Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Rajkowski over het bericht ‘De meest gehate sites ter wereld, in de lucht via Flevoland’
Vragen van het lid Rajkowski (VVD) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «De meest gehate sites ter wereld, in de lucht via Flevoland» (ingezonden 21 september 2022).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) en van Minister Adriaansens
(Economische Zaken en Klimaat), mede namens de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties (ontvangen 22 november 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2022–2023, nr. 280.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «De meest gehate sites ter wereld, in de lucht via Flevoland»1?
Antwoord 1
Ja, wij hebben kennisgenomen van dit bericht.
Vraag 2
Klopt het bericht dat het Russische hostingbedrijf «VDSina» direct, dan wel indirect,
illegale websites online kon/kan hosten via Nederlandse datacenters van bedrijven
als Serverius? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?
Antwoord 2
In Nederland zijn het aanzetten tot haat en geweld en het vervaardigen en verspreiden
van kinderporno strafbaar. Dat geldt ook op het internet. Internet-tussenpersonen
zijn gehouden op te treden indien zij weten dat er illegaal materiaal op hun servers
of platformen staat. Daar spreken wij hen ook op aan. Gelukkig werkt het grootste
gedeelte van de internetbedrijven goed mee om illegale content snel te verwijderen.
Desondanks kan nooit helemaal worden voorkomen dat hun klanten illegaal materiaal
opslaan of online zetten. Voor de aanpak van illegale online content is samenwerking
met de internetsector cruciaal.
Het is niet eenvoudig om het opslaan of online plaatsen van illegale content aan te
pakken. Het is bij wet verboden om aan internettussenpersonen een algehele monitoringsverplichting
op te leggen. Veel Nederlandse datacentra verhuren opslagruimte en verzorgen de aansluiting
daarvan op het internet. Hun klanten plaatsen daar hun netwerkapparatuur, servers
en opslagruimte voor webhosting. Deze hostingdiensten worden vaak doorverhuurd aan
tussenpersonen in andere landen (die de webhosting daar veelal onder een eigen merk
leveren), die vervolgens weer webruimte verhuren aan privépersonen of organisaties.
Zij kunnen de ruimte bijvoorbeeld gebruiken om hun eigen website in te richten. Datacentra
hebben daarom niet altijd zicht op wie aan het eind van de keten precies gebruik maken
van hun diensten en welke content er wordt gehost. Wel zijn zij gehouden te acteren
indien ze er weet van krijgen dat de content die ze hosten illegaal is. In dit specifieke
geval is dat ook gebeurd en is de content niet meer bereikbaar via een Nederlandse
server.
De inzet op het bestrijden van illegale content is er in eerste instantie op gericht
om deze content zo snel mogelijk te verwijderen danwel ontoegankelijk te maken. Illegaal
online materiaal kan worden gemeld en verwijderd via de afspraken in het kader van
de zelfregulering van de internetsector (Notice and Take Down). Is er sprake van kinderpornografisch
materiaal, dan is er binnenkort ook de Autoriteit Online Terroristisch en Kinderpornografisch
Materiaal (ATKM), die een bestuursrechtelijk verwijderbevel kan uitvaardigen en een
last onder dwangsom of bestuurlijke boete kan opleggen indien de content niet wordt
verwijderd.
Vraag 3
Klopt het dat websites met rechts-extremistische en neonazistische content, zoals
als 8kun en Daily Stormer, in heel weinig landen hun websites online kunnen zetten
maar dat hiervoor wel mogelijkheden zijn in Nederland? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?
Antwoord 3
Nee, dat klopt niet. Ook in Nederland kan actie worden ondernomen tegen illegale content
die aanzet tot discriminatie, haat en geweld, zoals bedoeld in artikel 137d Sr. In
Nederland geldt voor wat betreft de aansprakelijkheid van datacentra de Richtlijn
Elektronische Handel zoals geïmplementeerd in artikel 6:196c BW en artikel 54a Sr
jo artikel 125p Sv. Die richtlijn, die vanaf begin 2024 wordt vervangen door de Digital Services Act (DSA), geldt ook in andere lidstaten van de Europese Unie. Wel kunnen de mogelijkheden
om actie te ondernemen en de daarop toepasselijke regelgeving in landen verschillen.
Zoals ook aangegeven in het antwoord op vraag 2, is de inzet op het bestrijden van
illegale content er in eerste instantie op gericht om deze content zo snel mogelijk
te verwijderen danwel ontoegankelijk te maken. Illegaal online materiaal kan worden
gemeld en verwijderd via de afspraken in het kader van de zelfregulering van de internetsector
(Notice and Take Down). Is er sprake van kinderpornografisch materiaal, dan is er
binnenkort ook de Autoriteit Online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal
(ATKM), die een bestuursrechtelijk verwijderbevel kan uitvaardigen en een last onder
dwangsom of bestuurlijke boete kan opleggen indien de content niet wordt verwijderd.
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat het zeer problematisch is wanneer rechts-extremistische
en illegale content online staan via Nederlandse digitale infrastructuur? Zo ja, op
welke manieren pakt u dit aan?
Antwoord 4
Ja die mening delen wij. Nederland is koploper in de aanpak van online seksueel kindermisbruik
en zet zich in voor een Europese aanpak daarvan. Ook met betrekking tot de oprichting
van de Autoriteit online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal (ATKM) loopt
Nederland voorop in het bestrijden van strafbare online content. In Nederland wordt
al een aantal jaren succesvol samengewerkt tussen de internetsector en overheid op
het gebied van illegale content. Overheid en internetsector richten zich daarbij op
het zo snel mogelijk offline halen van de aangetroffen illegale content. Een hostingprovider
moet acteren als hij er weet van krijgt dat de online content die hij host een illegaal
karakter heeft. Het beleid richt zich daarom op het notificeren en doen verwijderen
van illegale (dat wil zeggen strafbare of anderszins onrechtmatige) content. Bij het
tegengaan van strafbare content (terroristisch of kinderpornografisch materiaal en
hate speech) heeft de overheid een actieve rol in de opsporing en vervolging. Bij onrechtmatige
(maar niet strafbare) content – content die schade toebrengt aan individuen, zoals
privacy-schendingen – is die rol vooral faciliterend, bijvoorbeeld door het subsidiëren
van een meldpunt. Via zo’n meldpunt wordt strafbare en onrechtmatige content onder
de aandacht gebracht van een internettussenpersoon, die op grond van bestaande wet-
en regelgeving gehouden is daarop te acteren. Ongewenste (maar niet onrechtmatige)
content (zoals de meeste vormen van desinformatie) wordt niet verwijderd. Wel zijn
er andere instrumenten om hierop te reageren (o.a. fact checking, counterspeech, verwijzen
naar officiële websites, aanpassen (zoek)algoritmes, etc.).
Vraag 5
Welke instrumenten heeft de overheid om in te grijpen wanneer illegale content het
wereldwijde web in wordt geslingerd via Nederlandse bedrijven? Worden desbetreffende
instrumenten daadwerkelijk ingezet? Zijn er bijvoorbeeld verzoeken gedaan aan Serverius
om de dienstverlening aan VDSina en daarmee 8kun en Daily Storm stop te zetten? Zo
ja, door wie zijn die verzoeken gedaan en wat was hiervan het resultaat? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 5
In geval van verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid,
Sv kan de officier van justitie met een machtiging van de rechter-commissaris aan
een aanbieder van een communicatiedienst bevelen om gegevens ontoegankelijk te maken
als dit noodzakelijk is ter beëindiging van een strafbaar feit. Dit is geregeld in
artikel 125p Sv. Onrechtmatige content kan ontoegankelijk worden gemaakt na een bevel
daartoe van de civiele rechter.
Zoals reeds bekend bij uw Kamer, heeft het kabinet de oprichting van een Autoriteit
online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal (ATKM) aangekondigd. De Raad
van State heeft op 4 mei jl. geadviseerd over het wetsvoorstel bestuursrechtelijke
aanpak online kinderpornografisch materiaal. Dit advies wordt nu verwerkt, zodat het
wetsvoorstel daarna op korte termijn aan de Kamer kan worden aangeboden. Deze Autoriteit
krijgt de wettelijke bevoegdheid aanbieders van hostingdiensten op bestuursrechtelijke
basis te verplichten online kinderpornografisch en/of terroristisch materiaal op hun
server ontoegankelijk te maken of te verwijderen danwel deze partijen op te dragen
passende en evenredige maatregelen te treffen om de opslag en doorgifte van online
kinderpornografisch en/of terroristisch materiaal via hun diensten te beperken. Hiermee
krijgt de Autoriteit middelen om in te grijpen indien de zelfregulering hapert, bijvoorbeeld
wanneer een hoster weigert gehoor te geven aan een verwijderverzoek van illegale content in het zelfreguleringskader.
Zoals de naam al zegt, zal de ATKM zich alleen richten op terroristisch en kinderpornografisch
materiaal, en blijft online hate speech zoals verspreid via Daily Stormer en 8kun buiten de reikwijdte van deze Autoriteit.
Online hate speech kan worden gemeld bij het Meldpunt Internet Discriminatie (MiND). Dit meldpunt wordt
door de sector beschouwd als een trusted flagger, waardoor meldingen vanuit dit meldpunt richting de sector in vrijwel alle gevallen
leiden tot het verwijderen of ontoegankelijk maken van de gewraakte content.
De inzet bij de bestrijding van illegale content gaat voor een belangrijk deel uit
van zelfregulering door de internetsector. De Nederlandse overheid werkt reeds jaren
samen met de internetsector aan de bestrijding van illegale content online. Zo is
er al in 2008 een Notice-and-Takedown (NTD) gedragscode overeengekomen tussen overheden,
internetaanbieders, hostingbedrijven, en andere tussenpersonen.2 Daar is in 2018 een addendum op gekomen voor het verbeteren van de bestrijding van
materiaal van online kindermisbruik. Aanvullend bevat de in 2021 geactualiseerde Gedragscode
Abusebestrijding maatregelen die hostingproviders kunnen nemen tegen misbruik van
hun diensten voor meerdere vormen van illegale activiteiten. Tenslotte zijn ook in
EU-verband afspraken gemaakt, zoals de Code of conduct on countering illegal hate speech uit 2016.
De Digital Service Act (DSA) biedt in vergelijking met de Richtlijn Elektronische Handel een meer gepreciseerd
kader waarbinnen hostingbedrijven een beroep kunnen doen op uitsluiting van aansprakelijkheid
met betrekking tot de informatie die zij hosten. Ook bevat de DSA onderdelen die de
bestrijding van illegale content in de toekomst verder kunnen verbeteren. Om hier
optimaal uitvoering aan te geven en gebruik van te maken zal de huidige NTD gedragscode
de komende tijd vanuit een publiek-private samenwerking nog eens tegen het licht worden
gehouden. Bij de onderhandelingen over de DSA heeft Nederland er overigens voor gepleit
om aanvullend op dit alles een zorgplicht voor hostingbedrijven op te nemen. Dit voorstel
kreeg helaas onvoldoende steun bij andere Lidstaten.3
Aanvullend subsidieert de overheid een aantal meldpunten om illegale content onder
de aandacht te brengen van platformen, providers en hosters. Deze meldpunten hebben
veelal de status van trusted flagger, en hebben daarmee ook het vertrouwen van de sector. Content die zij als «illegaal»
betitelen wordt in dat kader in de meeste gevallen ook daadwerkelijk ontoegankelijk
gemaakt. Het kabinet zet de komende jaren in op het verder optimaliseren van opvolging
van meldingen van deze meldpunten en zal daarbij ook bezien voor welke andere vormen
van illegale content een meldvoorziening dient te worden ingericht.
Vraag 6
Klopt het dat 8kun en Daily Stormer niet meer via Nederlandse bedrijven online staan?
Zo ja, kunt u dit bevestigen en toelichten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Ja, dat klopt. Op het moment dat de tussenpersoon die de content had ondergebracht
bij de Nederlandse hoster werd geïnformeerd dat deze websites via zijn servers online
werden gezet, is de content verwijderd door deze tussenpersoon. Het Nederlandse datacenter
Serverius heeft hiervoor zelf geen actie hoeven te ondernemen.
Vraag 7
Welke invloed gaat de Digital Services Act hebben op het ingrijpen bij dit soort praktijken?
Is Nederland al klaar voor de komst van de Digital Services Act wat betreft het voorkomen
dat websites als 8kun en Daily Stormer via Nederland online kunnen worden gezet? Zo
ja, in welke genomen maatregelen is dit zichtbaar? Zo nee, welke stappen moeten nog
genomen worden?
Antwoord 7
De DSA is een volgende stap in de richting om verplichtingen en verantwoordelijkheden
van internettussenpersonen én de overheid voor de bestrijding van illegale content
aan te scherpen. Zoals onder meer de verplichting voor tussenpersonen om een contactpersoon
te hebben voor overheden zodat er snel kan worden opgetreden tegen illegale content.
Wanneer websites illegale content bevatten, kunnen deze instrumenten worden benut.
De verplichtingen uit de DSA worden op 17 februari 2024 van kracht. De komende tijd
wordt gewerkt aan de voorbereiding daarvan in Nederland.
Vraag 8
Is de Minister het ermee eens dat het zeer wenselijke is om zo snel mogelijk de structuren
en processen in orde te hebben om de Digital Services Act uit te kunnen voeren? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 8
Ja. Dit vereist allereerst keuzes over de organisatie van het toezicht, zodat de toekomstig
toezichthouder(s) zich kunnen voorbereiden op hun taken, en de noodzakelijke uitvoeringswetgeving
tot stand kan worden gebracht. In het verslag houdende vragen en antwoorden op de
begrotingsstaten van de Ministeries van EZK, JenV en BZK die zien op digitale zaken
is hier meer informatie over gegeven. In het bijzonder in de antwoorden op vragen
58 t/m 61, 162, 184 t/m 186.
Uitgangspunt voor een succesvolle uitvoering is ook een samenwerking tussen internetsector
en overheid die is gebaseerd op wederzijds begrip, vertrouwen en op het wederzijds
belang om illegale content te bestrijden. De eerdere zelfreguleringsafspraken uit
de genoemde NTD gedragscode illustreren dat dit mogelijk is en dat er bij een groot
deel van de internetsector bereidheid bestaat om haar verantwoordelijkheid te nemen
in de bestrijding van illegale content online.
Vraag 9
Is de Minister het ermee eens dat het onwenselijk is dat Nederlandse bedrijven zaken
doen met partijen die berucht zijn om het faciliteren van botnets? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 9
Ja, dat vinden wij onwenselijk. Internettussenpersonen die ervan op de hoogte worden
gebracht dat de content die zij hosten illegaal is, dienen op grond daarvan te acteren
om niet aansprakelijkheid gesteld te kunnen worden. Dat geldt niet alleen voor kinderporno,
maar ook voor andere illegale content zoals evident racistische of haatzaaiende teksten.
Vraag 10
Wat heeft tot nu toe de inventarisatie van het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC)
samen met het Digital Trust Center (DTC) en de Anti-Abuse Network coalitie opgeleverd?
Zijn er concrete aanbevelingen of maatregelen op tafel gekomen om meer informatie
te delen over kwetsbaarheden? Zo nee, wat is de laatste stand van zaken van de inventarisatie?
Antwoord 10
Het Anti-Abuse Netwerk (AAN-coalitie) is een samenwerkingsverband waarvan zowel het
Digital Trust Center (DTC), het Ministerie van EZK als de politie deelnemer zijn en
waarbij het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC), het Ministerie van Justitie en
Veiligheid en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV)
als agenda lid zijn aangesloten. Daarnaast nemen onderzoeksinstellingen en private
organisaties deel aan de coalitie. Het AAN werkt aan een veilige en betrouwbare online
infrastructuur. De inventarisatie van het AAN heeft knelpunten en randvoorwaarden
opgeleverd welke mede als input hebben gediend voor de Nederlandse Cybersecuritystrategie
(NLCS) welke eerder met uw Kamer is gedeeld. De AAN-coalitie heeft de uitkomsten van
haar inventarisatie verwerkt in de «Metrokaart en knelpunten «Technisch Abuse»»4 uit december 2020 waarnaar wordt verwezen in het Cyclotron rapport. Dit rapport is
eerder als bijlage bij de brief5 over de NLCS met uw Kamer gedeeld. Op dit moment zijn er bijeenkomsten van de AAN-coalitie
en zijn de deelnemers actief betrokken bij de actieplannen die worden uitgewerkt naar
aanleiding van de NLCS.
Vraag 11
Hoe ziet u het spanningsveld tussen vrij ondernemen met daarbij het vrij verhuren
van serverruimte aan (onbekende) partijen en het misbruik maken van de Nederlandse
digitale infrastructuur waarbij websites met illegale en rechts-extremistische content
online kunnen worden gezet?
Antwoord 11
In veel gevallen gaat het ondernemerschap goed samen met verantwoordelijk gedrag richting
de samenleving. In het geval van de hostingsector blijkt dat onder meer bij bedrijven
die zich vrijwillig houden aan de Gedragscode Abusebestrijding en de NTD gedragscode.
Het verhuren van serverruimte aan partijen die daar vervolgens illegale content plaatsen
maakt een hosting service provider (HSP) nog geen kwaadwillende actor. Daarvan is
pas sprake als evident is dat zij niet slechts slachtoffer zijn van misbruik van hun
faciliteiten maar bewust illegale content faciliteren. Zo heeft het Gerechtshof in
Den Haag recentelijk bepaald dat een telecommunicatiedienstprovider die zich ervan
bewust is dat zijn klanten crimineel gedrag vertonen en/of criminele content aanwezig
hebben dan wel verspreiden, en deze klanten daarbij desalniettemin faciliteert, mogelijk
strafrechtelijk aansprakelijk kan worden gehouden, ook als de Officier van Justitie
niet vooraf een verwijderbevel heeft afgegeven. Of daar sprake van is, dient per geval
te worden beoordeeld.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.