Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Kooten-Arissen over het bericht dat Limburg heeft besloten wasberen te gaan schieten
Vragen van het lid Van Kooten-Arissen (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht dat Limburg heeft besloten wasberen te gaan schieten (ingezonden 3 april 2019).
Antwoord van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 1 mei
2019)
Vraag 1
Kent u het bericht «Provincie Limburg gaat wasberen afschieten» en het opiniestuk
«Wasbeer vogelvrij in Limburg»?1 2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wist u dat inmiddels ongeveer 16.000 mensen in een petitie hun zorgen hebben geuit
over het afschot van wasberen in Limburg en de teller nog loopt?3
Herinnert u zich uw antwoorden op eerdere Kamervragen over de plannen om wasberen
te gaan schieten in Limburg?4
Antwoord 2
Ja, beide zaken zijn mij bekend.
Vraag 3
Wist u dat in Duitsland, waar miljoenen wasberen in het wild voorkomen, jarenlang
geprobeerd is de wasbeer uit te roeien zonder succes, en dat wasberen daar momenteel
een geaccepteerde inheemse soort zijn?5
Antwoord 3
U verwijst in uw vraag naar een rapport van Alterra6. In Duitsland worden nog steeds wasberen geschoten. De wasbeer wordt in Duitsland
– net als in Nederland – op grond van de EU-Verordening voor invasieve uitheemse soorten
behandeld als een invasieve uitheemse soort, waarvan de wilde populatie zoveel mogelijk
wordt ingedamd. Duitsland is ook verplicht om op grond van artikel 19 van de Verordening
Invasieve Uitheemse Soorten verspreiding van de wasbeer naar andere Europese landen
tegen te gaan.
Vraag 4
Erkent u dat de provincie Limburg slechts een «inventarisatieonderzoek» heeft laten
doen en dat op basis daarvan alleen een inschatting kon worden gemaakt van het aantal
dieren?
Antwoord 4
Nadat duidelijk werd dat er sprake was van voortplanting van wasberen heeft de provincie
Limburg het initiatief genomen om de populatie in kaart te brengen en een schatting
van de populatieomvang te maken. Hiervoor is gebruik gemaakt van publieksmeldingen
en er is een veldstudie uitgevoerd met cameravallen. Hiermee is de situatie voldoende
inzichtelijk.
Vraag 5
Erkent u dat die inschatting varieert van slechts «eenlingen» tot 50 of 100 dieren?
Antwoord 5
De inschatting van de provincie Limburg is dat er sprake is van een populatie van
50 tot 100 dieren in twee kerngebieden en dat er daarnaast nog sprake is van eenlingen
op andere locaties in de provincie.
Vraag 6
Klopt het dat de provincie Limburg niet weet of het gaat om enkele wasberen afkomstig
uit de huiselijke sfeer of dat het gaat om migrerende dieren vanuit Duitsland?
Antwoord 6
De herkomst van de dieren in Limburg is onduidelijk. De Limburgse populatie staat
op dit moment op zichzelf. Mogelijk is deze ontstaan door lokale ontsnappingen. De
populatie in Duitsland en Wallonië heeft de Nederlandse grens nog niet bereikt. Wel
kunnen zwervende dieren uit deze populaties in Nederland terecht zijn gekomen.
Vraag 7
Wist u dat wetenschappers tot de conclusie komen dat gerichte uitroeiingscampagnes
niet werken?7
Antwoord 7
Het rapport van Alterra, waar naar u verwijst, geeft aan dat in het algemeen het lokaal
uitsterven van diersoorten zelden het resultaat van een gerichte uitroeiingcampagne
is. Wanneer er vroegtijdig en gericht wordt ingegrepen is het verwijderen van een
populatie van zoogdieren wel mogelijk. Een voorbeeld hiervan is het verwijderen van
de populatie Pallas» eekhoorns, ook in de provincie Limburg.
Vraag 8
Wist u bovendien dat dezelfde wetenschappers hun zorgen uiten over het feit dat lokale
bestrijding ervoor zorgt dat «de voorplanting minder door dichtheidsafhankelijke factoren
geremd wordt» en «er altijd sprake zal blijven van instroom uit Duitsland»?8
Antwoord 8
Wasberen kunnen zeer hoge dichtheden bereiken. Het punt van hoge dichtheid als remmende
voortplantingsfactor wordt daarom niet snel bereikt.
Vraag 9
Wist u dat wetenschappers daarom waarschuwen voor jaarlijks terugkerende kosten wanneer
ingezet wordt op gerichte uitroeiing?9
Antwoord 9
Wanneer niet vroegtijdig wordt ingegrepen in de populatie, dan is te verwachten dat
de kosten van maatregelen in de toekomst sterk zullen toenemen.
Vraag 10
Erkent u dat de provincie belastinggeld gaat verspillen aan een volgens wetenschappers
ineffectieve methode? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Zie het antwoord op vraag 9. Vroegtijdig ingrijpen kan juist hogere kosten (en dierenleed)
in de toekomst voorkomen.
Vraag 11
Deelt u de mening dat het niet te rechtvaardigen is dat de provincie Limburg jaarlijks
tonnen spendeert aan de jacht, maar diervriendelijke oplossingen voor de wasbeer te
duur vindt, terwijl al opvangcapaciteit aangeboden was? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 11
De provincie Limburg geeft aan dat is gekozen voor een tweesporenbeleid, waarbij gericht
kastvallen worden ingezet om dieren levend te vangen en daarnaast wordt jachtaktehouders
toegestaan dieren te doden met het geweer waar vangen redelijkerwijs niet mogelijk
is. Voor de levend gevangen dieren bekijkt de provincie de mogelijkheden om deze op
te vangen tegen acceptabele kosten.
Vraag 12
Deelt u de mening dat het niet te rechtvaardigen is dat er wordt overgegaan op afschot
zonder goed overleg met experts over diervriendelijke methoden, gezien de gerede twijfels
over de effectiviteit van de maatregel en zonder dat bekend is om hoeveel wasberen
het eigenlijk gaat? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
De provincie heeft op advies van de Faunabeheereenheid Limburg gekozen voor het tweesporenbeleid,
zoals genoemd in het antwoord op vraag 11, omdat de verwachting is dat dit noodzakelijk
is om de populatie volledig uit het gebied weg te kunnen halen. Daarbij ligt de nadruk
op het vangen van de wasberen.
Vraag 13
Erkent u dat u verantwoordelijk bent voor het beleid om de internationale en Europese
biodiversiteitsdoelen te halen?
Antwoord 13
Dit erken ik en daarom onderschrijf ik ook deze inzet van provincie Limburg om deze
soort, waarvan op Europees niveau is vastgesteld dat deze een bedreiging vormt voor
de biodiversiteit, uit de Limburgse natuur weg te halen.
Vraag 14
Erkent u dat de afname van de biodiversiteit bij de bron aangepakt moet worden, zoals
de extreem vervuilende landbouw en de versnippering van het natuuroppervlak?
Antwoord 14
In de overwegingen bij de Europese Verordening worden invasieve uitheemse soorten
genoemd als een van de voornaamste bedreigingen voor de biodiversiteit en aanverwante
ecosysteemdiensten. Door de wasbeer uit Limburg weg te halen wordt voorkomen dat deze
soort de biodiversiteit aantast. Andere maatregelen die afname van de biodiversiteit
tegengaan zullen ook nodig blijven.
Vraag 15
Erkent u dat het uitroeien van weerloze dieren onder het mom van de biodiversiteitsdoelen
een schijnoplossing is?
Antwoord 15
Nee.
Vraag 16
Erkent u dat het uw verantwoordelijkheid is om zicht te houden op en richting te geven
aan de invulling van de EU-verordening aangaande invasieve exoten?
Antwoord 16
Dit is een gezamenlijke opgave van Rijk en provincies. Meerdere partijen zijn aan
zet. Met de decentralisatie van het natuurbeleid, waaronder het soortenbeleid, zijn
de beheers- en uitroeiingsmaatregelen van een groot aantal invasieve uitheemse soorten
aan de provincies overgedragen. Met wijziging van de regeling natuurbescherming van
22 februari 2018 (kenmerk WJZ/17141167) is de wasbeer aangewezen als door de provincies
te bestrijden invasieve uitheemse soort.
Vraag 17
Ziet u vanuit die verantwoordelijkheid aanleiding om de provincie Limburg aan te spreken
op hun invulling ervan? Zo ja, kunt u dat toelichten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 17
De provincie Limburg maakt eigen keuzes in de wijze waarop invasieve uitheemse soorten
worden bestreden. Het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit staat hierover
in contact met de provincie Limburg een sluit zich aan bij deze aanpak.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.