Brief regering : Voortgangsbrief voetbal en veiligheid
25 232 Voetbalvandalisme
30 234
Toekomstig sportbeleid
Nr. 71
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juni 2022
Ieder incident in en rondom voetbalstadions is er één te veel. Betaald voetbal moet
toegankelijk en veilig zijn en blijven, voor het publiek, de spelers, de scheidsrechters
en alle professionals die zich inzetten om er een geslaagd evenement van te maken.
Ik ben verbijsterd over de intensiteit en omvang van incidenten die ik de afgelopen
periode heb gezien. Personen die agenten te lijf gaan, vuurwerk gooien naar een vak
waar ook kinderen zitten en zelfs spelers vanaf de tribune slaan, zijn geen voetbalsupporters
meer. Daar moet hard tegen worden opgetreden, zodat de echte supporters kunnen blijven
genieten van het betaald voetbal.
KNVB, politie, OM, gemeenten en mijn ministerie hebben een gezamenlijke aanpak voor
voetbal en veiligheid. We hebben de afgelopen jaren ook veel resultaten daarvan gezien,
zoals de invoering van de persoonsgerichte aanpak in veel gemeenten met een betaald
voetbalorganisatie (bvo). Een persoonsgerichte aanpak (pga) voetbal is een op de persoon
en zijn (gezins)systeem toegesneden mix van bestuursrechtelijke, strafrechtelijke,
zorg en overige interventies waarmee voorkomen wordt dat iemand nog verder afglijdt.
Het betreurt mij dat toen er vorig jaar weer met publiek gespeeld mocht worden, de
incidenten rond en tijdens betaald voetbalwedstrijden oplaaiden. Dit heeft eind 2021
geleid tot een intensievere aanpak, zoals in de Kamerbrief van 19 november jl. (Kamerstuk
25 232, nr. 70) aangekondigd. Het doel van deze aanpak is om met alle partners ervoor te zorgen
dat het bezoeken van een voetbalwedstrijd weer een mooie gebeurtenis is en in alle
veiligheid kan plaatsvinden. Ik zie dat alle betrokken partijen zich hiervoor inzetten.
Ik vind het belangrijk dat ook supporters hierin hun rol en verantwoordelijkheid nemen.
Op 30 mei jl. heb ik daarom gesproken met het Supporterscollectief Nederland en drie
supportersverenigingen uit de eredivisie en eerste divisie. Parallel hieraan loopt
een traject over de professionalisering van het Supporterscollectief Nederland, dat
bestaat uit vrijwilligers. Hierover voeren zij overleg met mijn departement, het Ministerie
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de KNVB.
Ik heb met de partners besloten dat wij de in november afgesproken aanpak blijven
voortzetten en dat er gezien de recente incidenten intensievere afspraken nodig zijn,
die ik in deze brief toelicht. Ook ga ik in op de uitvoering van de motie van het
lid Kathmann van 25 november jl. (Kamerstuk 35 925 VI, nr. 72) en toezeggingen uit het mondelinge vragenuur van 31 mei jl. (Handelingen II 2021/22,
nr. 85, mondelinge vragenuur)
Algemeen beeld
In hun analyse van de aard en omvang van de incidenten tijdens het eerste deel van
het voetbalseizoen 2021–2022, zag het Auditteam Voetbal en Veiligheid gemiddeld genomen
geen toename in het totaal aantal incidenten.1 De Regiegroep Voetbal en Veiligheid2 heeft kennisgenomen van dit rapport, maar geconcludeerd dat los van het aantal incidenten
hier sprake is van incidenten die heftiger en grootschaliger van omvang waren en met
veel geweld gepaard gingen. Daarnaast concluderen zowel het Auditteam als de Regiegroep
dat verklaringen voor incidenten lastig zijn vast te stellen. Mogelijke verklaringen
voor de heftigheid van de incidenten zijn toegenomen alcoholconsumptie, gebruik van
verdovende middelen en gedrag als gevolg van de periode met coronamaatregelen. Vanwege
het gebrek aan volledig onderzoek, wordt in de aanloop naar het nieuwe voetbalseizoen
aanvullend onderzoek gedaan het profiel van geweldplegers rondom voetbalwedstrijden.
Naar de ongeregeldheden tijdens en rondom de wedstrijd ADO Den Haag – Excelsior op
29 mei jl. lopen diverse onderzoeken. Hieruit kunnen nog meer aanhoudingen en strafrechtelijke
vervolgingen voortkomen. Zoals toegezegd in het mondelinge vragenuur van 31 mei jl.,
zal uw Kamer worden geïnformeerd over evaluaties naar aanleiding van incidenten.
Ondanks dat niet alle onderzoeken naar recente ordeverstoringen zijn afgerond, hecht
ik aan een intensivering van de afspraken. Ook zal ik de monitoring op de afspraken
verstevigen en indien nodig leiden de onderzoeken tot hernieuwde afspraken. De eerste
resultaten van de in november 2021 ingezette geïntensiveerde aanpak zet ik hieronder
uiteen.
Resultaten van de geïntensiveerde aanpak
In de Kamerbrief van 19 november jl. is toegezegd dat er een convenant wordt ondertekend
waarin de partners – KNVB, betaald voetbalorganisaties (bvo’s), het OM, politie, gemeenten
en mijn ministerie – afspraken vastleggen, om te garanderen dat we ook bij ongeregeldheden
in de toekomst gezamenlijk de schouders eronder zetten. Naast de genoemde partners,
hecht ik eraan dat ook de vertegenwoordigers van de supporters betrokken zijn bij
het convenant. Daarover zijn we met elkaar in gesprek, en dat blijven we doen. Ik
heb met het Supporterscollectief Nederland afgesproken dat zij kijken op welke punten
uit het convenant wij met elkaar kunnen samenwerken. Uiteindelijk moeten we er samen
voor zorgen dat de echte supporters weer kunnen genieten van voetbal, en het convenant
moet helpen dit doel te bereiken.
Landelijke Taskforce
Om de veiligheidsorganisatie van bvo’s te ondersteunen, heeft de KNVB in samenwerking
met de partners uit de Regiegroep en met financiële ondersteuning van het Ministerie
van Justitie en Veiligheid de Landelijke Taskforce ondersteuning bij voetbalincidenten
(hierna: Landelijke Taskforce) geformeerd. Deze bestaat uit specialisten die bvo’s
ondersteunen bij het uitlezen van camerabeelden om personen te identificeren en het
opmaken van dossiers om maatregelen zoals stadionverboden en boetes op te leggen.
Ook het OM ontvangt deze dossiers voor strafrechtelijke maatregelen. Sinds de start
op 1 maart 2022 hebben 12 bvo’s de hulp van de Landelijke Taskforce ingeschakeld.
Alhoewel dit nog een korte periode is, is de Landelijke Taskforce daarbinnen een succesvol
instrument gebleken voor de lik op stuk aanpak. Zo zijn bijvoorbeeld bij Sparta Rotterdam
met behulp van de Taskforce twaalf personen geïdentificeerd die allemaal een landelijk
stadionverbod hebben gekregen, variërend in duur van 18 maanden tot 8,5 jaar. De Landelijke
Taskforce heeft ook 16 dossiers overgedragen aan Vitesse, welke, na identificatie,
hebben geleid tot 10 landelijke stadionverboden. De lik op stuk aanpak is ook terug
te zien in het aantal opgelegde stadionverboden dat dit seizoen significant hoger
is dan in voorgaande seizoenen. De afgelopen jaren werden gemiddeld 600 stadionverboden
over een heel seizoen opgelegd. Op een derde van het seizoen 2021–2022 waren dit er
al 354. Na het eind van dit seizoen (30 juni 2022) zal de KNVB de totaalcijfers naar
buiten brengen.
Binnen de Landelijke Taskforce is ook juridische expertise beschikbaar om bvo’s te
ondersteunen bij het verhalen van schade op daders. Dit is van toepassing op alle
soorten schades zoals materiele schade en boetes die een bvo mogelijkerwijs heeft
ontvangen door wangedrag van supporters. Het afgelopen seizoen hebben meerdere bvo’s
een sanctie gekregen voor wanordelijkheden zoals het afsteken en gooien van vuurwerk,
betreden van het veld en het gooien van voorwerpen naar het speelveld. De sancties
variëren per zaak. Voorbeelden zijn een geldboete van 17.500 euro voor Ajax naar aanleiding
van het grootschalig afsteken van vuurwerk tijdens de wedstrijd tegen Feyenoord op
20 maart jl. en een geldboete van 2.500 euro voor De Graafschap vanwege het betreden
van het speelveld tijdens de wedstrijd, waardoor de wedstrijd tijdelijk is onderbroken.
De Landelijke Taskforce ondersteunt bvo’s om deze kosten te verhalen op de daders.
Zij worden geholpen met de juridische stukken en zullen door een bij de KNVB aangestelde
jurist worden ondersteund indien deze gevallen voor de rechter komen. Uiteraard zijn
er ook bvo’s die zonder hulp van de Landelijke Taskforce schade verhalen of bruikbare
dossiers opmaken voor stadionverboden.
Landelijk heeft een toename van het aantal stadionverboden en de inzet van de landelijke
Taskforce vanuit de KNVB om concrete en dadergerichte opvolging te geven bij voetbal
gerelateerde incidenten en de bvo’s daarbij te ondersteunen goede resultaten opgeleverd.
Aanvullende licentie-eisen voor bvo’s
Om daders te vervolgen, maar ook om de persoonsgerichte aanpak te laten slagen, is
het van cruciaal belang om daders te identificeren. Zoals gezegd draagt de Landelijke
Taskforce eraan bij om optimaal gebruik te maken van camera’s. Voor een lik op stuk
aanpak is bij het opsporen van daders niet alleen het juiste gebruik maar ook de kwaliteit
van de camera’s van belang. Kwalitatief goede camera’s in en rond het stadion leveren
een belangrijke bijdrage aan identificatie en vervolging (ook bij spreekkoren). De
KNVB werkt daarom aan een aangepaste licentie-eis met betrekking tot camera’s, waardoor
het verplicht wordt om twee camera’s op het uitvak en het harde kernvak te hebben.
Deze wordt ter stemming voorgelegd in de Algemene Vergadering Betaald Voetbal eind
juni en zal bij akkoord ingaan vanaf seizoen 22/23.
De KNVB onderneemt meer acties om de veiligheidsorganisatie van bvo’s te verbeteren.
De KNVB ondersteunt hen bij een kwaliteitsslag op de veiligheidsorganisatie en ziet
toe op de kwaliteit van de stewardopleidingen van de clubs. Dit vindt plaats middels
een vierjaarlijks opleidingsplan. De KNVB gaat daarnaast ten behoeve van versteviging
van de veiligheidsorganisaties minimumeisen introduceren in haar licentiesysteem waaronder
de eis voor een verplichte jaarlijkse trainingsdag voor voetbalbestuurders over stadionveiligheid
verplichte veiligheidscoördinator en Supporters Liaison Officer (SLO) voor 32 uur
in de Eredivisie en 24 uur in de Keuken Kampioen divisie. Dit wordt ter stemming voorgelegd
in de Algemene Vergadering Betaald Voetbal eind juni en zal bij akkoord ingaan vanaf
seizoen 22/23.
Persoonsgerichte aanpak
In de afgelopen periode zijn landelijke handreikingen met betrekking tot de pga wederom
onder de aandacht gebracht bij alle betrokken partners. Vorig jaar is extra ingezet
op het verstevigen van de pga. De oprichting van het Ondersteuningteam Persoonsgerichte
Aanpak (OTP) draagt bij aan verbetering van de samenwerking tussen partijen en spoort
hen aan om actief deel te nemen aan bijvoorbeeld casusoverleggen. Het OTP blijft de
komende periode beschikbaar en biedt ondersteuning aan gemeenten bij de (door)ontwikkeling
van de pga. De eerdergenoemde lopende onderzoeken en nieuwe inzichten, bijvoorbeeld
in de nieuwe aanwas, kunnen in de toekomst gebruikt worden voor het aanscherpen van
de pga.
Geïntensiveerde afspraken
Er zijn genoeg mogelijkheden om straffen uit te delen aan supporters die zich misdragen,
zo concludeerde ook het Auditteam. Ik constateer echter dat concrete resultaten van
de gemaakte afspraken achterblijven. Daarom zijn aanvullende afspraken gemaakt die
in aanloop naar het nieuwe seizoen worden uitgewerkt.
– De wedstrijdvoorbereiding in de lokale vierhoeken moet beter. Niet alleen moet vooraf
nadrukkelijk gekeken worden naar de veiligheidsorganisatie, capaciteits- en kwaliteitsniveau
van de beveiliging en stewards in relatie tot de risico’s en het aantal toeschouwers,
of de handhaving van stadionverboden, ook evalueren achteraf is cruciaal om te beoordelen
of de partijen adequaat uitvoering hebben gegeven aan de gemaakte afspraken.
– Alle partijen moeten gebruik maken van instrumenten waarin de Wet MBVEO voorziet.
In de Regiegroep Voetbal en Veiligheid is afgesproken dat de burgemeesters met een
bvo met elkaar en binnen de lokale vierhoek in aanloop naar het nieuwe seizoen strakkere
afspraken maken over beperkingen voor uit- en thuispubliek naar aanleiding van wangedrag.
Constaterende dat er lokaal meer gebruik gemaakt kan worden van het instrumentarium
en om de voorspelbaarheid van de maatregelen te vergroten, wordt lokaal aangegeven
welke consequenties volgen op welk onacceptabel gedrag. Hierin wordt zoveel mogelijk
een landelijke lijn getrokken. Burgemeesters kunnen besluiten nemen over de voorwaarden
die zij stellen aan een vergunning, zoals het weigeren van uitpubliek, het leeglaten
van vakken, of een maximaal aantal bezoekers. Ook kunnen zij toezien of de gemaakte
afspraken, bijvoorbeeld over het aantal stewards dat wordt ingezet ten opzichte van
het aantal supporters, worden gerealiseerd en hier gevolgen aan verbinden. De huidige
omstandigheden vragen om lik op stuk beleid. Hetzelfde geldt voor de tuchtrechtelijke
aanpak van de KNVB en strafrechtelijke aanpak van het OM.
– Bij sommige vierhoeken bestaan zorgen over het gedrag van de harde kern rond bepaalde
wedstrijden. Sinds eind 2021 is er bij een aantal bvo’s ook sprake van een nieuwe,
jonge aanwas die extremer gedrag lijkt te vertonen dan de oude harde kern. Inzicht
krijgen in het profiel van deze nieuwe aanwas is noodzakelijk om de juiste instrumenten
zoals de persoonsgerichte aanpak, in te zetten, maar nog in ontwikkeling. Onderzoek
hiernaar is een van de aanbevelingen van het Auditteam Voetbal en Veiligheid. De Regiegroep
Voetbal en Veiligheid is in gesprek met partijen om hier invulling aan te geven.
Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid publiceert op hun website een
overzicht van maatregelen, zodat voor alle partijen, inclusief supporters, inzichtelijk
is welke maatregelen en/of straffen er ingezet kunnen worden bij onwenselijke en strafbare
gedragingen welke te relateren zijn aan voetbal. Ook vanuit mijn departement en de
andere organisaties in de Regiegroep Voetbal en Veiligheid zullen we de partners hiernaar
verwijzen.
In de praktijk zie ik al resultaten van het lik op stuk beleid. Afgelopen maand heeft
de rechtbank Zeeland-West-Brabant naar aanleiding van de rellen rondom NAC Breda –
NEC in mei 2021 alle 26 verdachten veroordeeld en straffen opgelegd variërend van
170 dagen gevangenisstraf tot 80 uur werkstraf en een totale schadevergoeding van
bijna 60.000 euro. Ook vier relschoppers bij ADO Den Haag – Excelsior zijn nu al veroordeeld
tot gevangenisstraffen. Alle partners zetten zich er hard voor in om dit lik op stuk
beleid voort te zetten.
Motie en toezeggingen
Het lid Kathmann (PvdA) heeft mij via een motie verzocht de KNVB te bewegen tot lik
op stuk beleid voor het sanctioneren van bvo’s. Ik heb hierover met de KNVB gesproken.
De bestraffing van wangedrag is in de reglementen van de KNVB exclusief neergelegd
bij onafhankelijke tuchtrechtelijke organen. Zij volgen reglementen waarin onder ander
de eis is opgenomen dat een bvo verantwoordelijk is voor wanordelijkheden veroorzaakt
door de eigen aanhang. Bvo’s kunnen dus tuchtrechtelijk voor wangedrag door hun aanhang
worden bestraft en dat is in het afgelopen seizoen al in een recordaantal tuchtzaken
gedaan. Door deze tuchtrechtelijke benadering worden bvo’s gestimuleerd om wangedrag
door hun aanhang actief te bestrijden en daar streng tegen op te treden.
Om na een wedstrijd daders te kunnen opsporen, identificeren en te bestraffen, krijgen
bvo’s van de aanklager betaald voetbal na afloop van een wedstrijd de tijd om inzichtelijk
te maken welke acties zijn ondernomen ten behoeve van een veilige wedstrijdorganisatie.
De aanklager buigt zich over het complete tuchtdossier en kijkt daarbij of de bvo
voldoende maatregelen voor, tijdens en na de wedstrijd heeft getroffen. Dit proces
dient zorgvuldig te gebeuren en kan in complexe tuchtzaken soms ook enkele weken in
beslag nemen. Om wangedrag door supporters sneller tuchtrechtelijk te kunnen behandelen,
en indien nodig ook de bvo daarvoor te bestraffen, is in de afgelopen periode door
de KNVB met de bvo’s afspraken gemaakt over een aangepaste procedure. Binnen deze
procedure krijgen bvo’s eerder een sanctie indien zij te laat maatregelen treffen
en verklaringen aan leveren. Deze nieuwe werkwijze start per seizoen 2022/»23.
In het mondelinge vragenuur van 31 mei jl. vroeg het lid Michon-Derkzen (VDD) of ik
bereid ben om met de KNVB en de bvo’s te spreken over financiële compensatie van de
bvo’s aan de politieorganisatie, zodat we de politie kunnen inzetten bij festivals
en evenementen waar nu geen capaciteit voor is. Zoals eerder aan uw Kamer gemeld,
worden kosten gemaakt door politie voor openbare ordehandhaving rondom voetbalwedstrijden
niet doorberekend aan de bvo’s. Het werk dat zij doen rondom voetbalwedstrijden hoort
bij hun overheidstaak en is onderdeel van maatschappelijke kosten. Daarnaast gaat
een financiële compensatie van de bvo’s deze capaciteitsproblemen bij de politie niet
oplossen. De politie kampt met capaciteitsproblemen door een combinatie van de uitstroom
van politiemedewerkers die met (vroeg)pensioen gaan en uitbreiding van de operationele
formatie. Het opleiden van nieuwe politiemedewerkers kost tijd en de absorptiecapaciteit
van zowel de politieacademie voor het opleiden als de politieorganisatie voor begeleiding
is ten volle belast. Hierdoor is het de komende jaren onvermijdelijk dat er druk op
de politiecapaciteit blijft bestaan. Zoals uiteengezet in onderhavige brief, hebben
we met de partners afspraken, die we nu intensiveren, om ongeregeldheden bij voetbalwedstrijden
te voorkomen. Het capaciteits- en kwaliteitsniveau van de beveiliging en stewards
van bvo’s en het toezien op de gemaakte afspraken hierover, is onderdeel hiervan.
Tijdens hetzelfde vragenuur vroeg het lid Helder (PVV) aandacht voor de gedachte om
de groepsaansprakelijkheid bij openlijke geweldpleging te verruimen en het mogelijk
maken de hele groep aan te houden en strafrechtelijk te vervolgen. In het commissiedebat
Justitie en Veiligheid over de jaarwisseling van 12 mei jl. (Kamerstuk 28 684, nr. 700) is toegezegd om hier in een aparte brief op terug te komen. Die brief zal nog voor
de zomer naar uw Kamer worden gestuurd.
Kamerlid Westerveld (GroenLinks) vroeg of er een uitbreiding van de Wet MBVEO moet
komen. De Wet MBVEO is in 2021 geëvalueerd. Uw Kamer heeft hierop van mijn ministerie
een beleidsreactie ontvangen op 14 juni 2021 (Kamerstuk 25 232, nr. 69). De evaluatie liet zien dat burgemeesters met de maatregelen een goed instrumentarium
hebben om verschillende soorten ernstige en herhaaldelijke overlast te bestrijden.
Ook ten aanzien van de strafrechtelijke toepassingen geven de onderzoekers aan dat
niet is gebleken van knelpunten in de toepassing van de bevoegdheden. Uit de evaluatie
blijkt echter dat er nog winst te behalen valt door de bekendheid van het beschikbare
instrumentarium te vergroten. Daarom heeft mijn ministerie al sinds vorig jaar ingezet
op het vergroten van de bekendheid. Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid
(CCV) heeft in 2021 hiervoor een webdossier opgeleverd, inclusief een adviestool en
een database om passende jurisprudentie te vinden bij situaties waar professionals
regelmatig mee te maken hebben.3
Tot slot vroeg het lid Van Nispen (SP) in het mondelinge vragenuur van 31 mei jl.
waarom het lang duurt om de digitale meldplicht mogelijk te maken. Voor een sterke
lokale aanpak wil ik benadrukken dat we niet op de digitale meldplicht hoeven te wachten.
De (fysieke) meldplicht kan op dit moment al opgelegd worden door burgemeesters, officieren
van justitie en strafrechters. Eind 2021 hebben we met de partners afgesproken dat
vanwege het toegenomen geweld een meldplicht vaker zal worden opgelegd aan toonaangevende
en zwaardere voetbalvandalen. In de tussentijd werken wij hard aan de digitale mogelijkheden.
Mijn ministerie heeft een opdracht gegeven aan de Justitiële Informatiedienst (Justid)
om een applicatie voor smartphones te ontwikkelen. Al betreft het ogenschijnlijk een
eenvoudige applicatie, er zijn eenvoudige tools beschikbaar om te frauderen met gezichtsherkenning
en de locatie. Dit vraagt daarom meer voorwerk dan verwacht. Dit betekent dat het
niet gelukt is om voor de zomer van 2022 een pilot te starten. Wel verwacht ik dat
er deze zomer besluitvorming hierover kan plaatsvinden. Bij een positief besluit kan
de pilot direct starten. De app wordt overigens voor bredere toepassing ontwikkeld,
zodat deze ook kan worden ingezet tijdens andere situaties dan voetbalwedstrijden,
bijvoorbeeld de jaarwisseling.
Tot slot
Ik blijf mij samen met de KNVB, politie, OM, gemeenten, en ook de vertegenwoordigers
van de supporters, inzetten voor veilig en gastvrij voetbal zodat alle liefhebbers
met plezier een wedstrijd in het Nederlandse betaal voetbal kunnen bezoeken.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius
Indieners
-
Indiener
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid