Brief regering : Geannoteerde agenda voor de Raad Algemene Zaken van 22 februari 2022
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2459
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 februari 2022
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de Raad Algemene Zaken van 22 februari
2022.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
GEANNOTEERDE AGENDA VAN DE RAAD ALGEMENE ZAKEN VAN 22 FEBRUARI 2022
Op dinsdag 22 februari 2022 vindt in Brussel een Raad Algemene Zaken (RAZ) plaats.
Op de agenda1 van de Raad staan de volgende onderwerpen: de voorbereiding van de Europese Raad
van 24 en 25 maart 2022, de collectieve paraatheid, reactievermogen en veerkracht
bij toekomstige crises, een hoorzitting in het kader van de artikel-7-procedure tegen
Polen, de Conferentie over de Toekomst van Europa, de One Ocean Summit, mediavrijheid en EU-VK-relaties. De Minister van Buitenlandse Zaken is verhinderd
om deel te nemen aan de Raad, vanwege een door het Franse voorzitterschap georganiseerde
ministeriële bijeenkomst over de Indo-Pacific in Parijs op dezelfde dag. De Permanente
Vertegenwoordiger zal Nederland vertegenwoordigen tijdens deze RAZ.
Bespreking Geannoteerde Agenda Europese Raad van 24 en 25 maart 2022
De RAZ zal spreken over de geannoteerde conceptagenda voor de Europese Raad (ER) van
24 en 25 maart a.s. Op de agenda2 van deze ER staan naar verwachting COVID-19-coördinatie; economisch herstel met daarbij
aandacht voor de sociale agenda, het Europees semester, de interne markt en industriebeleid;
veiligheid en defensie; energie en actuele ontwikkelingen op buitenlandpolitiek gebied.
Tijdens de bespreking van de COVID-19-coördinatie zal de Europese Raad naar verwachting
ingaan op de stand van zaken van de pandemie en coördinatie van maatregelen. Het kabinet
acht het in dit kader van belang om reismaatregelen ter bestrijding van het virus
zoveel mogelijk te coördineren in Europees verband om een lappendeken aan nationale
maatregelen te voorkomen.
De ER van 24 en 25 maart zal naar verwachting de discussie voortzetten die tijdens
de informele Europese Raad van 10 en 11 maart in Parijs zal plaats vinden. Het Franse
EU-voorzitterschap heeft aangekondigd tijdens de informele Raad over het Europees
groei- en investeringsmodel van de toekomst te willen spreken, met aandacht voor onder
andere de interne markt, industriebeleid, de groene en digitale transities en sociaal
beleid. Het kabinet verwelkomt de agendering en zet hierbij in op het versterken van
de interne markt en het Europese concurrentievermogen, een weerbare open economie
en de digitale en groene transities. Hierbij ziet het kabinet een goed werkende interne
markt als een cruciaal middel om welvaart en banen te creëren. Een sterkere en een
eerlijke interne markt gaan daarbij hand in hand.
Verder zal de ER in het kader van het Europees Semester 2022 naar verwachting stilstaan
bij de bredere economische situatie in de Unie. De Kamer is op 17 december jl. per
brief geïnformeerd over de analyse van de Commissie in het zogenoemde Herfstpakket
en de appreciatie van het kabinet.3 Naar verwachting zal de ER de beleidsprioriteiten uit de Annual Sustainable Growth Strategy voor 2022 onderstrepen. Daarnaast zal de Europese Raad de eurozone-aanbevelingen
bekrachtigen die zijn besproken in de Eurogroep van 6 december 2021 en de Ecofinraad
van 18 januari jl.4 Nadat de ER de aanbevelingen heeft bekrachtigd zal de Ecofinraad ze formeel aannemen.
De ER neemt naar verwachting het EU Strategisch Kompas, dat richting geeft aan de
versterking van het Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleid (GVDB) voor de
komende vijf tot tien jaar, aan. De besluitvorming volgt op eerdere agendering tijdens
de ER van 16 en 17 december jl. alsook de intensieve bespreking van deelonderwerpen
en conceptversies van het Kompas door de RBZ en RBZ Defensie in de afgelopen anderhalf
jaar. In het licht van de verslechterende veiligheidsomgeving en de geopolitieke veranderingen
en in lijn in met het coalitieakkoord acht het kabinet aanvullende stappen door Europa
op het gebied van defensie wenselijk en noodzakelijk. Het kabinet heeft een weergave
en appreciatie van de conceptversies van het Strategisch Kompas met de Kamer gedeeld.5
In het licht van de actuele ontwikkelingen zal de ER mogelijk ook spreken over de
spanningen aan de grens tussen Oekraïne en Rusland. In de Kamerbrief van 3 februari
jl. over recente ontwikkelingen met betrekking tot de opgelopen spanningen6 is uiteengezet dat het kabinet volop blijft inzetten op de-escalatie en dialoog.
Alles moet erop gericht zijn een diplomatieke oplossing te bewerkstelligen, zonder
ook maar iets af te doen aan de soevereiniteit en territoriale integriteit binnen
internationaal erkende grenzen van Oekraïne. Conform de motie van het lid Brekelmans
c.s.7, blijft het kabinet zich actief in EU-verband inzetten om, naast dialoog met Rusland
en de-escalatie, een pakket afschrikwekkende EU-sancties voor te bereiden, om daarmee
de prijs die Rusland betaalt voor een eventuele inval zo hoog mogelijk te maken.
In navolging van de Europese Raden van oktober en december jl., zal de Europese Raad
van maart a.s. naar verwachting opnieuw spreken over de hoge energieprijzen en maatregelen
die kunnen worden genomen om de gevolgen hiervan te verzachten. Het kabinet heeft
ter zake reeds gerichte belastingmaatregelen getroffen. In deze context kijkt het
kabinet uit naar de uitkomsten van de lopende Europese onderzoeken, zoals het in april
verwachte eindrapport naar de werking van de Europese elektriciteits- en gasmarkten
door het Europees Agentschap voor Samenwerking van Energieregulators (ACER). Ook zal
de Europese Raad naar verwachting spreken over de geopolitieke aspecten van energie.
De huidige situatie op de gasmarkt onderstreept wat het kabinet betreft eens te meer
de noodzaak van het verminderen van de energie-afhankelijkheden door verdere versterking
van de Europese interne energiemarkt en verdere diversificatie van leveranciers, aanvoerroutes
en energiedragers, ook door de energietransitie. Nationaal heeft het kabinet in het
coalitieakkoord onder meer al afgesproken dat er verplichte vullingspercentages gaan
komen voor de gasvoorraden.
De collectieve paraatheid, reactievermogen en veerkracht bij toekomstige crises
De COVID-19-crisis heeft het belang van verdere versterking en verbetering van de
samenwerking in EU-verband in het geval van een grens- en sector-overstijgende crisis
onderstreept. De RAZ heeft op 23 november jl. conclusies aangenomen over het verbeteren
van de paraatheid, het reactievermogen en de weerbaarheid van de EU tegen toekomstige
crisis. Deze conclusies sluiten grotendeels aan bij de kabinetsinzet om op basis van
de lessen uit de COVID-19-crisis, de Europese crisisrespons te verbeteren. Het kabinet
ziet ruimte voor verdere verbetering van sector-overstijgende tijdige coördinatie
en respons in Raadsverband.
Het Raadsinstrument «geïntegreerde regeling politieke crisisrespons» (IPCR) zou volgens
het kabinet een meer strategisch en agenda-zettend forum moeten zijn waarbij onder
andere wordt gekeken hoe betere en effectievere sector-overstijgende coördinatie tussen
lidstaten in tijden van crisis tot stand kan komen. Dit Raadsinstrument zou bij voorkeur
een permanent karakter krijgen, waarbij het in geval van een crisis snel kan opschalen
door buiten crisistijd de crisisstructuren in stand te houden. Hierdoor kunnen politieke
beslissingen sneller en efficiënter worden omgezet in operationele acties.
In gremia die zich bezighouden met paraatheid, respons en weerbaarheid tegen toekomstige
crises werken de lidstaten en EU-instellingen aan het identificeren van de werkelijke
behoeften om op basis daarvan voorstellen te bespreken overhoe Europees crisisbeheer
vanuit de Raad verbeterd kan worden. Het kabinet acht oog voor de verhoudingen ten
aanzien van lopende of verwachte voorstellen op andere beleidsterreinen (zoals Health Emergency Preparedness and Response Authority en Single Market Emergency Instrument) van belang. Het kabinet blijft zich inzetten voor een efficiënte, sector-overstijgende
en daadkrachtige Europese crisisstructuur die de bevoegdheden en verantwoordelijkheden
van de lidstaten in acht neemt.
Hoorzitting artikel 7-procedure Polen in het kader van artikel 7(1) VEU
Voor de vijfde maal zal de Raad Polen horen in het kader van de in december 2017 door
de Europese Commissie gestarte artikel 7-procedure.8 De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in Polen staat nog altijd onder druk.
Nederland zal Polen oproepen zo snel mogelijk geloofwaardige stappen te nemen om het
tij te keren. De procedure voor de benoeming van rechters op voordracht van de nationale
Raad voor de Rechtspraak, de samenstelling van deze Raad en de aanhoudende activiteiten
van de Tuchtkamer blijven belangrijke punten van zorg. Op 14 juli 2021 legde het Europees
Hof op verzoek van de Europese Commissie voorlopige maatregelen op om de gewraakte
werkzaamheden van de Tuchtkamer per direct op te schorten. Op 27 oktober 2021 heeft
het Hof een dwangsom opgelegd aan Polen wegens het niet naleven van deze voorlopige
maatregelen. Het kabinet acht het van belang dat Polen de uitspraken van het Hof respecteert
en de Tuchtkamer zowel in vorm en functie volledig ontmantelt. Ook de uitspraak van
het Poolse Constitutioneel Tribunaal van 7 oktober 2021, waarbij cruciale onderdelen
van het EU-recht opzij worden gezet met beroep op de Poolse Grondwet, blijft zeer
zorgelijk. De Commissie is naar aanleiding van deze uitspaak op 22 december 2021 een
inbreukprocedure gestart. De hoorzitting in het kader van de artikel 7-procedure jegens
Hongarije zal naar verwachting in mei a.s. plaatsvinden.
Conferentie over de Toekomst van Europa
Het Franse EU-voorzitterschap zal de RAZ informeren over recente ontwikkelingen op
het gebied van de Conferentie over de Toekomst van Europa. Daarbij zal naar verwachting
worden gesproken over de aanloop naar de vierde plenaire vergadering van de Conferentie
op 11 en 12 maart 2022 in Straatsburg en de daaraan voorafgaande bijeenkomsten van
de werkgroepen. Naar verwachting zal het Franse EU-voorzitterschap een toelichting
geven op het verloop en planning van de laatste Europese burgerpanels in Maastricht
(van 11 tot en met 13 februari 2022) en Dublin (van 25 tot en met 27 februari 2022).
De aanbevelingen die door deze panels worden opgesteld, worden besproken tijdens de
plenaire vergadering op 11 en 12 maart. Daarnaast zal het Franse EU-voorzitterschap
waarschijnlijk ingaan op het proces richting het eindverslag van de Conferentie en
de betrokkenheid van de Raad daarbij. Het kabinet hecht aan een zorgvuldige, duidelijke
planning voor de komende periode, met name richting de deelnemende burgers. Daarbij
is het voor het kabinet van belang dat de aanbevelingen in het eindverslag de inbreng
van burgers reflecteren.
Uit de aanbevelingen van burgers blijkt onder andere dat er behoefte is aan meer transparantie.9 Als opvolging van de transparency pledge
10 is Nederland voornemens om op korte termijn, samen met Duitsland en Denemarken, een
follow-up event over EU-transparantie te organiseren met burgers en stakeholders die betrokken zijn
bij de Conferentie.
AOB
One Ocean Summit
Het Frans voorzitterschap zal informatie verstrekken over de One Ocean Summit. [PM] Deze top is van 9 tot en met 11 februari gehouden in Brest. De high-level conferentie
had als doel de internationale gemeenschap te mobiliseren om concrete actie ter bevordering
van de gezondheid van de oceanen te ondernemen en diende als opmaat naar de VN-Oceanenconferentie die van 27 juni tot en met 2 juli in Lissabon wordt gehouden. [PM] Een
belangrijke uitkomst van de top was de aanname van een Verklaring omtrent Biodiversity Beyond National Jurisdiction (BBNJ), waarin werd opgeroepen tot een ambitieuze en spoedige uitkomst van de VN
BBNJ-onderhandelingen voor betere bescherming van de biodiversiteit in zeegebieden
buiten nationale rechtsmacht. Het kabinet ondersteunde deze verklaring en vindt het
belangrijk om tot een ambitieuze uitkomst te komen van de BBNJ-onderhandelingen.
Mediavrijheid
Op verzoek van een lidstaat wordt mediavrijheid besproken. Er zal worden ingegaan
op de veiligheid van journalisten en mediavrijheid binnen de EU en de door Europese
Commissie aangekondigde Media Freedom Act. Nederland waardeert het initiatief van
de Europese Commissie om mediavrijheid en pluriformiteit in de Europese Unie te bevorderen.
Mogelijk worden raadsconclusies voorgesteld. Het kabinet zal in dat geval informeren
naar de werkgroepen waarin deze worden voorgesteld.
Het bevorderen van mediavrijheid is een belangrijke prioriteit binnen het Nederlandse
mensenrechtenbeleid. Mediavrijheid, zowel online als offline, is essentieel voor het
bevorderen van democratie, voor het beschermen van vrijheid van meningsuiting en toegang
tot betrouwbare informatie. Tegen de achtergrond van toegenomen druk op en geweld
tegen media en journalisten, ook binnen de EU, heeft het kabinet extra aandacht voor
het verbeteren van de veiligheid van (vrouwelijke) journalisten. Per 1 januari 2022
is Nederland co-voorzitter van de Media Freedom Coalition. Gedurende het voorzitterschap zal het kabinet zich inzetten voor het voorkomen van
aanvallen op en geweld tegen media en journalisten, het beter beschermen van journalisten
en het tegengaan van straffeloosheid van geweld tegen journalisten.
EU-VK
Naar verwachting zal de vicevoorzitter van de Europese Commissie, Maroš Šefčovič,
kort stilstaan bij de recente ontwikkelingen in Noord-Ierland en een terugkoppeling
geven van de bijeenkomst van het Gemengd Comité, het formele politieke orgaan dat
toezicht houdt op de implementatie van het Terugtrekkingsakkoord (TA), dat op 21 februari
bijeen zal komen. Tijdens het Gemengd Comité zullen de Commissie en het Verenigd Koninkrijk
stilstaan bij de voortgang in de lopende gesprekken over de implementatie van het
Protocol Ierland/ Noord-Ierland en de implementatie van het burgerrechtengedeelte
uit het Terugtrekkingsakkoord. Het kabinet steunt de aanpak van de Commissie om de
dialoog met het VK voort te zetten, zolang er politieke wil aan beide zijden is om
tot gezamenlijke oplossingen te komen. EU-eenheid en solidariteit blijven samen met
de bescherming van de integriteit van de interne markt en van de Belfast-/Goedevrijdagakkoorden
voor het kabinet leidende principes bij het verbeteren van de relatie tussen de EU
en het VK. Tegelijkertijd blijft Nederland het belang benadrukken dat de Commissie,
in nauwe samenspraak met de Raad, voorbereid is op alle scenario’s.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.