Schriftelijke vragen : De gevolgen van de coronacrisis voor mensen in de prostitutie
Vragen van de leden Van der Graaf en Bruins (beiden ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de gevolgen van de coronacrisis voor mensen in de prostitutie (ingezonden 19 maart 2020).
Vraag 1
Kunt u een overzicht geven van de richtlijnen voor mensen die werken in de:
– Raamprostitutie
– Seksclubs
– Bordelen
– Privéhuizen
– Tippelzones
– Sekstheaters
– Massagesalons
– Escortbranche
– Thuisprostitutie
– Porno-industrie?
Vraag 2
Zijn er hierin ook verschillen tussen gemeenten?
Vraag 3
Deelt u de opvatting dat veel van de mensen die in de prostitutie, of daaraan verwante
beroepen, werkzaam zijn, vaak in een sociaaleconomisch kwetsbare situatie zitten,
bijvoorbeeld vanwege hoge maandlasten, een klein sociaal netwerk, weinig perspectief
op vervangend werk en/of een afhankelijkheidsrelatie van een pooier?
Vraag 4
Bent u ermee bekend dat een substantieel aandeel van deze groep niet staat ingeschreven
bij de Kamer van Koophandel of, waar het EU-burgers betreft, uit angst voor mogelijke
uitzetting geen beroep kan doen op een uitkering?
Vraag 5
Ziet u mogelijkheden om deze groep in aanmerking te laten komen voor inkomensondersteuning
middels het reeds aangekondigde maatregelenpakket of op een andere termijn in een
vangnet te voorzien? Op welke termijn zou dit kunnen?
Vraag 6
Zijn er mogelijkheden om de Regeling Uitstapprogramma's Prostitutie (RUPS)-regeling
tijdelijk uit te breiden zodat hulpverleners ondersteuning kunnen bieden bij vrouwen
en mannen waarvoor dat acuut nodig is? Op welke termijn zou dit kunnen en hoe kan
bureaucratische rompslomp voor RUPS-partijen hierbij zoveel mogelijk worden voorkomen?
Vraag 7
Wilt u er bij gemeenten in het hele land op aandringen om bij de toekenning van inkomensondersteuning
in het bijzonder oog te hebben voor deze doelgroep en voor snelle ondersteuning?
Vraag 8
Bent u bereid met exploitanten en verhuurders in gesprek te gaan over het tijdelijk
opschorten van de huur van ramen en kamers waar geen gebruik van kan worden gemaakt?
Vraag 9
Bent u bereid verder in gesprek te gaan met hulpverleningsorganisaties en gemeenten
om te bezien wat er nodig is om mensen in de prostitutie veiligheid en zekerheid te
bieden?
Vraag 10
Bent u bekend met de signalen van hulpverleners die aangeven dat een aantal mensen
in de prostitutie de huidige situatie wenst aan te grijpen om uit te stappen maar
dat het juist op dit moment ontzettend lastig is om vervangend werk te vinden te vinden?
Vraag 11
Welke mogelijkheden ziet u om hulpverleningsorganisaties en gemeenten te ondersteunen
bij vervangend werk, en daarbij ook te kijken naar mogelijke werkgelegenheid bij het
Rijk en bij gemeenten zelf, bijvoorbeeld in de facilitaire dienstverlening?
Vraag 12
Welke mogelijkheid ziet u om te ondersteunen bij het vinden van vervangende huisvesting,
bijvoorbeeld door, in samenspraak met gemeenten, mensen die uit de prostitutie willen
stappen, al dan niet tijdelijk, met voorrang in aanmerking te laten komen voor een
sociale huurwoning?
Vraag 13
Kunt u, gelet op de urgentie, deze vragen uiterlijk volgende week maandag d.d. 23 maart
beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Gericht aan
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Indiener
S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
E.E.W. Bruins, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.