Brief regering : D-Brief project ‘Vervanging tactische luchttransport capaciteit’
27 830 Materieelprojecten
Nr. 441
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 juni 2024
Tactische luchttransportcapaciteit speelt voor Defensie een essentiële rol in het
waarborgen van snelle en efficiënte verplaatsing van troepen en materieel, zowel voor
de bescherming van eigen en bondgenootschappelijk grondgebied als in internationale
missies. Defensie vervangt de vier verouderde C-130H Hercules transportvliegtuigen
(C-130) met het project «Vervanging tactische luchttransport capaciteit».1 De C-130 toestellen hebben na een operationele periode van meer dan dertig jaar het
einde bereikt van de operationele en technische levensduur. De vervanging van de tactische
luchtvloot was initieel voorzien tussen 2031 en 2033. Het naderende einde van de operationele
en technische levensduur gecombineerd met een veelvuldig beroep op de toestellen vanwege
wereldwijde geopolitieke ontwikkelingen heeft ertoe geleid dat Defensie heeft besloten
deze capaciteit vroegtijdig te vervangen.
Uit de behoeftestellingsfase (B-fase) bleek dat alleen de C-390M van fabrikant Embraer
S.A. voldoet aan de eisen die Defensie stelt aan tactische luchttransportcapaciteit.2
Met deze D-brief informeer ik uw Kamer over de resultaten van de verwervingsvoorbereiding
(D-fase) van het project «Vervanging tactische luchttransport capaciteit». Defensie
is voornemens om samen met Oostenrijk negen C-390M toestellen aan te schaffen; vijf
voor Nederland en vier voor Oostenrijk.
Behoefte
Voor de invulling van de hoofdtaken moet Defensie in staat zijn om wereldwijd materieel
en personeel snel in te zetten of te evacueren via luchttransportcapaciteit, vaak
in moeilijke operationele omstandigheden. Tactische luchttransportcapaciteit vergroot
de operationele flexibiliteit en responsiviteit, biedt logistieke ondersteuning in
diverse missies en operaties, en maakt de uitvoering mogelijk van een breed scala
aan humanitaire en medische taken. Het is daarom van belang dat Defensie deze capaciteit
zelfstandig bezit en kan inzetten. Defensie zette bijvoorbeeld in april 2023 twee
C-130 toestellen in vanaf Aqaba in Jordanië om Nederlanders vanuit Soedan te evacueren.
In oktober 2023 zette Defensie de toestellen ook in om 200 militairen naar Cyprus
te vervoeren, vanwege de spanningen in de regio als gevolg van de situatie in Israël
en de Palestijnse Gebieden.
Kwalitatieve behoefte
De nieuwe tactische transportcapaciteit dient:
– In staat te zijn te opereren vanaf onvoorbereide vliegvelden die niet beschikken over
de standaard infrastructuur en faciliteiten zoals benodigd voor civiele vliegoperaties.
Dit omvat landingsbanen die niet zijn geasfalteerd en vliegvelden zonder de gebruikelijke
navigatiehulpmiddelen, verlichting, en ondersteunende diensten;
– Voldoende laadcapaciteit te genereren om dag en nacht, onder zware weersomstandigheden,
luchtmobiele operaties te ondersteunen;
– In staat te zijn om (zwaar)gewonden te vervoeren, die tijdens het luchttransport high medical care3 nodig hebben;
– In staat te zijn om deel te nemen aan informatiegestuurde operaties. De toestellen
beschikken over sensoren en communicatiemiddelen waarmee zij zowel de vliegtuigbemanning
als de ondersteunende grondeenheden voorzien van Situational Awareness (SA);
– Te beschikken over zelfbeschermingsmiddelen om de toestellen te beschermen tijdens
alle soorten inzet.
Kwantitatieve behoefte
In de B-fase heeft Defensie vastgesteld dat de jaarlijkse behoefte 4.000 vlieguren
betreft, waarvoor vijf toestellen nodig zijn. Met deze capaciteit heeft Defensie de
mogelijkheid om langdurig vliegtuigen uit te zenden naar een missiegebied en daarnaast
een vliegtuig gereed te hebben voor strategische verplaatsingen. Defensie zet in specifieke
gevallen het tactisch luchttransport ook in voor vervoer van mensen, goederen en gevaarlijke
stoffen, omdat de inzet van een groot strategisch transportvliegtuig voor de bevoorrading
van missies niet altijd opportuun is. Met de vloot van vijf toestellen beschikt Defensie
over voldoende toestellen om eenheden mee te trainen en de gereedstelling van de eigen
operationele eenheden te ondersteunen.
Defensie is voornemens simulatoren te gebruiken om bemanningen te trainen in het gebruik
van het nieuwe toestel en voor missie-trainingen. De behoefte aan simulatoren bestaat
uit één Full Flight Simulator (FFS) voor training van de vliegtuigbemanning en één Loadmaster Trainer, waarin de bemanning traint met het veilig laden, lossen en vastzetten van vracht
en passagiers. De simulatoren ontlasten de operationele vliegtuigen, waardoor deze
vaker beschikbaar zijn voor inzet.
Resultaten van de verwervingsvoorbereiding
Defensie heeft de vastgestelde projectopzet uit de B-fase uitgewerkt en ingevuld in
de D-fase. Defensie schaft de C-390M toestellen aan via een single source verwervingstraject met fabrikant Embraer S.A. De Auditdienst Rijk (ADR) heeft Defensie
ondersteund in de verwervingsvoorbereidingsfase. Naast het contract met fabrikant
Embraer S.A. voor de aanschaf en instandhouding van de toestellen, is Defensie voornemens
nog enkele kleinere contracten af te sluiten. Een hiervan betreft het contract voor
de benodigde zelfbeschermingssystemen welke Defensie in samenwerking met Embraer afsluit
met Elbit.
Uitwerking
Personeel
Voor de personele ondersteuning van deze behoefte zijn drie vliegtuigbemanningen (crews)
per toestel benodigd, bestaande uit een gezagvoerder, een co-piloot en twee loadmasters.
Defensie dient te beschikken over een totaal van 15 crews om continue en efficiënte
inzet van de toestellen te garanderen.
Het ondersteunings- en instandhoudingsprincipe voor de C-390 is nagenoeg gelijk aan
dat van de C-130 vloot. Defensie converteert daarom de huidige C-130 ondersteuningsorganisatie
naar een C-390 ondersteuningsorganisatie. Om het ambitieniveau met betrekking tot
het aantal vlieguren mogelijk te maken, breidt Defensie waar nodig de huidige ondersteuningsorganisatie
uit. Het grootste deel van het personeel vervult haar werkzaamheden op Vliegbasis
Eindhoven.
Internationale samenwerking
Oostenrijk heeft Nederland eind 2023 verzocht om deel te mogen nemen aan de Nederlandse
verwerving van tactische luchttransportcapaciteit. Nederland en Oostenrijk hebben
deze samenwerking in april 2024 bekrachtigd met een Memorandum of Understanding (MoU). Nederland heeft vervolgens mede namens Oostenrijk de contractonderhandelingen
voortgezet met fabrikant Embraer S.A. voor in totaal negen toestellen. Oostenrijk
heeft zich geconformeerd aan de vastgestelde configuratie van het vliegtuig en aan
de Nederlandse contractvoorwaarden. Met deze samenwerking behaalt Embraer schaalvoordelen
in de productie, wat zich vertaalt in een lagere prijs van de toestellen. Om de samenwerking
met Oostenrijk te optimaliseren, ondersteunt een Oostenrijkse functionaris het COMMIT-projectteam.
Voor de C-390M bestaat een user group waar landen lid van zijn die al opereren met de C-390M. Dit zijn Brazilië, Portugal
en Hongarije. Nederland en Oostenrijk treden toe tot deze user group. In december 2023 heeft Zuid-Korea bekend gemaakt de C-390M aan te schaffen. Daarnaast
tonen ook andere Europese landen serieuze interesse in de C-390M, waaronder Tsjechië,
Zweden, Finland en Griekenland. De landen die lid zijn van de user group bezien welke mogelijkheden tot samenwerking bestaan op gebied van training en instandhouding.
De Nederlandse C-390M vliegtuigen worden in de toekomst ingezet binnen het European Air Transport Command (EATC), een samenwerkingsverband op het gebied van luchttransport waar zeven Europese
landen onderdeel van zijn.4
Interoperabiliteit
De C-390M is ontworpen om te voldoen aan de strenge NAVO-standaarden voor militaire
operaties. Dit omvat compatibiliteit met NAVO-communicatieprotocollen, navigatiesystemen
en interoperabele software. Deze aspecten zijn essentieel voor gezamenlijke operaties
met partners en bondgenoten. Wanneer meerdere landen de C-390M aanschaffen, kan dit
leiden tot meer samenwerking en efficiëntie in de logistieke keten. Hierdoor vergemakkelijken
de gebruikers de samenwerking en uitwisseling van onderdelen en expertise.
Industriële participatie
Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat heeft afspraken gemaakt over Industriële
Participatie rondom dit project. Embraer betrekt diverse Nederlandse bedrijven en
kennisinstellingen in hun toeleveringsketens of voert ontwikkelingsprojecten met hen
uit. Zo betrekt Embraer bijvoorbeeld Fokker Services Group (FSG) bij de installatie
van de NAVO componenten, de zogenoemde Government Furnished Equipment (GFE). Embraer gaat ook samenwerkingen aan met onder andere multiSIM B.V., een Nederlands
bedrijf gespecialiseerd in simulatie en trainingssoftware, TNO en het Koninklijke
Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR). Daarnaast is Defensie voornemens om
in de toekomst een deel van het complexe onderhoud uit te besteden in samenwerking
met de Nederlandse industrie. Defensie onderzoekt hiertoe momenteel de mogelijkheden
en voert verkennende gesprekken.
Innovatie
Het ontwerp van de C-390 is modulair, waardoor het vliegtuig snel kan worden aangepast
voor verschillende missies, zoals vrachtvervoer, medische evacuaties en het kunnen
bijtanken in de lucht. Het ontwerp biedt de ruimte om in de toekomst ook nieuwe technologische
ontwikkelingen door te voeren, bijvoorbeeld op gebied van brandbestrijding en (militaire)
communicatiesystemen.
Duurzaamheid
Defensie streeft naar een gebruik van gemiddeld 30 procent aan biobrandstoffen in
2030 voor Defensiematerieel. De C390M toestellen zijn voorlopig geschikt voor het
gebruik van een percentage van 15 procent biobrandstof, zoals de norm is in de civiele
luchtvaartsector. Defensie houdt oog voor technologische ontwikkelingen die het percentage
aan biobrandstof in de toekomst kunnen maximaliseren.
Door gebruik te maken van simulatoren, kan Defensie een deel van de benodigde vlieguren
op simulatoren vliegen en daarmee het brandstofverbruik beperken.
Gerelateerde projecten
Het wapensysteemgebonden IT-programma Foxtrot behelst de modernisering en vervanging
van tactische communicatiemiddelen en daaraan gebonden IT-infrastructuur.5 Met dit project schaft Defensie onder andere nieuwe grond-lucht radio’s aan die worden
gebruikt in de C-390M. De Foxtrot-radio’s maken onderdeel uit van de C-390 configuratie
die Defensie aanschaft.
Doeltreffendheid en doelmatigheid
Met de uitvoering van dit project geeft Defensie, onder verwijzing naar art. 3.1 van
de Comptabiliteitswet 2016, invulling aan doeltreffendheid en doelmatigheid.
– Doeltreffendheid: met de aanschaf van de C-390M Embraer toestellen verbetert Defensie
de operationele capaciteit. Vergeleken met de huidige C-130 toestellen biedt de C-390M
betere prestaties, grotere betrouwbaarheid en een hogere transportcapaciteit, wat
direct bijdraagt aan de operationele effectiviteit van Defensie. Daarnaast zorgt de
keuze voor C-390M toestellen ervoor dat Defensie beschikt over moderne technologie
waarmee Defensie in staat is om te voldoen aan toekomstige operationele eisen om deel
te nemen aan missies. Hiermee waarborgt het project «vervanging tactische luchttransport
capaciteit» de langdurige effectiviteit van de luchttransportcapaciteit van Defensie.
– Doelmatigheid: door de aanschaf van de C-390M toestellen gezamenlijk met Oostenrijk
te realiseren, behaalt fabrikant Embraer schaalvoordelen in de productie. Dit vertaalt
zich in een lagere prijs van de toestellen voor zowel Nederland als Oostenrijk. Ook
is de C-390M een veelzijdig toestel dat niet alleen geschikt is voor tactische transportmissies,
maar ook voor vrachtvervoer, medische evacuaties en het kunnen bijtanken in de lucht.
Deze multifunctionaliteit zorgt ervoor dat Defensie meer waar krijgt voor haar investering.
Tot slot is de C-390M ongeveer 40 procent sneller dan de C-130. Daarmee kan het toestel
dezelfde aftand afleggen in minder tijd, waarbij het gebruik maakt van motoren die
voor gelijke afstanden minder brandstof gebruiken dan de C-130. Dit vergroot het vliegbereik
van de toestellen significant.
Risico’s
Defensie heeft voor het project een risicobeoordeling gemaakt en beheersmaatregelen
getroffen. Er bestaat een risico dat de gewenste levertijden niet haalbaar zijn door
vertraging in de productie van de toestellen. Dit risico wordt gemitigeerd door contractuele
afspraken met de fabrikant over een boeteregeling bij vertraging. In het uiterste
geval verlengt Defensie het huidige opereren van de C-130 toestellen tot en met 2028.
Daarnaast schaft Defensie een aantal Government Furnished Equipment (GFE) artikelen aan. Er bestaat een risico dat deze niet tijdig beschikbaar zijn,
waardoor het operationele gebruik van de C-390M wordt beperkt. Een aantal van deze
artikelen zijn al in gebruik bij Defensie. Daarmee bestelt Defensie van deze artikelen
«meer van hetzelfde» waardoor dit risico kleiner wordt. Ook heeft Defensie reeds verwervingsvoorbereidingen
getroffen om de artikelen tijdig te kunnen bestellen.
Financiën
Het budget van het project «vervanging tactische luchttransport capaciteit» bedraagt
€ 1,703 miljard (prijspeil 2024), inclusief BTW, risicoreservering en delta-exploitatie.
Dit budget komt ten laste van de defensiebegroting. De commercieel-vertrouwelijke
bijlage bevat nadere financiële informatie.
Planning
In de B-brief heb ik uw Kamer gemeld dat de eerste toestellen worden vervangen vanaf
2026. Deze tijdlijn bleek niet haalbaar vanwege onderhandelingen met de producent
en de samenwerking met Oostenrijk. Naar verwachting levert Embraer het eerste toestel
eind 2027. Tot eind 2029 volgen stapsgewijs de resterende vier toestellen. Defensie
verwacht te kunnen beschikken over de simulatoren voor training in de tweede helft
van 2026. De nieuwe eenheid op vliegbasis Eindhoven zal in 2028 initieel inzetgereed
zijn (Initial Operational Capability, IOC) met drie vliegtuigen. De eenheid bereikt de status van volledig inzetgereed
(Fully Operational Capability, FOC) met vijf vliegtuigen in 2030.
Vooruitblik
De offertetermijn van het hoofdcontract verloopt op 31 juli aanstaande. Om mogelijke
prijsstijging en vertragingen in het leverschema te voorkomen, verzoek ik uw Kamer
deze D-brief niet later dan 31 juli aanstaande te behandelen. De Kamer wordt over
de voortgang van dit project geïnformeerd via het Defensie Projectenoverzicht en de
begroting van het Defensiematerieelbegrotingsfonds.
De Staatssecretaris van Defensie,
C.A. van der Maat
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.A. van der Maat, staatssecretaris van Defensie