwoord van het kabinet
Het kabinet werkt in het eerste kwartaal van 2025 een kabinetsinzet op hoofdlijnen
uit voor de aankomende MFK-onderhandelingen. Deze hoofdlijneninzet wordt aan uw Kamer
verzonden. Op dit moment kan nog niet vooruit worden gelopen op de invulling van de
hoofdlijneninzet.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.A.M. van der Plas, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken -
Mede ondertekenaar
E. Hoedemaker, adjunct-griffier