Brief regering : Rapportage over economische missies in 2024 en andere beleidsontwikkelingen op terrein internationalisering Nederlands bedrijfsleven
36 600 XVII Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025
Nr. 77
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSHULP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 mei 2025
Met deze brief informeer ik u over de resultaten van de in 2024 georganiseerde economische
missies, en schets ik een kort overzicht van afgeronde en voorgenomen missies in dit
kalenderjaar.
Economische missies zijn handelsmissies geleid door mijzelf of een andere bewindspersoon.
Naast economische missies ondersteunt het Ministerie van Buitenlandse Zaken deelname
van het Nederlandse bedrijfsleven aan handelsmissies (zonder bewindspersoon), hun
deelname aan internationale beurzen, en werkbezoeken van mijzelf of andere bewindslieden
aan het buitenland in het kader van economische diplomatie.
In deze brief ga ik ook in op de dwarsverbanden tussen door bewindspersonen geleide
economische missies en verschillende andere aspecten van mijn handelsbevorderingsbeleid.
Op dat beleid zal ik dieper ingaan in de beleidsbrief «Buitenlandse Handel» die binnenkort
aan de Tweede Kamer wordt toegezonden.
De kwalitatieve effectmetingen uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
(RVO) liggen ten grondslag aan de evaluatie van resultaten van economische missies.
De jaarrapportages van de effectmonitoring en de individuele verslagen per economische
missie zijn bijgevoegd bij deze brief.
Als Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp maak ik ook andere werkbezoeken
die niet onder de noemer van missies vallen. Zo bezocht ik in de tweede helft van
2024 ook Brazilië (G20), Duitsland (werkbezoek maritieme maakindustrie), de Verenigde
Staten (Algemene Vergadering Verenigde Naties en Jaarvergadering Wereldbank), Uganda
(werkbezoek), België (Business round table en de RBZ Handel) en Italië (werkbezoek voedselzekerheid).
Handelsmissies als onderdeel van economische diplomatie
Handelsmissies zijn een kernbestanddeel van ons bredere handelsbeleid. Ze ondersteunen
zowel het huidige als toekomstige internationale verdienvermogen en versterken tegelijkertijd
de weerbaarheid van onze economische structuren en handelsketens. Het effect van handelsmissies
wordt alleen maar vergroot door de open structuur van de Nederlandse economie. Een
derde van zowel ons nationale inkomen als onze werkgelegenheid wordt gegenereerd door
internationale handel.
Onder de verantwoordelijkheid en met financiële ondersteuning van het Ministerie van
Buitenlandse Zaken worden verschillende soorten handelsmissies georganiseerd. Deze
brief richt zich vooral op door mijzelf en andere bewindspersonen geleide handelsmissies.
Deze noemen we ook wel «economische missies», omdat de inzet van deze grootschalige
missies vaak breder is dan alleen handelsbevordering. Vaak worden tijdens dit type
missies ook bredere samenwerking, kennisdeling en bilaterale investeringsstromen bevorderd.
Economische missies staan niet op zichzelf, maar zijn onderdeel van meerjarige publiek-private
samenwerking. Zo worden economische missies vrijwel altijd voorafgegaan door relevante
marktstudies, verkennende evenementen en/of kleinschaligere handelsmissies, gericht
op een specifieke sector of nichemarkt. Deze kleinschalige missies noemen we Business Development (BD-)missies. Een aantal van deze missies richt zich specifiek op startups en scale-ups. Zie voor meer informatie hierover box 2.
Daarnaast worden missies georganiseerd naar veertien «combinatielanden». In de combinatielanden
werkt het kabinet aan het versterken van de binding tussen hulp en handel door intensief
met Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen samen te werken aan innovatieve oplossingen
voor lokale problemen. Op basis van een meerjarige aanpak creëert deze inzet extra
kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Een voorbeeld hiervan is de missie naar
Kenia in oktober 2024, waaraan achttien Nederlandse bedrijven, kennisinstellingen
en ngo’s in de gezondheidssector deelnamen. Tijdens de missie werd een Memorandum of Understanding (MoU) ondertekend tussen Invest International en de Kenya Commercial Bank (KCB) voor de oprichting van een zogeheten Dutch Desk, om Nederlandse bedrijven en hun lokale partners in de toekomst nog beter te kunnen
ondersteunen bij hun zakelijke activiteiten in Kenia.
Economische missies en het Nederlandse bedrijfsleven
Het kabinet wil graag dat de missies zo goed mogelijk aansluiten bij de wensen van
het bedrijfsleven. Om dit te bereiken plant het kabinet de organisatie en invulling
van economische missies in nauwe samenwerking met vertegenwoordigers van de private
en publieke sector zoals VNO-NCW en MKB NL. Daarbij wordt gekeken welke land-sector
combinaties op welk moment het meest kansrijk zijn. In de aanloop naar een missie
is er dan ook veel contact met de betrokken werkgeversorganisatie, brancheorganisaties,
topsectoren en regionale ontwikkelingsmaatschappen. Ook het postennetwerk speelt een
belangrijke rol door het in kaart te brengen van de behoeftes ter plaatse. Tot slot
vindt afstemming plaats binnen het Koninkrijk en met de decentrale overheden.
Met het huidige budget specifiek voor economische missies, iets minder dan 2,5 miljoen
euro, kan het kabinet ongeveer 10 tot 12 door bewindspersonen geleide missies organiseren.
De kosten van een missie zijn afhankelijk van het doelland en of de missie parallel
aan een uitgaand Staatsbezoek wordt georganiseerd of niet. Met het aantal van 10 tot
max. 12 missies per jaar voldoen we aan de behoeften en capaciteit van het bedrijfsleven
om deel te nemen aan dit type missies.
Algemeen beeld economische missies in 2024
In 2024 viel het aantal door bewindslieden geleide economische missies met zes lager
uit dan gebruikelijk. Dit komt door een langere periode met een demissionair kabinet
en de opstartperiode van het nieuwe kabinet. Daarnaast is de voorbereidingstijd van
economische missies gemiddeld ongeveer vijf maanden.
RVO organiseerde in 2024 in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken economische
missies naar België, Vietnam, de Verenigde Staten, Polen, Zweden/Finland en het Verenigd
Koninkrijk (zie box 1). Zweden/Finland en het Verenigd Koninkrijk waren de eerste
twee economische missies onder mijn leiding. Economische missies worden ook deels
geleid door andere bewindspersonen in het kabinet, evenals de Minister-President.
Aan de zes economische missies in 2024 namen 341 deelnemers van 216 bedrijven deel,
waarvan 67% afkomstig uit het midden- en kleinbedrijf. In de missieverslagen in de
bijlage wordt uitgebreid ingaan op de programma’s en de resultaten per missie. Andere
ministeries voeren ook eigen missies uit. Zo voert het Ministerie van Economische
Zaken op technologie- en innovatiesamenwerking gerichte missies uit. Deze vallen buiten
de effectmeting van de RVO in deze brief omdat het een ander instrument met eigen
budget onder de verantwoordelijkheid van een andere bewindspersoon betreft.
Box 1: Uitgelicht – economische missie naar het Verenigd Koninkrijk
• Met een nieuw Brits kabinet dat weer meer toenadering zoekt tot Europa was het belangrijk
om snel ook de bilaterale relatie met het Verenigd Koninkrijk (VK) strategischer vorm
te geven en te verdiepen. In december 2024 organiseerde het kabinet daarom tegelijkertijd
de jaarlijkse bilaterale North Sea Neighbours-Conferentie (NSN) met het VK en een door mij geleide economische missie.
• Deze missie richtte zich op het thema Life Sciences & Health, een hoogtechnologische sector waarin bedrijfsleven en onderzoeksinstellingen veel
baat hebben bij meerjarige publiek-private samenwerking op onderzoek naar innovatieve
therapieën en de ontwikkeling van nieuwe (digitale) technologieën.
• Op basis van deze missie en de bredere inzet op het VK wordt de komende tijd bepaald
op welke sleuteltechnologieën nog nauwer bilateraal samengewerkt kan worden. Bij een
ontmoeting tussen premiers Starmer en Schoof in Londen in februari ’25 hebben beiden
aangegeven toe te willen werken naar een publiek-privaat innovatiepartnerschap.
Resultaten economische missies 2024
RVO heeft de effecten en klanttevredenheid onder de deelnemers laten onderzoeken.
De resultaten zijn bij deze brief gevoegd. De meting, gebaseerd op een gemiddelde
respons van 42% (was 43% in 2023), levert een aantal inzichten en verbeterpunten op.
Ook in de rest van deze brief worden de resultaten afgezet tegen de resultaten van
het jaar ervoor (tussen haakjes).
Deelnemers geven unaniem aan dat de missie hen substantiële meerwaarde biedt. 78%
(was 75%) verwacht vervolgstappen na de missie te kunnen zetten. De meest genoemde
soort vervolgstap is het zoeken naar partnerschappen, gevolgd door het sluiten van
zakelijke contracten. De totale waarde van de verwachte overeenkomsten onder de respondenten
bedraagt circa EUR 357 mln.1 Gezien het responspercentage van 42% zal de werkelijke verwachte waarde waarschijnlijk
ruim hoger uitvallen. Dat komt gemiddeld per missie overeen met de cijfers van 2023.
Ook geeft 92% (was 89%) van de respondenten aan dat de missie significant bijdroeg
aan het verwerven van relevante contacten en netwerken, terwijl 71% (was 66%) waardevolle
kennis en informatie opdeed. 61% (was 55%) van de respondenten acht zich dankzij de
missie goed voorbereid op internationaal ondernemen.
De dienstverlening van RVO wordt gewaardeerd met een gemiddeld rapportcijfer van een
8,1 (was 8,0). Van de deelnemers die een vervolgstap verwachten te zetten, geeft 86%
(was 81%) aan dat de ondersteuning van de Nederlandse overheid heeft bijgedragen aan
het nemen van vervolgstappen.
De meest genoemde positieve punten van economische missies zijn communicatie, begeleiding
en matchmaking. Zo zijn deelnemers zeer tevreden over de logistieke uitvoering van de missies (94%),
en ook over het voorbereidingstraject en de inhoud van het programma (89%).
Het afgelopen jaar is er hard gewerkt om dat voorbereidingstraject te verbeteren.
Er wordt op voorhand uitgebreid via e-mail gecommuniceerd met deelnemers en in een
speciaal daarvoor ontwikkelde missie-app wordt het programma gedeeld, worden gesprekspartners
toegelicht en andere deelnemers vermeld. Enkele weken voor de start van de missie
vindt een speciale deelnemersbijeenkomst plaats, waar de missie wordt doorlopen, aandachtspunten
worden benoemd en vragen worden beantwoord. Inhoudelijk worden meestal brancheorganisaties
of bijvoorbeeld topsectoren aangehaakt bij de voorbereiding, vanwege hun specifieke
kennis en netwerk binnen een bepaalde sector.
De RVO effectenrapportage signaleert ook verbeterpunten voor toekomstige economische
missies. Een aantal deelnemers benoemt dat ze graag nog specifieker gematcht zouden willen worden, zodat de gesprekken meer toegevoegde waarde hebben. Om daar
aan tegemoet te komen zou informatie over het programma en de matchmaking eerder gedeeld kunnen worden zodat er meer speling is om nog aanpassingen door te
voeren en specifieke verzoeken mee te nemen. Om daar ruimte voor te creëren dient
de uiterste aanmelddatum voor missies iets te worden vervroegd.
Iets meer dan de helft van de bedrijven ziet toegevoegde waarde in de inzet van bewindspersonen
tijdens missies, wat ongeveer gelijk is aan vorig jaar. Deelnemers zien graag meer
mogelijkheden voor persoonlijke interactie met de bewindspersonen. Ze geven aan dat
bewindspersonen zich meer zouden kunnen informeren over de context van de missie en
de specifieke deelnemende bedrijven. Dit zijn punten waar ik mij het komende jaar
specifiek op zal richten. Bij de voorbereidende bijeenkomsten op de missies zal de
rol van de bewindspersoon beter worden toegelicht aan de deelnemers, en in het programma
zal meer rekening worden gehouden met mogelijkheden voor interactie tussen de bewindspersoon
en de deelnemers. Tot slot zal het voorbereidende dossier duidelijke informatie bevatten
over de deelnemers en de context waarin zij opereren.
Een CBS-onderzoek uit 2024 toonde aan dat economische missies met bewindspersonen
substantieel rendement opleveren.2 De resultaten uit dit rapport laten overtuigend zien dat bestaande handelaren baat
hebben bij deelname aan missies onder leiding van bewindspersonen. De kans dat incidentele
exporteurs uitgroeien tot structurele exporteurs groeit met een factor 1,6 en de kans
dat een structurele handelaar een buitenlandse markt verlaat halveert door missiedeelname.
Inzet Koning en Koningin bij economische werkbezoeken
Economische missies onder leiding van bewindspersonen worden met regelmaat, maar niet
per definitie, georganiseerd en marge uitgaande Staatsbezoeken. In 2024 was dit niet
het geval. Leden van het Koninklijk Huis spelen echter ook een belangrijke rol bij
handelsbevordering door middel van economische werkbezoeken. Het Koninklijk Paar zorgt
daarbij voor een grote betrokkenheid bij alle stakeholders en opent deuren op het hoogste niveau. Daarmee ondersteunt hun inzet het halen van
concrete doelen, zoals het ondertekenen van MoU’s en andere overeenkomsten.
Afgelopen november bracht Zijne Majesteit de Koning (ZMK) een werkbezoek aan Denemarken
en Noorwegen met als thema waterstof. Dit bezoek was van strategisch belang voor de
verdere ontwikkeling van de waterstofmarkt in Noordwest-Europa en de positionering
van Nederland hierin. In Denemarken zijn vijf MoU’s en een Joint Declaration getekend op het gebied van waterstofopslag en -transport tussen overheden, netbeheerders,
brancheorganisaties en bedrijven. Ook in Noorwegen zijn vijf MoU’s ondertekend, o.a.
op koolstofopvang- en opslag. De deelname van ZMK aan het bezoek bracht Nederlandse
bedrijven in een betere uitgangspositie voor handel met belangrijke Deense en Noorse
partijen.
Deelname aan economische missies door Invest International en Atradius Dutch State
Business (ADSB)
Deelname van Invest International en Atradius Dutch State Business (ADSB) aan economische
missies stelt deelnemers in staat om optimaal kennis te nemen van hun uiteenlopende
financierings- en exportkredietverzekeringsproducten.
In 2024 nam Invest International niet alleen deel aan de economische missie naar Vietnam,
maar ook aan andere soorten handelsmissies zoals een waterstofmissie naar Namibië.
Invest International speelt een sleutelrol in de ontwikkeling van de waterstofsector
in Namibië door een investering van € 40 miljoen. Deze investering ondersteunt het
opstarten van de waterstofsector, wat kansen biedt voor Nederlandse bedrijven, de
versterking van onze energieleveringszekerheid én economische groei en werkgelegenheid
in Namibië. Invest International werkt hierbij nauw samen met partners zoals Havenbedrijf
Rotterdam.
ADSB biedt essentiële ondersteuning aan Nederlandse bedrijven bij het zakendoen in
landen met verhoogde betalingsrisico’s, waar commerciële verzekeraars doorgaans geen
dekking bieden. In voorbereiding op economische missies wordt de dienstverlening van
ADSB nadrukkelijk onder de aandacht gebracht bij deelnemende bedrijven. ADSB neemt
gericht deel aan missies en bezoeken naar markten met verhoogde betalingsrisico’s,
zoals de recente economische missie naar Kenia. Ook nam ADSB deel aan de mijnbouwbeurs
in Canada, waarmee het Nederlandse bedrijven ondersteunt bij de toegang tot kritieke
grondstoffen.
Vrouwelijke deelnemers aan economische missies
Het percentage vrouwelijke deelnemers aan economische missies bedroeg in 2024 25%,
wat hoger ligt dan het gemiddelde van de afgelopen jaren (21%). Daarmee is het streefpercentage
van 25% voor het eerst gehaald. De economische missie naar het VK (zie box 1) kende
een hoog percentage vrouwelijke participatie van 38%.
Deze cijfers hangen samen met de specifieke sectoren waar de economische missies op
focussen. Via de Groei over Grenzen-campagne wordt internationaal vrouwelijk ondernemerschap
bevorderd, ondersteund door de RVO vanuit mijn handelsbevorderingsbudget. Binnen deze
campagne wordt middels vlogs specifiek aandacht geschonken aan de mogelijkheden die missies bieden voor vrouwelijke
ondernemers en bij de werving voor missies worden specifieke netwerken van en voor
vrouwelijke ondernemers aangeschreven.
Box 2: Business Development en Startup-missies
• Gedurende 2024 vonden ook 26 Business Development (BD-)missies plaats, dus zonder meereizende bewindspersoon, waaronder 5 startup-missies. Deze werden beoordeeld met respectievelijk een 8,2 en een 8,03. De jaarrapportages zijn bijgevoegd bij deze brief.
• Een mooi voorbeeld van een BD-missie in 2024 was naar de Singapore International Water Week. Deze handelsmissie, gekoppeld aan een internationale beurs, vormde het platform
voor het Nederlandse MKB uit de watersector om zich te positioneren in ‘s werelds
snelst groeiende regionale markt, de ASEAN-regio. Deelnemers hebben contracten met
regionale distributeurs gesloten en (potentiële) opdrachtgevers voor hun producten
en diensten gevonden. Dankzij samenwerking tussen RVO, de meereizende Watergezant,
Partners voor Water en onze posten in de regio zijn concrete matches tot stand gekomen
in Singapore, maar ook in Vietnam, Thailand, Maleisië en Indonesië.
• Goede voorbeelden van startup-missies waren de missies naar het startup event
Slush in Helsinki en de technologie-conferentie Web Summit in Lissabon, waar startups en scale-ups werden geholpen met hun stappen om te internationaliseren en financiering aan te
trekken. Tweederde van de deelnemers aan startup-missies verwacht een vervolgstap tot export te zetten en verbindt daar een aanzienlijke
geschatte exportwaarde aan.
• Ondernemers waarderen BD-missies om de contacten met andere ondernemers, de kennis
en inzichten die ze opleveren en de voorbereiding van de missies. Deelnemers zien
ook ruimte voor verbetering in de missieprogramma’s (minder vol, meer interactie,
eerder publiceren) en de afbakening van de gekozen onderwerpen voor een missie.
Internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO)
Het onderschrijven van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen inzake
maatschappelijk verantwoord ondernemen vormt – ook voor het deelnemende MKB – een
voorwaarde voor bedrijfsdeelname aan economische missies. De overheid verwacht van
bedrijven dat zij handelen conform deze richtlijnen. Voorafgaand aan missies wordt
hier aandacht aan besteed om bedrijven op weg te helpen en te ondersteunen.
Als onderdeel van het geactualiseerde IMVO-uitvoeringsbeleid met betrekking tot het
handelsinstrumentarium zijn navolgende aanpassingen voor handelsmissies doorgevoerd.
Deze zijn gericht op grotere effectiviteit en betere uitvoerbaarheid.4
Voor handelsmissies is gekozen voor een risico-gestuurde en proportionele aanpak.
Dit betekent dat er in hoog-risicogebieden meer aandacht wordt besteed aan IMVO, bijvoorbeeld
door inzet op land- en sectorspecifieke voorlichting, het meenemen van IMVO-risico’s
in marktstudies, presentaties en/of bijeenkomsten, en door de inzet van een proportionele
IMVO-toets in lijn met het IMVO-toetsingskader5. Deze risico-benadering betekent ook dat bij laag-risico land-sector combinaties
een check d.m.v. de IMVO-zelfscan alleen wordt uitgevoerd als dit gezien het opgestelde
risicoprofiel voor de hand ligt. Er zal, ook bij een laag-risico land-sector combinatie,
blijvend worden ingezet op algemene informatievoorziening over het belang van IMVO.
Economische missies en werkbezoeken in 2025
Tot op heden hebben in 2025 economische missies naar Kenia en Italië plaatsgevonden.
Nog voor het zomerreces geef ik leiding aan de economische missie naar Indonesië,
en geven mijn collega’s van EZ en VWS leiding aan economische missies naar Japan in
het kader van de Expo. Na het zomerreces staan in ieder geval Zwitserland, Frankrijk,
India, Vietnam en Saudi-Arabië op de planning.
Naast deze economische missies staan er ook diverse werkbezoeken in mijn agenda voor
2025. Zo reis ik dit jaar o.a. naar de Verenigde Arabische Emiraten, China, Turkije,
de G20 in Zuid-Afrika en diverse Europese Raden.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, R.J. Klever
Indieners
-
Indiener
R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp