Brief regering : Geannoteerde agenda voor de informele Raad Buitenlandse Zaken Ontwikkeling van 10 en 11 februari 2025
21 501-04 Ontwikkelingsraad
Nr. 273 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSHULP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 januari 2025
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de informele Raad Buitenlandse Zaken
Ontwikkeling van 10 en 11 februari 2025.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, R.J. Klever
GEANNOTEERDE AGENDA INFORMELE RAAD BUITENLANDSE ZAKEN ONTWIKKELING VAN 10 EN 11 FEBRUARI
2025
Op 10 en 11 februari 2025 vindt de informele Raad Buitenlandse Zaken Ontwikkeling
(RBZ-Ontwikkeling) plaats in Warschau onder Pools voorzitterschap. Voorafgaand aan
de Raad zal naar verwachting tijdens een werkdiner in aanwezigheid van de Commissaris
voor Internationale Partnerschappen Síkela gesproken worden over Global Gateway, geopolitieke ontwikkelingen en de rol van ontwikkelingshulp in het EU externe beleid.
Tijdens de Raad zal naar verwachting gesproken worden over de werkmethoden van de
RBZ-Ontwikkeling, en zal onder current affairs stilgestaan worden bij Mauritanië, Syrië en Oekraïne. Ten slotte spreekt de Raad
over de aankomende VN-topconferentie over financiering van ontwikkeling.
Global Gateway, geopolitieke ontwikkelingen en de rol van ontwikkelingshulp in het
EU externe beleid
De Raad spreekt tijdens het diner over de verdere ontwikkeling van de Global Gateway-strategie en de rol die de Europese private sector daarin speelt. Global Gateway heeft tot doel het aanbod van de EU aan partnerlanden te versterken door de kracht
van diplomatie, handel en ontwikkelingshulp te bundelen. Het kabinet moedigt het verder
ontwikkelen van de Global Gateway-strategie aan. Deze strategie biedt kansen voor het vergroten van de effectiviteit
van ontwikkelingshulp, versterken van de internationale positie van Europa en daardoor,
en ook meer direct, het vergroten van het Nederlandse verdienvermogen met kansen voor
onze bedrijven in opkomende markten. Nederland heeft ruime ervaring met het combineren
van hulp en handel die kan worden ingezet voor het versterken van Global Gateway. In lijn met de motie Kamminga1 zet het kabinet erop in om optimaal gebruik te maken vandelegated cooperation, ook in het licht van Global Gateway.
Werkmethoden RBZ-Ontwikkeling
De Raad maakt van deze informele RBZ-Ontwikkeling gebruik om zijn eigen werkmethoden
tegen het licht te houden en te bezien hoe deze verbeterd kunnen worden. Een vergelijkbare
discussie speelt ook in de Raad Buitenlandse Zaken en is erop gericht de Raad interactiever,
resultaatgerichter en zo uiteindelijk effectiever te maken. Het kabinet steunt dit
voornemen, om de besluitvorming, en de Nederlandse invloed daarop, te verbeteren.
Bijzonder aandachtspunt daarbij is de onderhandelingen over het nieuwe Meerjarig Financieel
Kader (MFK), waarbij de RBZ-Ontwikkeling een sturende rol zou moeten spelen in de
discussies over ontwikkelingshulp.
Current Affairs
Mauritanië
Onder current affairs spreekt de Raad over Mauritanië. Mauritanië is een relatief stabiel Sahel-land en
is in korte tijd een belangrijke samenwerkingspartner op het gebied van migratie geworden,
als land van herkomst, doorreis en vertrek naar Europa. Ook zijn er economische belangen
voor de energiesector. Het EU-Mauritanië brede partnerschap, dat voorzitter van de
Europese Commissie Von der Leyen op 5 februari 2024 aankondigde, zal besproken worden.
Dit partnerschap bestaat onder andere uit een steunpakket van EUR 210 miljoen voor
migratiesamenwerking, veiligheid, investeringen en humanitaire hulp.2 Voor het kabinet is het belangrijk dat de EU in de brede relatie met Mauritanië investeert
om zo onze belangen op het gebied van migratie, economie en veiligheid te behartigen.
Daarbij is ook een aandachtspunt dat er voldoende capaciteit is voor monitoring van
de mensenrechtensituatie, waaronder de bescherming van migranten.
Syrië
Ook gaat de Raad in op de situatie in Syrië en de steun aan Syrische vluchtelingen
in de buurlanden. De val van het Assad-regime heeft mogelijk grote gevolgen voor de
6 miljoen Syrische vluchtelingen in de buurlanden van Syrië en hun perspectieven op
terugkeer. Hetzelfde geldt voor de vluchtelingen in Nederland. Het kabinet zet zich
in voor een vreedzame en inclusieve politieke transitie in Syrië, met respect voor
de rechten van alle gemeenschappen. Wederopbouw speelt daar een belangrijke rol in,
ook voor de veilige terugkeer van Syrische vluchtelingen. Het kabinet hecht aan een
actieve en coördinerende rol van de EU op dit terrein, tussen lidstaten en met landen
in de regio.
Oekraïne
De Raad spreekt tevens over de niet-militaire steun aan Oekraïne. Hierbij zal de Raad
naar verwachting stilstaan bij de kritieke situatie van de Oekraïense energie-infrastructuur
als gevolg van de aanhoudende Russische luchtaanvallen en bij de steun onder de Oekraïnefaciliteit.
Het kabinet zet zich conform het Regeerprogramma in voor actieve en onverminderde
steun voor Oekraïne; politiek, militair, financieel en moreel, in tijd van oorlog,
herstel en wederopbouw, zolang als nodig. Zo stelde het kabinet recent EUR 20 miljoen
aan additionele steun ter beschikking via het Ukraine Energy Support Fund voor herstel en versterking van het Oekraïense energienetwerk. In lijn met motie
Piri c.s.3 speelt Nederland een voortrekkersrol in het steunen van Oekraïne, ook op het gebied
van herstel- en wederopbouwsteun, en is Nederland binnen de EU een relatief grote
donor.4 Het kabinet zal deze Raad aanwenden om ook andere lidstaten op te roepen om de steun
voor de kritieke energiesituatie in Oekraïne te intensiveren.
Financiering voor ontwikkeling
De Raad spreekt over de gezamenlijke EU-inzet voor de vierde VN-conferentie over ontwikkelingsfinanciering,
de Financing for Development (FfD4) top. Deze vindt plaats van 30 juni tot 3 juli in Sevilla, Spanje. FfD4 is
het belangrijkste VN-forum voor het maken van internationale afspraken over de financiering
van wereldwijde ontwikkeling, onder andere op het gebied van schulden, belastingen,
het vrijmaken van privaat kapitaal voor ontwikkeling, innovatieve financiering, officiële
ontwikkelingshulp (ODA) en internationale handel. Tijdens het proces onderhandelt
de EU, zoals gebruikelijk in VN-onderhandelingen, namens de Europese landen. Nederland
neemt, net als enkele andere lidstaten, een gedeelte van de onderhandelingen voor
zijn rekening. Deze rol biedt kansen om meer invloed uit te oefenen op deze discussies,
op gebieden die Nederland het meest van belang vindt.
Het kabinet zet erop in dat de discussie zich richt op het vergroten van financiering
voor ontwikkeling die niet van officiële ontwikkelingshulp (ODA) afhankelijk is, of
waar hulp gebruikt wordt om andere financiering vrij te maken. Daarbij kan gedacht
worden aan versterking van de private sector en het bevorderen van handel, het vrijmaken
van private financiering ten behoeve van ontwikkeling en het verbeteren van belastingheffing
in ontwikkelingslanden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.