Brief regering : I-strategie Rijk 2022 - 2025: Routekaarten
26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Nr. 899
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juli 2022
In het commissiedebat «Digitale overheid, datagebruik en algoritmen, digitale identiteit»
op 22 maart jl. heb ik toegezegd1 om uw Kamer de routekaarten van de I-strategie Rijk 2022–2025 voor de zomer toe te
sturen2. In lijn met de motie van de leden Van Weerdenburg en Van Haga uit het daar aan gekoppelde
Tweeminutendebat (Handelingen II 2021/22, nr. 65, item 20) van 5 april jl.3 doe ik dat hierbij in regulier kamerbriefformat.
De I-strategie Rijk richt zich op de digitalisering van de rijksoverheid en beschrijft
de belangrijkste uitdagingen voor de informatievoorziening van de rijksoverheid voor
de komende jaren; op en tussen de ministeries en hun uitvoerings-organisaties. In
die zin gebeurt een groot deel van de uitvoering van de I-strategie «onder de motorkap».
Met informatievoorziening bedoelen we niet alleen de informatieverstrekking aan uw
Kamer. Het gaat hier om het geheel van mensen, middelen en maatregelen, gericht op
de informatievoorziening van de rijksoverheid, ten dienste van parlement en samenleving.
Bij de I-strategie vormen de publieke waarden van informatievoorziening het uitgangspunt.
Naast effectieve en efficiënte overheidsprocessen zijn dat onder andere het versterken
van de uitvoering, het borgen van de privacy, de mogelijkheden van data verantwoord
benutten en meer transparantie in de verantwoording over informatie-aspecten aan parlement
en samenleving4.
Verbinding met hoofdlijnenbrief
Zoals ik in mijn hoofdlijnenbrief5 van 8 maart jl. al aangaf, is de I-strategie Rijk een van de pijlers onder mijn beleid
voor de digitale transitie van de samenleving voor de komende 3 jaar. Meer specifiek
draagt de I-strategie bij aan twee van de basiselementen voor de digitale transitie
die ik in mijn brief beschrijf, namelijk het «Digitaal fundament» en de «Digitale
overheid». Zo wordt binnen het I-strategiethema «Digitale weerbaarheid» gewerkt aan
onder andere cyberveiligheid en privacy, en komen bij het thema «Data en algoritmen»
kaders voor maatschappelijke behoeften als een digitale identiteit en regie op gegevens
aan bod, en werken we aan afspraken voor meer inzicht in de samenstelling en het gebruik
van algoritmen. Maar ook andere randvoorwaardelijke zaken als digitale vaardigheden
en een solide digitale infrastructuur worden verder uitgewerkt in respectievelijk
de thema’s «I-vakmanschap» en «ICT-landschap».
In de uitwerking van de hoofdlijnenbrief in de werkagenda «Vertrouwen in digitalisering»
die u na de zomer tegemoet kunt zien, zult u de rijksbrede elementen uit de routekaarten
van de I-strategie Rijk ook herkennen.
Routekaarten
Bij de totstandkoming van de I-strategie vorig jaar waren de CIO’s van de ministeries
en hun grote uitvoerders actief en intensief betrokken. Een coproductie die past in
de bedoeling van het Besluit CIO-stelsel Rijksdienst en waarbij elk thema een portefeuillehouder
heeft in de vorm van één van de CIO’s of een duo. Diezelfde betrokkenheid en eigenaarschap
geldt voor de uitwerking van de strategie in de routekaarten.
Prioritering: speerpunten die met voorrang invulling krijgen
De I-strategie Rijk is opgebouwd langs tien inhoudelijke thema’s die elk speerpunten
hebben waarlangs de thema’s worden ingevuld. In het CIO-beraad is een aantal speerpunten
afgesproken die de komende jaren met voorrang invulling krijgen. Die speerpunten concentreren
zich met name rond drie van de thema’s: I in het hart, digitale weerbaarheid en I-vakmanschap.
Graag licht ik deze thema’s hieronder kort toe aan de hand van hun doelstellingen
en beoogde effecten, en hoe – hetzij centraal door BZK, hetzij op ministerieniveau,
dan wel rijksbreed gezamenlijk – aan de thema’s wordt gewerkt.
I in het hart
Werken aan «I in het hart» betekent dat beleid en uitvoering samen de kansen van digitalisering
pakken; dat de I vanaf het begin «in het hart» van de beleidsontwikkeling wordt meegenomen.
Anders gezegd: dat bij het maken van elk nieuw stuk beleid, wetgeving, uitvoering
of toezichtsarrangement vooraf – en dus op de bestuurstafel – rekening wordt gehouden
met de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid van dat beleid, wetgeving, etc. in de dagelijkse
praktijk van onze interactie met burgers en bedrijven en hun interactie met ons als
overheid.
Ik heb de ministeries gevraagd voorrang te geven aan het opstellen van een informatieparagraaf
bij nieuw beleid, zodat de I-component nadrukkelijk een plaats in beleidsontwikkeling
krijgt en implementatie en uitvoering van dit nieuwe beleid straks zorgvuldiger en
sneller kan plaatsvinden. BZK faciliteert de deling van goede praktijken tussen ministeries
en stelt op basis daarvan een handreiking op voor de informatieparagraaf.
Met deze volgende stap in de integratie van I in beleidsontwikkeling werken we toe
naar beleid dat beter aansluit op de (digitale) ontwikkelingen in maatschappij en
economie.
Versterken digitale weerbaarheid
Burgers en bedrijven moeten erop kunnen vertrouwen dat de rijksoverheid betrouwbaar
zijn taken uitvoert en zorgvuldig omgaat met hun gegevens. Door continu te werken
aan de versterking van onze digitale weerbaarheid, borgen we dat (basis)informatie
onder alle omstandigheden beschikbaar is, correct en volledig is en alleen toegankelijk
voor de juiste personen. En als er onverhoopt iets misgaat, wordt dat snel opgemerkt
en is het herstelbaar. Hierbij houden we rekening met ontwikkelingen rondom hybride
werken, toepassing van cloud, digitale soevereiniteit ook in het licht van geopolitieke
ontwikkelingen en de toename van digitale criminaliteit. Binnen dit thema werken we
langs drie lijnen: sturen op risico’s, feitelijke veiligheid en weerbare medewerkers.
Meer concreet ga ik onder andere Red-teaming zoveel als mogelijk faciliteren, zodat
alle ministeries in 2022 kunnen starten met het organiseren van een Red-teaming oefening
op minimaal één organisatieonderdeel. Met deze oefeningen vinden we kwetsbaarheden
in de techniek, organisatie, proces en gedrag. CIO Rijk organiseert actieve kennisdeling
over de uitkomsten van de Red-teaming, wat het rijksbreed leren van elkaars ervaringen
verder stimuleert.
Hiermee leggen we de basis om ministeries digitaal weerbaarder te maken. Eventuele
kwetsbaarheden worden door de oefening opgespoord, gedocumenteerd en geneutraliseerd
voordat ze een feitelijk risico kunnen vormen. Een eerste stap op weg naar een rijksoverheid
als veilige digitale partner; met cyberweerbare medewerkers en systemen en processen
die aantoonbaar digitaal solide en (be)veilig(d) zijn.
Opbouwen toekomstbestendig I-vakmanschap
Met de toenemende digitalisering en aanhoudende schaarste op de arbeidsmarkt wordt
het steeds belangrijker om voldoende en de juiste kennis op I in huis te hebben. En
dat is precies waar ik op inzet met het thema «I-vakmanschap». Daarbij gaat het niet
alleen om het ontwikkelen van rijksbreed beleid om zowel jong talent als de oudere
jongere te verleiden bij de overheid te komen en blijven werken (nieuwe mensen binnen
halen en houden) maar ook om de kennisontwikkeling bij niet I-personeel te stimuleren
(en zittende collega’s waar nodig te voorzien van een «I-injectie»).
Voor de tweede doelgroep ontwikkelt RADIO – de Rijksacademie voor Digitalisering –
de komende jaren extra opleidingsmateriaal zoals e-learnings, podcasts, webinars,
en microlearnings om het I-bewustzijn te vergroten. En door ook maatwerk (meerdaagse
opleidingen voor alle bestuurlijke niveaus van de rijksoverheid) aan te bieden voor
specifieke doelgroepen stimuleert RADIO de onbewust onbekwame I-professional om een
onbewust bekwame I-professional te worden. De samenwerking met de markt krijgt hierbij
ook een steeds prominentere plaats: met een klankbordfunctie vanuit het bedrijfsleven,
pilots voor de 1-op-1-coaching van topmanagers en bijdragen aan lopende opleidingstrajecten
door wederzijdse inzet van inhoudelijk experts.
Met een zoveel als mogelijk centrale aanpak blijf ik werken aan voldoende kennis,
capaciteit en de juiste mensen als randvoorwaarde voor de gezamenlijke veranderopgave
in het digitale domein; en de rijksoverheid als aantrekkelijke werkgever.
Middelen
De benodigde budgetten voor de speerpunten waar centraal aan wordt gewerkt, komen
onder andere uit de eigen begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
gelden voor Werken aan Uitvoering, Open op Orde en de Nationale Cryptostrategie.
Meerjaren informatieplannen: tweede woensdag in november
Voor de andere thema’s van de I-strategie Rijk geldt dat op rijksbreed niveau, samen
met de ministeries en hun uitvoerders, ook activiteiten worden ondernomen. Zo werk
ik centraal met de ministeries bijvoorbeeld aan het afronden en door ontwikkelen van
ons Nationaal Detectie Netwerk (NDN)6, strategisch rijksbeleid voor het gebruik van clouddiensten, het inrichten van toezicht
op algoritmen en de verdergaande samenwerking met de markt, wetenschap en onderwijsinstellingen.
Daarnaast zal elk ministerie ook haar eigen beleidsspeerpunten hebben die meer dan
eens zullen raken aan speerpunten uit de I-strategie.
Afgesproken is dat ministeries binnen de prioritaire speerpunten zelf hun eigen resultaten
bepalen, op voorwaarde dat deze resultaten bijdragen aan de gewenste uitkomst van
het speerpunt. Hoe de ministeries dat (gaan) doen, nemen zij op in hun meerjarige
informatieplannen. Deze ontvangt uw Kamer op de tweede woensdag van november via de
verschillende vaste Kamercommissies. De overkoepelende rijksbrede beschouwing gaat
diezelfde dag naar de vaste Kamercommissie Digitale Zaken.
Actualisatie
In de bijlage vindt u de routekaarten van de I-strategie Rijk per thema. Ze geven
aan wanneer we welke resultaten bereiken, of wanneer we hiermee starten. Omdat het
vaak omvangrijke trajecten zijn, lopen ze veelal door in de jaren erna. De routekaarten
gaan, net als de I-strategie zelf, uit van wat we op dit moment weten. In het eerste
kwartaal van elk jaar worden ze waar nodig geactualiseerd en aangevuld voor het jaar
erop op basis van dan bekende behoeften uit de samenleving, technische ontwikkelingen,
financiële mogelijkheden en politieke prioriteiten. Als er significante bewegingen
zijn, krijgt ook de I-strategie zelf een tussentijdse update die ik zal voorleggen
aan uw Kamer.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A.C. van Huffelen
Indieners
-
Indiener
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.