Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag schriftelijk overleg over het Fiche: Herziening verordening Meerjarig Financieel Kader (MFK) 2021-2027
2023D35130 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Europese Zaken hebben enkele fracties de behoefte om
vragen en opmerkingen voor te leggen over de brief van de Minister van Buitenlandse
Zaken d.d. 25 augustus 2023 inzake BNC-fiche herziening verordening MFK 2021–2027.
De voorzitter van de commissie,
Bromet
De griffier van de commissie,
Hessing-Puts
Inhoud
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
• Inbreng van de leden van de VVD-fractie
• Inbreng van de leden van de D66-fractie
• Inbreng van de leden van de PVV-fractie
• Inbreng van de leden van de CDA-fractie
• Inbreng van de leden van de SP-fractie
II Reactie van de Minister van Buitenlandse Zaken
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het BNC-fiche herziening verordening
MFK 2021–2027. Zij hebben hierover nog enkele vragen.
Deze leden lezen dat de Europese Commissie in totaal 66 mld. euro aan extra vastleggingen
en 33 mld. euro aan leningen voorstelt voor de periode 2024–2026 ter herziening van
het MFK. Voornoemde leden zijn verbaasd over de hoogte van de beoogde bedragen. Zij
delen de kritische houding van het kabinet en onderschrijven dat de Europese Commissie
optimaal gebruik moet maken van bestaande middelen, en waar nodig ruimte moet vinden
via herprioritering en flexibilisering binnen het MFK. Deze leden zijn benieuwd of
de Minister kan duiden hoeveel ruimte er nog hiervoor binnen het huidige MFK is. Hoe
zal het kabinet invloed proberen uit te oefenen op de herprioritering van het MFK?
Daarnaast vragen de aan het woord zijnde leden of de Minister verwacht dat alle oorspronkelijk
begrootte middelen voor NextGenerationEU (NGEU) daadwerkelijk tot uitkering komen,
aangezien bijvoorbeeld Italië als grootste ontvanger een groot deel van het toegedeelde
budget nog niet heeft aangewend. Hoe groot is het kostendrukkende effect hiervan volgens
de regering op de rentebetalingen die door de Europese Commissie voorzien zijn? Op
welke manier wordt de Tweede Kamer de komende periode betrokken in de besluitvorming
over de herprioritering van het MFK?
De leden van de VVD-fractie hebben begrip voor het feit dat de Russische agressie-oorlog
in Oekraïne noopt tot financiële steun aan Oekraïne. Zij vragen wel om een nadere
duiding hoe de garanties en financiering voor dit instrument nu door de Europese Commissie
worden voorgesteld, welke verdeelsleutels hierbij van toepassing zijn en of nu alleen
de rentekostensubsidie of de gehele faciliteit onderdeel van het MFK wordt in het
voorstel.
Voornoemde leden hechten groot belang aan het nog te sluiten Asiel- en Migratiepact.
Zij lezen dat het kabinet aangeeft dat voor financiering hiervan gekeken moet worden
naar herprioritering van bestaande MFK-plafonds en bestaande instrumenten. Deze leden
menen dat het oplossen van de huidige migratieproblematiek een belangrijke prioriteit
is. Financiering van een mogelijk Asiel- en Migratiepact is van groot belang en indien
nodig moeten hiervoor wat deze leden betreft financiële middelen van andere prioriteiten
ingezet worden. Deelt de Minister deze positie? De aan het woord zijnde leden wijzen
hierbij op de motie van de leden Brekelmans en Peters over er bij de Europese Commissie
op aan dringen alle beschikbare middelen in te zetten om EU-lidstaten de Dublin-verordening
te doen naleven (Kamerstuk 32 317, nr. 794). Ook zijn deze leden benieuwd naar het krachtenveld rond herprioritering voor een
mogelijk Asiel- en Migratiepact.
De leden van de VVD-fractie zijn verbaasd te lezen dat de Europese Commissie nog geen
impact-analyse heeft uit laten voeren en de noodzaak hier ook niet van inziet. Deze
leden achten het van belang dat een voorstel voor een MFK-verhoging een goede onderbouwing
heeft. Kan de Minister zich blijven inzetten voor het laten uitvoeren van een impact-analyse?
Is het anders mogelijk zelf een analyse uit te voeren? Hoe stellen andere lidstaten
zich op ten overstaande van deze houding van de Europese Commissie?
De aan het woord zijnde leden lezen dat de Europese Commissie voorstelt om 1,9 mld. euro
voor administratieve uitgaven van de Europese Unie te reserveren. Zij zijn tevreden
dat de Minister een onderbouwing voor de 885 nieuwe fulltimeposities heeft gevraagd.
Als deze beschikbaar is, worden deze leden hier graag over geïnformeerd. Voornoemde
leden hebben zich reeds uitgesproken over de ruime salarisindexatievoorwaarden voor
EU-ambtenaren in de motie-Van Wijngaarden (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2544). Worden deze indexaties ook toegepast op de salarissen van de Eurocommissarissen
en eventuele wachtgelden? Ze zijn benieuwd naar de uitvoering van de motie en het
krachtenveld binnen de EU. Is er bij de huidige MFK-herzieningsvoorstellen al sprake
van versobering?
Inbreng van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het BNC fiche.
Zij hebben daarover nog enkele vragen.
Ten eerste lezen deze leden dat de Europese Commissie aangeeft dat de mogelijkheden
om te herprioriteren of flexibiliseren nagenoeg uitgeput zijn. Voornoemde leden vragen
of de Minister kan toelichten welke herprioriteringen wel hebben plaatsgevonden. Kan
dat schematisch in kaart worden gebracht? Voornoemde leden zijn van mening dat het
niet meer bij deze tijdsgeest past om ruim een derde van het Europees budget te besteden
aan het in stand houden van verouderde landbouwsystemen. Is de Minister bereid de
Europese Commissie te verzoeken opties in kaart te brengen op welke wijze steun voor
verouderde of inefficiënte landbouwsystemen afgebouwd kan worden als invulling van
de budgettaire doelstelling? Welke opties hiertoe heeft het kabinet zelf opgesteld
om te kunnen voorstellen richting de Europese Commissie? Is onderzocht hoeveel geld
vanuit de Common Agricultural Policy (CAP) geherprioriteerd zou kunnen worden richting
Strategic Technologies for Europe Platform (STEP)?
De leden van de D66-fractie vragen in hoeverre de steun aan Oekraïne via de Europese
Unie meetelt voor de defensie-uitgaven van EU-lidstaten die tevens lid zijn van de
NAVO, ten behoeve van de NAVO-norm. Indien dit niet het geval is, welk effect zou
het hebben als deze uitgaven wel zouden meetellen voor de NAVO-norm? Deze leden lezen
ook dat het innovatiefonds met 5 mld. euro verhoogd wordt om 17 lidstaten te helpen
die op dit moment een lager dan gemiddeld BBP hebben. Voornoemde leden begrijpen dat
de EU zo sterk is als haar zwakste lidstaten, maar willen wel voorkomen dat dit innovatiefonds
uiteindelijk voornamelijk gebruikt wordt als cohesie instrument. De aan het woord
zijnde leden vragen de Minister nader uiteen te zetten wat de specifieke doelstelling
is van het innovatiefonds en hoe de EU deze in wil gaan zetten als antwoord op de
Amerikaanse Inflation Reduction Act (IRA).
De leden van de D66-fractie constateren dat er een nieuw instrument opgesteld wordt
ten behoeve van de financieringskosten van Next Generation EU. Kan uiteengezet worden
waarom hier gekozen is voor een nieuw instrument? Was het niet logisch om deze kosten
te koppelen aan eventuele nieuwe eigen middelen, aangezien er parallel aan Next Generation
EU een routekaart is afgesproken voor nieuwe eigen middelen?
Deze leden lezen ook dat de Europese Commissie stelt 885 nieuwe medewerkers nodig
te hebben. Voornoemde leden kunnen deze wens goed begrijpen aangezien de Europese
Commissie en de Europese Unie in de afgelopen vijf jaar op een aantal beleidsterreinen
meer taken heeft gekregen, en de Europese Commissie voor de tijd al relatief klein
was voor de omvang van het werk dat de Europese Commissie doet. De aan het woord zijnde
leden zijn van mening dat er op dit moment te weinig Nederlanders werkzaam zijn bij
de Europese instellingen, en specifiek bij de Europese Commissie. Zuid- en Oost-Europeanen
daarentegen zijn oververtegenwoordigd bij de Europese instellingen. Om de effectiviteit
van de Nederlandse beïnvloeding in Brussel te verhogen, is het nuttig om meer Nederlanders
op sleutelposities in de Europese instellingen te krijgen. Zal de Nederlandse regering
pleiten voor een betere verdeelsleutel van nationaliteiten bij de Europese Commissie?
Op welke andere manieren zal de Nederlandse overheid proberen zoveel mogelijk Nederlanders
onderdeel van de 885 nieuwe Commissieambtenaren te laten zijn?
De leden van de D66-fractie constateren dat het Nederlands kabinet in eerste instantie
geen voorstander was van de tussentijdse herziening van het MFK. Hoe kijkt de Minister
hier tegen aan nu zij het voorstel van de Europese Commissie gelezen heeft en er concreet
een voorstel tot herziening op tafel ligt? In de brief valt te lezen dat er inmiddels
meerdere lidstaten zijn die aangegeven hebben de herziening wel wenselijk te vinden.
Kan de Minister uiteen zetten welke lidstaten dit zijn?
De leden van de D66-fractie lezen dat de Minister herziening waar nodig voor het Oekraïne-fonds
wel kan steunen, maar dat voor alle andere voorstellen van de Europese Commissie geld
gevonden moet worden op de al bestaande begroting. De Europese Commissie geeft aan
dat die financiële flexibiliteit er niet is. Waar zou volgens dit kabinet die financiële
ruimte gevonden moeten worden? Als er te weinig geld gevonden wordt zal de Europese
Commissie uiteindelijk keuzes moeten maken welke van de voorstellen zij wil doorvoeren.
Welke voorstellen verwacht de Minister dat dan uitgevoerd zullen worden? Wat deze
leden betreft moet op de eerste plaats de Oekraïne-reserve gerealiseerd worden en
heeft het realiseren van STEP daarna de grootste prioriteit voor Nederland. Deelt
de Minister die inschatting?
De aan het woord zijnde leden onderschrijven de doelstelling van de aangenomen motie-Van
Weyenberg/Van der Lee (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1931) dat Nederland dient te streven naar een moderne begroting waarbij eventuele wijzigingen
niet ten koste gaan van voor Nederland prioritaire beleidsterreinen, zoals het kabinet
ook benoemt in het BNC-fiche. Is de Minister het eens met deze leden dat de herziening
van het MFK zoals hier voorgesteld voldoet aan de richting die de motie uitspreekt
en wijzigingen bevat die niet ten koste gaan van voor Nederland prioritaire beleidsterreinen?
Is de Minister het tevens met de aan het woord zijnde leden eens dat het daarom niet
wenselijk zou zijn als de inzet van Nederland om meer verplichtingen binnen de kaders
van het bestaande MFK op te vangen, ertoe zou leiden dat dit ten koste gaat van voor
Nederland prioritaire beleidsterreinen en het voorstel daarmee wel tegen de aangenomen
motie-Van Weyenberg in zou gaan?
Inbreng van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het BNC fiche en hebben hierover
nog een aantal vragen.
De Minister geeft aan geen voorstander te zijn van een herziening van het MFK. Betekent
dit dan ook dat de Minister niet met een herziening zal instemmen in de Raad?
De Minister geeft aan dat de potentiële gevolgen van deze herziening voor de Nederlandse
afdracht op basis van de huidige informatie een strop van zo’n 3,2 mld. euro extra
betekent voor de Nederlandse schatkist. Gaat de Minister hiermee akkoord? Zo nee,
wat is het maximale bedrag dat het demissionaire kabinet bereid is extra te betalen
aan de EU tot 2027? Indien er extra geld door de Nederlandse belastingbetalers moet
worden opgehoest om de linkse hobby’s, zoals ontwikkelingshulp en een hoger salaris
voor eurocraten, te bekostigen, waar gaat de Minister dit dan van betalen? Bij welke
begrotingsposten in Nederland worden deze centen weggehaald?
Kan de Minister toelichten op welke wijze de 3,2 mld. euro die Nederland extra moet
betalen is berekend? Kan per lidstaat worden aangegeven hoeveel er extra afgedragen
zal worden, inclusief verdeelsleutel?
Nederland staat ook nog eens voor 1,9 mld. euro garant. Waarom zijn de rentekosten
hierin niet meegenomen en hoeveel hoger kan dit bedrag uitvallen als gevolg van de
rentekosten? Kan tevens worden aangegeven voor hoeveel euro alle andere lidstaten
garant staan?
Klopt het dat het kabinet in beginsel positief staat tegenover de uitgaven aan Oekraïne?
Hoeveel bedragen deze inmiddels en hoeveel bedraagt de Nederlandse blootstelling?
De leden van de PVV-fractie hebben met verbazing kennisgenomen van het voornemen van
de Europese Commissie om 1,7 mld. euro te begroten om onder andere Syrische vluchtelingen
op te vangen in Syrië.
Kunnen, gezien de overvolle asielzoekerscentra, de overlast en alle kosten die hiermee
gepaard gaan, niet alle asielzoekers uit Syrië in Syrië worden opgevangen? Zo nee,
waarom niet? Kan de Nederlandse belastingbetaler er van op aan dat de Nederlandse
overheid geen extra geld naar de EU overmaakt voor de opvang van migranten/asielzoekers?
De leden van de PVV-fractie constateren dat de Europese Commissie een carte blanche
heeft gevraagd om in de toekomst onvoorziene rentestijgingen te kunnen betalen. Hiervoor
moet een fonds buiten de begroting worden opgetuigd waaruit de Europese Commissie
kan gaan putten zodra de rente te veel oploopt. Dit fonds kent geen plafond/maximum.
De Minister geeft aan hier geen voorstander van te zijn en pleit voor een maximumbedrag
voor dit nieuw op te richten instrument.
Kan de Minister aangeven hoeveel aanvullende rente de Europese Commissie straks uit
dit fonds mag gaan trekken? Wat is voor de Minister aanvaardbaar?
Was de Minister niet van mening dat er geen nieuwe instrumenten buiten het MFK om
moesten worden opgetuigd? Gaat hij hier een uitzondering voor maken?
De Europese Commissie legt ook de rekening van 1,6 mld. euro aan salarisverhogingen
om de eurocraten van het inflatiespook te behoeden, neer bij de lidstaten. Wat vindt
de Minister hiervan? Kan de Minister garanderen dat er geen cent extra naar de Brusselse
zakkenvullers gaat?
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het voornemen van de Europese
Commissie om de vastleggingen voor de rest van het MFK te verhogen.
Vindt de Minister het vreemd dat als er continu hogere vastleggingen door de Europese
Commissie worden gemaakt, die uiteindelijk ook betaald moeten worden en dat dus uiteindelijk
de betalingen dienen mee stijgen, zij het met een vertraging van een aantal jaren?
De Minister spreekt in het BNC fiche over «Team Europe» dat de capaciteit moet hebben
om tegemoet te kunnen komen aan een redelijk deel van de mondiale humanitaire noden.
Wat is «Team Europe» en is Nederland daar onderdeel van?
Hoeveel euro is er volgens de Minister nodig om aan een redelijk deel van de humanitaire
noden van de wereld tegemoet te komen? Wie mag dat allemaal betalen?
Inbreng van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het voorstel van de Europese
Commissie en het bijbehorende BNC-fiche en hebben hier nog enkele vragen en opmerkingen
over.
Deze leden begrijpen dat er verschillende onvoorziene ontwikkelingen zijn waardoor
er discussie is over de herziening van het Meerjarig Financieel Kader. Desalniettemin
zouden fluctuaties en onvoorziene omstandigheden opgevangen moeten worden binnen het
huidige MFK. Een uitzondering hierop kan Oekraïne zijn, aangezien dit op geen enkele
manier voorzien had kunnen zijn tijdens de onderhandelingen. Zowel in het voorstel
als in het fiche wordt aangegeven dat de Europese Commissie aangeeft dat de mogelijkheden
om bestaande middelen te herprioriteren of flexibiliseren nagenoeg zijn uitgeput.
Voornoemde leden vragen of de Minister deze interpretatie deelt. Zijn alle mogelijkheden
uitgeput alvorens over is gegaan tot een ophoging van het MFK?
De aan het woord zijnde leden maken zich zorgen om de bedragen welke extra nodig zijn,
waarbij rentebetalingen indicatief zijn en de rentepercentages aan het stijgen zijn.
Zij vragen daarom in hoeverre de risicoschatting is gemaakt of er voldoende middelen
nu vrij worden gemaakt waarmee eventuele tegenvallers tot het einde van dit MFK opgevangen
kunnen worden. In hoeverre is het realistisch dat met deze extra investering het MFK
tot het einde van de looptijd sluitend gemaakt kan worden?
De leden van de CDA-fractie lezen in het voorstel dat er voor verschillende doeleinden
extra geld wordt voorgesteld in het MFK. Het gaat om migratie, Oekraïne, nabuurschap
en de wereld en voor de strategische technologieën ter versterking van de Europese
concurrentiekracht. Dit zijn veel uiteenlopende doelen en fondsen waardoor de indruk
wordt gewekt dat het niet om een kleine herziening gaat, maar om een herziening waar
veel wensen in zijn toegevoegd. Deze leden vragen in hoeverre er rekening is gehouden
om de ophoging zo laag als noodzakelijk te laten zijn, en in hoeverre de ophoging
nog versoberd kan worden. Graag ontvangen zij een reactie hierop.
Voornoemde leden kunnen zich over het algemeen vinden in het kabinetsstandpunt welke
blijkt uit het BNC fiche. Zij vragen in hoeverre Nederland bijval krijgt van andere
lidstaten in het enkel herzien van noodzakelijke aspecten en niet het vormen van nieuwe
fondsen. Hoe beoordelen andere lidstaten dit?
De leden van de CDA-fractie lezen dat het verwachte effect op de Nederlandse begroting
geschat wordt op ongeveer 3,1 miljard euro zonder een verdere rentestijging. Deze
leden achten dit een grote stijging, waarbij een gedeelte gebruikt zal worden om bijvoorbeeld
extra werknemers aan te nemen. Voornoemde leden vragen of er inmiddels een analyse
bezig is van noodzakelijke ophogingen door bijvoorbeeld de rente en Oekraïne, en de
ophoging welke voortkomt uit de mogelijkheid van de herziening zoals het creëren van
fondsen, aannemen van extra werknemers, en verdere subsidies voor landen voor technologische
innovaties. Is hier een overzichtelijke uitsplitsing van?
Inbreng van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben met teleurstelling kennisgenomen van het BNC-Fiche
over de voorgenomen verhoging van de Europese Meerjarenbegroting (MFK), waarin de
beoordeling van het kabinet staat over het voorstel van de Europese Commissie. Deze
leden maken zich zorgen over het gemak waarmee het kabinet meegaat in de «never waste
a good crisis»-gedachte van de Europese Commissie, die nu wordt aangewend om de bevoegdheden
en financiële ruimte van de Europese Unie uit te breiden. Dit heeft bij deze leden
geleid tot de volgende vragen en opmerkingen.
Voornoemde leden lezen in het BNC-fiche dat «Het kabinet vindt dat deze herzieningsclausule
[van de Europese begroting] met terughoudendheid gebruikt moet worden en alleen in
uitzonderlijke en onvoorziene gevallen.» Dit zijn woorden waarin de aan het woord
zijnde leden zich kunnen vinden. Zij zijn dan ook teleurgesteld dat het kabinet dit
principe nauwelijks lijkt te hanteren.
Van de 66 mld. euro voorgestelde verhoging is 50 mld. euro bedoeld voor steun aan
Oekraïne. De leden van de SP-fractie veroordelen de Russische inval in Oekraïne en
vinden dat Oekraïne onze steun verdient. Dat dit gepaard dient te gaan met het opzetten
van Europese geldstromen, zoals de Europese Commissie beweert, bestrijden deze leden.
De Europese lidstaten zijn zelf in staat om Oekraïne van steun te voorzien. De Europese
Unie zou hier eventueel een coördinerende rol in kunnen spelen. Het verhogen van de
afdracht aan de Europese Unie is echter een afkalving van de financiële zeggenschap
van lidstaten en daarmee een afkalving van democratische controle. Dat hiervoor 885
extra fte moet worden ingehuurd, is voor voornoemde leden het bewijs dat dit ook een
inefficiënte manier is om het geld uit te geven. Over deze efficiëntie schrijft de
Minister «Bovendien is het alternatief, namelijk het verstrekken van 27 individuele
bilaterale garanties, minder efficiënt en vereist het meer tijd.» Een uitleg ontbreekt.
Kan de Minister deze stelling hard maken?
Voor de leden van de SP-fractie staat vast dat de bevoegdheden en de financiële ruimte
van de Europese Unie alleen kunnen worden uitgebreid na een breed maatschappelijk.
Helaas hebben deze leden de afgelopen jaren moeten zien hoe verschillende crises,
zoals de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne, worden aangewend om uitbreiding van
bevoegdheden te bewerkstelligen. Wat voornoemde leden betreft, hebben de Europese
beleidsmakers op een onbehoorlijke manier gebruik gemaakt van deze gebeurtenissen
om te pleiten voor uitbreiding van het Europese budget (zowel in de vorm van het programma
NextGenerationEU en deze MFK-verhoging). De Europese Unie ontwikkelt zich hierdoor
langzaam maar zeker in de richting van een federale staat, terwijl, wat deze leden
betreft, hier geen democratisch legitiem proces aan ten grondslag ligt.
Verder is in het voorstel 15 mld. euro gereserveerd voor Europees Asielbeleid en extern
beleid. Het kabinet schrijft hierover in haar beoordeling: «Het kabinet onderschrijft
allereerst het door de Commissie geschetste belang van goede uitvoering van het nog
tot stand te komen Asiel- en Migratiepact, inclusief ondersteuning van lidstaten bij
de daarvoor benodigde capaciteitsopbouw voor screening- en grensprocedures, opvangcapaciteiten,
relocatie, en terugkeer.» De leden van de SP-fractie zijn van mening dat het reserveren
van financiële middelen voor de uitvoering van een Asiel- en Migratiepact dat nog
moet worden gesloten, lijkt op het paard achter de wagen spannen. Zij zijn dan ook
verbaasd over de houding van het kabinet. Kan de Minister uitleggen waarom middelen
gereserveerd worden voor plannen die nog onduidelijk zijn?
Wat de leden van de SP-fractie betreft zou ook kritisch moeten worden gekeken naar
de uitgaven die de Europese Unie momenteel doet. Veel zaken die als grote uitgavenposten
gelden binnen het huidige MFK, zoals directe inkomenssteun aan boeren, fondsen voor
regionale ontwikkeling en investeringsfondsen, vallen niet onder het evident internationale
beleid waar de Europese Unie, wat deze leden betreft, voor is bedoeld. Wat hen betreft
wordt eerst gekeken naar de noodzaak van de bestaande Europese uitgaven, voordat de
lidstaten om een extra bijdrage worden gevraagd. Bovendien is het kabinet momenteel
aan het voorsorteren op bezuinigingen. Deze bezuinigingen zullen hoogstwaarschijnlijk
de mensen met de laagste inkomens het hardste raken. Hoe verdedigt het kabinet haar
voornemen tot bezuinigingen, wanneer het tegelijkertijd akkoord gaat met het verhogen
van de afdracht aan de Europese begroting?
De leden van de SP-fractie komen hiermee tot de conclusie dat zij het kabinet niet
steunen in het gekozen standpunt zoals dit is verwoord in het BNC-fiche. Deze leden
zijn daarmee ook van mening dat een schriftelijk overleg onvoldoende is om een wijziging
van deze schaal te bespreken. Uitbreiding van bevoegdheden en financiële ruimte van
de Europese Unie zou gepaard moeten gaan met een uitvoerig debat in het parlement
en de samenleving, niet op een achternamiddag via een mailwisseling. De leden van
de SP-fractie zullen zich inzetten voor een aparte behandeling in een debat met de
bewindspersoon.
II Reactie van de Minister van Buitenlandse Zaken
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
L. Bromet, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken -
Mede ondertekenaar
A.E.A.J. Hessing-Puts, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.