Brief regering : Evaluatie subsidieregeling kanker en werkzoekenden
29 544 Arbeidsmarktbeleid
28 719
Reïntegratiebeleid
Nr. 1083
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 november 2021
De overlevingskansen van iemand met kanker worden steeds groter. Dat is goed nieuws,
maar het betekent ook dat de samenleving deze mensen weer met open armen moet ontvangen
als zij na een periode van ziekte weer aan de slag willen. Dat blijkt lastig; veel
kankerpatiënten verliezen hun baan en hebben moeite om nieuw werk te vinden als ze
zijn genezen. De afgelopen jaren hebben we hen willen helpen om een baan te vinden
– zoals we iedere werkzoekende graag weer aan het werk krijgen. Tijdens de vaststelling
van de begrotingsstaten voor het jaar 2018 van mijn ministerie werd een amendement
van het Kamerlid Van Weyenberg (D66) aangenomen1. Het amendement bepaalde dat er eenmalig € 500.000 beschikbaar moest komen voor een
subsidieregeling om een aantal maatschappelijke initiatieven te ondersteunen. Die
initiatieven waren erop gericht (ex-)kankerpatiënten zonder werk meer kansen te geven
op het vinden van een nieuwe baan. Om dit mogelijk te maken, heb ik toen de subsidieregeling
Kanker en Werkzoekenden in het leven geroepen. Deze werd in september 2018 gepubliceerd.2 In deze brief informeer ik u over de evaluatie van deze regeling.
Met deze brief voer ik ook de motie uit van de Kamerleden Van Weyenberg (D66) en Van
Brenk (50PLUS)3, die is aangenomen bij de Begrotingsbehandeling 2019. Die motie heeft eveneens betrekking
op het aan het werk helpen van (voormalige) kankerpatiënten.
De subsidieregeling
De subsidieregeling maakte het mogelijk om financiële ondersteuning te geven aan nieuwe
projecten die zonder deze ondersteuning niet tot stand hadden kunnen komen. Het ging
daarbij steeds om een eenmalige subsidie, als een extra impuls voor goede initiatieven.
De ondersteunde projecten richtten zich op het verbeteren van de arbeidsmarktpositie
van (ex-)kankerpatiënten zonder werk. Het aanvraagtijdvak liep van 29 oktober tot
en met 16 november 2018. Bij de beoordeling speelden volgorde van binnenkomst, kwaliteitseisen
en beschikbaar budget een rol. In 2019 kregen vijf projecten subsidie, ieder met een
projectperiode van maximaal een jaar. Op basis van de ontvangen evaluatieverslagen
heb ik deze regeling geëvalueerd.
De vijf projecten
Het eerste project draaide om wetenschappelijk onderzoek naar adolescenten of (jong)volwassenen
(Adolescent & Young Adult, ofwel AYA’s) met of na kanker. In dit project is onderzocht
hoe we hen het best kunnen ondersteunen bij het vinden van, terugkeren naar of behouden
van werk of studie.
De doelgroep bestond uit AYA’s die tussen hun achttiende en vijfendertigste levensjaar
voor het eerst de diagnose kanker hebben gekregen. Negen AYA’s hebben deelgenomen
aan het onderzoek. Twee AYA’s zijn voortijdig gestopt met het project, in verband
met terugkerende ziekteverschijnselen.
De interventie bestond uit begeleidende gesprekken met een bedrijfsartsconsulent oncologie,
aangevuld met aanvullende ondersteuning van organisaties buiten het ziekenhuis, gericht
op werk of studie. De precieze invulling van de interventie werd op maat afgestemd
met de AYA.
De arbeidsmarktpositie van de AYA’s lijkt verbeterd te kunnen worden door middel van
het AYA-project. De arbeidsmarktpositie voor twee deelnemers is veranderd: één deelnemer
heeft de studie weer kunnen hervatten en één deelnemer heeft vrijwilligerswerk gevonden.
Bovendien geven de meeste AYA’s aan dat hun werk-gerelateerde problemen (gedeeltelijk)
zijn opgelost. De effecten op hun werkvermogen, vermoeidheid, gezondheidstoestand
en zelfvertrouwen zijn nog niet meetbaar. Hiervoor is meer tijd nodig in de ondersteuning
en evaluatie; geschat wordt een jaar extra. Uit de ervaringen van de AYA’s blijkt
dat ze zowel de begeleiding van de bedrijfsartsconsulent oncologie als ook de aanvullende
ondersteuning van Emma at Work4 en Tegenkracht5 zeer waarderen.
Een tweede project, «Werk als medicijn», bood werkervaringsplekken aan voor ex-kankerpatiënten
die een stamceltransplantatie hebben ondergaan. Een pilot werd gestart in Groningen,
Friesland en Drenthe. Daarna werd de doelgroep uitgebreid.
Mensen die een intensieve stamcelbehandeling hebben ondergaan, zijn vaak jaren aan
het herstellen en dat herstel lukt niet altijd volledig. De deelnemers aan de pilots
volgden een re-integratietraject op maat, met individueel advies van een bedrijfsartsconsulent
oncologie. Aan het einde van dat traject werden de deelnemers, op basis van hun actuele
CV, voorgesteld aan deelnemende werkgevers voor een werkervaringsplek.
Er werden vijftien kandidaten geworven, waarvan er elf zijn doorgegaan naar de verschillende
activiteiten. Vijf van hen zijn geplaatst op werkervaringsstages, waarmee het projectdoel
werd behaald en de arbeidskansen van de deelnemers werden verbeterd. De subsidieontvangers
gaven aan dat de persoonlijke benadering en het delen van kennis en vasthoudendheid,
maakten dat deelnemers baat hadden bij de aanpak van het project. Niet alleen zijn
mensen geplaatst op een werkervaringsstage, maar volgens de evaluatie werden ze ook
aangezet tot het maken van andere keuzes, zoals studeren en vrijwilligerswerk boven
betaald werk.
Een derde en vierde project waren gericht op het (door)ontwikkelen van een matchingtool: een platform voor werkzoekenden die zijn hersteld van kanker. Het platform moest
werkzoekenden die hersteld zijn van kanker niet alleen helpen bij het vinden van passend
werk, maar moest ook barrières wegnemen bij een potentiële match, werkgevers faciliteren
om mensen aan te nemen die kanker hebben of hebben gehad, en de beeldvorming bij werkgevers
een positieve draai geven.
Deze matchingtool kreeg de naam Talent Connector en is gerealiseerd: werkzoekenden
hersteld van kanker kunnen nu verbonden worden met werkgevers die hebben aangegeven
open te staan voor deze groep sollicitanten. In de Talent Connector presenteren bedrijven
zich en kan een werkzoekende hersteld van kanker op een eenvoudige manier met hen
in contact komen via speciaal aangewezen recruiters van aangesloten bedrijven.
Er staan ook tips en tools in de app, waardoor werkzoekenden onder andere hun (sollicitatie)vaardigheden
kunnen verbeteren. Verder is er een BACO quickscan ontwikkeld, waarmee de belastbaarheid
van werkzoekenden hersteld van kanker in kaart kan worden gebracht. Zo krijgt de sollicitant
een duidelijk beeld van zijn eigen belastbaarheid en werkvermogen. Dit zorgt voor
een grotere kans op een duurzame inzetbaarheid van sollicitanten.
Het is niet bekend hoeveel werkzoekenden tot nu toe een baan hebben gevonden via Talent
Connector. Ook daar is meer tijd voor nodig. Door Covid-19 werd de lancering van de
website uitgesteld. De website zal ook in de toekomst – zonder overheidssubsidie –
worden onderhouden. De komende tijd voegen de makers steeds meer functionaliteiten
toe en worden er ook meer partners bij betrokken.
Het vijfde gegunde project was «Arbeidsparticipatie als behandeldoel: AYA naar werk».
Het project beoogde om arbo-curatieve interventies in de zorg te integreren om zo
de participatiekansen voor AYA’s te optimaliseren en minimaal tien AYA’s te begeleiden.
Op basis van selectie binnen het multidisciplinaire zorgteam en de wensen van de AYA’s
werd arbeidsgeneeskundige begeleiding en project-deelname gestart. AYA’s werden actief
betrokken bij het formuleren van meerdere arbeidsdoelen die in tijd en volgorde op
elkaar werden afgestemd. Op basis van belemmerende en bevorderende factoren voor arbeidsparticipatie
ontstond een maatwerktraject per AYA.
Twaalf werkzoekende AYA’s hebben meegedaan. Drie van hen kregen betaald werk (tijdelijke
contracten), nog eens drie zaten in sollicitatieprocedures, één deed vrijwilligerswerk,
één werd ZZP’er en vier AYA’s zaten in een mentorprogramma (matchingsprogramma met
potentiële werkgevers). Het project heeft een online tool opgeleverd: «Wie ben ik,
wat heb ik nodig voor werk». AYA-zorg is leeftijdsspecifieke zorg, waarbij ook voor
(terugkeer naar) werk is gebleken dat een standaard interventie niet volstaat.
De gekozen doelgroep zou zonder dit project geen hulp hebben gekregen bij de terugkeer
naar werk, aangezien de geboden hulp niet wordt vergoed uit de Zorgverzekeringswet,
door werkgevers, of door het UWV.
Zoals ik heb aangegeven in mijn brief van 23 juni 20216, mede ondertekend namens de demissionair Minister voor Medische Zorg, kan de klinische
arbeidsgeneeskundige zorg een belangrijke rol spelen in het onderkennen en het behandelen
van complexe (oncologische) aandoeningen en het versterken van de samenwerking tussen
de reguliere zorg en de bedrijfsgezondheidszorg. In reactie op de motie van het lid
Van Weyenberg c.s.7 die de vraag stelt hoe de klinisch arbeidsgeneeskundige zorg in meer ziekenhuizen
een integraal onderdeel kan worden van de reguliere oncologische zorg en hoe deze
zorg passend kan worden gefinancierd, heb ik een mogelijk traject geschetst en budget
vrijgemaakt om de beroepsgroep de gelegenheid te bieden hier een start mee te maken.
Op dit moment ben ik samen met het Ministerie van VWS in overleg met de beroepsverenigingen
van de klinisch arbeidsgeneeskundigen en de bedrijfsartsen om te bezien hoe we dit
verder kunnen vormgegeven.
Motie Van Weyenberg (D66) en Van Brenk (50PLUS)
In de motie van de Kamerleden Van Weyenberg en Van Brenk is mij gevraagd in gesprek
te gaan met de uitzendsector om de re-integratie van (ex-)kankerpatiënten te bevorderen
en breder te onderzoeken, in samenwerking met UWV, op welke manier de medische zorg
en de arbeidsgerelateerde zorg elkaar kunnen versterken. Met specifieke aandacht voor
mensen zonder werkgever.
In het bovenstaande heb ik toegelicht welke acties ik samen met mijn collega van VWS
onderneem om de samenwerking tussen de reguliere zorg en de bedrijfsgezondheidszorg
te versterken. Wat betreft de bevordering van de re-integratie van (ex-)kankerpatiënten
zonder werkgever merk ik het volgende op: Ik vind het van groot belang dat mensen
die herstellen van een ziekte kunnen terugkeren naar de arbeidsmarkt als hun gezondheid
dat weer toelaat. Dat is niet alleen belangrijk vanwege het inkomen dat zij uit werk
krijgen, maar ook omdat werk perspectief en houvast biedt in het leven. UWV voert
geen specifiek re-integratiebeleid om mensen in de Ziektewet en de WIA met bepaalde
ziektebeelden, zoals kanker, te begeleiden en te re-integreren. Wel kan UWV bijvoorbeeld
een in kanker gespecialiseerd re-integratiebureau inschakelen in samenspraak met de
zieke werknemer. Dit gebeurt regelmatig. Op die manier biedt UWV maatwerk aan mensen
in de Ziektewet en in de WIA met een diagnose van kanker. Over de vraag welke rol
de uitzendsector hierin kan spelen, ben ik in gesprek gegaan met de ABU (Algemene
Bond Uitzendondernemingen). Hoewel de ABU hier maar een beperkte rol in kan vervullen
– omdat het een brancheorganisatie is – wil deze ervoor zorgen dat de weg naar werk
voor ex-kankerpatiënten verbetert. Daarom besteedt de ABU regelmatig aandacht aan
dit onderwerp in de communicatie en trainingen voor haar leden (de aangesloten uitzendwerkgevers)
om zo de bewustwording bij uitzendwerkgevers te vergroten. In de vakbladen van de
uitzendbranche zijn bijvoorbeeld verschillende artikelen gepubliceerd over dit onderwerp.
Ook is de aandacht van uitzendwerkgevers gevraagd voor de eerdergenoemde matchingtool,
Talent Connector, zodat zij zich kunnen aansluiten en er serieus werk van kunnen maken
om via deze tool sollicitatie-kandidaten te selecteren. Ook heeft de ABU een app voor
haar leden ontwikkeld, «Diversiteit Loont», waarmee intercedenten leren hoe ze om
moeten gaan met een kandidaat waarbij sprake blijkt van een lange ziekteperiode. In
de toekomst zal de ABU met herhaling aandacht blijven vragen voor dit onderwerp, onder
andere door hierover te blijven publiceren en best practices te delen. Daarnaast zal de ABU dat doen via de Alliantie Samen Werken voor Werk, waarin zij samenwerkt met andere dienstverleners die allemaal als doel hebben om
de weg naar werk eenvoudig en duurzaam te maken, ook voor deze doelgroep.
Conclusie
In 2019 zijn met deze subsidieregeling vijf projecten gestart, die allemaal in 2020
zijn afgerond. In totaal is hier € 424.000 aan besteed. De projecten zouden zonder
deze eenmalige subsidieregeling niet tot stand zijn gekomen. De projecten kenden ieder
hun eigen individuele aanpak en insteek. Daardoor zijn zij moeilijk te vergelijken.
Gezien het kleine aantal deelnemers in sommige projecten én de verschillen tussen
de projecten, zijn harde uitspraken over de doeltreffendheid en doelmatigheid van
de subsidies lastig. De gemeenschappelijke deler is echter dat het aannemelijk is
dat de activiteiten een bijdrage hebben geleverd aan het bevorderen van de arbeidsparticipatie
van mensen die kanker hebben of hebben gehad. Tevens laten zij zien dat maatwerk het
sleutelwoord is om deze mensen te begeleiden naar werk. Ook initiatieven zoals die
van de ABU, die aandacht vragen bij werkgevers, dragen bij aan de arbeidsparticipatie
van (ex-)kankerpatiënten. De opgedane lessen neem ik mee in het reguliere beleid en
worden gedeeld met sociale partners. Ook heb ik samen met mijn collega van VWS blijvende
aandacht voor het versterken van de samenwerking tussen bedrijfsartsen en de reguliere
zorg.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A.D. Wiersma
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.D. Wiersma, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.