Brief regering : Vooruitblik op Volksgezondheid Toekomstverkenning 2024 ‘Opgaven voor volksgezondheid en zorg op weg naar 2050’
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
Nr. 705
BRIEF VAN DE MINISTERS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN VOOR LANGDURIGE ZORG
EN SPORT EN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 december 2023
Vanwege de vervroegde verkiezingen brengt het RIVM een vooruitblik uit op de Volksgezondheid
Toekomstverkenning 2024, getiteld «Opgaven voor volksgezondheid en zorg op weg naar 2050». Hiermee komt de kennis en inhoud die al gereed is beschikbaar voor alle partijen.
Voor de zomer van 2024 verschijnt de complete Volksgezondheid Toekomst Verkenning
(VTV), die verdere duiding en cijfers zal bevatten. Met deze brief bieden wij u dit
rapport aan en schetsen kort de opgaven die het RIVM neerlegt voor 2050, gevolgd door
een beknopt overzicht van mogelijk beleid en de relatie met de eerder gesloten akkoorden.
Gezondheid is belangrijk voor de kwaliteit van leven van alle Nederlanders en voor
het functioneren van onze maatschappij als geheel. Mensen met een goede gezondheid
ervaren een hoger welzijn, zijn actiever, ondernemen makkelijker dagelijkse activiteiten.
Een gezonde en actieve bevolking heeft bovendien een hogere arbeidsproductiviteit
en arbeidsparticipatie, betere onderwijsprestaties en ziet meer naar elkaar om. Zo
draagt gezondheid positief bij aan de levenskwaliteit in de samenleving. En omdat
niet iedereen dezelfde kansen heeft op een gezond leven, is er een blijvende inzet
nodig voor de kwetsbaren in onze samenleving.
De vooruitblik van het RIVM maakt duidelijk dat onze gezondheid in 2050 wordt bepaald
door de keuzes die we als samenleving de komende jaren maken. Deze keuzes zullen bepalend
zijn voor de gezondheid van onze jeugd, ouders, ouderen, mantelzorgers en arbeidskrachten
in 2050. Hierbij staan drie uitdagingen centraal: de gezondheid van alle mensen, goede
zorg en ondersteuning en een gezonde leefomgeving.
RIVM signaleert drie opgaven voor 2050: de gezondheid van alle Nederlanders, goede
zorg en ondersteuning en een gezonde leefomgeving
De gezondheid van alle Nederlanders
Het RIVM laat in haar rapport zien dat overgewicht en bewegingsarmoede naar verwachting
meer en meer gaan voorkomen. Dit zien we bij de mensen die nu 50–67 jaar zijn en in
2050 ca. 75 jaar en ouder zijn en bij onze toekomstige beroepsbevolking, ouders en
mantelzorgers; de huidige jeugd van 12 tot 24 jaar die dan ca. 40 jaar en ouder is.
Mede door overgewicht en bewegingsarmoede is er in 2050 in de maatschappij een verhoogd
risico op diabetes, kanker en gewrichtsproblemen. Vooral ouderen zullen in 2050 meerdere
gezondheidsproblemen tegelijkertijd hebben, waardoor de vraag naar complexe zorg toeneemt.
Daarnaast blijft de mentale gezondheid van de 40-plussers in 2050 onder druk staan
als gevolg van de mentale problemen die we nu bij jongeren zien. Het RIVM benoemt
daarbij ook het alcohol- tabaks- en middelengebruik onder jongeren als blijvend aandachtspunt.
Goede zorg en ondersteuning
In 2050 lijken meer mensen zorg en ondersteuning nodig te hebben. Dit is volgens het
RIVM niet alleen het gevolg van de hiervoor genoemde ontwikkelingen, maar ook omdat
de bevolking ouder is geworden. Veel mensen blijven langer zelfstandig wonen en hebben
daar hulp en een netwerk bij nodig. Tegelijkertijd signaleert het RIVM dat het aanbod
van professionele zorg en ondersteuning en mogelijke mantelzorgers afneemt, met als
gevolg dat we voor keuzes over kwaliteit en toegankelijkheid komen te staan. Met daarbij
de waarschuwing dat de inzet van mantelzorgers risicovol is, omdat er aanwijzingen
zijn dat deze groep op langere termijn te maken krijgt met een verminderde mentale
gezondheid.
Een gezonde leefomgeving
Het RIVM geeft aan dat de kans op infectieziekten toeneemt, doordat Nederland opwarmt,
waarmee infectieziekten uit warmere gebieden ook kunnen gaan voorkomen in Nederland
(bijv. het Westnijlvirus). Dit is vooral een risico voor ouderen, kinderen en zwangere
vrouwen. Ten slotte krijgen we in Nederland meer te maken met hittegolven en een langer
pollenseizoen. Het RIVM spreekt de verwachting uit dat de gezondheid in 2050 per saldo
kan verbeteren als bij de klimaataanpak, de veranderingen in de ruimtelijke inrichting
en de energietransitie ook rekening wordt gehouden met de effecten op onze gezondheid.
Het is dan wel belangrijk om bij de (her)inrichting de gezondheidsrisico’s in de leefomgeving
te minimaliseren.
Ten slotte wijst het RIVM erop dat mensen die in financiële onzekerheid leven vaak
te maken hebben met een combinatie van een minder goede gezondheid en ongunstige woon-,
werk en leefomstandigheden. Deze bestaansonzekerheid en gezondheidsachterstand zal
aandacht blijven vragen.
Reactie met mogelijke versterkingen van het gezondheidsbeleid
Het rapport van het RIVM drukt ons nogmaals met de neus op de feiten dat in de toekomst
meer zorg en ondersteuning nodig zal zijn. Wij vinden gezondheid waardevol en onontbeerlijk
is dan integraal preventiebeleid, goede zorg en ondersteuning. Om een gezonde bevolking
te bereiken in 2050 is een breed pakket van diverse maatregelen nodig. Het is aan
het volgende kabinet om hierover te besluiten. Met het Integraal Zorgakkoord (IZA),
het Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) en het Gezond en Actief Leven
Akkoord (GALA) is reeds ingezet op een gezonde(re) bevolking en op het voorkomen van
zorg.
Structurele inzet op preventie
Ten eerste is om onze gezondheid blijvend te bevorderen een structurele inzet op preventie
belangrijk, zodat bestaande activiteiten kunnen worden gecontinueerd. Het gaat onder
meer om het stimuleren van sport en bewegen, het beter beschermen van de gezondheid
en het verbeteren van de mentale gezondheid. Daarbij past ook inzet op kosteneffectieve
maatregelen die (verder) ingrijpen op de prijs, de beschikbaarheid en de marketing
van alcohol en tabak en programma’s die zich richten op middelengebruik en mentale
gezondheid. Op deze manier wordt ongezond, verslavend gedrag voorkomen en de mentale
gezondheid onder jongeren versterkt.
Brede en integrale aanpak ook buiten het gezondheidsdomein
Ten tweede benoemt het RIVM het belang van een brede en integrale aanpak, die verder
reikt dan het gezondheidsdomein («Health in all Policies»). Met IZA, WOZO en GALA
zijn door ons al belangrijke stappen gezet om deze noodzakelijke domein overstijgende
aanpak op lokaal en nationaal niveau verder te brengen. Dit is niet vanzelfsprekend
en zal ook de komende jaren vragen om een gezamenlijke inzet en commitment van partijen,
binnen en buiten het zorgdomein en van het Rijk en gemeenten. Onze gezondheid wordt
immers beïnvloed door veel verschillende factoren zoals de leefomgeving, de buurt
waar je woont, het type werk dat je verricht, maar bijvoorbeeld ook de luchtkwaliteit
en de sociale omgeving.
Gezond eten en bewegen
Ten derde vinden wij het belangrijk om de balans tussen verleiding, vrije keuze en
weerbaarheid waar het gaat om teveel ongezond eten en te weinig bewegen te verbeteren.
Deze balans kan met het oog op een gezonde bevolking verder worden verbeterd met ondersteunende
maatregelen vanuit het Rijk. Voorbeelden zijn: het wettelijk beperken van marketing
van ongezonde voeding, het creëren van een bevoegdheid voor gemeenten om via het vestigingsbeleid
te sturen op het voedselaanbod, prijsmaatregelen, het voortzetten van gezonder maken
van het voedingsaanbod in ziekenhuizen, scholen, bedrijven en sportfaciliteiten, én
het productaanbod buiten de schijf van vijf te verbeteren via bijvoorbeeld suiker-
en zoutreductie of aanpassing van de portiegrootte.
Gezonde leefomgeving
Ten vierde vraagt het RIVM aandacht voor gezondheidsschade vanuit de leefomgeving
en het veranderende klimaat. Hierop is al inzet vanuit het GALA en de Green Deal Duurzame
Zorg. Om hier in de toekomst verder op te kunnen acteren kan gedacht worden aan zowel
een verbeterde signalering van dreigingen als aan maatregelen waarmee bestuurders
kunnen ingrijpen. Mogelijkheden zijn het live monitoren van pollen, een versterkte
adviesrol van de GGD’en ten behoeve van de bescherming van omwonenden bij industriegebieden,
het expliciet meewegen van effecten op de gezondheid voordat veranderingen in de omgeving
plaatsvinden, herinrichting van de leefomgeving ook te bezien als noodzakelijk randvoorwaarde
voor Langer Thuis wonen en als aanmoediging tot meer bewegen, spelen van kinderen
en ander gezond gedrag, het actualiseren van het Nationaal Hitteplan en door ook na
2025 te blijven inzetten op huidkankerpreventie.
Zorg en ondersteuning voor ouderen
In de vijfde plaats is het nodig om door te gaan met het voorbereiden op een samenleving
waar meer ouderen leven en wonen, zoals we doen met WOZO, want er zal meer ouderdomsziekten
gaan voorkomen en meer ondersteuning en zorg worden gevraagd. Het RIVM benoemt de
draagkracht (mentale gezondheid) van de mantelzorger én de inzet op preventie in de
jongere jaren om het aantal ouderdomsziekten te verlagen als belangrijk aandachtspunt.
Naar de toekomst toe blijft het dan cruciaal om door te gaan met het organiseren van
ondersteuning en zorg in de buurt, zodat ouderen in de eigen omgeving kunnen blijven
leven en wonen. Opties hiervoor zijn: meer zorggeschikte zorgwoningen voor ouderen,
één duidelijk aanspreekpunt voor zorg en ondersteuning in de wijk, meer inzetten op
vroegtijdige ondersteuning van mensen met dementie, een herziening van de verhoudingen
tussen formele en informele zorg met oog voor draagkracht van de mantelzorger, het
beschikbaar houden van een gespecialiseerde setting waar zorg en wonen in samenhang
wordt geboden voor complexe zorgvragen en het structureel inzetten op preventie van
ouderdomsziekten, waaronder dementie.
Infectieziektebestrijding
Ten slotte signaleert het RIVM een mogelijke toename van (nieuwe) infectieziekten,
die de zorg- en ondersteuningsvraag vanuit ouderen en mensen met een kwetsbaar immuunsysteem
complexer kan maken. Er wordt al gewerkt aan een betere bescherming tegen infectieziekten
en een versterking van het vaccinatiebeleid. Het gaat dan om het beleidsprogramma
pandemische paraatheid én het structureel versterken van de infectieziektenbestrijding
bij het RIVM en ketenpartners. Met de vaccinatievoorziening voor volwassenen wordt
de uitvoering van de vaccinatiezorg, ook bij een pandemie, vereenvoudigd. Eerder is
met uw Kamer gesproken over de problemen met invoering en bekostiging van nieuwe vaccinaties
om de verspreiding van infectieziekten tegen te gaan. Het is aan een volgend kabinet
om hier een besluit over te nemen.
Tot slot
De vooruitblik van het RIVM naar Nederland in 2050 maakt duidelijk, dat als we een
gezonde bevolking nastreven, we niet kunnen wachten met het zetten van volgende stappen.
Het is aan volgende kabinetten om Nederland naar 2050 te leiden en een pad te vinden
waarbij de jeugd van vandaag gezond ouder wordt, ouderen in gezondheid kunnen leven
en kwetsbaren perspectief op een gezond leven hebben. In deze brief zijn verschillende
beleidsmogelijkheden benoemd zonder verdere prioritering. Het kiezen voor het duurzaam
versterken van de gezondheidsbescherming en -bevordering en inzet op zorg en ondersteuning
is onzes inziens een effectieve aanpak om dit te bereiken.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. van Ooijen
Indieners
-
Indiener
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Medeindiener
C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport -
Medeindiener
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport