Brief regering : Voorhangprocedure herziene Subsidieregeling BOSA en overvraging subsidieregeling Bouw en Onderhoud Sportaccommodaties in 2023

Nr. 380
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR LANGDURIGE ZORG EN SPORT

Ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 29 september 2023

De wens om over de voorgenomen voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling
nadere inlichtingen te ontvangen kan door of namens de Kamer of door ten minste dertig
leden van de Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 25 november 2023.

De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling kan niet eerder worden
gedaan dan op 26 november 2023 dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van
de in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.

Bij de termijnen is rekening gehouden met de recesperiode van de Tweede Kamer.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 september 2023

Hierbij bied ik u de concept-regeling, houdende regels voor de subsidiëring van de
bouw, de verbouwing en het onderhoud van sportaccommodaties, de aanschaf of het onderhoud
van sportmaterialen en activiteiten die bijdragen aan verduurzaming en het verbeteren
van de toegankelijkheid van sportaccommodaties (hierna: Subsidieregeling BOSA) aan.
Daarnaast informeer ik uw Kamer met deze brief over de binnenkort te verwachten overvraging
van de subsidieregeling Bouw en Onderhoud Sportaccommodaties (BOSA-regeling) in 2023.

Voorlegging Subsidieregeling BOSA

De subsidieregeling Bouw en Onderhoud Sportaccommodaties (BOSA-regeling) is vanaf
2019 in werking getreden en is voortgekomen uit de verruiming van de btw-sportvrijstelling.
Door die verruiming konden amateursportorganisaties minder btw aftrekken over hun
investeringen en ontstond dus een financieel nadeel. Om de amateursport hierin tegemoet
te komen is de BOSA-regeling ingericht als subsidie voor investeringen in bouw, verbouw
en onderhoud van accommodaties en in aanschaf van sportmaterialen. Voor investeringen
in verduurzaming, toegankelijkheid en veiligheid kan een aanvullende subsidie worden
verstrekt. De BOSA-regeling is hiermee een belangrijk overheidsinstrument in de verduurzaming
van de amateursport. In verband met de maximale looptijd van 5 jaar vervalt deze per
1 januari 2024. De Subsidieregeling BOSA is hiervan de beoogde opvolger.

De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure
(artikel 4.10 van de Comptabiliteitswet 2016) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich
uit te spreken over de wijziging voordat ik deze zal ondertekenen en ter publicatie
aan de Staatcourant zend.

Op grond van de aangehaalde bepaling onderteken ik de conceptregeling niet eerder
dan 30 dagen nadat deze aan uw Kamer is voorgelegd.

Een conceptversie van de beoogde regeling is als bijlage toegevoegd. Er wordt gestreefd
naar inwerkingtreding per 1 januari 2024. De conceptregeling is getoetst door het
Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR). De ATR heeft geconcludeerd dat de regeling
geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk kent. Op dit moment ligt de regeling tevens
voor ter internetconsultatie, die nog tot en met 11 oktober1 openstaat voor reacties. In verband met het verkiezingsreces van uw Kamer per 27 oktober
en de beoogde datum van inwerkingtreding leg ik deze regeling desalniettemin al aan
u voor.

Deze regeling beoogt net als haar voorganger de ontwikkeling en instandhouding van
sportaccommodaties en de aanschaf van sportmaterialen te stimuleren voor sportverenigingen
en sportstichtingen, waarvoor de mogelijkheid tot btw aftrek is vervallen. De Subsidieregeling
BOSA wordt in grote lijnen ongewijzigd voortgezet ten opzichte van de huidige BOSA-regeling.
Zij blijft gericht op amateursportorganisaties, met hierbij de aanscherping dat zij
alleen gericht is op niet-commerciële amateursportorganisaties. Winstbeogende (en
gedeeltelijk winstbeogende) organisaties en professionele sportorganisaties komen
niet in aanmerking omdat voor hen de mogelijkheid tot btw-aftrek bestaat. In de huidige
BOSA kunnen gedeeltelijk winstbeogende organisaties naar rato in aanmerking komen
voor subsidie voor het deel van hun organisatie dat niet-winstbeogend is. De ervaring
met de huidige BOSA-regeling laat zien dat dit in de praktijk niet objectief vast
te stellen is, en daarom is gekozen voor een aanscherping. Gezien het kleine aantal
aanvragers dat hieronder valt in de periode 2019–2023 is de impact van deze aanscherping
beperkt. Daarnaast is de Subsidieregeling BOSA vereenvoudigd door onder andere duidelijker
te definiëren welke organisaties in aanmerking komen voor subsidie en welke kosten
subsidiabel zijn.

Voor de sportsector zijn de afspraken uit het Klimaatakkoord uitgewerkt in de Routekaart
Verduurzaming Sport2. Hierin staat beschreven hoe de sector aan de klimaatdoelstellingen voor 2050 wil
voldoen. In de Subsidieregeling BOSA worden investeringen in energiebesparing, circulariteit,
klimaatadaptatie en duurzame energieopwekking extra gestimuleerd, door hier aanvullende
subsidie voor te verstrekken. Deze aanvullende subsidie is verhoogd ten opzichte van
de vorige regeling. Tot slot zijn er extra subsidiemogelijkheden voor het toegankelijk
maken van sportaccommodaties voor mensen met een beperking.

Evaluatie

De BOSA-regeling is, samen met de SPUK stimulering sport, door een externe partij
geëvalueerd. Enerzijds om objectief inzicht te bieden in de huidige werking van de
instrumenten en anderzijds om verbeteringen aan te dragen voor het (opnieuw) openstellen
van de regelingen per 1 januari 2024.3 Deze evaluatie is tevens verplicht conform de Comptabiliteitswet4 en is uitgevoerd conform de evaluatie-eisen uit de Regeling periodiek Evaluatieonderzoek5. Ik zal in een afzonderlijke brief in Q4 van dit jaar ingaan op de evaluatie van
de SPUK stimulering sport.

Uit de evaluatie van de BOSA-regeling blijkt dat de regeling beantwoordt aan het doel
waarvoor deze in het leven is geroepen en doelmatig wordt uitgevoerd. Ook blijkt vanuit
het veld dat het wenselijk is de subsidieregeling voort te zetten.

De onderzoekers concluderen dat de BOSA-regeling in beginsel een goed werkend instrument
is en zien enkele verbetermogelijkheden. Hierbij geven de onderzoekers aan dat dit
budgettaire consequenties zal hebben die zij niet nader onderzocht hebben. De voorgestelde
verbeterpunten zijn grotendeels meegenomen in de Subsidieregeling BOSA; ik heb er
echter voor gekozen om niet alle aanbevelingen over te nemen.

De voorgestelde verbetermogelijkheden zijn:

1. Verhoog de bekendheid met de BOSA door middel van communicatie richting de verenigingen en andere sportorganisaties.
Sportbonden kunnen hier een belangrijke rol spelen; uit het onderzoek blijkt immers
dat bonden voor verenigingen een belangrijke bron van informatie zijn over de BOSA;

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Na vaststelling van de definitieve BOSA zal ik samen met sportbonden aandacht aan
de regeling om de bekendheid te verhogen, ik zal hierin ook specifieke aandacht geven
aan de aanvullende subsidie voor toegankelijkheid. Met deze invulling wordt deze aanbeveling
overgenomen.

2. Schrap de (niet-doeltreffende) aanvullende subsidie voor veiligheidsbeleving. Het verwaarloosbare gebruik staat niet in verhouding tot de wetgevings- en uitvoeringskosten.
Overweeg de inzet van andere beleidsinstrumenten om het doel van veiligheidsbeleving
te realiseren;

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Aanbeveling overgenomen, aanvullende subsidie voor
veiligheidsbeleving is geschrapt.

3. Tref maatregelen om het potentieel van de aanvullende subsidie voor toegankelijkheid
te verhogen. Op dit moment is dit subsidie-element weinig doeltreffend door het lage gebruik.
Onderzoek de mogelijkheden om het gebruik significant te verhogen;

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Na vaststelling van de definitieve BOSA zal ik samen met sportbonden aandacht aan
de regeling om de bekendheid te verhogen, ik zal hierin ook specifieke aandacht geven
aan de aanvullende subsidie voor toegankelijkheid. Met deze invulling wordt deze aanbeveling
overgenomen.

4. Werk de definities en uitgangspunten scherper uit waar dat kan om eenduidigheid en duidelijkheid te bevorderen;

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Aanbeveling overgenomen.

In de subsidieregeling BOSA zijn definities en uitgangspunten eenduidiger geformuleerd
waarmee de regeling eveneens vereenvoudigd is.

5. Hanteer de 12-maandentermijn minder strikt, indien uitvoerbaar. Dit gaat calculerend gedrag tegen en leidt in potentie tot meer
gebruik;

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Aanbeveling niet overgenomen. De periode waarover subsidie aangevraagd kan worden,
moet hoe dan ook afgebakend worden. Er zal dus altijd een termijn gesteld moeten worden.

De 12-maandentermijn is een bekende termijn bij aanvragers. Wel is de 12 maandentermijn
duidelijker gedefinieerd.

6. Overweeg het subsidiedrempelbedrag verder te verlagen. Dit leidt tot meer gebruik onder kleinere sportorganisaties, hoewel de uitvoeringslasten
zullen toenemen;

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Aanbeveling niet overgenomen omdat ik de negatieve
gevolgen van de stijging van de uitvoeringslasten zwaarder acht dan de positieve gevolgen
van het verwachte verhoogde gebruik onder kleine sportorganisaties.

7. Neem medegebruik door bewegingsonderwijs ook mee. Het medegebruik van sportaccommodaties voor bewegingsonderwijs is efficiënt en draagt
bij aan bredere doelen op het gebied van gezondheid. We adviseren de BOSA hiervoor
niet meer te korten. Een heldere afbakening is nodig wanneer sprake is van «medegebruik»
door bewegingsonderwijs (wel recht op BOSA) versus «primair gebruik» door bewegingsonderwijs
(geen recht);

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Aanbeveling overgenomen. In de subsidieregeling
BOSA wordt de subsidie niet gekort wanneer er sprake is van «medegebruik» door bewegingsonderwijs.
Dit is helder afgebakend in de definities.

8. Bezie de herziening van de BOSA in relatie tot actuele kostenstijgingen bij sportorganisaties. De recente kostenstijgingen worden slechts deels gecompenseerd met meer BOSA-inkomsten.
Een gezonde financiële huishouding van sportorganisaties is randvoorwaardelijk voor
een doeltreffende en doelmatige BOSA.

Verwerking Subsidieregeling BOSA: Aanbeveling deels overgenomen. In de subsidieregeling
BOSA is het percentage voor verduurzaming en toegankelijkheid verhoogd van 30% naar
40%. Ik erken dat sportorganisaties geconfronteerd worden met gestegen kosten voor
onder andere bouw en onderhoud. De BOSA heeft echter niet als doel om sportorganisaties
volledig te compenseren voor gestegen kosten.

De evaluatie ontvangt u hierbij ook als bijlage. Hiermee geef ik tevens invulling
aan de toezegging dat ik een brief stuur met de uitkomsten van de evaluatie van de
BOSA-regeling en de toepassing van de regeling in 2024 en beschouw ik deze toezegging
als afgedaan.

Overvraging BOSA-regeling in 2023

In de afgelopen jaren is het budget van de BOSA-regeling altijd toereikend geweest
om alle ingediende aanvragen toe te kennen. Nu ontstaat de situatie dat het beschikbare
budget van € 77 miljoen voor 2023 naar alle verwachting in de loop van oktober geheel
zal zijn besteed. Op dat moment is er dus geen budget meer om liggende, of nieuwe
aanvragen toe te kennen. Ik ga de gevolgen hiervan als volgt mitigeren om zoveel mogelijk
aanvragers te kunnen ondersteunen.

Allereerst wil ik zorgen dat er zoveel mogelijk aanvragen wel in 2023 kunnen worden
toegekend. Ten tweede wil ik waar mogelijk voorkomen dat aanvragen die nu zijn ingediend,
moeten worden afgewezen en op 1 januari 2024 opnieuw moeten worden ingediend. Dit
levert namelijk onnodige administratieve lasten op voor de aanvragers uit de sportsector
en voor uitvoeringsorganisatie DUS-I. Ingediende aanvragen worden behandeld op volgorde
van binnenkomst en compleetheid, totdat er geen budget meer over is. Zodra het subsidieplafond
is bereikt, krijgen aanvragers die nog geen beslissing hebben ontvangen de mogelijkheid
om hun aanvraag aan te houden. Deze aangehouden aanvragen kunnen dan in 2024 verder
worden behandeld en worden gefinancierd uit het budget van 2024. Als aanvragers dit
niet willen, kunnen zij hun aanvraag ook intrekken en vanaf 1 januari 2024 opnieuw
indienen onder de voorwaarden van de regeling zoals die op dat moment gelden.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder