Brief regering : Verslag Eurogroep en Ecofinraad 15 en 16 juli 2024
21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken
Nr. 2058
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 augustus 2024
Hierbij zend ik u het verslag van de Eurogroep en Ecofinraad van 15 en 16 juli 2024.
Tevens ga ik ook in op een aantal andere zaken. Ten eerste stuur ik u de voorlopige
beoordeling van de Europese Commissie van het eerste betaalverzoek van Nederland in
het kader van het Herstel en Veerkrachtplan. Ten tweede stuur ik u een non-paper ten
behoeve van de mogelijke herziening van de verordening en richtlijn betreffende prudentiële
vereisten voor beleggingsondernemingen (de Investment Firm Regulation en Investment
Firm Directive). Ten derde doe ik u verslag van de ontwikkelingen inzake de digitale
euro, conform mijn toezegging aan uw Kamer hierover.
De Minister van Financiën,
E. Heinen
Verslag Eurogroep en Ecofinraad 15 en 16 juli 2024
Eurogroep in reguliere samenstelling
Macro-economische ontwikkelingen en begrotingsbeleid in de eurozone
De voorzitter van de Eurogroep gaf een toelichting op het geaggregeerde begrotingsbeleid
van lidstaten in de eurozone, de zogenoemde fiscal stance. Hij constateerde onder andere dat de schulden in diverse lidstaten toenemen. In
dat verband wees hij op het belang van de implementatie van de nieuwe begrotingsregels
uit het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) om schulden te verlagen. In aanvulling daarop
gaf de voorzitter van het Europees Begrotingscomité (European Fiscal Board; EFB) een korte beschouwing op de macro-economische ontwikkelingen. De verwachting is
dat de economische groei in 2025 verder stijgt, van 0,4% in 2023 naar 0,8% in 2024
en 1,4% in 2025. De inflatie zal naar verwachting eind 2025 dalen tot net boven de
doelstelling van 2%. Ook de voorzitter van het EFB onderstreepte het belang van goede
implementatie van de nieuwe begrotingsregels van het SGP. Deze boodschap werd eveneens
onderschreven door de Europese Commissie (Commissie), de Europese Centrale Bank (ECB)
en het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM).
Verschillende lidstaten namen deel aan de gedachtewisseling die volgde. Nederland
wees tijdens dit gesprek op het rapport van de EFB waaruit blijkt dat sprake is van
een snel stijgende uitgavengroei in een aantal lidstaten met reeds hoge schulden.1 Ook sloot Nederland zich aan bij opmerkingen van andere aanwezigen over het belang
van een goede implementatie van de nieuwe begrotingsregels van het SGP.
Na afloop van de gedachtewisseling publiceerde de Eurogroep een verklaring over het
geaggregeerde begrotingsbeleid voor 2025.2
Werkprogramma Eurogroep tot en met maart 2025
Het werkprogramma van de Eurogroep tot en met maart 2025 werd door de voorzitter van
de Eurogroep gepresenteerd. Het werkprogramma is online te raadplegen.3
Functioneren van ERM-II
In aanwezigheid van niet-eurolanden Bulgarije en Denemarken besprak de Eurogroep het
functioneren van het vaste wisselkoersmechanisme ERM-II (Exchange Rate Mechanism).
Beide landen zitten in ERM-II. Denemarken heeft geen verplichting om de euro in te
voeren en heeft geen intentie om op korte termijn toe treden tot de muntunie. Bulgarije
heeft wel de intentie om snel de euro in te voeren. De Commissie lichtte toe dat Bulgarije
momenteel aan drie van de vier formele toetredingscriteria voldoet. Aan het prijsstabiliteitscriterium
wordt nog niet voldaan aangezien de inflatie te hoog is. Daarnaast heeft Bulgarije
ook nog stappen te zetten op de omvorming van staatsdeelnemingen, als onderdeel van
de post-entry toezeggingen die zijn gedaan bij toetreding tot ERM-II. Een verdere inhoudelijke
toelichting kunt u vinden in de geannoteerde agenda die de Kamer eerder ontving.4 Dit onderwerp is ook aan bod gekomen in de Ecofinraad (zie verdere toelichting onder
«Convergentierapporten»).
Beleidsprioriteiten van de nieuwe regering van Nederland
De Nederlandse Minister van Financiën heeft een korte toelichting gegeven op de prioriteiten
van de nieuwe Nederlandse regering, in lijn met het Hoofdlijnenakkoord «Hoop, Lef
en Trots». Dit gebeurt standaard in de Eurogroep bij het aantreden van nieuwe regeringen.
Eurogroep in inclusieve samenstelling
Concurrentievermogen van de eurozone: het aanpakken van het financieringstekort
In de Eurogroep vond ook deze keer een gedachtewisseling plaats over het thema concurrentievermogen.
Deze keer ging de aandacht uit naar het financieringsvraagstuk. Daartoe was Enrico
Letta uitgenodigd als gastspreker en hij gaf een toelichting op zijn rapport over
de werking van de interne markt, dat hij onlangs publiceerde.5 Met betrekking tot het financieringsvraagstuk legde Letta de nadruk op de noodzaak
binnen de EU om meer privaat kapitaal te mobiliseren. De kapitaalmarkt is op dit moment
niet voldoende geïntegreerd en de financiële markten in de EU zijn te gefragmenteerd,
aldus Letta. Dit pleidooi werd onderschreven door de ECB en door verschillende lidstaten,
waaronder Nederland. Zij gaven aan dit het beste kan worden bereikt door verdere ontwikkeling
van de kapitaalmarktunie. Nederland bracht daarbij nog in dat verdieping en integratie
van kapitaalmarkten cruciaal is, net als effectief Europees toezicht op de kapitaalmarkten.
Ook noemde Nederland dat administratieve lasten voor het bedrijfsleven dienen te worden
verminderd. Tot slot gaf Nederland aan geen voorstander te zijn van nieuwe gemeenschappelijke
schulden.
Een aantal andere lidstaten erkende het belang van het mobiliseren van privaat kapitaal,
maar ijverde tegelijkertijd voor meer Europese publieke investeringen. Daarbij werd
in de gedachtewisseling vaak gewezen op de grootschalige defensie-investeringen die
nodig zijn om de veiligheid te verbeteren.
Ecofinraadontbijt
Tijdens het Ecofinraadontbijt gaf de voorzitter van de Eurogroep zoals gebruikelijk
een terugkoppeling van de besprekingen in de Eurogroep. Tevens heeft de Commissie
een update gegeven over de macro-economische situatie.
Ecofinraad
Lopende wetgevingsvoorstellen over financiële diensten
Het voorzitterschap van de Raad en de Commissie hebben de Ecofinraad geïnformeerd
over de lopende wetgevingsvoorstellen op het terrein van financiële diensten.6
Werkprogramma Hongaars voorzitterschap
In de tweede helft van 2024 (juli–december 2024) is Hongarije voorzitter van de Raad
van de EU. Zoals gebruikelijk heeft Hongarije daartoe een werkprogramma gepubliceerd.7 Tijdens de Ecofinraad gaf de Minister van Financiën van Hongarije Mihaly Varga in
zijn rol als voorzitter een toelichting op dit werkprogramma, in lijn met de toelichting
die u ontving in de geannoteerde agenda voor deze Ecofinraad.8
Na deze toelichting maakten veel lidstaten van de gelegenheid gebruik om te reageren.
Een ruime meerderheid van de lidstaten, waaronder Nederland, gaf aan het te betreuren
dat steun van de EU aan Oekraïne geen prioriteit is in het werkprogramma van het Hongaars
voorzitterschap. Daarbij gaven meerdere lidstaten, waaronder Nederland, te kennen
ook het bezoek van de Hongaarse president Viktor Orban aan Rusland te betreuren. In
reactie gaf het Hongaarse voorzitterschap aan de economische en financiële steun aan
Oekraïne als vast agendapunt op de Ecofinraad te continueren.
Economische en financiële impact van de Russische agressieoorlog tegen Oekraïne
De Ecofinraad besprak de economische en financiële impact van de Russische agressie
tegen Oekraïne en de Europese steunmaatregelen aan Oekraïne. De Commissie gaf een
toelichting op de economische en budgettaire situatie van Oekraïne. Vervolgens ging
de Commissie in op de geboekte voortgang inzake de uitwerking van het G7-akkoord over
het gebruik van de buitengewone rente-inkomsten van geïmmobiliseerde tegoeden van
de Russische Centrale Bank voor een lening aan Oekraïne ter waarde van $ 50 miljard.
Ook de voorzitter van het Economisch en Financieel Comité (EFC), de hoogambtelijke
voorbereidende werkgroep van de Ecofinraad, gaf een toelichting op het werk dat in
het EFC was gedaan hierop, met name ten aanzien van technische aspecten zoals de verdeelsleutel
en voorwaarden van een dergelijke lening en op welke manier (via welke instelling
of organisatie) een dergelijke lening zou kunnen worden verstrekt.
Meerdere lidstaten gaven in reactie op de Commissie aan het van belang te vinden dat
spoedig voortgang wordt geboekt op verdere uitwerking van het G7-akkoord. Daarom verzochten
zij de Commissie om zo snel als mogelijk met een concreet voorstel te komen. Tegelijkertijd
gaven verschillende lidstaten, waaronder Nederland, aan dat zowel de lasten als de
risico’s moeten worden gedeeld met de G7-partners. Een aantal lidstaten legde er nog
de nadruk op dat voorkomen moet worden dat sancties op Rusland worden omzeild, bijvoorbeeld
via Belarus.
De Kamer zal worden geïnformeerd indien de Commissie met een voorstel komt voor de
uitwerking van het G7-akkoord over het gebruik van de buitengewone rente-inkomsten
van geïmmobiliseerde tegoeden van de Russische Centrale Bank voor een lening aan Oekraïne.
Waarschijnlijk zal daarvoor een nieuwe garantie moeten worden afgegeven via de headroom
van de Europese begroting. De technische verwerking in de Nederlandse begroting vergt
in dat geval een nieuwe nationale garantie op basis van het bni-aandeel in het bni
van de gehele EU.
Herstel- en Veerkrachtfaciliteit (HVF)
De Raad nam uitvoeringsbesluiten aan ter goedkeuring van de aangepaste herstel- en
veerkrachtplannen (HVP) van Cyprus, Duitsland, Finland, Griekenland en Polen.
Voorlopige beoordeling Europese Commissie van betaalverzoek Nederland Herstel- en
Veerkrachtplan
Op verzoek van de Kamer ontvangt de Kamer elke voorlopige beoordeling van betaalverzoeken
in het kader van de HVF die de Commissie publiceert ter bespreking in het Economisch
en Financieel Comité (EFC). Bijgaand zit de voorlopige positieve beoordeling van het
eerste betaalverzoek van Nederland dat op 15 juli jl. door de Commissie gepubliceerd
is. Het EFC streeft naar het vaststellen van het advies aan de Commissie 14 tot 16 werkdagen
na publicatie van een voorlopige positieve beoordeling van een betaalverzoek. In verband
met de zomer wordt de behandeling van de voorlopige positieve beoordeling in het EFC
uitgesteld tot in september.
Indien een lidstaat noodzaak ziet tot het starten van de zogenoemde noodremprocedure
van de HVF naar aanleiding van het nu voorliggende betaalverzoek, zal de Kamer hierover
onverwijld geïnformeerd worden.
Lentepakket Europees Semester 2024 – landspecifieke aanbevelingen en macro-economische
onevenwichtighedenprocedure
Op 19 juni jl. publiceerde de Commissie het lentepakket in het kader van het Europees
Semester. Het Europees Semester is het jaarlijkse proces waarin de EU-lidstaten hun
economisch, arbeidsmarkt- en begrotingsbeleid coördineren. In de Ecofinraad gaf de
Commissie een korte toelichting op het lentepakket, in het bijzonder de landspecifieke
aanbevelingen (LSA’s) en de macro-economische onevenwichtighedenprocedure (MEOP).
De Ecofinraad ging akkoord met de LSA’s.9 De Commissie toonde zich specifiek verheugd over het feit dat veel lidstaten, waaronder
Nederland, positief waren over de aandacht voor concurrentiekracht in de LSA’s. De
LSA’s voor Nederland kunt u vinden in de geannoteerde agenda die de Kamer eerder ontving.10
In de Ecofinraad gaf Nederland aan, net als een aantal andere lidstaten, dat de rol
van publieke schuld in de MEOP behouden moet blijven en dat de monitoring van publieke
schulden in zowel de MEOP als het SGP plaats dient te vinden. De Commissie gaf aan
dat als de risico’s voornamelijk op het begrotingsbeleid toezien, het SGP het belangrijkste
instrument is voor monitoring van deze risico’s, maar indien de risico’s bredere macro-economische
elementen bevatten, de MEOP een belangrijke aanvulling op het SGP blijft. De Ecofinraad
nam Raadsconclusies aan over de MEOP.11
De LSA’s aanbevelingen zullen nog worden besproken tijdens de Europese Raad in oktober.
De aanbevelingen zullen vervolgens worden aangenomen tijdens de eerstvolgende Raad
na deze bespreking.
Implementatie van het Stabiliteits- en Groeipact (SGP)
De Commissie stelde naar aanleiding van haar onderzoek naar de aanwezigheid van buitensporige
tekorten, op basis van de gerealiseerde cijfers voor het begrotingstekort in 2023
en de verwachte cijfers voor het begrotingstekort in 2024 en 2025, voor om buitensporige
tekorten vast te stellen voor België, Frankrijk, Italië, Hongarije, Malta, Polen en
Slowakije. De Raad volgde het voorstel van de Commissie en stemde in met de voorstellen
voor het vaststellen van buitensporige tekorten voor genoemde lidstaten. Daarnaast
besloot de Ecofinraad dat Roemenië, waarvoor de Raad in april 2020 reeds vaststelde
dat sprake is van een buitensporig tekort en aanbevelingen deed voor de correctie
daarvan, geen effectieve opvolging heeft gegeven aan aanbevelingen van de Raad om
het buitensporig tekort te corrigeren. Formele aanname van de besluiten vond plaats
tijdens de vergadering van Coreper (Comité van Permanente Vertegenwoordiger; Comité des représentants permanents) op 24 juli jl.
Tijdens de gedachtewisseling in de Ecofinraad sprak Nederland dank uit aan de Commissie
voor het gedane onderzoek en de voorstellen voor vaststelling van buitensporige tekorten.
Nederland gaf daarnaast aan de voorgenomen besluiten tot vaststelling van buitensporige
tekorten belangrijk te vinden voor de geloofwaardigheid en effectiviteit van het SGP.
Daarbij wees Nederland ook op de noodzaak van een ambitieuze correctie van deze buitensporige
tekorten. Een aantal lidstaten, waaronder Nederland, deed tot slot een beroep op de
Commissie inzake het belang van op regels gebaseerde naleving en handhaving van het
SGP.
In het najaar zal de Raad besluiten over aanbevelingen van de Commissie aan de Raad
voor de correctie van de buitensporige tekorten.
Convergentierapporten van de Commissie en de Europese Centrale Bank
De Ecofinraad besprak de convergentierapporten van de Commissie en de ECB die 26 juni
jl. zijn gepubliceerd.12 Daartoe gaven de Commissie en ECB een toelichting in lijn met de toelichting in de
geannoteerde agenda voor deze Ecofinraad.13 De Commissie lichtte toe dat Bulgarije momenteel aan drie van de vier formele toetredingscriteria
voldoet. Aan het prijsstabiliteitscriterium wordt nog niet voldaan aangezien de inflatie
te hoog is. Daarnaast heeft Bulgarije ook nog stappen te zetten voor de omvorming
van staatsdeelnemingen, als onderdeel van de post-entry toezeggingen die zijn gedaan bij toetreding tot ERM-II. De Commissie legde daarnaast
nadruk op het feit dat het streven is dat uiteindelijk alle EU-lidstaten (met uitzondering
van Denemarken, dat geen verplichting heeft) overgaan tot invoering van de euro. Een
sterkere en grotere eurozone zal bijdragen aan de economische soevereiniteit van de
EU, aldus de Commissie. Op dit moment, zo bleek uit de convergentierapporten, voldoet
echter nog geen van de zes lidstaten die geen onderdeel zijn van de eurozone (Bulgarije,
Tsjechië, Hongarije, Polen, Roemenië en Zweden) volledig aan de voorwaarden voor toetreding
tot de eurozone. Een lidstaat die de euro nog niet heeft ingevoerd, benadrukte dat
post-entry toezeggingen, in het bijzonder toetreding tot de bankenunie, geen verplichting mogen
vormen voor andere lidstaten die in de toekomst mogelijk de euro willen invoeren.
Voorbereiding van de bijeenkomst van de Ministers van Financiën en de presidenten
van de centrale banken van de G20: EU-mandaat voor de G20
De Ecofinraad bepaalde de inzet van de EU bij de bijeenkomst van Ministers van Financiën
en presidenten van centrale banken van de G20 die 25 en 26 juli jl. plaatsvond in
Brazilië. Deze inzet werd vastgesteld middels de EU G20 Terms of Reference. Een toelichting
hierop is weergegeven in de geannoteerde agenda voor de Eurogroep en Ecofinraad van
15 en 16 juli 2024 die de Kamer eerder ontving.14
Overig
Non-paper herziening prudentieel raamwerk beleggingsondernemingen
Als bijlage bij dit verslag treft u een non-paper ten behoeve van de mogelijke herziening
van de verordening en richtlijn betreffende prudentiële vereisten voor beleggingsondernemingen
(de Investment Firm Regulation en Investment Firm Directive, hierna IFR en IFD). Met de IFR en IFD wordt beoogd de prudentiële risico’s voor beleggingsondernemingen
effectief te beheersen, in het belang van de financiële stabiliteit.
De herzieningsclausule in de IFR en IFD verplicht de Commissie om in 2024 te evalueren
of er aanleiding is voor een herziening van het raamwerk. Hiertoe heeft de Commissie
om advies gevraagd aan de Europese Banken Autoriteit (EBA) en de Europese Autoriteit
voor effecten en markten (ESMA). De EBA en ESMA zijn hiertoe een consultatie gestart.
Uit het door EBA en ESMA gepubliceerde discussiestuk kan worden opgemaakt dat zij
waarschijnlijk geen grote veranderingen in het raamwerk nodig achten.
Nederland ziet wel ruimte om het raamwerk op onderdelen te verbeteren. Om die reden
is samen met De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM)
een non-paper opgesteld. In dit non-paper wordt gepleit voor (i) het verbeteren van
risico gedreven karakter van het raamwerk, (ii) het waarborgen van een internationaal
gelijk speelveld en het voorkomen van toezichtarbitrage en (iii) het verhogen van
de proportionaliteit en duidelijkheid van governance vereisten.
De voorgestelde veranderingen beogen het vestigingsklimaat te verbeteren en onnodige
regeldruk te verminderen. Op die manier kan de rol van beleggingsondernemingen op
de Europese financiële markten verder worden bestendigd. De veranderingen dragen daarmee
bij aan het versterken van de rol van de IFR en IFD in de ambities van de EU voor
een concurrerende en geïntegreerde kapitaalmarktunie.
De komende periode zal gebruikt worden om het non-paper onder de aandacht te brengen
bij de Commissie en andere lidstaten. AFM en DNB zullen het non-paper gelijktijdig
delen in de gremia voor Europese toezichthouders.
Ontwikkelingen ten aanzien van digitale euro
De digitale euro was niet geagendeerd voor de Eurogroep en Ecofinraad van 15 en 16 juli
2024. De verwachting is dat de Raadsonderhandelingen op ambtelijk niveau eind september
worden hervat. De agenda daarvoor is nog niet bekend. Ik ga ervanuit dat er onder
het Hongaarse voorzitterschap weer goede voortgang zal worden geboekt, maar waarschijnlijk
nog geen politiek akkoord wordt bereikt. Ik zal uw Kamer via het verslag van de Eurogroep
en Ecofinraad maandelijks blijven informeren over de ontwikkelingen in dit dossier.
Indieners
-
Indiener
E. Heinen, minister van Financiën