Brief regering : Stand van zaken implementatie richtlijnen in het eerste kwartaal 2023
21 109 Uitvoering EU-Richtlijnen
Nr. 260
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 mei 2023
Hierbij bied ik u het periodieke overzicht aan van de stand van zaken bij de implementatie
van EU-richtlijnen in de Nederlandse wet- en regelgeving aan het einde van het eerste
kwartaal van 2023.
In deze brief wordt eerst ingegaan op de implementatieachterstand zoals die op 31 maart
2023 gold. Daarna worden de oorzaken van deze achterstand behandeld en worden de richtlijnen
die het volgende kwartaal moeten worden geïmplementeerd genoemd. Vervolgens volgt
een opsomming van de ingebrekestellingprocedures die de Europese Commissie tegen Nederland
is gestart als gevolg van niet-tijdige implementatie. Mede op verzoek van uw Kamer
zijn ook de lopende infracties wegens (vermeende) onjuiste implementatie in het overzicht
ingebrekestellingen per departement opgenomen.
Huidige achterstand
De achterstand per 1 april 2023 bedroeg 12 richtlijnen t.o.v. 12 richtlijnen in het
vorige kwartaal. In het 1e kwartaal van 2023 zijn 2 achterstallige richtlijnen geïmplementeerd. Er zijn in dit
kwartaal 2 nieuwe richtlijnen in overschrijding bijgekomen.
De 12 achterstallige richtlijnen zijn aan de volgende ministeries toegedeeld: BZK (1),
EZK (1), FIN (1), IenW (3), JenV (3), SZW (1) en VWS (2).
De overschrijding van de implementatiedatum varieert sterk, van 41 tot 820 dagen.
Een exacte aanduiding van de overschrijding per richtlijn is te vinden in bijgevoegd
kwartaaloverzicht.
Achterstanden en hun oorzaken
Wat betreft de oorzaken voor de implementatieachterstand ultimo eerste kwartaal 2023
speelt een aantal factoren een rol. Deze factoren worden hieronder per ministerie
toegelicht.
BZK
RICHTLIJN (EU) 2019/1024 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 juni 2019 inzake
open data en het hergebruik van overheidsinformatie
Uiterste implementatiedatum: 17 juli 2021
Richtlijn (EU) 2019/1024 wordt geïmplementeerd door een wijziging van de Wet hergebruik
van overheidsinformatie en enkele andere wetten (citeertitel: Wet implementatie Open
data richtlijn). Wegens prioritering van COVID-19-wetgeving en gebrek aan capaciteit
heeft de voorbereiding van dit wetsvoorstel vertraging opgelopen. Op 28 juni 2022
heeft de Autoriteit Persoonsgegevens over het voorstel advies uitgebracht. Op 24 oktober
2022 heeft de Afdeling advisering van de Raad van State advies uitgebracht. De verwachting
is dat het wetsvoorstel samen met het nader rapport in de eerste helft van 2023 aan
de Tweede Kamer zal worden gezonden.
EZK
RICHTLIJN (EU) 2019/944 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 5 juni 2019 betreffende
gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot wijziging
van Richtlijn 2012/27/EU (herschikking)
Uiterste implementatiedatum: 31 december 2020
Richtlijn (EU) 2019/944 wordt geïmplementeerd door een voorstel van wet houdende regels
over energiemarkten en energiesystemen (Energiewet). Het conceptwetsvoorstel is op
8 juli 2022 voor advies voorgelegd aan de Afdeling advisering van de Raad van State.
Het advies is in februari 2023 uitgebracht. Indiening bij de Tweede Kamer wordt voor
de zomer voorzien. De implementatie is onder meer vertraagd door de complexiteit van
het doorgronden van het bereik en de betekenis van de richtlijnvoorschriften, het
noodzakelijke overleg met de stakeholders en de tijd die de Raad van State nodig heeft
gehad voor het advies. Overigens zijn aanzienlijke delen van Richtlijn 2019/944 reeds
in de huidige Elektriciteitswet en onderliggende regelgeving geïmplementeerd. Op 14 maart
2022 is een mededeling van partiële implementatie gepubliceerd in de Staatscourant
(Stcrt. 2022, nr. 6101) en deze is genotificeerd bij de Europese Commissie.
FIN
RICHTLIJN (EU) 2021/338 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16 februari 2021
tot wijziging van Richtlijn 2014/65/EU wat betreft informatievereisten, productgovernance
en positielimieten, en Richtlijnen 2013/36/EU en (EU) 2019/878 wat betreft de toepassing
daarvan op beleggingsondernemingen, om bij te dragen aan het herstel van de COVID-19-crisis
Uiterste implementatiedatum: 28 november 2021
Op grond van de richtlijn herstelpakket beleggingsondernemingen (richtlijn nr. 2021/338)
worden enige informatieverplichtingen waaraan beleggings-ondernemingen moeten voldoen,
geschrapt of opgeschort teneinde de daarmee verband houdende nalevingskosten te verminderen.
Die richtlijn wijzigt tevens het toepassingsbereik van de verplichting om met betrekking
tot grondstoffen-derivaten positielimieten toe te passen. De richtlijn wordt geïmplementeerd
via de Implementatiewet richtlijn herstelpakket beleggingsondernemingen en het bijbehorende
implementatiebesluit. De implementatiewet is op 5 april jl. in werking getreden; het
implementatiebesluit wordt op korte termijn ter advisering voorgelegd aan de Raad
van State. Nederland is op 27 januari 2022 in gebreke gesteld wegens de overschrijding
van de implementatietermijn van deze richtlijn.
I&W
RICHTLIJN (EU) 2019/1936 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 23 oktober 2019
tot wijziging van Richtlijn 2008/96/EG betreffende het beheer van de verkeersveiligheid
van weginfrastructuur
Uiterste implementatiedatum: 17 december 2021
Richtlijn (EU) 2019/1936 wordt geïmplementeerd door een wijziging van de Wegenverkeerswet
1994 en de invoering van een nieuwe algemene maatregel van bestuur (amvb) en ministeriële
regeling. Medio december 2022 is het wetsvoorstel zonder stemming aangenomen door
de Tweede Kamer. Medio februari 2023 heeft de Raad van State laten weten geen opmerkingen
te hebben bij de op dit wetsvoorstel gebaseerde ontwerpamvb en geadviseerd de amvb
te nemen.
De (gewijzigde) richtlijn gaat over de verkeersveiligheid van weginfrastructuur. In
een eerder stadium van de voorbereiding is ervoor gekozen om in het wetsvoorstel niet
alleen regels op te nemen ter implementatie van deze richtlijn maar ook regels met
betrekking tot de verkeersongevallenregistratie. De reden hiervoor is dat deze onderwerpen
met elkaar samenhangen.
De verwachting was dat laatstgenoemde wetsvoorstel eind 2021 aan de Tweede Kamer aangeboden
kon worden. Dit is echter niet haalbaar gebleken. Ten behoeve van dat wetsvoorstel
is bij verschillende partijen juridisch advies ingewonnen. Een aantal adviezen is
later dan gepland opgeleverd. Bovendien blijkt dat voor de verkeersongevallenregistratie
nadere analyse nodig is om exact vast te stellen welke persoonsgegevens worden verwerkt
en hoe ze worden verwerkt. Dit is noodzakelijk om een juridisch sluitende grondslag
te kunnen creëren waarmee aan alle eisen van de Algemene verordening gegevens-bescherming
wordt voldaan.
Het voorgaande heeft ertoe geleid dat de implementatie van de richtlijn is vertraagd.
Op 26 november 2021 is de Tweede Kamer hierover geïnformeerd.1 Om verdere vertraging zoveel mogelijk te voorkomen is daarna ervoor gekozen een apart
wetsvoorstel in te dienen voor de implementatie van de richtlijn.
RICHTLIJN (EU) 2017/2397 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 12 december 2017
betreffende de erkenning van beroepskwalificaties in de binnenvaart en tot intrekking
van de Richtlijnen 91/672/EEG en 96/50/EG van de Raad
Uiterste implementatiedatum: 17 januari 2022
Richtlijn (EU) 2017/2397 wordt geïmplementeerd door wijzigingen op verschillende niveaus
van regelgeving, waaronder een wijziging van de Binnenvaartwet en het Binnenvaartbesluit.
Het wetsvoorstel tot wijziging van de Binnenvaartwet is in de eerste weken van februari
2023 aanhangig gemaakt bij de Tweede Kamer. De wijziging van het Binnenvaartbesluit
zal zo spoedig mogelijk daarna worden aangeboden aan de Raad van State voor advies.
Om problemen door de overschrijding van de implementatietermijn zo veel mogelijk te
voorkomen, is de richtlijn gedeeltelijk geïmplementeerd in de Binnenvaartregeling.2 Op dit niveau van ministeriële regeling zal voor de volledige implementatie ook nog
een wijziging plaatsvinden. Door deze gedeeltelijke implementatie kan er al deels
uitvoering worden gegeven aan de richtlijn met onder andere de uitgifte van de nieuwe
soort vaarbewijzen.
GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU) 2020/12 VAN DE COMMISSIE van 2 augustus 2019 tot aanvulling
van Richtlijn (EU) 2017/2397 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft normen
betreffende competenties en de overeenkomstige kennis en vaardigheden voor praktijkexamens,
de goedkeuring van simulatoren en medische geschiktheid
Uiterste implementatiedatum: 17 januari 2022
De implementatie van de Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/12 is onderdeel van de implementatie
van de Richtlijn (EU) 2017/2397.
Voor de toelichting op de oorzaak van de achterstand wordt verwezen naar de toelichting
bij Richtlijn (EU) 2017/2397.
JenV
RICHTLIJN (EU) 2019/1023 [A] VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 juni 2019
betreffende preventieve herstructureringsstelsels, betreffende kwijtschelding van
schuld en beroepsverboden, en betreffende maatregelen ter verhoging van de efficiëntie
van procedures inzake herstructurering, insolventie en kwijtschelding van schuld,
en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 (Richtlijn betreffende herstructurering
en insolventie)
Uiterste implementatiedatum: 17 juli 2022
Richtlijn 2019/1023 inzake herstructurering en insolventie vereist dat ondernemingen
met financiële moeilijkheden toegang hebben tot een stelsel waarmee zij hun schulden
kunnen herstructureren. Daarnaast moeten insolvente ondernemers (natuurlijke personen)
een tweede kans kunnen krijgen in de vorm van een volledige kwijtschelding van hun
schulden. Ook bevat de richtlijn regels om insolventieprocedures efficiënt te laten
verlopen. De wet ter implementatie van de richtlijn is per 1 januari 2023 in werking
getreden (Stb. 2022, nrs. 491 en 492).
RICHTLIJN (EU) 2019/1151 [A] VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN 20 juni 2019
tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot het gebruik van digitale
instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht
Uiterste implementatiedatum: 1 augustus 2022
De richtlijn 2019/1151 wijzigt richtlijn 2017/1132 met betrekking tot het gebruik
van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht. De
richtlijn maakt het mogelijk dat online een BV wordt opgericht, dat bijkantoren online
kunnen worden geregistreerd en dat online informatie en documenten kunnen worden ingediend
door vennootschappen en bijkantoren. De richtlijn bevat daarnaast een bepaling over
bestuursverboden en de uitwisseling van informatie daarover tussen lidstaten. Implementatie
vindt plaats in het Burgerlijk Wetboek, in de Wet op het notarisambt en in het Handelsregisterbesluit
2014. Het wetsvoorstel voor wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het
notarisambt ligt in uw Kamer. De nota naar aanleiding van het verslag is op 3 november
2022 ingediend en de plenaire behandeling staat voorlopig gepland voor de week van
22 mei 2023.
RICHTLIJN (EU) 2019/2121 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 27 november 2019
tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot grensoverschrijdende
omzettingen, fusies en splitsingen
Uiterste implementatiedatum: 31 januari 2023
De richtlijn 2019/2121 beoogt de vrijheid van vestiging binnen de EU te bevorderen
door het voor vennootschappen gemakkelijker te maken om een grensoverschrijdende omzetting,
fusie of splitsing te effectueren, terwijl de wettelijke en contractuele rechten van
betrokkenen zoals aandeelhouders, schuldeisers en werknemers worden gewaarborgd. Daarvoor
wordt richtlijn EU 2017/1132 over bepaalde aspecten van het vennootschapsrecht gewijzigd
en aangevuld.
De Nederlandse wetgeving bevat nog geen regeling voor grensoverschrijdende omzettingen
en splitsingen en de bestaande regeling voor grensoverschrijdende fusies moet worden
aangepast. Daarvoor zijn wijzigingen in Boek 2 BW en de Wet op notarisambt (Wna) nodig.
Het wetsvoorstel voor wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het notarisambt
ligt in de Tweede Kamer. Het verslag bij het wetsvoorstel is door de vaste commissie
voor Justitie en Veiligheid op 26 januari 2023 uitgebracht. De nota naar aanleiding
van het verslag staat gepland voor Q2 van 2023.
SZW
RICHTLIJN (EU) 2020/1057 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 15 juli 2020 tot
vaststelling van specifieke regels met betrekking tot Richtlijn 96/71/EG en Richtlijn
2014/67/EU wat betreft de detachering van bestuurders in de wegvervoersector en tot
wijziging van Richtlijn 2006/22/EG wat betreft de handhavingsvoorschriften en Verordening
(EU) nr. 1024/2012
Uiterste implementatiedatum: 2 februari 2022
Richtlijn (EU) 2020/1057 wordt geïmplementeerd door een voorstel van wet tot wijziging
van de Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie en de Wet
op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve
arbeidsovereenkomsten (Implementatie-wet Richtlijn 2020/1057/EU inzake detachering
in de wegvervoersector). Voor de implementatie van deze richtlijn geldt niet de gebruikelijke
twee jaar, maar iets minder dan achttien maanden. Deze termijn is kort, gezien de
complexiteit van de materie. De complexiteit blijkt ook uit het feit dat de Europese
Commissie eerst begin 2022 vragen en antwoorden publiceerde over een aantal essentiële
bepalingen in deze richtlijn. Daarnaast heeft het ook de nodige tijd gekost om afspraken
te maken met de toezichthouders over de wijze waarop deze wetgeving kan worden gehandhaafd.
Het wetsvoorstel is op 22 februari 2022 aan de Afdeling advisering van de Raad van
State ter advisering voorgelegd. Nederland is op 25 maart 2022 in gebreke gesteld
wegens de overschrijding van de implementatie-termijn van deze richtlijn. Op 21 februari
2023 is het wetsvoorstel door de Eerste Kamer aangenomen (Kamerstuk 36 166). De Europese Commissie heeft op 19 april 2023 besloten naar het EU Hof te gaan om
Nederland te laten veroordelen voor niet tijdige implementatie van deze richtlijn.
De Implementatiewet inzake deze richtlijn wordt naar verwachting op zeer korte termijn
gepubliceerd. De wet zal op 1 juni in werking treden.
VWS
RICHTLIJN (EU) 2019/882 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 17 april 2019 betreffende
de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten
Uiterste implementatiedatum: 28 juni 2022
Richtlijn (EU) 2019/882 wordt geïmplementeerd door een voorstel van wet tot wijziging
van onder andere de Warenwet, de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of
chronische ziekte, de Telecommunicatiewet, het Burgerlijke Wetboek en de Wet op het
financieel toezicht. Het wetsvoorstel is in januari 2023 voor advies bij de Afdeling
advisering van de Raad van State aanhangig gemaakt. Daarnaast vindt een deel van de
implementatie plaats in regelgeving op lager niveau. De complexiteit van de materie
en de betrokkenheid van veel verschillende ministeries hebben gezorgd voor vertraging
bij de implementatie. Daarnaast kostte het de nodige tijd om afspraken te maken met
de verschillende toezichthouders over de wijze waarop de implementatieregelgeving
kan worden gehandhaafd. Hoewel de implementatiedatum voor het formeel vaststellen
van de wetgeving ter implementatie van de richtlijn (28 juni 2022) inmiddels is verstreken,
zal volgens artikel 31 van de richtlijn deze pas vanaf 28 juni 2025 feitelijk toegepast
moeten worden. Die datum zal naar verwachting wel gehaald worden.
GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU) 2022/1326 VAN DE COMMISSIE van 18 maart 2022 tot wijziging
van de bijlage bij Kaderbesluit 2004/757/JBZ van de Raad in verband met het opnemen
van nieuwe psychoactieve stoffen in de definitie van «drug»
Uiterste implementatiedatum: 18 februari 2023
Gedelegeerde richtlijn (EU) 2022/1326 brengt de stoffen 3-MMC en 3-CMC onder de definitie
«drug» in Kaderbesluit 2004/757/JBZ. Dit betekent dat deze stoffen aan controlemaatregelen
onderworpen moeten worden. De stof 3-MMC staat reeds op lijst II, behorende bij de
Opiumwet. De stof 3-CMC zal bij algemene maatregel van bestuur op lijst I, behorende
bij de Opiumwet worden geplaatst. Dit besluit zal op korte termijn op grond van artikel 3a,
vierde lid, van de Opiumwet bij uw Kamer worden voorgehangen.
Nederland is op 22 maart 2023 in gebreke gesteld wegens de overschrijding van de implementatietermijn
van deze gedelegeerde richtlijn.
Richtlijnen die in het volgende kwartaal moeten worden geïmplementeerd om overschrijding
te voorkomen
BZ
GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU) 2023/277 VAN DE COMMISSIE
van 5 oktober 2022 tot wijziging van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement
en de Raad wat betreft de bijwerking van de lijst van defensiegerelateerde producten
om deze in overeenstemming te brengen met de bijgewerkte gemeenschappelijke EU-lijst
van militaire goederen van 21 februari 2022
Uiterste implementatiedatum: 31 mei 2023
IenW
GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU) 2023/544 VAN DE COMMISSIE
van 16 december 2022 tot wijziging van Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement
en de Raad wat betreft de vrijstellingen voor het gebruik van lood in aluminiumlegeringen
voor verwerkingsdoeleinden, in koperlegeringen en in bepaalde batterijen
Uiterste implementatiedatum: 1 juni 2023
GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU) 2022/2407 VAN DE COMMISSIE
van 20 september 2022 tot aanpassing van de bijlagen bij Richtlijn 2008/68/EG van
het Europees Parlement en de Raad aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang
Uiterste implementatiedatum: 30 juni 2023
JenV
RICHTLIJN (EU) 2021/2101 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 24 november 2021
tot wijziging van Richtlijn 2013/34/EU wat betreft de openbaarmaking van informatie
over de winstbelasting door bepaalde ondernemingen en bijkantoren
Uiterste implementatiedatum: 22 juni 2023
LNV
UITVOERINGSRICHTLIJN (EU) 2022/2438 VAN DE COMMISSIE
van 12 december 2022 tot wijziging van Richtlijn 93/49/EEG en Uitvoeringsrichtlijn
2014/98/EU wat betreft door de EU gereguleerde niet-quarantaineorganismen op teeltmateriaal
van siergewassen, teeltmateriaal van fruitgewassen en fruitgewassen die voor de fruitteelt
worden gebruikt
Uiterste implementatiedatum: 30 juni 2023
UITVOERINGSRICHTLIJN (EU) 2022/1647 VAN DE COMMISSIE
van 23 september 2022 tot wijziging van Richtlijn 2003/90/EG wat betreft een afwijking
voor biologische rassen van landbouwgewassen die geschikt zijn voor biologische teelt
Uiterste implementatiedatum: 30 juni 2023
UITVOERINGSRICHTLIJN (EU) 2022/1648 VAN DE COMMISSIE
van 23 september 2022 tot wijziging van Richtlijn 2003/91/EG wat betreft een afwijking
voor biologische rassen van groentegewassen die geschikt zijn voor biologische teelt
Uiterste implementatiedatum: 30 juni 2023
Ingebrekestellingen wegens te late implementatie
In het eerste kwartaal van 2023 zijn er twee ingebrekestellingen wegens te late implementatie
van richtlijnen van de Europese Commissie ontvangen:
Van JenV, zaak 2023/0086, mbt RL 2019/2121 (grensoverschrijdende omzettingen, fusies
en splitsingen)
Van VWS, zaak 2023/0087, mbt RL 2022/1326 (nieuwe psychoactieve stoffen)
De Europese Commissie heeft in het eerste kwartaal van 2023 vijf zaken wegens te late
implementatie geseponeerd:
Van FIN, zaak 2018/0091, mbt RL 2015/2366(PSD II)
Van FIN, zaak 2020/2014, mbt RL 2018/843 (witwassen/terrorismefinanciering)
Van FIN, zaak 2022/0316, mbt RL 2021/2261 (ICBE’s)
Van IenW, zaak 2021/0311, mbt RL 2019/883 (afvalafgifte van schepen)
Van JenV, zaak 2021/2076, mbt RL 2013/48 (toegang tot advocaat)
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken