Schriftelijke vragen : Het tekort aan griepprikken
Vragen van de leden Kuik en Slootweg (beiden CDA) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het tekort aan griepprikken (ingezonden 30 oktober 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de reactie van de ANBO op uw oproep aan gezonde ouderen
om niet in te gaan op de uitnodiging voor de griepprik? Zo ja, wat is uw reactie?1
Vraag 2
Kunt u aangeven welke mogelijkheden er zijn om het productie- en distributieproces
van vaccins dat nu vijf à zes maanden duurt te versnellen? Welke inzet gaat u hierop
plegen?
Vraag 3
Wat is de reden dat er ondanks een oproep in maart/april van het RIVM aan huisartsen
om meer vaccins bij te bestellen dan gebruikelijk, er alsnog te weinig is ingekocht?
Vraag 4
Waarom is er centraal geen reservevoorraad aangelegd?
Vraag 5
Klopt het dat een reden voor de terughoudendheid is dat huisartsen zelf financieel
opdraaien voor te veel ingekochte griepprikken, oftewel de zogenaamde «spillagekosten»?
Vindt u dit wenselijk?2
Vraag 6
Ziet u met de vragenstellers ook het belang dat de griepprik kan bijdragen aan het
voorkomen dat zorgpersoneel uitvalt, iets wat juist nu urgenter is dan ooit nu door
de coronacrisis de zorgcapaciteit onder druk staat? Zo ja, welke mogelijkheden ziet
u om prioriteit te geven aan de vaccinatie van zorgpersoneel?
Vraag 7
Op welke wijze promoot u dat zorgpersoneel zich laat vaccineren tegen de griep?
Vraag 8
Waarom gaat Nederland niet zelf op korte termijn meer van het griepvaccin produceren?
Vraag 9
Zouden bijvoorbeeld de productielijnen van de diervaccins gebruikt kunnen worden om
versneld tot meer griepvaccins te komen? Heeft u onderzocht of dit mogelijk is?
Vraag 10
Hoe gaat u voorkomen dat we volgend jaar weer achter de feiten aanlopen met de beschikbaarheid
van griepvaccins?
Indieners
-
Gericht aan
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
A. Kuik, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
E.J. Slootweg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.