Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hertzberger over het antwoord op de feitelijke vragen van de vaste commissie voor OCW over de nota van wijziging inzake de vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025 en over de brief d.d. 24 oktober 2024 inzake de invulling van het OCW-aandeel in de rijksbrede subsidietaakstelling
Vragen van het lid Hertzberger (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister van Financiën over het antwoord op de feitelijke vragen van de vaste commissie voor OCW over de nota van wijziging inzake de vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025 en over de brief d.d. 24 oktober 2024 inzake de invulling van het OCW-aandeel in de rijksbrede subsidietaakstelling (ingezonden 15 november 2024).
Antwoord van Minister Heinen (Financiën) (ontvangen 2 december 2024).
Vraag 1
Kan u de volledige berekening sturen die achter de verdeling van de rijksbrede subsidietaakstelling
over departementen ligt?
Antwoord 1
De taakstelling is verdeeld over de departementen naar rato van de omvang van de subsidies
op de begrotingen (hierna: de grondslag). Bij de verdeling heeft het kabinet besloten
om de subsidiebudgetten waarop in het hoofdlijnenakkoord al wordt omgebogen niet mee
te tellen in de grondslag omdat hier anders twee keer op wordt omgebogen. Ook zijn
enkele specifieke posten niet meegeteld waarvan het Hoofdlijnenakkoord aangeeft dat
hier niet op wordt gekort. Ten slotte zijn subsidies niet meegeteld in de grondslag
die zien op herstel en compensatie aan burgers (zoals subsidies voor Groningen en
toeslagenherstel) of geld voor Oekraïne. In het antwoord op vraag 6 is een uitsplitsing
gemaakt van de posten die niet zijn meegeteld.
Door het niet meetellen van deze posten daalt de totale grondslag van de subsidies
waarover de taakstelling wordt geheven in 2029 van circa 14 miljard euro tot circa
3,9 miljard euro. Dit leidt tot een korting van circa 26% op de gehanteerde grondslag.
Onderstaande tabel toont de berekening en de verdeling naar de departementale begrotingen.
De onderliggende beslisnota met deze berekening is tevens opgenomen in de actieve
openbaarmaking van de Miljoenennota 2025 op Prinsjesdag (zie Beslisnota's Miljoenennota 2025 nota nummer 4).
(Bedrag in € mln.)
2025
2026
2027
2028
2029
Subsidiegrondslag (geen verminderingen)
15.994
15.191
14.220
13.449
13.990
Effect verminderingen
Grondslag daalt met
– 9.527
– 9.787
– 9.353
– 9.134
– 10.127
Grondslag na verminderingen
6.467
5.403
4.866
4.315
3.862
Ombuiging als % van nieuwe totaal
– 4,3%
– 10,2%
– 16,4%
– 23,2%
– 25,9%
Generieke taakstelling subsidies rijksbreed
– 275
– 550
– 800
– 1.000
– 1.000
w.v. EZK
– 37
– 110
– 133
– 221
– 174
w.v. OCW
– 75
– 132
– 255
– 317
– 361
w.v. VWS
– 53
– 119
– 176
– 251
– 252
w.v. LNV (incl. Diergezondheidsfonds)
– 48
– 49
– 63
– 59
– 74
w.v. BHOS
0
0
0
0
0
w.v. BZK (incl. Koninkrijksrelaties)
– 17
– 41
– 65
– 63
– 49
w.v. BZ
0
0
0
0
0
w.v. IenW
– 19
– 29
– 32
– 25
– 21
w.v. SZW
– 20
– 58
– 57
– 35
– 38
w.v. JenV
– 5
– 13
– 19
– 29
– 29
w.v. NGF
0
0
0
0
0
w.v. DEF
0
0
0
0
0
w.v. FIN
0
0
0
0
0
Vraag 2
Op welke wijze worden de subsidiebudgetten van de verschillende departementen berekend?
Antwoord 2
Bij de berekening is uitgegaan van de begrotingsstanden die op de departementale begrotingen
onder het instrument «subsidies» staan in de Voorjaarsnota 2024 en bijbehorende eerste
suppletoire begrotingen.
Vraag 3
Welke departementen hebben de loon- en prijsbijstelling op subsidies toegekend en
in hoeverre is daar rekening mee gehouden in de naar rato verdeling van de subsidietaakstelling?
Is voor eventuele verschillen tussen departementen gecorrigeerd?
Antwoord 3
Voor de berekening van de subsidiegrondslag is de begrotingsstand Voorjaarsnota 2024
gehanteerd. Bij de Voorjaarsnota is de loon- en prijsbijstelling toegekend aan de
departementale begrotingen. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en
het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties hadden als enige departementen
deze loon- en prijsbijstelling al verdeeld over hun subsidies. Daarnaast staat bij
het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de nominale bijstelling (vergelijkbaar
met loon- en prijsbijstelling) van de Algemene Kinderbijslagwet onder het instrument
subsidies in de begroting. Hiervoor is de grondslag gecorrigeerd zodat deze departementen
hiervan geen nadeel hebben ondervonden.
Vraag 4
Heeft de definitie van wat een «subsidie» is een rol gespeeld in de wijze waarop de
generieke subsidietaakstelling is ingevuld? Welke definitie van «subsidie» is hierbij
gehanteerd en hoe is deze definitie gemotiveerd?
Antwoord 4
Bij de berekening is uitgegaan van een budgettaire definitie van het begrip subsidies,
namelijk de begrotingsstanden die op de departementale begrotingen onder het instrument
«subsidies» staan. De subsidietaakstelling is op basis van deze definiëring verdeeld
over de verschillende departementale begrotingen.
Vraag 5
Kunt u per departement aangeven wat de subsidiegrondslag bedraagt op de begroting
van dat departement en hoe deze zich procentueel verhoudt tot de totale begroting?
Antwoord 5
Onderstaande tabel geeft voor het jaar 2025 het totaal aan uitgaven weer per begroting
op de stand Voorjaarsnota 2024 (deze stand is ook gebruikt voor de berekening van
de subsidietaakstelling). Bij de berekening van de subsidiegrondslag is een aantal
posten niet meegeteld (zie het antwoord op vraag 1). Elke departementale begroting
kent hetzelfde kortingspercentage in 2025 (4,3%) op de subsidiegrondslag in 2025.
Het percentage van de subsidiekorting ten opzichte van de hele begroting verschilt
omdat het aandeel van subsidies op de hele begroting wisselt per departement.
(Bedrag in € mln., jaar 2025)
Uitgaven
Subsidiegrondslag
EZK
11.973
881 (7,4%)
OCW
58.079
1.760 (3,0%)
VWS
36.519
1.254 (3,4%)
LNV (incl. Diergezondheidsfonds)
4.986
1.130 (22,7%)
BHOS
3.916
0 (0,0%)
BZK (incl. Koninkrijksrelaties)
11.185
410 (3,7%)
BZ
13.727
0 (0,0%)
IenW
14.740
437 (3,0%)
SZW
59.100
473 (0,8%)
JenV
27.104
122 (0,5%)
NGF
807
0 (0,0%)
DEF
22.367
0 (0,0%)
FIN
23.751
0 (0,0%)
Vraag 6
Kunt u specificeren per departement op welke wijze de bezuinigingen in het hoofdlijnenakkoord
in de verdeling van de taakstelling per departement zijn meegenomen?
Antwoord 6
Onderstaande tabel geeft per departement een overzicht van de subsidieposten die niet
zijn meegeteld bij het berekenen van de subsidiegrondslag, onderverdeeld naar de volgende
vier categorieën:
– Categorie 1: verwerking van ombuigingen uit het hoofdlijnenakkoord;
– Categorie 2: volledige budget niet meegeteld door korting uit het hoofdlijnenakkoord;
– Categorie 3: volledige budget niet meegeteld omdat in het hoofdlijnenakkoord staat
dat hier niet op wordt omgebogen;
– Categorie 4: volledige budget niet meegeteld omdat het herstel en compensatie aan
burgers betreft of geld voor Oekraïne.
(Bedrag in € mln.)
2025
2026
2027
2028
2029
EZK
– 3.797
– 4.648
– 3.833
– 4.097
– 4.277
Prijsrisicobuffer naar 10% (categorie 1)
0
– 1.000
– 1.000
– 1.000
– 1.000
SDE excl. Klimaatfonds (categorie 2)
– 661
– 1.137
– 1.535
– 1.978
– 2.482
Klimaatfonds (categorie 2)
– 2.223
– 1.699
– 1.116
– 1.012
– 775
Subsidies NGF ronde 1–3 (categorie 3)
– 460
– 366
– 143
– 87
– 14
Steun Oekraïne (categorie 4)
– 254
– 233
0
0
0
Herstel Groningen (categorie 4)
– 185
– 201
– 28
– 3
0
Coronamaatregelen (categorie 4)
– 15
– 12
– 11
– 18
– 6
OCW
– 813
– 924
– 957
– 815
– 799
Maatschappelijke diensttijd (categorie 1)
– 105
– 155
– 200
– 200
– 200
Brede brugklassen en School en Omgeving (categorie 1)
– 55
– 210
– 210
– 210
– 210
Klimaatfonds (categorie 2)
0
– 7
0
0
0
Fonds Onderzoek en Wetenschap (categorie 2)
– 85
– 85
– 84
– 87
– 87
School en Omgeving (categorie 2)
– 320
– 248
– 279
– 279
– 281
Non-ODA (categorie 2)
– 8
– 8
– 8
– 8
– 8
Subsidies NGF ronde 1–3 (categorie 3)
– 241
– 211
– 176
– 32
– 14
VWS
– 1.234
– 1.009
– 957
– 955
– 956
Zorgarbeidsmarktbeleid (categorie 1)
0
– 130
– 130
– 130
– 130
Publieke gezondheid (categorie 2)
– 592
– 467
– 469
– 467
– 468
Zorgarbeidsmarktbeleid (categorie 2)
– 538
– 408
– 358
– 358
– 358
Subsidies NGF ronde 1–3 (categorie 3)
– 41
0
0
0
0
Steun Oekraïne (categorie 4)
– 15
– 4
0
0
0
Coronamaatregelen (categorie 4)
– 48
0
0
0
0
LNV (incl. Diergezondheidsfonds)
– 1.342
– 637
– 299
– 223
– 63
Klimaatfonds (categorie 2)
– 74
– 95
– 101
– 76
– 22
Transitiefonds (categorie 2)
– 1.198
– 480
– 144
– 59
– 25
Subsidies NGF ronde 1–3 (categorie 3)
– 70
– 62
– 53
– 88
– 16
BHOS
– 1.094
– 1.202
– 1.355
– 1.346
– 1.331
ODA (categorie 2)
– 1.058
– 1.163
– 1.315
– 1.305
– 1.291
Non-ODA (categorie 2)
– 1
– 1
– 1
– 1
– 1
Subsidies buitenlandse handel (categorie 3)
– 35
– 38
– 40
– 40
– 40
BZK (incl. Koninkrijksrelaties)
– 538
– 413
– 368
– 362
– 367
Klimaatfonds (categorie 2)
– 511
– 401
– 361
– 362
– 367
Subsidies NGF ronde 1–3 (categorie 3)
– 27
– 12
– 6
0
0
BZ
– 137
– 105
– 106
– 103
– 103
ODA (categorie 2)
– 35
– 36
– 36
– 36
– 36
Non-ODA (categorie 2)
– 69
– 70
– 70
– 67
– 66
Steun Oekraïne (categorie 4)
– 33
0
0
0
0
IenW
– 295
– 339
– 204
– 215
– 190
Klimaatfonds (categorie 2)
– 158
– 198
– 173
– 161
– 140
Non-ODA (categorie 2)
– 11
– 2
– 2
– 9
– 9
Subsidies NGF ronde 1–3 (categorie 3)
– 127
– 139
– 29
– 46
– 42
SZW
0
0
0
0
0
JenV
– 58
– 42
– 27
– 27
– 27
Asiel (categorie 2)
– 27
– 27
– 27
– 27
– 27
Steun Oekraïne (categorie 4)
– 31
– 15
0
0
0
NGF
– 170
– 654
– 1.200
– 944
– 1.967
Nationaal Groeifonds uitfaseren (categorie 1)
– 150
– 634
– 1.180
– 929
– 1.955
Subsidies NGF ronde 1–3 (categorie 3)
– 20
– 20
– 20
– 15
– 11
DEF
– 47
– 47
– 47
– 47
– 47
Subsidies Defensie (categorie 3)
– 47
– 47
– 47
– 47
– 47
FIN
– 2
0
0
0
0
Toeslagenherstel (categorie 4)
– 2
0
0
0
0
Vraag 7
Hoe is er bij het vaststellen van de verschillende subsidiebudgetten gecorrigeerd
voor steun aan Oekraïne, herstel Groningen, de toeslagenaffaire en coronamaatregelen?
Antwoord 7
De totale grondslag is verlaagd voor steun aan Oekraïne, herstel Groningen, toeslagenherstel
en coronamaatregelen.
Vraag 8
Kunt u deze vragen beantwoorden voor de laatste begrotingsbehandeling?
Antwoord 8
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. Heinen, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.