Stenogram : Vragenuur: Vragen van het lid Koekkoek aan de staatssecretaris Openbaar Vervoer en Milieu over het bericht "Ministerie verzweeg milieurisico's van staalslakken Tata Steel".
4 Vragenuur
Vergaderjaar 2024-2025
Vergaderingnummer 85
Te raadplegen sinds
2025-07-17Inhoudsopgave
Gerelateerde informatie
Toon alle items in vergaderingHandelingen TK 2024-2025, 85
Vragenuur
Vragen Koekkoek
Vragen van het lid Koekkoek aan de staatssecretaris Openbaar Vervoer en Milieu over het bericht "Ministerie verzweeg milieurisico's van staalslakken Tata Steel".
De voorzitter:
Een hartelijk woord van welkom aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Hij heeft een vraag van mevrouw Koekkoek van de fractie van Volt.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Voorzitter, dank. Er zit gif in de grond. Staalslakken, een industrieel restproduct van de staalindustrie, zijn jarenlang gebruikt als bouwmateriaal, terwijl al sinds 2009 bekend is dat dit enorme milieurisico's met zich meebrengt. Toch heeft het ministerie tot twee keer toe ingegrepen om Tata Steel te helpen dit vervuilende materiaal af te zetten, ondanks expliciete waarschuwingen van Rijkswaterstaat. Rijkswaterstaat heeft nota bene tot twee keer toe aangegeven: wij stoppen met het gebruik van dit product. Tot twee keer toe heeft het ministerie gezegd: we moeten dat wel gebruiken. Dat gebeurde onder invloed van onder andere de lobby van Tata Steel.
Het is ronduit onacceptabel dat deze beslissing is genomen zonder transparantie, zonder bescherming van mens en milieu en zonder de Kamer of het publiek te informeren. Mijn eerste vraag aan de staatssecretaris is dan ook: hoe kan hij verantwoorden dat zijn ministerie, tegen het eigen advies van Rijkswaterstaat in, het gebruik van deze stof heeft doorgedrukt en vervolgens niemand heeft geïnformeerd?
Staatssecretaris Jansen:
Dank, voorzitter. Dank aan mevrouw Koekkoek van Volt voor de gestelde vraag. Laten we heel duidelijk wezen: de meest recente berichtgeving over staalslakken laat mij, de Kamer en mensen in het land niet onberoerd. Daarom is het volgens mij ook belangrijk om hier met elkaar stevig actie op te ondernemen. Ik heb opdracht gegeven voor een grondig onderzoek naar de signalen uit de meest recente berichtgeving. Sommige punten zijn al van lang geleden, maar ik vind het belangrijk om hier ook helderheid over te krijgen. Ik zeg u toe dat ik u hierover zo snel mogelijk zal informeren.
Voorzitter. Verder lees ik in de berichtgeving dat er ondanks vele signalen weinig is veranderd in het beleid, maar dat herken ik niet. De afgelopen jaren zijn er verschillende acties ingezet en maatregelen genomen. In september 2021 is toegezegd dat het RIVM een meerjarig onderzoek zou uitvoeren naar het normenkader voor secundaire bouwstoffen, met het oog op een herijking van de bodemregelgeving. Vanaf januari 2024 is de leverancier verplicht om op de milieuverklaring bodemkwaliteit aan te geven met welke eigenschappen een afnemer rekening dient te houden. Dat is dus een verplicht document, dat met de staalslakken moet worden meegegeven. Per 1 januari 2026 wordt er ook een meldplicht ingevoerd. Omdat de meldplicht niet direct kan ingaan, heeft de circulaire toepassing van staalslakken en hoogovenslakken als bouwstof in een werk op 8 mei 2024 een update gekregen. Hierin is een oproep gedaan aan opdrachtgevers en toepassers om vroegtijdig in contact te treden met het bevoegd gezag over de voorgenomen toepassing van staalslakken. Met andere woorden: alsof de regel van 1 januari volgend jaar al is ingegaan.
Ook zijn er verdere maatregelen in ontwikkeling binnen de herijking van de bodemregelgeving, zoals het vaststellen van maatregelen voor meer zicht op de toepassing van staalslakken met een registratieplicht of een vergunningsplicht, het verduidelijken van toepassingseisen en het bieden van handvatten om nadere invulling te geven aan de zorgplicht, en een verkenning of het zinvol en haalbaar is om de kwaliteit te waarborgen van het toepassen van bepaalde secundaire bouwstoffen binnen het publiek-private stelsel van Kwaliteitsborging in het bodembeheer, oftewel Kwalibo.
Op basis van de laatste signalen heb ik boven op de lopende onderzoeken en maatregelen in mijn brief van 18 april jongstleden aanvullende maatregelen aangekondigd. Er wordt bekeken of er prikkels zijn die een negatieve invloed hebben op het toepassen van te veel staalslakken en welke maatregelen passend zijn voor de aanpak van deze negatieve prikkels. Toezicht en handhaving bij de toepassing van secundaire bouwstoffen vraagt om met de omgevingsdienst in contact te treden om samen te bekijken hoe kennis en kunde rondom het thema staalslakken versterkt kunnen worden. Tot slot onderzoek ik ook of het mogelijk is om de toepassing van staalslakken als zandvervanger bij grootschalige toepassingen uit te sluiten. Dit onderzoek is in gang gezet. Het vraagt ook enkele weken om de consequenties goed en zorgvuldig in beeld te brengen. Maar ik ga u tussentijds daarvan wel op de hoogte brengen.
Dan terugkomend op de vraag van mevrouw Koekkoek. Rijkswaterstaat heeft in het verleden besloten om geen gebruik meer te maken van staalslakken als product. Wij hebben niet tegen Rijkswaterstaat gezegd: je moet daarmee stoppen. Wij hebben alleen op een gegeven moment aangegeven richting Rijkswaterstaat ... Zij deden dit om civieltechnische redenen. Dat was waarom ze met het verzoek kwamen. Toen hebben wij gezegd: breng in kaart waar de dilemma's liggen. Maar het is niet zo dat het was om milieutechnische redenen. Het ging dus echt om civieltechnische redenen. Dat is de situatie zoals die was. Die wil ik hier wel heel duidelijk schetsen.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
De staatssecretaris zegt eigenlijk twee dingen. Die wil ik uit elkaar trekken, want anders lopen de zaken te veel door elkaar. Aan de ene kant zegt hij: ik ga onderzoeken hoe dit heeft kunnen gebeuren. Aan de andere kant zegt hij: ik heb al een aantal zaken lopen om het gebruik van staalslakken te verminderen.
Ik wil eerst ingaan op het onderzoek. De staatssecretaris geeft eigenlijk aan: Rijkswaterstaat had niet zozeer zorgen vanwege het milieu, maar vanwege civieltechnische onderdelen van staalslakken en dat dat niet functioneert. Het punt is natuurlijk dat het eigenlijk niet uitmaakt. Als Rijkswaterstaat aangeeft dat ze dit product niet kunnen gebruiken, en het ministerie tot twee keer toe zegt dat ze het wel kunnen gebruiken, richting medeoverheden communiceert dat ze het kunnen gebruiken en een soort pilot in Friesland stimuleert, gaat er iets fundamenteel mis. Ik ben dus blij dat de staatssecretaris zegt dat hij het gaat onderzoeken. Maar ik wil concreet worden. Volgende week hebben we een debat over de toekomst van Tata Steel. Ik wil dat de staatssecretaris voor die tijd aangeeft waar al die staalslakken zich op dit moment in Nederland bevinden. Ik wil ook weten welke communicatie en afwegingen ertoe geleid hebben dat deze beslissing genomen wordt. Ik wil dat alle relevante communicaties, van beslisnota's tot e-mails, worden gedeeld met de Kamer, zodat wij als Kamer kunnen meekijken en kunnen zien waarom deze beslissing genomen is, wie daar invloed op had en of dat daarmee een rechtvaardige beslissing is. Want dit ziet eruit als wanbestuur, zeker omdat er geen transparantie is geweest, niet naar burgers en niet naar medeoverheden. En dat kan niet.
Voorzitter. Nu ga ik naar de oplossing. Als ik het in mijn eigen woorden samenvat, geeft de staatssecretaris aan: ik wil het gebruik van staalslakken verminderen. Dat is onvoldoende. Ik wil graag van de staatssecretaris horen hoe hij ervoor gaat zorgen dat de vervuilde grond wordt gereinigd. Ik wil horen of en wanneer hij een wettelijk verbod gaat voorbereiden op het gebruik van staalslakken, en dat hij in de tussentijd het gebruik van staalslakken per direct gaat schorsen. Deze drie dingen wil ik graag van de staatssecretaris horen. Alles wat net genoemd werd over het onderzoeken van die prikkels om negatieve beïnvloeding ... Dat is heel erg niet concreet, maar vooral onvoldoende. We weten dat er nu iets aan de hand is. Gaat de staatssecretaris al deze dingen die ik net opgenoemd heb, toezeggen?
Staatssecretaris Jansen:
De informatie waar mevrouw Koekkoek op doelt, heb ik net al toegezegd. Ik zeg alleen wel eerlijk dat het helaas enkele weken zal vergen, want we praten over een periode van meer dan tien jaar. Dat is ongelofelijk veel documentatie. Ik heb ook gezien dat Nieuwsuur praat over duizenden documenten. Richting mevrouw Koekkoek zeg ik dus dat we met die informatie zullen komen, maar dat het wel enige tijd kost om het allemaal te achterhalen, omdat het gewoon echt een situatie is vanaf een moment ver in het verleden tot een aantal jaren terug. Dat moeten we echt goed in kaart brengen, juist om ervoor te zorgen dat we ook het vertrouwen van de mensen in het land behouden, en dat wel degelijk alle informatie die relevant is, boven water komt en ook gedeeld wordt met de Kamer. Laat ik daar heel duidelijk in zijn.
Voorzitter. Dan kom ik bij het tweede punt. We hebben natuurlijk ook gekeken naar wat we in de tussentijd kunnen doen. Wanneer we langs de normale weg zouden overgaan tot een verbod op staalslakken, praten we over een proces van ongeveer anderhalf jaar. Je kunt in de tussentijd natuurlijk kijken naar het tijdelijk niet gebruiken daarvan. Wij gaan in ieder geval dringend adviseren om dit niet te doen in situaties waar kinderen mee gemoeid zijn. Ook gaan we onderzoeken hoe we dat kunnen verbieden. Laat ik daar heel duidelijk in zijn.
Het tweede aspect is dat er in de breedste zin heel veel soorten staalslakken zijn. Ik doelde onder andere op de LD-staalslakken. Dat zijn dus staalslakken die in grote hoeveelheden worden gebruikt voor grootschalige projecten. We zijn al aan het onderzoeken wat we daaraan kunnen doen en hoe we daar eventueel meer zicht op kunnen krijgen. Daarbij is het misschien ook een optie om het te gaan verbieden. Maar om dat te doen, moeten we wel heel goed in beeld hebben wat de consequenties zijn. Als wij op dit moment die stap zetten, moet de Kamer wel duidelijk op de hoogte zijn van wat dit betekent voor heel veel andere trajecten die hiermee gemoeid zijn, maar ook voor afspraken die bedrijven in het land en zelfs internationaal met elkaar hebben gemaakt. Dat wil ik graag goed in kaart brengen voor de Kamer. Op dat moment kunt u daar een gedegen afweging in maken.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Ik sta met verbazing te luisteren. Als er zo veel onderzoeken zijn en we nu ook zien dat dit belobbyd is, dat dit achter de schermen is gebeurd en door onderzoekers onder de pet gehouden is, dan verwacht ik heel snel en heel concreet actie van dit kabinet. Dus wat betreft die duizenden documenten waarover de staatssecretaris het heeft: op het moment dat een onafhankelijke journalist die al in handen heeft, kunnen die ook gedeeld worden met de Kamer. Ik wil dat voor het debat volgende week, want het laatste woord is hier niet over gezegd.
Voorzitter. Daarnaast moet het kabinet nu beginnen met zo'n wettelijk verbod. Het is overduidelijk dat er gif in de grond zit. Het kabinet doet er te weinig aan. Dat kunnen we niet verantwoorden tegenover burgers en medeoverheden. We moeten onze overheid kunnen vertrouwen.
Dank, voorzitter.
Staatssecretaris Jansen:
Laat ik mevrouw Koekkoek gedeeltelijk tegemoetkomen. Alle informatie die wij hebben en die wij kunnen delen, zullen wij voor het debat delen, hoe dan ook. Ik kan alleen nu, op dit moment, niet garanderen dat dat alle informatie is. Nogmaals, het betreft een hele lange periode. Ik kan dus niet garanderen dat het honderd procent van alle documentatie is, maar wat er is, delen wij natuurlijk voor die tijd met de Kamer.
Voorzitter. Volgens mij ben ik net uitgebreid ingegaan op de tweede vraag van mevrouw Koekkoek. Dus wat dat betreft: dat is de situatie zoals die is. Ik moet de gevolgen in kaart brengen, want daar moet de Kamer van op de hoogte zijn op het moment dat zij mij opdracht zou geven om per direct over te gaan tot een verbod.
De heer Van Kent (SP):
Ik hoor de staatssecretaris zeggen: we moeten de gevolgen in kaart brengen. Ik ben in Eerbeek, Spijk en Beverwijk gaan kijken. Daar ziet u wat de gevolgen zijn. Het is een milieuramp. Geeft de staatssecretaris hier nu gewoon toe dat inderdaad de lobby van Tata ertoe heeft geleid dat het ministerie van deze staatssecretaris ervoor heeft gezorgd dat Rijkswaterstaat onder druk is gezet om dat gif op ál die andere plekken in het land ook toe te passen? Geeft de staatssecretaris dat toe?
Staatssecretaris Jansen:
De periode waaraan wordt gerefereerd, is de periode van 2014 tot 2019. Er hebben 42 bedrijven gevraagd om een rechtsoordeel. Dat rechtsoordeel betreft niet meer en niet minder dan de toepassing van een grondstof in een situatie op een specifieke locatie. Daar praten we namelijk over. Het is dus niet generalistisch. Het zijn 42 aanvragen van een bedrijf voor de toepassing op een locatie. Zo moet dat rechtsoordeel gezien worden. Ik heb al eerder aangegeven, ook in mijn beantwoording afgelopen vrijdag richting de media, dat ik geen enkel belang heb bij de afzet van Tata. Op grond van de informatie die wij nu hebben, is dat belang er ook in het verleden nooit geweest. Dat is het antwoord dat ik kan geven. Dat is de situatie zoals die is.
De heer Van Kent (SP):
De staatssecretaris draait om de zaak heen en spreekt hier met meel in de mond. We weten allemaal dat het toepassen van staalslakken als bouwstof een milieuramp tot gevolg heeft. Waarom erkent de staatssecretaris dat niet? Waarom zet de staatssecretaris nu dan niet de stap om staalslakken niet langer meer als bouwstof aan te merken, maar als chemisch afval, als gif dat ook op die manier moet worden behandeld?
Staatssecretaris Jansen:
Volgens mij zijn de voorbeelden die net genoemd worden, Spijk en Eerbeek, waar ik zelf ben wezen kijken, allemaal voorbeelden van toepassingen in het verleden waarbij er op een verkeerde wijze gebruik is gemaakt van deze bouwstof. Dat is de situatie. Die situatie is verschrikkelijk en het had niet mogen gebeuren; dat ben ik helemaal eens. Maar het was wel de verkeerde toepassing van deze bouwstof. Dat is waar we hier over praten.
De heer Boutkan (PVV):
Het dossier staalslakken speelt al jaren. Je kan gerust spreken van een lijk in de kast. Er is van alles gebeurd en dat is niet gecommuniceerd. Het is prima dat de staatssecretaris nu onderzoek doet, maar ik zou het toch een klein beetje scherper willen stellen richting de staatssecretaris. Daarom vraag ik om van het onderzoek een tijdlijn te maken met alle momenten, besluiten et cetera, en dit te delen met de Kamer. Kan de staatssecretaris dit toezeggen?
Staatssecretaris Jansen:
Dat gaan wij zeker doen. Dat is onderdeel van de toezegging die ik richting mevrouw Koekkoek heb gedaan. Wij brengen die informatie in beeld, maar maken daarnaast ook een tijdlijn om goed te zien wanneer welke zaken hebben plaatsgevonden. Dat helpt ons volgens mij om een goed beeld te krijgen van wat er wanneer precies heeft plaatsgevonden en wat daar eventueel de motivatie van is geweest.
De voorzitter:
Ik zou graag stilte willen in de zaal, zodat iedereen de vragen en de antwoorden kan beluisteren. 30 seconden; 30 seconden, meneer Bamenga. Had ik al gezegd dat u 30 seconden heeft? Ja. 30 seconden, meneer Bamenga.
De heer Bamenga (D66):
Ik heb die "30 seconden" niet gehoord. Volgens mij heeft de staatssecretaris net ook al gesproken over vertrouwen, vertrouwen naar de mensen en de bestuurders toe, die hier onvoldoende en niet transparant over geïnformeerd zijn. Graag zou ik willen weten op welke manier de staatssecretaris het vertrouwen zou willen herstellen, want het vertrouwen is inmiddels wel geschaad door IenW.
Staatssecretaris Jansen:
Voorzitter, ik zal proberen ook binnen 30 seconden te antwoorden. Dat vertrouwen herwinnen doe ik door ervoor te zorgen dat de Kamer alle relevante informatie krijgt die wij op dat moment ter beschikking hebben, inclusief de tijdlijn met wanneer wat heeft plaatsgevonden en een motivatie waarom. Ik geef net aan dat wij ook kijken naar de situatie met het oog op de toekomst. Als er kinderen mee gemoeid zijn, dan is wat mij betreft hier de streep en stoppen we daarmee.
De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA):
Dank u wel, staatssecretaris, dat u toezegt om transparant te zijn over wat er allemaal gebeurd is. Dat is nodig, want de onderste steen moet boven. Het is een milieuschandaal. Eén ding vind ik echt heel lastig. De Partij voor de Dieren, GroenLinks-Partij van de Arbeid, Volt, D66 en de SP hebben gezamenlijk al heel vaak moties ingediend over een meldplicht, over een verbod op staalslakken. U heeft die allemaal ontraden de afgelopen tijd. Waarom?
Staatssecretaris Jansen:
Ik denk dat dat met name te maken had met ontijdigheid, want per 1 januari 2026 gaat die meldplicht er komen. Dat is dus ook wat ik probeer aan te geven. Wij proberen de juiste stappen te nemen. We scherpen het iedere keer meer aan. Maar ja, dat is de situatie zoals die is. Als dat voor de heer Gabriëls vervelend is, dan snap ik dat heel goed. Maar dat is wel hoe wij hier proberen te werken.
Kamerlid Kostić (PvdD):
Wat een schande! We weten al heel lang dat staalslakken een giftig afvalproduct zijn van Tata Steel. Ik hoor al jaren van bewindspersonen dat we onderzoek moeten doen. Wat doet deze staatssecretaris? Hij doet nog meer onderzoek, nog meer oproepen richting bedrijven, met hooguit een extra formuliertje voor ze om in te vullen. We weten van de toezichthouder, ILT, dat zelfs als je voldoet aan de huidige wet- en regelgeving, dat alsnog geen garantie is voor gezondheid en milieu. Er is ongelofelijk veel schade voor de samenleving; miljoenen. Mijn vraag aan de staatssecretaris is: waarom wil hij niet uit voorzorg nu een stop zetten op het gebruik van staalslakken totdat al die onderzoeken die hij nog wil doen, rond zijn?
Staatssecretaris Jansen:
Gelukkig lopen er al een aantal onderzoeken. Dat heb ik net ook gecommuniceerd in mijn eerste bijdrage. Dat zijn onderzoeken die al in 2024 gestart zijn. Tegelijkertijd denk ik dat de Kamer er ook baat bij heeft om te weten wat de consequenties zijn als wij nu per direct stoppen met staalslakken als bouwstof. Dat heeft bepaalde consequenties en dat kan ook enorm in de papieren lopen. Ja, wij kijken naar gezondheid, want dat is voor ons heel belangrijk, maar we kijken ook naar de gevolgen. Anders sta ik hier over een paar maanden weer en dan zegt de Kamer: waarom heeft u mij niet verteld dat het de belastingbetaler misschien wel een paar honderd miljoen euro gaat kosten? Dat wil ik kunnen onderbouwen door middel van nader onderzoek.
Mevrouw Wingelaar (NSC):
Ik ben toch wel een beetje in shock. U loopt hier nu trots te vertellen dat er een meldplicht komt voor staalslakken, maar u wilde een informatieplicht. Door een motie, waar ook Nieuw Sociaal Contract voor stemde, komt er nu een meldplicht. Dat wil ik wel even rechtgezet hebben. Daarnaast zou ik u het volgende willen vragen. U blijft maar zoeken naar uitzonderingen. U zegt "niet bij kinderen", maar het mag blijkbaar wel in een proeftuin in Friesland. Wanneer stopt u eens met het zoeken naar uitzonderingen en gaat u maatregelen nemen?
Staatssecretaris Jansen:
Ik betoog juist dat om er zeker van te zijn dat het bij kinderen niet het geval is … Laat ik trouwens ook opmerken dat het alleen schadelijk is bij inname, niet als je eroverheen rolt, om maar een voorbeeld te noemen. Maar juist om te voorkomen dat er onrust ontstaat die we kunnen wegnemen, hebben wij gezegd: laten we met betrekking tot kinderen in elk geval vast die stap nemen. Alleen, wat betreft de andere gevallen moeten wij in kaart brengen wat dat betekent. Dat is precies de situatie. Zonder die informatie nemen wij of neemt de Kamer misschien een besluit waar we later misschien weer negatieve consequenties van ondervinden.
De heer Buijsse (VVD):
We hebben op 5 februari jongstleden al een motie ingediend om de staatssecretaris te vragen om met de leverancier in gesprek te gaan over alternatieve toepassingen van staalslakken. De vraag is: bent u al begonnen en kunt u de Kamer daar voor de zomer over informeren? Dat is ook waar de motie om vroeg.
Staatssecretaris Jansen:
Ambtelijk zijn er al eerste gesprekken geweest. We zijn inderdaad nu aan het bekijken wat daar voor resultaten uit komen. Er komen vervolggesprekken. Maar juist op het moment dat je het aanpakt bij de bron — laat ik het zo maar zeggen — kun je voorkomen dat je later te maken krijgt met bijvoorbeeld een LD-staalslak. Die wil je misschien niet hebben. Dit is dus inderdaad de juiste volgorde. Ik kan toezeggen dat die informatie gaat komen zodra ze beschikbaar is.
De heer Pierik (BBB):
Ik ben blij dat de staatssecretaris de Kamer de komende tijd zal voorzien van heel veel informatie. We zien daar reikhalzend naar uit. Ook willen we graag weten wat de hoeveelheid geïmporteerde staalslakken is. Het lijkt erop dat die de laatste jaren wat is toegenomen. Dat willen we heel graag bij het hele dossier betrekken. Kan de staatssecretaris dat toezeggen?
Staatssecretaris Jansen:
Dat kan ik zeker. Dat is namelijk onderdeel van het onderzoek waar ik het net over had. Ik wil goed in kaart brengen waar we het over hebben. Het betreft namelijk niet alleen maar staalslakken die bij Tata Steel vandaan komen. Het is juist ook de import. Die situatie moeten we goed in beeld krijgen. Ik kan die informatie daarom zeker toezeggen aan de Kamer.
De voorzitter:
Prima. Dank aan de staatssecretaris. Fijn dat u bij ons was. Ik schors enkele minuten.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.