Brief regering : Verslag van de EU-Westelijke Balkan Top van 18 december en de Europese Raad van 19 december 2024
21 501-20 Europese Raad
Nr. 2167
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 januari 2025
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister-President, het verslag aan van de EU-Westelijke
Balkan Top van 18 december 2024 en de Europese Raad van 19 december 2024.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
C.C.J. Veldkamp
Verslag van de EU-Westelijke Balkan Top van 18 december en de Europese Raad van 19 december
2024
Op donderdag 19 december vond de Europese Raad (ER) plaats in Brussel, onder voorzitterschap
van de nieuwe president van de ER, Antonio Costa. De ER sprak over de Russische agressieoorlog
tegen Oekraïne, de situatie in het Midden-Oosten, de EU in de wereld en weerbaarheid
en crisispreventie. Onder overige zaken sprak de ER over EU-uitbreiding en hervormingen,
Georgië, Moldavië, hybride dreigingen, vrijheid, veiligheid en justitie, en Venezuela.
Voorafgaand aan de ER vond de EU-Westelijke Balkan Top plaats met de regeringsleiders
en staatshoofden van de EU en Westelijke Balkanlanden. De Minister-President nam deel
aan zowel de EU-Westelijke Balkan Top als de ER. Deze ER markeerde de vijftigste verjaardag
sinds de eerste bijeenkomst van deze Raad.
EU-Westelijke Balkan Top
Voorafgaand aan de ER kwamen de regeringsleiders en staatshoofden van de EU-lidstaten
en de zes Westelijke Balkanlanden samen. Er werd een gezamenlijke verklaring aangenomen
waarin het EU-perspectief van de Westelijke Balkan werd herbevestigd en waarin het
belang van de rechtsstaat, fundamentele rechten en stabiliteit in de regio, alsmede
de samenwerking op het gebied van migratie, bestrijding van georganiseerde misdaad
en regionale integratie werd benadrukt. Ook werd in de verklaring onder andere ingegaan
op de steun van de EU aan de regio, gekoppeld aan verdere hervormingen, en werden
de landen van de Westelijke Balkan opgeroepen zich volledig aan te sluiten bij het
EU Gemeenschappelijk Buitenland- en Veiligheidsbeleid (GBVB).
In de discussie onderstreepten de landen van de Westelijke Balkan hun wens om op termijn
toe te treden tot de EU en benadrukten dat een reëel perspectief en concrete stappen
in het toetredingsproces essentieel zijn om steun van bevolkingen te behouden voor
noodzakelijke hervormingen. Een groot aantal EU-lidstaten onderstreepte het geopolitieke
belang van uitbreiding en de noodzaak de landen van de Balkan duurzaam te integreren
in de EU. Tegelijkertijd onderstreepten lidstaten, waaronder België namens de Benelux,
het belang van een merit based process en het belang van duurzame hervormingen, waaronder op het gebied van de rechtsstaat.
Europese Raad
Russische agressieoorlog tegen Oekraïne
De ER sprak over de voortdurende Russische agressie en riep op Oekraïne te blijven
steunen zolang en zo intensief als nodig is. De ER herhaalde haar steun voor een rechtvaardige
en duurzame vrede op basis van de principes van het VN-Handvest en in lijn met de
uitgangspunten van de Vredesformule van president Zelensky. In lijn met motie Piri
blijft het uitgangspunt dat er geen vredesinitiatieven genomen worden over Oekraïne
zonder Oekraïne. De EU en haar lidstaten zullen zich hiervoor blijven inspannen en
nauw betrokken blijven bij discussies die van invloed zijn op de Europese veiligheid.1 Er was eensgezindheid onder lidstaten, waaronder Nederland, dat de militaire steun,
in het bijzonder luchtverdediging, munitie, raketten, evenals training en militair
materieel, verder moet worden verhoogd. Ook werd besproken dat het van belang is bij
te dragen aan de ontwikkeling van de Oekraïense defensie-industrie en dat de samenwerking
met Europese bedrijven moet worden geïntensiveerd. De ER riep de Raad op tot een spoedig
akkoord te komen over de Raadsbesluiten voor militaire steun uit de Europese Vredesfaciliteit
en het versnellen van het werk om de trainingsmissie van de EU in Oekraïne (EUMAM)
te versterken.
Conform de motie van de leden Van Campen en Klaver werd de uitvoering van de Oekraïne-faciliteit
van de EU, waaruit in 2024 in totaal EUR 16,2 miljard is betaald en voor 2.025 EUR
12,5 miljard is voorzien, verwelkomd.2 Dit gold ook voor de voorziene uitbetalingen uit het Extraordinary Revenue Accelaration-leningen (ERA) initiatief van de G7 die begin 2025 moeten leiden tot het verstrekken
van EUR 18.1 miljard voor militaire en financiële noden. De ER veroordeelde de recente
Russische aanvallen tegen de Oekraïense energie-infrastructuur, dankte EU-lidstaten
voor de levering van elektriciteit en riep op om materiaal voor herstelwerkzaamheden
te blijven sturen. De aanname van het vijftiende sanctiepakket werd verwelkomd, inclusief
de maatregelen tegen de Russische schaduwvloot die door Nederland en andere landen
waren bepleit. Mede op aandringen van Nederland benadrukte de ER het belang van effectieve
uitvoering van de sancties tegen Rusland en het tegengaan van sanctie-omzeiling, in
lijn met motie Van Campen c.s.3 De ER veroordeelde de steun die door derde landen, in het bijzonder Iran en Noord-Korea,
en door entiteiten in derde landen wordt verleend aan de Russische oorlogseconomie
en riep op deze onmiddellijk te stoppen. De inzet van Noord-Koreaanse soldaten werd
veroordeeld als een ernstige internationale escalatie van de oorlog in Oekraïne. De
ER onderstreepte de noodzaak van blijvende steun voor herstel en wederopbouw van Oekraïne.
Situatie in het Midden-Oosten
De ER stond stil bij de ontwikkelingen in het Midden-Oosten. Na de val van het Assad-regime
in Syrië sprak de ER over de historische kans om het land te verenigen en weer op
te bouwen. De nieuwe machthebbers werden opgeroepen te komen tot een inclusief en
legitiem politiek proces in lijn met VNVR-resolutie 2254. De ER sprak steun uit voor
het werk van de Speciale Vertegenwoordiger van de VN voor Syrië en riep alle betrokkenen
op de soevereiniteit en territoriale integriteit van Syrië te beschermen. Ook werd
opgeroepen de mensenrechten te respecteren en het culturele erfgoed te beschermen.
Nederland benadrukte het belang van de rechten en bescherming van etnische en religieuze
gemeenschappen in Syrië, in het bijzonder van christenen en Koerden,4 en gaf aan bezorgd te zijn over de bescherming van de detentiecentra in Noordoost-Syrië
en de mogelijke veiligheidsdreiging die daar vanuit gaat in lijn met de moties Ceder.5 Tevens conform motie Ceder riep Nederland de Raad op om bij Turkije aan te dringen
op een einde aan aanvallen in Noord-Syrië.6 De ER riep op te werken aan de voorwaarden voor het behoud van nationale eenheid,
de bescherming van burgers, de levering van publieke diensten, een vreedzame politieke
transitie en voor de veilige en vrijwillige terugkeer van Syrische vluchtelingen.
De ER nodigde de Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger uit om met opties te komen
voor steun aan Syrië.
De ER verwelkomde het staakt-het-vuren tussen Israël en Libanon en riep op tot volledige
uitvoering van VNVR-resolutie 1701 en riep op tot verdere steun aan de Libanese overheid
en het leger, evenals de VN-missie UNIFIL. Libanese politieke leiders werden opgeroepen
om de politieke en economische impasse te doorbreken en spoedig een nieuwe president
te kiezen.
Er was eensgezindheid onder EU-lidstaten over de noodzaak om zo spoedig mogelijk te
komen tot een staakt-het-vuren in Gaza, de onvoorwaardelijke vrijlating van de gijzelaars
en de urgente verbetering van de toegang voor humanitaire hulpverlening voor heel
Gaza, in lijn met VNVR-resolutie 2735. De ER sprak haar zorgen uit over de gevolgen
van de Israëlische wetgeving van 28 oktober jl. voor UNRWA’s capaciteit om haar mandaat
uit te voeren en steun voor de bevolking van Gaza en de regio te kunnen blijven leveren.
Op verzoek van Nederland en andere lidstaten riep de ER daarbij ook op tot uitvoering
van het UNRWA actieplan. Tot slot werd opgeroepen te komen tot een alomvattende en
duurzame vrede gebaseerd op de tweestaten-oplossing op basis van de relevante VNVR-resoluties.
De EU is bereid om hieraan bij te dragen en zal de Palestijnse Autoriteit ook ondersteunen
om hervormingen door te voeren.
EU in de wereld
De ER wisselde van gedachten over de positie van de EU in de wereld. In de snel veranderende
wereldwijde context werd gesproken over het belang van sterke relaties met andere
landen en regio’s, waaronder in Afrika, Indo-Pacific en Latijns-Amerika, voor de veiligheid
en welvaart van Europa. Sommige lidstaten benadrukten het belang van steun voor het
multilaterale systeem en democratisering voor de EU. Ook werd gesproken over de relatie
met de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. Verschillende lidstaten gaven
aan dat de EU haar strategische afhankelijkheden, zowel op het gebied van de economie
als defensie, verder moet afbouwen en belangrijke sectoren voor de EU moet behouden.
Een gelijk speelveld is hiervoor ook van groot belang. In de relatie met andere grootmachten
is het essentieel dat de EU eensgezind optreedt om Europese belangen te beschermen.
Sommige lidstaten benadrukten het geopolitieke belang van het EU-toetredingstraject
voor de EU. Nederland sprak zich uit voor een sterk, autonoom en concurrerend Europa
en het belang van sterke relaties van de EU met andere landen en regio’s. Ook pleitte
de Minister-President voor een positieve agenda voor de trans-Atlantische samenwerking
die essentieel is voor onze veiligheid en welvaart. Enkele lidstaten lieten zich positief
uit over afronding van de onderhandelingen over een EU-Mercosur akkoord. Zoals aangegeven
in de Kamerbrief van 16 december jl., heeft Nederland in dat verband het afwijzende
standpunt van de Tweede Kamer over het EU-Mercosur akkoord gecommuniceerd.7
Weerbaarheid en crisispreventie
Naar aanleiding van het rapport «Safer Together: Strenghtening Europe’s Civilian and
Military Preparedness and Readiness»8 van Sauli Niinistö benadrukte de ER het belang en urgentie van het versterken van
weerbaarheid, crisis preventie en paraatheid in de context van de veranderende dreigingsbeeld
alsmede het stijgende aantal natuurrampen. Coördinatie en samenwerking binnen de EU
alsook met de NAVO moet worden versterkt. De ER riep op hier verder aan te werken,
met een oog op een toekomstige gereedheidstrategie. De Commissie, de HV en de Raad
moeten het werk op de verschillende beleidsstromen onverminderd voortzetten, met inachtneming
van de verschillen die er zijn in de aard van crises en met respect voor de competenties
en verantwoordelijkheden van de lidstaten.
Migratie
De ER sprak over migratie, mede in het licht van de reguliere voorgangsbrief van de
voorzitter van de Europese Commissie over het EU-migratiebeleid. De ER nam kennis
van de brief en benadrukte het belang van voortgang op zowel de interne als externe
dimensie van migratie, het voorkomen van irreguliere migratie en het verder ontwikkelen
van brede strategische partnerschappen met migratiepijler. De ER besprak nieuwe en
innovatieve vormen van migratiesamenwerking, in lijn met Europees en internationaal
recht. De ER verwelkomde het voornemen van de Commissie om begin 2025 een wetgevend
voorstel te presenteren op gebied van terugkeerbeleid. De ER benadrukte het belang
dat alle Europese medewetgevers prioriteit geven aan de behandeling van migratie-gerelateerde
dossiers. Tot slot nam de ER kennis van de Commissie mededeling over instrumentalisering
van migratie en het versterken van de veiligheid aan de buitengrenzen van de EU.
Voorafgaand aan de ER vond een informele bespreking plaats op initiatief van Italië,
Nederland en Denemarken met verdere deelname van Tsjechië, Zweden, Cyprus, Griekenland,
Polen, Malta, Hongarije en de Commissie. Het overleg stond in het teken van een versterkte
nadruk op terugkeer, waaronder de oproep aan de Commissie om vaart te maken met een
wetgevend voorstel voor een nieuwe terugkeerrichtlijn en het herzien van het veilige
derde landen concept. Daarnaast werd gesproken over nieuwe manieren van samenwerking
zoals terugkeerhubs en regionale opvang. Er werd afgesproken in dit format rondom
een volgende ER weer bijeen te komen.
Overige onderwerpen
Uitbreiding en hervormingen
De ER bekrachtigde de conclusies over uitbreiding zoals aangenomen door de Raad Algemene
Zaken op 17 december jl. (Kamerstuk 21 501-02, nr. 3002) De ER onderstreepte het geopolitieke belang van uitbreiding alsook de merit based approach van het proces.
Moldavië
Regeringsleiders verwelkomden het feit dat de presidentsverkiezing en het referendum
over de verankering van EU-toetreding in de Grondwet goed waren verlopen, ondanks
de Russische hybride dreigingen om deze te ontwrichten. De ER verwelkomde de steun
van een meerderheid van de Moldavische bevolking voor de Europese integratie en sprak
de bereidheid uit om het land op zijn Europese pad te blijven ondersteunen. De Commissie
werd uitgenodigd met spoed mogelijkheden te bezien om de energiezekerheid van Moldavië
te verbeteren en de weerbaarheid tegen Russische hybride dreigingen te vergroten.
Georgië
De ER verwees naar de Europese raadsconclusies uit juni en oktober 2024 en herhaalde
haar zorgen over de recente koers van de Georgische regering die ingaat tegen de waarden
en principes waarop de EU is gegrondvest. Het geweld tegen vreedzame demonstranten
werd veroordeeld en de Commissie zegde toe met een voorstel te komen om visumvrij
reizen voor diplomaten op te schorten. Nederland bepleitte het nemen van restrictieve
maatregelen tegen de personen die verantwoordelijk zijn voor het geweld tegen demonstranten,
in lijn met de motie van het lid Van Campen c.s.9
Hybride activiteiten
De ER veroordeelde met kracht de Russische hybride activiteiten in Europa zoals sabotage,
het verspreiden van desinformatie en de ondermijning van democratie door inmenging
in verkiezingsprocessen. De ER verwelkomde de eerste listings onder het nieuwe sanctieregime, gericht op Ruslands destabiliserende activiteiten.
De Roemeense president noemde in dit verband het besluit van het Hooggerechtshof dat
de verkiezingen opnieuw moeten worden georganiseerd vanwege Russische inmenging in
het verkiezingsproces.
Vrijheid, veiligheid en justitie
De ER verwelkomde het besluit van de Raad voor volledige toepassing van het Schengen-acquis
voor Roemenië en Bulgarije. De ER bekrachtigde de strategische richtlijnen op JBZ-terrein
zoals door de Raad aangenomen op 12 december jl.
Venezuela
De ER riep Venezuela op zich aan het internationaal recht te houden en alle politieke
gevangenen vrij te laten. De EU zal alle voorhanden zijnde middelen inzetten om democratie
en een vreedzame transitie in Venezuela te steunen.
Mayotte
De ER betuigde medeleven voor de slachtoffers van de extreme weersomstandigheden op
Mayotte.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken