Schriftelijke vragen : Het actiever werk maken van werkervaring voor statushouders tijdens de inburgering, ook in tekortsectoren.
Vragen van het lid Becker (VVD) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het actiever werk maken van werkervaring voor statushouders tijdens de inburgering, ook in tekortsectoren (ingezonden 15 juli 2022).
Vraag 1
Herinnert u zich nog de vragen van de VVD-fractie tijdens het recente commissiedebat
inburgering en integratie (6 juli 2022) over de beperkte mate waarin gemeenten op
dit moment in de inburgering werkervaringsplekken aanbieden aan inburgeraars en uw
toezegging om in een brief voor de begrotingsbehandeling terug te komen op de vraag
of dit minder ad hoc en met meer landelijke aanjaging en regie kan gebeuren, het liefst
ook met betrokkenheid van tekortsectoren?
Vraag 2
Bent u bereid daarbij in te gaan op de vraag of het klopt dat veel werkgevers en sectoren,
zoals de schoonmaakbranche, momenteel moeilijk afspraken kunnen maken met gemeenten
om werkervaringsplaatsen aan te bieden, zolang zij een statushouder niet meteen een
betaalde baan aanbieden en kunt u aangeven wat hiervan de achterliggende oorzaak is?
Vraag 3
Bent u bereid hierover het gesprek aan te gaan met brancheorganisaties in de schoonmaak
zoals «schoonmakend Nederland», maar ook in de horeca en de retail?
Vraag 4
Bent u het eens dat het oefenen met taal in een talige werkomgeving een belangrijk
onderdeel kan zijn van de inburgering, ook als dit niet meteen leidt tot uitstroom
naar een (vast) contract, omdat juist deze ervaring op de lange termijn alsnog perspectief
op werk kan geven? Zo ja, wat houdt gemeenten momenteel tegen om dit soort trajecten
met werkgevers af te spreken? Kennen zij beschikbare instrumenten als loonkostensubsidie
voldoende en klopt het dat hier desondanks in de inburgering weinig gebruik van wordt
gemaakt?
Vraag 5
Welke rol speelt het feit dat gemeenten allemaal zelf een eigen inburgeringsaanpak
hebben in de drempels die werkgevers ervaren om meer werk te kunnen maken van werkervaringsplekken
voor statushouders en kan een minder versnipperde aanpak worden bereikt via opschaling
via de arbeidsmarktregio’s?
Vraag 6
Kent u nog de «verplichte taalstage» uit de Wet inburgering van voor 2012 en is het
juist dat deze in feite leidde tot werkervaring op een laagdrempelige manier in sectoren
die soms door hun onbekendheid onbemind waren bij statushouders, maar na een opgedane
ervaring regelmatig alsnog tot uitstroom in de sector leidde? Zo ja, bent u bereid
een dergelijke aanpak opnieuw te bevorderen en aan te jagen rond de verplichte werkervaring
die we nu in de inburgeringswet hebben staan? Zo nee, waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Indiener
Bente Becker, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.