Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Synhaeve over het bericht dat verantwoordingsorganen (VO’s) meer initiatief kunnen nemen
Vragen van het lid Synhaeve (D66) aan de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen over het bericht dat verantwoordingsorganen (VO’s) meer initiatief kunnen nemen (ingezonden 24 januari 2024).
Antwoord van Minister Schouten (Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen) (ontvangen
14 februari 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Onderzoek: VO’s zouden meer eigen initiatief kunnen
nemen»?1
Antwoord 1
Ja, hier ben ik mee bekend.
Vraag 2
Hoeveel leden van een verantwoordingsorgaan zijn verkozen via open verkiezingen en
hoeveel leden zijn aangewezen door een sociale partner?
Antwoord 2
In de statuten van het pensioenfonds is vastgelegd op welke wijze de leden van het
verantwoordingsorgaan worden benoemd en ontslagen. Leden van verantwoordingsorganen
worden gekozen via (open) verkiezingen of worden aangewezen door een sociale partner.
Dergelijke gegevens worden niet bijgehouden. Het gevraagde overzicht kan dan ook niet
worden gegeven. Ook in het rapport «Functioneren van verantwoordingsorganen bij pensioenfondsen»
waar het artikel naar verwijst wordt de gevraagde uitsplitsing niet gemaakt.2
Vraag 3
Hoeveel pensioenfondsen hebben een onafhankelijke partij in een verantwoordingsorgaan,
zoals de Lijst voor Onafhankelijk Pensioentoezicht (LvOP) bij het Algemeen Burgerlijk
Pensioenfonds (ABP)? Hoe verhoudt de diversiteit van onafhankelijke partijen in verantwoordingsorganen
zich tot andere leden van verantwoordingsorganen?
Antwoord 3
Het wettelijke kader en de Code Pensioenfondsen geven geen reden om bij te houden
welke leden, via welke lijsten, deel uitmaken van het verantwoordingsorganen. Er is
daarom geen inzicht in het aantal verantwoordingsorganen waarin een partij zitting
heeft die niet is aangewezen door sociale partners. Naast de Lijst voor Onafhankelijk
Pensioentoezicht (LvOP) bij het ABP zijn er wel enkele andere voorbeelden bekend:
In het verantwoordingsorgaan van PMT is het Actief Deelnemersbelang Metaal & Techniek
vertegenwoordigd. In het verantwoordingsorgaan van PME is de vereniging gepensioneerden
PME vertegenwoordigd. Als laatste is in het verantwoordingsorgaan van PFZW de ANBO
vertegenwoordigd. Voor de volledigheid merk ik op dat leden van het verantwoordingsorgaan
hun taken onafhankelijk dienen uit te voeren, ongeacht de procedure hoe het verantwoordingsorgaan
wordt samengesteld.
Vraag 4
Bij hoeveel fondsen waar de leden van het verantwoordingsorgaan zijn aangewezen door
een sociale partner, wordt het fonds bestuurd middels een paritair bestuursmodel?
Hoe verhoudt zich dit tot de aanbeveling van de Monitoring Commissie Code Pensioenfondsen
(MCPF) dat het verantwoordingsorgaan «daadkrachtig en onafhankelijk» moet optreden?
Antwoord 4
In het rapport is geen uitsplitsing gemaakt tussen verantwoordingsorganen waarvan
de leden zijn aangewezen door sociale partners en verantwoordingsorganen waar de leden
worden gekozen door middel van (open) verkiezingen. Leden van verantwoordingsorganen
vervullen hun taken onafhankelijk van het bestuur, ongeacht de wijze waarop de verantwoordingsorganen
worden samengesteld. De meeste pensioenfondsen hebben een paritair bestuursmodel (125
in 2022)3. Conform de Pensioenwet heeft het verantwoordingsorgaan een aantal wettelijke taken.
Het bestuur van het pensioenfonds legt verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan
over het beleid en de wijze waarop dit is uitgevoerd. Het verantwoordingsorgaan heeft
de bevoegdheid om aan de hand van het bestuursverslag, de jaarrekening en andere informatie,
waaronder de bevindingen van het intern toezicht, een oordeel te geven over het handelen
van het bestuur. Tevens heeft het verantwoordingsorgaan een adviesrecht ten aanzien
van een aantal vastgestelde onderwerpen. Naast deze wettelijke taken kunnen er nog
extra taken toegekend worden aan een verantwoordingsorgaan. Deze taken zijn opgenomen
in de statuten van het pensioenfonds. Tijdens de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel
worden de bevoegdheden van het verantwoordingsorgaan verstevigd. Zo heeft het verantwoordingsorgaan
een adviesrecht bij invaren en over het overbruggingsplan. Daarnaast heeft het verantwoordingsorgaan
overlegrecht, beroepsrecht en recht van enquête. Met deze combinatie aan rechten worden
verantwoordingsorganen in staat gesteld hun taak te vervullen.
Vraag 5
Ziet u ook dat een eerste stap naar een grotere rol voor deelnemers in benoemingen
van pensioenfondsbestuurders, waarvoor wordt gepleit door onderzoekers van Netspar,4 zou zijn dat er open verkiezingen voor verantwoordingsorganen worden gehouden bij
alle pensioenfondsen, zodat het verantwoordingsorgaan een vertegenwoordiging is van
de deelnemers?
Antwoord 5
In de brief van 9 november 2023 heb ik een plan van aanpak gedeeld betreffende het
onderzoek naar de governance in het nieuwe pensioenstelsel, mede naar aanleiding van
de motie Palland c.s.5, 6 Het Netspar-onderzoek naar de wenselijke governance vanaf de transitie geeft hier
aanknopingspunten voor. Ik ben voornemens om dit jaar een onderzoeksopdracht over
de governance na de transitie uit te zetten. In dit onderzoek zal, mede naar aanleiding
van de debatten met uw Kamer, onder andere aandacht worden gevraagd voor het bevorderen
van diversiteit en inclusie in pensioenfondsorganen. Ik kan daar nu niet op vooruitlopen.
Er is bewust gekozen voor het onderzoeken van de wenselijke governance na de transitie
zodat de sector zich de komende periode kan focussen op het vormgeven van de transitie
zelf en niet geconfronteerd wordt met veranderende of aanvullende governance-eisen.
Vraag 6
Hoe ziet een piramide van de leeftijden van deelnemers bij Nederlandse pensioenfondsen
eruit?7 Hoe verhoudt die zich tot een piramide van leeftijden van pensioenfondsbestuurders
en een piramide van leeftijden van leden van verantwoordingsorganen?
Antwoord 6
Ik verwacht dat een piramide van de leeftijden van deelnemers bij Nederlandse pensioenfondsen
min of meer gelijkvormig zal zijn aan de bevolkingspiramide van de beroepsbevolking.
Een overzicht van de leeftijdsverdeling van leden van verantwoordingsorganen is niet
beschikbaar. Daarbij kan wel worden aangeven dat uit het rapport «Functioneren van
verantwoordingsorganen bij pensioenfondsen» blijkt dat vooral hoogopgeleide mannen
van middelbare leeftijd voorzitter, secretaris en bestuurder zijn van een pensioenfonds.8
Vraag 7
Wat doen pensioenfondsen en verantwoordingsorganen om de diversiteit van het verantwoordingsorgaan
te vergroten? Maakt u zich naast de «geloofwaardige samenstelling» waar het artikel
over spreekt, ook zorgen over de continuïteit van verantwoordingsorganen?
Antwoord 7
Diversiteit in de samenstelling van pensioenfondsbesturen vind ik belangrijk. Diversiteit
in de samenstelling van het pensioenfondsbestuur komt immers de kwaliteit van de besluitvorming
ten goede. Ook voor de sector is diversiteit een belangrijk onderwerp. De Stichting
van de Arbeid en de Pensioenfederatie hebben in november 2023 de nieuwe Code Pensioenfondsen
gepubliceerd, die vanaf 1 januari 2024 in werking is getreden. De Code is een instrument
van en voor de sector om goed pensioenfondsbestuur te waarborgen. Tevens maakt de
code bestuurders, intern toezichthouders, medebeleidsbepalers en belanghebbenden in
de verantwoordingsfunctie bewust van hun verantwoordelijkheden. De Pensioenfederatie
biedt de nodige ondersteuning bijvoorbeeld in de vorm van het via de website beschikbaar
stellen van handreikingen («Servicedocumenten»), waar de algemene uitgangspunten voor
verantwoordingsorganen zijn opgenomen. Dergelijke inspanningen dragen bij aan de continuïteit
van verantwoordingsorganen.
De Stichting van de Arbeid en de Pensioenfederatie hebben daarnaast geconstateerd
dat er aanvullende inspanningen nodig zijn om diversiteit te verbeteren in de sector.
Om de sector hierbij de ondersteunen, wordt dit voorjaar een Taskforce Diversiteit
& Inclusie ingesteld. Deze taskforce heeft als taak om de dialoog over diversiteit
en inclusie aan te gaan en de sector te ondersteunen in het bereiken van de doelstellingen
op het terrein van diversiteit en inclusie.
Vraag 8
Welke acties kunnen er genomen worden als de diversiteit van pensioenfondsbesturen,
na de herziening van de Code Pensioenfondsen, ook volgend jaar niet verbetert?
Antwoord 8
Onlangs is de herziene Code Pensioenfondsen gepubliceerd, met een duidelijke norm
om diversiteit in de pensioensector te verbeteren. Om dit doel te behalen wordt door
de Pensioenfederatie samen met de Stichting van Arbeid de Taskforce Diversiteit &
Inclusie ingesteld, die in de Code Pensioenfondsen is verankerd. Deze taskforce heeft
zoals gezegd tot doel om de dialoog over diversiteit en inclusie aan te gaan en de
sector te ondersteunen in het bereiken van de doelstellingen op het terrein van diversiteit
en inclusie. De voortgang om deze ambities te realiseren zal ik nauw volgen. Op eventuele
vervolgacties kan ik nog niet vooruit lopen.
Vraag 9
Welke belemmeringen ervaren jongeren en vrouwen om zitting te nemen in een verantwoordingsorgaan?
Hoe worden deze belemmeringen gemitigeerd?
Antwoord 9
De belemmeringen die jongeren en vrouwen ervaren om zitting te nemen in verantwoordingsorganen
zijn in algemene zin vergelijkbaar met de belemmeringen die jongeren ervaren om zitting
te nemen in pensioenfondsbesturen. Zoals ik in de brief «Diversiteit pensioenfondsbesturen»
heb aangeven, is het lastig om jongeren te interesseren voor een dergelijke functie
gezien de combinatie werk-privé.9 Daarnaast hebben zij vaak weinig interesse in het onderwerp pensioen en is een nevenfunctie
als lid van een verantwoordingsorgaan vaak een onbekende stap. Het blijft een uitdaging
voor verantwoordingsorganen om diverse kandidaten te vinden. De taskforce gaat verder
met de sector in gesprek om diversiteit en inclusie te bevorderen, zoals in het antwoord
op vraag 8 beschreven staat.
Vraag 10
Hoe kunnen verantwoordingsorganen met elkaar in contact komen om kennis uit te wisselen,
wat aansluit bij de aanbeveling om te zorgen voor voldoende inhoudelijke ondersteuning?
Antwoord 10
Het is belangrijk dat verantwoordingsorganen worden ondersteund in het uitvoeren van
hun taak. Zo is er al geruime tijd een Klankbordgroep Verantwoordingsorganen, gefaciliteerd
door de Pensioenfederatie. Dit is het platform voor verantwoordingsorganen om onderling
ervaringen en kennis te delen. De klankbordgroep komt op periodieke basis bij elkaar.
Tevens worden er een aantal keer per jaar bijeenkomsten georganiseerd, waarin dieper
op specifieke onderwerpen wordt ingegaan.
Vraag 11
Welke verantwoordingsorganen zijn gevraagd om advies uit te brengen over het beleggingsbeleid
van het pensioenfonds?
Antwoord 11
Het verantwoordingsorgaan heeft op grond van de PW (art. 115a, lid 2) de bevoegdheid
een oordeel te geven over het handelen van het bestuur aan de hand van het jaarverslag,
de jaarrekening en andere informatie over het door het bestuur uitgevoerde beleid
en de beleidskeuzes voor de toekomst. Dit betekent dat het verantwoordingsorgaan een
oordeel kan geven over het beleid van het fonds, waaronder het beleggingsbeleid. Dit
oordeel wordt, samen met de reactie van het bestuur daarop, opgenomen in het bestuursverslag
van het pensioenfonds. Alle verantwoordingsorganen hebben deze bevoegdheid tot het
geven van een oordeel.
Vraag 12
Wat kunnen deelnemers die het niet eens zijn met het beleggingsbeleid van hun pensioenfonds
doen, anders dan demonstreren voor de deur of boze brieven sturen? Bent u het eens
dat goede vertegenwoordiging in een verantwoordingsorgaan dat proactief aan de slag
gaat met problemen van deelnemers, bijvoorbeeld rond het beleggingsbeleid, een bijdrage
kan leveren om het vertrouwen in het pensioenstelsel verder te vergroten?
Antwoord 12
Het is belangrijk dat pensioenfondsbesturen rekening houden met hun deelnemers bij
het vormgeven van het beleggingsbeleid. Pensioenfondsbesturen maken een evenwichtige
belangenafweging als het aankomt op het uit te voeren beleggingsbeleid. Pensioenfondsen
houden hierbij rekening met hun volledige deelnemersbestand. Deelnemers hebben inspraak
in het collectieve beleggingsbeleid van pensioenfondsen. Bij een paritair bestuursmodel
worden vertegenwoordigers van sociale partners, dus zowel werkgevers- als werknemerszijde,
en pensioengerechtigden door de betreffende organisaties voorgedragen en benoemd in
het bestuur. Daarnaast bestaat het verantwoordingsorgaan uit vertegenwoordigers van
werkgevers, werknemers en de gepensioneerden. Via deze vertegenwoordiging wordt de
inspraak van deelnemers vormgegeven. In uw Kamer ligt momenteel het initiatiefwetsvoorstel
Wet Eigen Strategie Pensioenfonds met als doel om in aanvulling hierop te regelen
dat het verantwoordingsorgaan en het belanghebbendenorgaan bij pensioenfondsen een
adviesrecht op het uitsluitingenbeleid van het pensioenfonds en op het maatschappelijk
verantwoord beleggingsbeleid krijgen.
Vraag 13
Deelt u de analyse dat advies mogen geven over het beleggingsbeleid van het pensioenfonds,
een positie in een verantwoordingsorgaan aantrekkelijker kan maken voor (jongere)
werknemers?
Antwoord 13
Hoewel het verantwoordingsorgaan geen expliciet adviesrecht heeft ten aanzien van
het beleggingsbeleid kan het wel een oordeel geven over dit beleid. Het verantwoordingsorgaan
heeft op grond van de Pensioenwet immers de bevoegdheid een oordeel te geven over
het handelen van het bestuur en over het door het bestuur uitgevoerde beleid, evenals
over beleidskeuzes voor de toekomst waaronder de keuzes die van invloed zijn op de
uitvoeringskosten. In hoeverre dit bijdraagt aan het aantrekkelijker maken van een
positie in het verantwoordingsorgaan voor (jongere) werknemers kan ik niet inschatten.
Vraag 14
Kunt u deze vragen uiterlijk twee weken voor het commissiedebat Pensioenonderwerpen
beantwoorden?
Antwoord 14
Ja, dat kan ik.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.