Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over financiering van het mkb
32 637 Bedrijfslevenbeleid
Nr. 655 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 11 november 2024
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen voorgelegd
aan de Minister van Economische Zaken en over financiering van het mkb.
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 11 november 2024. Vragen en
antwoorden, voorzien van een inleiding, zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Michon-Derkzen
Adjunct-griffier van de commissie, Teske
Inleiding
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de vaste commissie voor Economische
Zaken over financiering aan het mkb (kenmerk: 2024D33855; ingezonden: 18 september 2024). Een deel van de vragen, vragen 4, 5, 6, 8, 11, 16
t/m 30 en 46 liggen primair op het terrein van de Minister van Financiën. De beantwoording
van de vragen is daarom mede namens de Minister van Financiën gegeven.
De Minister van Economische Zaken, D.S. Beljaarts
Vragen en antwoorden
1
Waarom kunnen kredietunies (met meer specifieke branchekennis) wel financieringen
doen tot 1 miljoen euro terwijl banken dit minder doen?
Antwoord
Er zijn verschillende kredietunies, regionaal of branchegericht. Een kredietunie kenmerkt
zich door dat ondernemers in een branche of regio geld inleggen om andere ondernemers
in diezelfde branche respectievelijk regio te kunnen financieren. De betrokkenen ondernemers
zetten hun middelen, contacten, kennis en ervaring in om collega-ondernemers in de
eigen regio of branche vooruit te helpen. Daardoor heeft een kredietunie kennis in
huis over branche/regio en de financieringsexpertise georganiseerd. Kredietunies hebben
daardoor lage kosten voor het beoordelen en verstrekken van een krediet.
2
Hoe kijkt u aan tegen het kredietpaspoort van het Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf
(IMK) waarmee ondernemers zelf met een kredietwaardigheidsrapport bij banken aan kunnen
kloppen?
Antwoord
Informatie-asymmetrie is een aandachtspunt in de mkb financieringsmarkt. Het is belangrijk
dat ondernemer en financier goed geïnformeerd en op gelijke voet met elkaar in gesprek
kunnen over ondernemings- en financieringsplannen. Het kredietpaspoort van het Instituut
voor het Midden- en Kleinbedrijf (IMK) is een privaat initiatief waar mkb’ers gebruik
van kunnen maken om hun kredietscore in te schatten volgens een gestandaardiseerd
kredietbeoordelingssysteem. Dit kan ondernemers die op zoek zijn naar externe financiering
helpen hun eigen kredietwaardigheid te beoordelen. Ik moedig dergelijke private initiatieven
daarom aan. Ook in het rapport van de Gezant MKB-Financiering is aandacht voor het
beter beschikbaar stellen van informatie voor financiers. Een reactie op het rapport
van de gezant stuur ik in november naar de Kamer.
3
Hoe kan het dat het bedrijfsleven ervaart dat banken weinig zicht hebben op de kredietwaardigheid
van het bedrijfsleven?
Antwoord
Banken hebben juist goed zicht op de kredietwaardigheid van bedrijven. Ze beschikken
over professionele kredietscoringsmodellen, uitgebreide bankrekeningdata om deze modellen
mee te voeden en expertise gericht op het kredietverleningsproces. Dit kredietverleningsproces
maakt immers onderdeel uit van het businessmodel van een bank. Bij kredietverlening
zal echter iedere financier -bank of anderszins- een afweging maken tussen risico
en rendement.
4
Hoe kijkt u naar het feit dat banken enorm veel regels en eisen ervaren waaraan zij
moeten voldoen bij het verstrekken van een financiering?
Antwoord
Voor het verstrekken van financieringen zijn regels opgesteld. Prudentiële regels
hebben als primaire doel het borgen van stabiliteit van financiële instellingen en
het financiële systeem. Deze regels zorgen ervoor dat iedereen veilig gebruik kan
maken van de diensten van banken. Ook maken deze regels het financiële systeem robuust.
Het maakt banken weerbaarder, zodat zij ook in economisch mindere tijden hun kritieke
maatschappelijke functies, zoals financiering aan het bedrijfsleven, kunnen blijven
uitoefenen en zij niet gered hoeven te worden met publiek geld.
5
Zijn banken helemaal vrij om zelf hun aanbod te bepalen, aangezien uit gesprekken
met banken blijkt dat zij weinig rendement maken op financieringen tot 100 duizend euro?
Antwoord
Ja, die contractsvrijheid heeft een bank.
6
Hoe kijkt u aan tegen het speelveld van banken op de financieringsmarkt, is er voldoende
concurrentie?
Antwoord
Ik vind het belangrijk dat er voldoende concurrentie is op de financieringsmarkt en
heb hier aandacht voor. Voldoende concurrentie zorgt ervoor dat er geen excessieve
winstmarges worden behaald op individuele producten en diensten en ondersteunt op
die manier optimaal de behoeften van huishoudens en bedrijven. Onderzoek van De Nederlandsche
Bank (DNB) laat zien dat de financieringsmarkt voor bedrijven wordt gekenmerkt door
een dominante positie van de drie Nederlandse grootbanken, te weten ING, Rabobank
en ABN AMRO.1 Het Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) Bedrijfsfinanciering, dat recent aan
de Tweede Kamer is gestuurd, beschrijft dat het aandeel van buitenlandse banken in
de totale kredietverstrekking aan het bedrijfsleven de afgelopen jaren wel is gegroeid
(19% in 2023 t.o.v. 12% in 2014).2 Bovendien kunnen banken in toenemende mate ook concurrentiedruk ondervinden vanuit
non-bancaire financiële instellingen die alternatieve financieringsvormen aanbieden.
Hierbij kan gedacht worden aan de uitgifte van aandelen of obligaties door het grootbedrijf,
en financieringsoplossingen zoals lease, factoring, private equity, durfkapitaal,
direct lending en crowdfunding voor het mkb.
Het is niet eenvoudig om eenduidige conclusies te trekken over de mate van concurrentie
in de Nederlandse financieringsmarkt. Winstmarges op individuele producten en diensten
zijn bedrijfsvertrouwelijk en vaak lastig vergelijkbaar. De hoge concentratie (c.q.
de dominante positie van de grootbanken) is niet per definitie een signaal van onvoldoende
concurrentie. Wel concludeert het IBO Bedrijfsfinanciering dat een te grote afhankelijkheid
van een beperkt aantal banken kan leiden tot suboptimale uitkomsten voor bedrijven,
bijvoorbeeld hogere rentes op bancaire leningen.
Om voldoende concurrentie te kunnen faciliteren vind ik het van belang om in te blijven
zetten op een goed vestigingsklimaat. Nieuwe toetreders, zoals non-bancaire financiers,
kunnen de concurrentiedynamiek op de Nederlandse financieringsmarkt vergroten. Daarnaast
wordt op internationaal niveau gesproken over een Europese kapitaalmarktunie, wat
kan bijdragen aan kapitaalmarkten die opener en toegankelijker zijn en daarmee concurrentie
tussen aanbieders van financieringsoplossingen kan bevorderen.
7
Welke mogelijkheden ziet u voor het verbinden, verbeteren en aanvullen van de midden-
en kleinbedrijfsfinanciering (mkb financiering) tot 1 miljoen euro?
Antwoord
Het IBO Bedrijfsfinanciering constateert een knelpunt in de mkb-financieringsmarkt
tot 1 miljoen euro en stelt een aantal beleidsopties vast die deze knelpunten kunnen
verlichten. Ook het recent door de Gezant MKB-Financiering aangedragen rapport doet
aanbevelingen ter verbetering van de financiering voor deze financieringen. In november
volgt een reactie op zowel het IBO als de aanbevelingen van de Gezant.
Daarnaast zet ik in op voorlichting van de financieringsmogelijkheden via de Financieringsgids
die dit jaar operationeel zal zijn bij de KVK. Via het reguliere financieringsinstrumentarium
worden de financieringsmogelijkheden verbeterd zoals via garantieregelingen, Qredits,
het Dutch Alternative Credit Instrument (DACI). De ontwikkeling van de non-bancaire
financieringsmarkt is ook belangrijk zodat ondernemers meer financieringsmogelijkheden
hebben, daarom ondersteun ik de Stichting MKB Financiering (SMF) financieel.
Tot slot wordt, conform moties Romke De Jong c.s. (Kamerstuk 32 637, nr. 580) en v/d Graaf – Stoffer (Kamerstuk 36 410 XIII, nr. 63), onderzoek gedaan naar een achtergesteld leningenfonds voor het mkb en een durfkapitaalregeling
voor het mkb. De onderzoeksresultaten worden eind dit jaar verwacht en zullen uiterlijk
in het eerste kwartaal van 2025 met de Kamer worden gedeeld.
8
Welke financiële wet- en regelgeving belemmert of beperkt de mkb-financiering tot
1 miljoen euro?
Antwoord
Wet- en regelgeving kan effect hebben op bedrijfsfinanciering. De impact hiervan is
niet gemakkelijk te duiden omdat het moeilijk is om te onderscheiden welke kosten
direct voortvloeien uit de regelgeving en welke kosten behoren tot het reguliere risicomanagement
van een bank of andere kredietverlener.
Er is geen aanleiding om te veronderstellen dat de kapitaaleisen voor banken leiden
tot afnemende kredietverlening. Dit blijkt uit het recent gepubliceerde IBO Bedrijfsfinanciering,
waarin staat dat uit economische literatuur blijkt dat er momenteel geen indicatie
is dat kapitaaleisen hebben geleid tot afnemende kredietverlening en dat dit beeld
werd bevestigd in de gevoerde gesprekken. De kapitaaleisen voor banken komen voort
uit internationale afspraken («de Bazel-standaarden») over de hoeveelheid kapitaal
en liquiditeit die banken moeten aanhouden om deze banken en het bancaire systeem
weerbaar te houden en overheidsingrijpen te voorkomen. Bancaire activiteiten gaan
immers inherent gepaard met risico’s, onder andere op het gebied van liquiditeit,
krediet en rente. Deze kapitaalvereisten beïnvloeden de hoeveelheid geld die banken
beschikbaar hebben voor leningen en de kosten daarvan, maar zijn in Europese wetgeving
voor MKB-leningen al met 24% verlaagd t.o.v. de internationale standaarden.
Uit de regelgeving voor banken volgen ook vereisten inzake adequaat risicobeheer.
Ter invulling daarvan heeft de Europese Bankenautoriteit richtsnoeren opgesteld over
het verstrekken en monitoren van leningen. Deze richtsnoeren geven onder meer richting
aan het proces van de beoordeling van de financiële positie en kredietwaardigheid
van bedrijven. Om dit te doen, moeten banken gedetailleerde en actuele financiële
informatie van hun klanten verzamelen en regelmatig bijwerken. Dit betekent dat bedrijven
vaak extra documenten moeten aanleveren, boven op de documenten die banken al vroegen
voor hun reguliere risicobeheer. Hoewel ook de impact hiervan op bedrijfsfinanciering
niet goed kan worden vastgesteld, geldt in het bijzonder voor het (kleinere) mkb dat
het aanleveren van deze informatie tijdrovend kan zijn.
Tot slot wordt vanuit de bankensector aangegeven dat de verplichtingen die volgen
uit de anti-witwasregelgeving impact hebben. Anti-witwasregelgeving is cruciaal voor
het voorkomen van witwaspraktijken en andere soorten crimineel misbruik van het financieel
systeem. Uit het IBO Bedrijfsfinanciering zijn geen concrete bewijzen voortgekomen
dat de anti-witwasregelgeving daadwerkelijk impact heeft op mkb financiering. Wel
krijgt het kabinet signalen dat een opeenstapeling van verplichtingen die volgen uit
de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) een groeiende
kostenpost is en mogelijk effect heeft op toegang tot mkb financiering. Hier kom ik
verder op terug in de reactie op het IBO Bedrijfsfinanciering dat in november aan
uw Kamer zal worden aangeboden.
9
Waarom is er in Nederland weinig durfkapitaal beschikbaar en hoe kan dat worden gestimuleerd?
Antwoord
Uit het IBO bedrijfsfinanciering blijkt dat de financieringsmarkt en het huidige financieringsinstrumentarium
op hoofdlijnen goed functioneert, dat geldt ook voor durfkapitaal. De meta-evaluatie
die recent met uw Kamer is gedeeld3 schetst een vergelijkbaar beeld, en signaleert met name uitdagingen in de zeer vroege
fase voor scale-ups en grote tickets. Beperkte beschikbaarheid van durfkapitaal komt
voornamelijk doordat private kapitaalverstrekkers doorgaans risico-avers zijn en daarmee
beperkt investeren in risicovolle bedrijven. Om de beschikbaarheid van voldoende durfkapitaal
in de vroege fase te borgen heeft de overheid financieringsinstrumenten opgezet zoals
de Seed Capital regeling en Vroege Fase Financiering voor startups, die de toegang
tot financiering voor startende en snelgroeiende tech-bedrijven verbeteren. Daarnaast
investeert het kabinet via Invest-NL en Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s)
in innovatieve bedrijven. Zij hebben een aanzienlijk investeringsvermogen, dat voor
een groot deel wordt ingezet voor de scale-up fase. Daarnaast heeft het kabinet € 900 miljoen
aan additionele middelen voor Invest-NL vrijgemaakt waarmee de slagkracht van de instelling
wordt vergroot en wat bijdraagt aan investeringen in onder andere de doorgroei van
startups naar scale-ups. Met fondsen zoals het Deep Tech Fonds, het in 2020 opgerichte
Dutch Future fund en fonds-in-fonds initiatieven zoals het Dutch Venture Initiative
en deelname aan het European Tech Champions Initiative (ETCI) verbetert het kabinet
de beschikbaarheid van investeringsfondsen voor startups en scale-ups.
10
Hoe kunnen banken weer meer bijdragen aan het financieren van het mkb?
Antwoord
Ten eerste dragen banken hier direct aan bij door het verstrekken van financiering.
Banken zijn de grootste financier van het mkb.
Daarnaast zijn de banken medeondertekenaars van het nationaal convenant MKB-financiering.
Op de aanbevelingen uit het rapport van de gezant Menno Snel kom ik terug in de kabinetsreactie
op het IBO bedrijfsfinanciering die in november naar de Kamer verstuurd zal worden.
11
Welke mogelijkheden biedt de kapitaalmarktunie voor de verbetering van de financiering
van het mkb? Welke plannen zijn er in het kader van de kapitaalmarktunie die de financiering
voor het mkb daadwerkelijk kunnen verbeteren?
Antwoord
Diepe, toegankelijke en geïntegreerde Europese kapitaalmarkten dragen bij aan een
betere beschikbaarheid van financiering. Acties voor betere financiering van het mkb
zijn met name gericht op het faciliteren van eigenvermogenfinanciering (equity). In
de EU blijft dit soort financiering achter en vindt financiering met name via bancaire
leningen plaats. Betere toegang tot durfkapitaal en een beursnotering bieden mkb-ondernemers,
in het bijzonder innovatieve start- en scale-ups, meer groeimogelijkheden.
Binnen de ontwikkeling van de kapitaalmarktunie zijn reeds belangrijke stappen gezet
ten behoeve van het mkb. Zo wordt met de recent aangenomen Europese Listing Act beoogd
de administratieve lasten voor beursnoteringen te verminderen. Hiervan profiteert
onder meer het mkb door vereenvoudiging en daarmee betere toegang tot de kapitaalmarkten.
12
Wat doen andere landen in het kader van de financiering van het mkb beter en wat kunnen
we van hen leren?
Antwoord
In recente onderzoeken van PWC4 en Oliver Wyman5 is naar mkb financieringsbeleid in een aantal buurlanden gekeken. Uit die analyses
kwam naar voren dat de Borgstelling MKB-kredieten (BMKB) mogelijk geoptimaliseerd
kan worden door de provisie te verlagen, vergelijkbaar met bijvoorbeeld garantieproducten
in Polen en België. Ook kan worden overwogen om garanties op portefeuilles te verstrekken
in plaats van op individuele leningen. Zo zijn vergelijkbare producten in het Verenigd
Koninkrijk ingericht. Daarnaast zou een eventuele opvolger van het Dutch Alternative
Finance Instrument (DACI), wat non-bancaire financiers helpt in het aantrekken van
funding, nog beter aan kunnen sluiten bij de markt. De Britse British Businness Bank
heeft hier met het ENABLE Funding-programma ervaring mee. In november ontvangt uw
Kamer de kabinetsreactie op het IBO bedrijfsfinanciering, waarin ik hier op inga.
13
Wanneer komt de kabinetsreactie op het rapport van de gezant mkb-financiering?
Antwoord
In november, tegelijk met de kabinetsreactie op het IBO bedrijfsfinanciering.
14
Hoe kunt u bijdragen aan concretisering van de aanbevelingen in het rapport?
Antwoord
Om de aanbevelingen van het rapport te concretiseren en op te volgen heb ik de aanstelling
van de Gezant MKB-Financiering verlengd tot het zomerreces van 2025. De aanbevelingen
van de Gezant zal ik per kabinetsreactie in november appreciëren en zal ik aangeven
hoe deze worden opgevolgd.
15
Hoe kan het doorverwijzen van banken naar andere (combinaties van) financieringsmogelijkheden
worden gestimuleerd?
Antwoord
Binnen de Gedragscode Klein Zakelijke Financiering van de Nederlandse Vereniging van
Banken (NVB) is afgesproken dat banken informatie beschikbaar stellen voor klanten
van wie de bank de financieringsaanvraag helemaal of deels afwijst. De manier waarop
en naar welke partijen banken klanten doorverwijzen verschilt per bank. Jaarlijks
vindt er, in opdracht van de NVB, monitoring plaats of de gedragscode wordt gehanteerd.
Daarnaast wordt op dit moment gewerkt aan de FinancieringsGids. Belangrijk bij de
doorverwijzing naar andere financieringsmogelijkheden, door banken maar ook door andere
financiers, is dat de doorverwijssystematiek overzichtelijk en transparant is voor
de ondernemer. Er moet geen «kastje naar de muur» dynamiek of willekeur ontstaan.
De FinancieringsGids is niet alleen een centraal oriëntatiepunt voor de ondernemer, met hands-on financieringsadvies
indien nodig, maar ook een betrouwbaar referentiepunt voor de financier om naar te
verwijzen vanuit het oogpunt van klantbelang. Duidelijke afspraken over wanneer en
hoe wordt doorverwezen -bij uiteenlopende maturiteit van ondernemingsplannen- zijn
daarbij ook cruciaal om te zorgen dat de FinancieringsGids mensen en middelen optimaal
kan aanwenden. Tot slot moeten deze afspraken worden vastgelegd en gemonitord.
16
Bent u bekend met een lijst die gehanteerd wordt door banken waarop de Standaard Bedrijfsindeling
(SBI) voor bedrijven staat, waar op basis van deze SBI-code negatief door een bank
besloten kan worden tot het overgaan van het openen van een account?
Antwoord
De NVB geeft desgevraagd aan dat er geen algemene lijst met SBI-codes bestaat waar
banken standaard negatief over besluiten. Iedere bank bepaalt haar eigen individuele
risicobereidheid.
17
Als u bekend bent met deze lijst (zie vraag 16), kunt u dan de meest actuele lijst
die gehanteerd wordt met de Kamer delen?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 16.
18
Ziet u ook dat op basis van een SBI-code nooit een besluit genomen kan en mag worden
voor het wel of niet overgaan tot het openen van een account?
Antwoord
De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) biedt geen
basis voor het generiek weigeren van dienstverlening op basis van SBI-codes. Op grond
van de Wwft moeten banken individueel cliëntonderzoek uitvoeren en indien zij bij
een specifieke client witwasrisico’s vaststellen moeten zij mitigerende maatregelen
treffen die passen bij de risico’s van de specifieke client.
19
Bent u op de hoogte dat banken ondernemers die ook over de grens ondernemen en daar
contant geld ontvangen het advies krijgen om dan in bijvoorbeeld Duitsland een rekening
te openen?
20
Ziet u ook in dat dit onnodige kosten en regeldruk voor die ondernemers veroorzaakt
en dat wij letterlijk het geld het land uitsturen?
Antwoord vragen 19 en 20
Ik ben bekend met het gegeven dat sommige ondernemers uit sectoren met een hoog risico
op witwassen en relatief hoge contante geldstromen belemmeringen ervaren met de toegang
tot het betalingsverkeer. Contante geldstromen hebben twee kanten: aan de ene kant
is contant geld een wettig betaalmiddel en dient de toegankelijkheid van contant geld
gewaarborgd te worden. Aan de andere kant kan de samenleving haar ogen niet sluiten
voor het gegeven dat er hoge witwasrisico’s kleven aan contant geld. Dit blijkt niet
alleen uit de praktijk van de opsporingsinstanties, maar ook uit verschillende studies.6 Er zal daarom een balans getroffen moeten worden tussen aan de ene kant het effectief
mitigeren van de witwasrisico’s en aan de andere kant de toegang van bonafide burgers
tot contant geld waarborgen.
Om deze balans te waarborgen, is het Ministerie van Financiën al geruime tijd in gesprek
met verschillende sectoren die belemmeringen ervaren tot het betalingsverkeer, de
NVB en De Nederlandsche Bank. Deze gesprekken hebben geleid tot verschillende acties
waarover gerapporteerd is aan uw Kamer.7 Met deze acties wordt beoogd banken handvatten te bieden bij een meer risicogebaseerde
aanpak bij de uitvoering van de verplichtingen ten aanzien van de aanpak van witwassen.
De NVB zal de uitkomsten op termijn evalueren.
21
Bent u bekend met de regel gehanteerd door banken dat als een ondernemer meer dan
20% van zijn jaaromzet nog ontvangt in contant geld deze ondernemer niet aanmerking
kan komen van een financiering?
Antwoord
Ik ben niet bekend met deze regel. De NVB heeft desgevraagd aangegeven deze regel
niet te herkennen.
22
Bent u op de hoogte dat ondernemers om deze reden uit moeten wijken naar alternatieve
financieringsmogelijkheden die dan duurder uit pakken?
Antwoord
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 21 ben ik niet bekend met deze regel. Wel
stimuleer ik de toegang tot non-bancaire financiering middels het Dutch Alternative
Credit Instrument (DACI) en werk ik aan verdere professionalisering en transparantie
van de non-bancaire markt via een subsidie aan de Stichting MKB Financiering (SMF).
Daarnaast heeft een deel van de non-bancaire financiers toegang tot de BMKB.
23
Ziet u ook dat dit een ongelijk speelveld creëert voor ondernemers die wel onder die
20% uitkomen?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 21.
24
Bent u bekend met het te lage aantal Geldmaten en de problematiek van veilig en tijdig
afstorten, omdat deze automaten vaak buiten werking zijn? Ziet u ook dat dit het langer
vasthouden van ontvangen contant geld in de hand werkt, omdat men geen veilige, werkende
geldmaat kan vinden?
Antwoord
Het kabinet vindt het belangrijk dat er een goede toegang tot contant geld is. Daarom
wordt er momenteel gewerkt aan de Wet chartaal betalingsverkeer, waarin, onder andere,
eisen worden opgenomen over de beschikbaarheid en bereikbaarheid van afstortautomaten.
Tot die tijd gelden de afspraken uit het Convenant Contant Geld8. Geldmaat heeft de beschikbaarheidsnormen uit het Convenant Contant geld in het voorjaar
niet altijd gehaald. Dit had te maken met een storingsgevoelig component in een van
hun typen geldautomaten. Geldmaat heeft, conform de afspraken in het convenant, een
verbeterplan opgeleverd en diverse maatregelen getroffen om dit probleem op te lossen.
DNB heeft regelmatig gesprekken met Geldmaat over de voortgang van verbetering en
houdt de voortgang nauwlettend in de gaten.
Eind januari heeft de Minister van Financiën een concept van de Wet chartaal betalingsverkeer
openbaar geconsulteerd.9 Momenteel ligt het wetsvoorstel aan de Raad van State voor ter advies. De verwachting
is dat aan het einde van dit kalenderjaar het wetsvoorstel aan de Tweede Kamer kan
worden aangeboden.
In het wetsvoorstel worden grote banken (de huidige aandeelhouders van Geldmaat) wettelijk
verplicht om beschikbaarheidseisen te halen. Bij overtreding kan DNB bijvoorbeeld
een boete of een dwangsom opleggen. Totdat de wet in werking treedt blijft het convenant
gelden, en blijft het ministerie de partijen aansporen om zich aan die afspraken te
houden.
25
Bent u op de hoogte dat er actief door banken wordt gebeld en zeer indringend wordt
gevraagd om af te stappen van het ontvangen van contant geld?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 30.
26
Ziet u ook dat dit ontmoedigingsbeleid haaks staat op de aankomende Wet voor acceptatieplicht
van contant geld?
Antwoord
In de beantwoording op vragen 19 en 20 is de noodzaak toegelicht om aan de ene kant
effectief de witwasrisico’s die contant geld met zich meebrengt te mitigeren en aan
de andere kant de toegang van bonafide burgers tot contant geld te waarborgen. Ook
is toegelicht welke acties in dit kader worden ondernomen.
Het wetsvoorstel chartaal betalingsverkeer stelt regels ten behoeve van de goede werking
van het chartale betalingsverkeer, om de maatschappelijke functies en publieke belangen
van contant geld te borgen. Op grond van het voorstel worden grote banken verplicht
om een landelijk dekkende basisinfrastructuur van geldautomaten te verzorgen, zoals
ze via hun gezamenlijke onderneming Geldmaat al doen. Ook worden banken verplicht
om hun betaalrekeninghouders toegang te bieden tot de chartale basisinfrastructuur,
tegen maximumtarieven (voor particulieren gratis).10 Daarbij moet eerst en vooral gedacht worden aan het opnemen en storten van contant
geld.
Ter voorkoming van interferentie met het Europese voorstel Contant geld als wettig
betaalmiddel11 bevat het voorstel voor de Wet chartaal betalingsverkeer geen maatregelen over de
acceptatie van contant geld.12 Wel ligt momenteel via een amendement van de Tweede Kamer een voorstel tot acceptatieplicht
voor ter behandeling in de Eerste Kamer.13
27
Bent u op de hoogte dat er door banken vragenlijsten worden verstuurd en afgevuurd
op ondernemers om hen te controleren?
28
Bent u op de hoogte dat deze vragenlijsten niet zijn vastgesteld en dat men dus willekeurig
vragen kan stellen en dat deze de randen opzoeken van wat een bank mag vragen?
29
Bent u op de hoogte dat als men deze vragenlijsten heeft beantwoord dit binnen een
maand zich weer kan herhalen?
30
Ziet u ook dat dit onnodige kosten en regeldruk voor de ondernemer met zich meebrengt
en dat dit een verlammende werking heeft op de ondernemer?
Antwoord vragen 25, 27, 28, 29 en 30
Ik ben bekend met signalen dat ondernemers lasten ervaren van de uitvoering van verplichtingen
in het kader van de aanpak van witwassen door banken. Banken moeten op grond van de
Wwft clientonderzoek doen naar hun cliënten, om te voorkomen dat criminelen het financiële
stelsel misbruiken om geld wit te wassen. Dit onderzoek moet risicogebaseerd gebeuren.
Dat betekent dat een bank moet inschatten hoe hoog het risico op witwassen en terrorismefinanciering
is bij een bepaalde client. Brengt een client een hoog risico met zich mee, dan dienen
er maatregelen getroffen te worden om de risico’s te mitigeren (bijvoorbeeld: vragen
naar de herkomst van het geld). Bij een client met een laag risico kan met een minder
indringend onderzoek worden volstaan.
In 2022 heeft DNB het rapport «Van herstel naar balans»14 uitgebracht. DNB concludeert hierin dat banken meer risicogebaseerd kunnen werken
dan dat zij nu doen. Naar aanleiding van dit rapport heeft DNB samen met de bancaire
sector stevig ingezet op het verbeteren van de risicogebaseerde aanpak van banken
bij de naleving van de Wwft. Dit heeft inmiddels tot verschillende concrete handvatten
geleid die banken kunnen gebruiken bij het meer risicogebaseerd uitvoeren van hun
verplichtingen.15 De werking van deze handvatten zal worden geëvalueerd door de NVB. Daarnaast heeft
DNB recent de «Q&As en Good Practices Wwft»16 uitgebracht. Ook hierin is meer aandacht besteed aan manieren waarop instellingen
invulling kunnen geven aan de risicogebaseerde aanpak door praktische uitleg en voorbeelden
te geven over de toepassing van verplichtingen. Hierin is ook expliciet aandacht voor
wat te doen bij klanten met een laag risico, zodat instellingen de focus leggen op
de klanten waar de risico’s het hoogst zijn. Ik blijf in overleg met de DNB over de
verbetering van de risicogebaseerde aanpak.
31
Kunt u een appreciatie geven van de rapportage van de gezant mkb-financiering Menno
Snel, «Aanbevelingen ter verbetering van de mkb-financiering tot 1 mln»?
Antwoord
Zie antwoorden 7, 13 en 14.
32
Waarom is ervoor gekozen om de financieringshub bij de Kamer van Koophandel (KvK)
onder te brengen?
Antwoord
Om ondernemers goed te kunnen helpen is het belangrijk dat zij op een goed vindbare,
betrouwbare, onafhankelijke en transparante wijze van informatie en hulp kunnen worden
voorzien bij hun vragen over financiering (conform verzoek motie Inge van Dijk c.s.17). Deze uitvoerende organisatie moet voldoende robuust en veilig zijn (onder meer
vanuit het oogpunt van dataprotectie) en op afstand staan van de overheid. Op basis
van deze voorwaarden heb ik op advies van de Gezant MKB-Financiering én na consultatie
van de sector de FinancieringsGids bij KVK ondergebracht. De FinancieringsGids (voorheen
financieringshub) past binnen de wettelijke taak van de Kamer van Koophandel, die
bovendien een ZBO is, waarmee voldoende afstand van de overheid wordt bewaard. Ook
staat de KVK dicht bij de lokale ondernemer, zoals via de Ondernemerspleinen en de
KVK Financieringsdesk.
33
Zijn er alternatieven overwogen naast onderbrengen bij de KvK en zo ja, welke?
Antwoord
Een van de acties van het Convenant MKB-Financiering betrof een verkenning naar welke
geschikte organisaties er zijn waar de FinancieringsGids het beste ondergebracht zou
kunnen worden. Eén die voldoet aan de in de voorgaande vraag benoemde randvoorwaarden
die de sector belangrijk acht om ondernemers middels de FinancieringsGids goed te
kunnen helpen. Het gezantschap heeft uit deze verkenning geen andere onafhankelijke
organisatie in beeld gekregen die geschikt zou zijn om de FinancieringsGids te ontwikkelen
en uit te voeren.
34
Kunt u aangeven waar specifiek de expertise van de KvK op het gebied van mkb-financiering
ligt? Hoe wordt deze expertise geborgd binnen de nieuwe financieringshub?
Antwoord
Het bij de KvK onderbrengen van de FinanceringsGids past binnen de wettelijke taken
die de KVK thans al heeft met betrekking tot onafhankelijke voorlichting en advies
aan ondernemers. De KVK informeert en adviseert ondernemers over diverse inhoudelijke
aan financiering gerelateerde onderwerpen zoals het opstellen van ondernemersplannen
en beschikbare subsidies. Dat gebeurt veelal integraal via onder andere de Financieringsdesk
en de bedrijfsfinancieringsgids. De voorlichting over mkb financiering en, in het
kader daarvan, inzicht geven in de aanbieders (op 1e-lijnsniveau) van verschillende
financieringsvormen sluit goed aan bij de deze eerstelijns voorlichtingsactiviteiten
van de KVK.
35
Klopt het dat de financieringshub alleen een rol krijgt in het doorverwijzen van ondernemers
en het bieden van informatie? Is dat voldoende om de knelpunten om te lossen?
Antwoord
In het recente IBO Bedrijfsfinanciering en het rapport van de Gezant MKB-Financiering
is beschreven dat kleinere bedrijven minder toegang hebben tot financiering. Om ondernemers
bij die toegang te ondersteunen bestaan al verschillende instrumenten, zoals Qredits,
DACI en de BMKB. Additioneel ontwikkelt het Kabinet de FinancieringsGids met als doel
dat mkb’ers aanbieders van financiering beter kunnen vinden en daardoor betere toegang
krijgen tot financiering. Er zijn verschillende publieke en private partijen die de
ondernemer tegen betaling of onbetaald op een betrouwbare en transparante wijze kunnen
ondersteunen om de juiste financiers en het juiste financieringsproduct te vinden.
Deze partijen zijn niet altijd goed vindbaar voor de ondernemer. Ook daarvoor biedt
de FinancieringsGids een oplossing. In het kader van de FinancieringsGids ontwikkelt
de KvK eveneens aldus een tool die ondernemers eenvoudig en snel kan helpen om bij
de onderneming en haar financieringsbehoefte passende financiering te identificeren
alsmede om betrouwbare partijen te vinden die hen daarover op een transparante wijze
kunnen adviseren. Ook kunnen ondernemers die ondersteuning zoeken bij hun vraag over
financiering KvK adviseurs spreken. Nadat de FinancieringsGids operationeel is geworden,
zal ik, samen met de KVK, in gesprek blijven met ondernemers en de sector om de FinancieringsGids
waar nodig te blijven verbeteren en nog beter bij de behoeften van ondernemers te
laten aansluiten.
36
Welke lessen heeft u getrokken uit het model van de British Business Bank en in hoeverre
komen deze terug in de opzet van de financieringshub?
Antwoord
De British Business Bank (BBB) één van de inspiratiebronnen geweest voor de FinancieringsGids.
De BBB is een plek waar ondernemers veel praktische informatie over financiering kunnen
vinden. Tevens ziet de BBB toe op afspraken met Britse banken om bij afwijzing door
te verwijzen naar alternatieve platforms. In de lijn met wat de BBB in Groot-Brittannië
doet, heeft de FinancieringsGids als ambitie om de ondernemer een compleet beeld te
geven van het Nederlandse mkb financieringslandschap. Daarnaast worden afspraken gemaakt
met financiers om ondernemers op de Financieringsgids te wijzen. De banken hebben
zich overigens in de Gedragscode Kleinzakelijk Financieren reeds verplicht om ondernemers
die zij niet kunnen financieren te wijzen op alternatieve financieringsvormen. Ten
slotte hecht ik er veel waarde aan dat de FinancieringsGids, net zoals de BBB, een
voor ondernemers betrouwbaar platform is. Om deze reden zal de Financieringsgids voorlichting
bieden over partijen die voldoen aan bestaande gedragscodes en de daarbij behorende
keurmerken.
37
Herinnert u zich de uitspraken van de voormalige Minister van EZK dat het belangrijk
is om de financieringshub door te ontwikkelen naar hét platform voor ondernemers met
voldoende expertise en brede betrokkenheid van stakeholders en financiers? Hoe is
dit geborgd in de nieuwe financieringshub?
Antwoord
De FinancieringsGids heeft als doel om ondernemers een overzicht te bieden van de
verschillende financieringsvormen die er in het financieringslandschap zijn. Ondernemers
staan hierin centraal waarbij de stakeholders en financiers een belangrijke rol vervullen.
Met de sector maken we, in samenwerking met de gezant MKB-financiering, dan ook afspraken
over doorverwijzingen van financiers naar de FinancieringsGids. Tevens ben ik doorlopend
met de stakeholders van de FinancieringsGids in overleg en zullen zij een rol in de
(door-) ontwikkeling van de FinancieringsGids blijven hebben. Ik geef daarmee graag
opvolging aan de samenwerking voortkomend uit het Nationaal Convenant MKB financiering
om zo samen met onder meer de financiële sector (de Nederlandse Vereniging van Banken,
Stichting MKB Financiering, MKB-NL, Qredits, Invest-NL en Invest International) een
optimaal functionerend financieringsklimaat in Nederland te creëren. Ook zal er blijvend
ingezet worden op de benutting van de kennis en capaciteit van de sector opdat de
FinancieringsGids ondernemers optimaal kan ondersteunen in de zoektocht naar financiering.
38
Hoe ziet u de doorontwikkeling van de financieringshub na de opstart eruit? Welke
stappen zet u daartoe?
Antwoord
Dit jaar ligt de nadruk op het operationeel maken van de FinancieringsGids. Volgend
jaar wordt op de verdere ontwikkeling ingezet. Daarover blijf ik samen met de KVK
en de stakeholders in gesprek. Hierbij kijk ik naar relevante vragen die ondernemers
op het gebied van financiering hebben. Bij de verdere vormgeving van de FinancieringsGids
zullen bestaande en toekomstige onderzoeken, zoals het recente IBO Bedrijfsfinanciering,
worden betrokken en zal de informatie uit gesprekken met ondernemers en stakeholders
over hun behoeften en wensen in hoge mate leidend zijn.
39
Klopt het dat nog steeds de ambitie is om de financieringshub in 2024 operationeel
te laten zijn?
Antwoord
Ja. Op dit moment wordt er door de KVK en alle overige stakeholders hard gewerkt om
de FinancieringsGids dit jaar operationeel te laten zijn.
40
Hoeveel capaciteit en budget is er beschikbaar voor de financieringshub?
Antwoord
De ontwikkeling en start van de FinancieringsGids is opgenomen in het Regeerprogramma
(toen nog onder de werktitel Financieringshub). Voor 2024 is er € 2,5 mln. en voor
2025 is er € 4,2 mln. beschikbaar voor de doorontwikkeling en de uitvoering van de
FinancieringsGids. Er zijn nog geen structurele middelen beschikbaar voor de FinancieringsGids
in de jaren na 2025. In aanvulling op de capaciteit van de Financieringsdesk van de
KVK, zal ook de expertise van alle betrokken partners worden benut.
41
Welke stappen zet u om flankerend beleid te ontwikkelen, zoals aanvullende financiële
of fiscale regelingen die kunnen bijdragen aan het succes van de financieringshub?
Antwoord
De nadruk ligt nu op de operationalisering en het verder uitbouwen van de FinancieringsGids.
In een latere fase zal worden bezien wat er nodig is om de werking van de FinancieringsGids
verder te ondersteunen. In de kabinetsreactie op het IBO Bedrijfsfinanciering die
in november met uw Kamer zal worden gedeeld zal ik ook ingaan op de motie van Inge
van Dijk18, waarvan de strekking deels gelijkluidend is aan deze vraag.
42
Welke instrumenten heeft u tot uw beschikking om financiering voor vrouwelijke ondernemers
te bevorderen?
Antwoord
De Rijksoverheid heeft een uitgebreid instrumentarium beschikbaar om de toegang tot
financiering te vergroten voor alle bedrijven. Deze instrumenten zijn onder gelijke
voorwaarden toegankelijk voor alle ondernemers in Nederland, zonder onderscheid des
persoons. Voor het mkb worden via Qredits directe leningen verstrekt aan bedrijven
die niet bij een financier in aanmerking komen voor financiering. Ook via garanties
zoals de Borgstelling MKKB-kredieten (BMKB) wordt de toegang tot financiering vergroot
voor bedrijven met te weinig zekerheden. Daarnaast werkt het kabinet momenteel aan
de FinancieringsGids waar ondernemers informatie en ondersteuning kunnen krijgen bij
een financieringsvraag. Verder is de Rijksoverheid betrokken bij de Code-V Versnelt
vrouwelijk ondernemerschap. Code-V is een initiatief van onder andere financiële marktpartijen
met betrokkenheid van de overheid en belangenorganisaties als VNO-NCW en de Nederlandse
Vereniging van Banken om vrouwelijk ondernemerschap te stimuleren. In dit kader hebben
het Ministerie van Economische Zaken, het Ministerie van Financiën en het Ministerie
van Buitenlandse Zaken ter stimulering van dit initiatief in 2024 gezamenlijk een
eenmalige bijdrage geleverd van 55.000 euro.
43
Welke instrumenten heeft u tot uw beschikking om financiering voor migrantenondernemers
en andere vormen van inclusief ondernemerschap te bevorderen?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 42.
44
Wat doet u om start-ups en scale-ups beter te helpen en financieren? Welke instrumenten
en middelen heeft u hiervoor ter beschikking?
Antwoord
Er is een breed instrumentarium beschikbaar voor start-ups en scale-ups voor iedere
levensfase van deze bedrijven. Dit betreft onder meer de Vroege Fase Financiering,
het Innovatiekrediet, de TTT-regeling, de SEED capital regeling, de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen
(ROM’s) en voor de latere fase Invest-NL, en diverse fondsinitiatieven tussen het
Ministerie van Economische Zaken en het Europese Investeringsfonds (EIF en Invest-NL).
De innovatie regelingen hebben een jaarlijks budget van 130 miljoen euro en zijn voor
een belangrijk deel revolverend, zoals de SEED capital regeling. Het totale fondskapitaal
van alle ROM-fondsen (eigen fondsen en fondsen in uitvoering) bedraagt ruim 2 miljard euro.
Aan Invest-NL is bij oprichting 1,7 miljard euro toegekend, Aanvullend heeft het kabinet
900 miljoen euro beschikbaar gemaakt voor Invest-NL. Dit staat los van de andere fondsen
die Invest-NL in beheer heeft, zoals het Deeptech Fonds waar in 2022 250 miljoen euro
aan is gealloceerd, en het Dutch Future Fund (DFF) van 300 miljoen euro. Daarnaast
draagt Nederland met 100 miljoen euro bij aan het European Tech Champion Initiative
(ETCI), om de financiering en doorgroei van scale-ups te bevorderen.
45
Wat zijn uw plannen om te zorgen voor betere toegang tot financiering voor het mkb
dat hier problemen mee ervaart, zoals innovatieve bedrijven met een grote kapitaalbehoefte
(vanaf circa 50 miljoen euro), het brede mkb met een financieringsbehoefte tot 1 miljoen euro
en het internationaal opererend mkb?
Antwoord
De reactie van het kabinet op het IBO bedrijfsfinanciering, waarin deze twee knelpunten
worden geadresseerd, zal naar verwachting in november met uw Kamer worden gedeeld.
Voor bedrijven met een grote kapitaalbehoefte zet het kabinet in ieder geval in op
versterking van Invest-NL met 900 miljoen euro. Voor het brede mkb met een financieringsbehoefte
tot 1 miljoen euro verwijs ik naar antwoorden op vragen 7, 10, 14 en 15.
46
Hoe geeft u opvolging aan het advies van het Interdepartementaal Beleidsonderzoek
(IBO) Bedrijfsfinanciering dat aangeeft dat de Europese kapitaalmarkten te gefragmenteerd
is en aanbeveelt de ontwikkeling van de Europese kapitaalmarktunie te intensiveren?
Antwoord
Het kabinet zet zich in Europa in voor versterking van de kapitaalmarktunie, zoals
ook in het Regeerprogramma is opgenomen. Hiertoe draagt zij constructief bij aan besprekingen
in onder meer de Eurogroep. Daarnaast roept het kabinet op tot een ambitieus actieplan
van de Europese Commissie. Het kabinet zal in november zijn reactie op het IBO aan
uw Kamer doen toekomen.
47
Hoe gaan de (groot)banken precies bijdragen aan het verbeteren van de financiering
aan het mkb?
Antwoord
Banken onderschrijven de belangrijke rol van het mkb in onze economie. Daarom werk
ik samen met de banken via het convenant mkb-financiering. Samen met de Gezant MKB-Financiering
zoek ik naar mogelijkheden om de ondersteunende rol van de banken voor het mkb te
maximaliseren. Zie ook het antwoord op vraag 10.
48
Hoe komt het dat banken zeggen tot 1 miljoen wel te financieren terwijl uit het IBO-rapport
blijkt dat er bij financieringen tot 1 miljoen knelpunten zijn?
Antwoord
Het IBO Bedrijfsfinanciering identificeert knelpunten tot 1 miljoen maar laat ook
zien dat banken nog steeds een belangrijke financier zijn onder de 1 miljoen. Uit
data van de DNB blijkt dat banken nog voor meer dan 7 miljard aan financiering verstrekten
onder de 1 miljoen, door de non-bancaire sector werd voor meer dan 4 miljard aan financiering
verstrekt in dit segment.19 Het IBO laat ook zien dat financiering niet in alle gevallen passend of haalbaar
is. In sommige gevallen kan dit terecht zijn, financiers hebben een belangrijke screeningsfunctie.
Het kan ook voorkomen dat financiering niet tot stand komt door hoge transactiekosten
of doordat financieringsaanvragen niet binnen bestaande beoordelingsmodellen passen.
De afgelopen jaren wordt de non-bancaire sector steeds belangrijker voor het segment
onder 1 miljoen.
Ondertekenaars
-
, -
Eerste ondertekenaar
I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken -
Mede ondertekenaar
C.M. Teske, adjunct-griffier