Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Oijk en Snels over de ‘Asian Infrastructure Investment Bank’
Vragen van de leden Van Ojik (GroenLinks) en Snels (GroenLinks) aan de Ministers van Financiën en van Buitenlandse Zaken over de Asian Infrastructure Investment Bank (ingezonden 8 juli 2019).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën), mede namens de Minister van Buitenlandse
Zaken (ontvangen 9 september 2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019,
nr. 3697.
Vraag 1
Hoe kijkt u terug op uw eerste drie jaar als aandeelhouder van de Asian Infrastructure
Investment Bank (AIIB)? In hoeverre heeft u de discussie over mensenrechten en milieustandaarden
binnen de AIIB op de agenda kunnen zetten? Welk resultaat heeft u hiermee bereikt?
Antwoord 1
In 2015 heeft Nederland besloten om toe te treden tot de Asian Infrastructure Investment Bank (AIIB)1. De voornaamste beweegredenen hiertoe waren het bevorderen van duurzame economische
ontwikkeling en betere infrastructuur in Azië, gezien het groot tekort aan financiering
voor infrastructuurprojecten in deze regio, en om in de oprichtingsjaren direct invloed
te hebben op de vormgeving van het beleid van de AIIB.
De AIIB heeft sinds de operationele start meer dan 40 projecten met een totale waarde
van USD circa 8 miljard goedgekeurd2. Het grootste deel van deze projecten is in Azië en ter bevordering van betere infrastructuur.
Vanaf het begin heeft de AIIB samengewerkt met andere Internationale Financiële Instellingen
(IFIs), waaronder de Wereldbank en de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD). Deze samenwerking was cruciaal, en maakte het mogelijk voor de AIIB om lering
te trekken uit de werkwijze en best practices bij andere IFIs. De drie kredietbeoordelaars hebben onlangs hun hoogste kredietrating
bevestigd voor de AIIB met als reden het solide risicomanagement- en liquiditeitsbeleid,
de kapitaaltoereikendheid en de sterke steun van de brede aandeelhoudersbasis. De
AIIB heeft daarnaast recent succesvol een eerste obligatie uitgegeven in USD, met
veel vraag van internationale institutionele beleggers. Nederland heeft een aandeel
van 1.07% in de AIIB3
Op het gebied van de institutionele opbouw heeft de AIIB ook goede stappen gezet.
De governance is vormgegeven, sectorale strategieën zijn nader uitgewerkt en het personeels-
en ledenbestand is uitgebreid. Het vastgestelde Environmental and Social Framework4 (ESF) – het overkoepelende raamwerk van de AIIB voor safeguards op onder meer klimaat,
arbeidsvoorwaarden, gender en mensenrechten – vormt de basis voor het beschermen van
mens en milieu bij de operaties van de AIIB. Nederland heeft in deze discussie, samen
met andere landen en via de eurozonekiesgroep in de Raad van Bewindvoerders (RvB),
actief ingezet op verschillende onderdelen die toezien op mensenrechten en milieustandaarden.
Dit heeft ertoe geleid dat in het ESF onder andere de ILO-arbeidsstandaarden ten aanzien
van uitsluiten van alle vormen van kinderarbeid, de doelen van het Akkoord van Parijs,
de bescherming van kwetsbare groepen en inheemse volkeren en het belang van gendergelijkheid
en inclusiviteit zijn vastgelegd.
In het ESF wordt daarnaast sterk aandacht gevestigd op duurzaamheid en operaties ten
behoeve van klimaatmitigatie- en adaptatie. Nederland vraagt extra aandacht van de
AIIB om te zorgen dat de ambities en standaarden die zijn vastgelegd in het ESF daadwerkelijk
worden geïmplementeerd en in de operaties toegepast.
De eerste operationele jaren illustreren dat de AIIB financieel gezond is en in de
operaties en werkwijze waarde hecht aan hoge internationale standaarden. Het is tegelijkertijd
van belang dat de AIIB de komende jaren in de transitie van startup naar een volwaardig
operationele IFI laat zien dat efficiency en naleving van standaarden elkaar niet
uitsluiten. Op dit moment is het te vroeg daarover te oordelen. De interne evaluatiecommissie
van de AIIB is inmiddels opgericht, Nederland zal het werk van deze commissie blijven
volgen.
Vraag 2
Herinnert u zich de motie5 waarin de regering wordt verzocht om zich ervoor in te spannen dat het safeguardsbeleid
van de AIIB minimaal op het niveau wordt gebracht van vergelijkbare multilaterale
banken? Is dit gelukt? Hoe heeft u zich hiervoor ingespannen?
Antwoord 2
Zoals in antwoord 1 aangegeven vormt het ESF het overkoepelende raamwerk van de AIIB
voor safeguards. Het ESF is qua inhoud, reikwijdte en diepgang vergelijkbaar met dat
van andere IFIs (o.a. de Aziatische Ontwikkelingsbank).
Nederland heeft zich bij de vorming van het ESF actief ingezet voor goede afspraken
onder dit raamwerk dat de standaarden zet op het gebied van milieu- en sociale impact.
Nederland heeft zich daarbij, samen met andere gelijkgezinde landen, onder andere
specifiek gericht op specifieke bepalingen voor effecten op milieu en maatschappij
en onvrijwillige verhuizing en inheemse volkeren.
Nederland heeft erop aangedrongen dat tijdige consultatie met stakeholders goed verweven
is in de processen van de AIIB. In het ESF is betrokkenheid van stakeholder (stakeholder engagement) nu als belangrijk principe vastgelegd. Bij de projecten van de AIIB zijn cliënten
gebonden aan het houden van consultaties met stakeholders zoals de lokale bevolking,
maatschappelijk middenveld en andere belanghebbenden zowel tijdens de voorbereidings-
als implementatiefase.
Cliënten moeten daarnaast bij projecten met omvangrijke milieu- en sociale impact
een project-gerelateerd klachtenmechanisme instellen. Stakeholders kunnen bij een
dergelijk klachtenmechanisme klachten en bezwaren indienen omtrent de sociale- en
milieugevolgen van projecten. De AIIB heeft daarnaast ook een klachtenmechanisme opgezet
dat klachten ten opzichte van de AIIB in behandeling neemt. Het beleid voor het klachtenmechanisme
van de AIIB is vastgelegd in het zogenaamde Project-affected People’s Mechanism6 (PPM).
Het beleid en governance van de AIIB worden gevormd op basis van consensus tussen
de verschillende aandeelhouders. Dit was ook het geval bij de totstandkoming van het
ESF. Een groot aantal punten, waarvoor Nederland zich, samen met gelijkgestemde landen
heeft ingezet, is uiteindelijk vastgelegd in het beleid. Op andere onderdelen, zoals
het expliciet benoemen van bepaalde kwetsbare groepen (waaronder LGBTI) en tijdgebonden
regels ten aanzien van vrijgeven van informatie over milieu- en sociale impact bij
projecten, had Nederland graag verdere versterking en detailniveau gezien. Het ESF
wordt later dit jaar herzien. Dit biedt gelegenheid om het raamwerk te evalueren en
waar nodig in te zetten op versterking in het beleid en de uitvoering in de praktijk.
Implementatie en toepassing van het beleid vergt strikte monitoring, het is daarom
des te belangrijker dat de AIIB leert van de ervaring van de implementatie van het
beleid in de eerste jaren. De betrokkenheid van stakeholders, gelet op de ervaringen
die zij tot dusver hebben met de implementatie van het ESF, is daarom bij het proces
van herziening van het ESF van essentieel belang.
Vraag 3
Klopt het dat in de China notitie «een nieuwe balans» staat vermeld dat Nederland
de bestaande samenwerking met China wil aangrijpen om de discussie aan te gaan over
voorwaarden voor financiering en standaarden van investeringen? Deelt u de opvatting
dat het Nederlandse aandeelhouderschap van de AIIB mogelijkheden biedt voor deze discussie?
Antwoord 3
Het klopt dat het kabinet in de China notitie «Een nieuwe balans» heeft aangegeven
dat Nederland bestaande samenwerking met China wil aangrijpen om de discussie aan
te gaan over (een verschillende kijk op) voorwaarden voor financiering en standaarden.
Hoewel de AIIB in 2015 op initiatief van China is opgericht en gevestigd is in Beijing,
is het een multilaterale financiële instelling waarbij de internationale governance
structuur is vastgelegd in de statuten (Articles of Agreement). Het aandeelhouderschap van de AIIB biedt mogelijkheden voor een discussie over voorwaarden
voor financiering en standaarden in multilateraal verband. Zo zet Nederland zich in
voor de hoogste standaarden en toepassing daarvan in alle door de AIIB gefinancierde
projecten of initiatieven, conform Nederlandse inzet bij andere Internationale Financiële
Instellingen (IFI’s). Specifiek heeft Nederland recentelijk, via de eurozonekiesgroep,
de AIIB opgeroepen tot een versteviging van het beleid ten aanzien van schuldhoudbaarheid.
Voor wat betreft de financiering van de AIIB zijn alle partijen, waaronder ook eventuele
Chinese aannemers of financiers, die samenwerken met AIIB gebonden aan voorwaarden
en de standaarden die de AIIB hanteert.
In de toekomst zal Nederland zowel bilaterale contactmomenten als overleg binnen kiesgroepen
van IFI’s aangrijpen om de dialoog met China over schuldhoudbaarheid, duurzaamheid,
sociale- en bestuurlijke standaarden te voeren.
Vraag 4
In hoeverre kijkt u kritisch mee bij investeringsbesluiten die door de AIIB worden
genomen? Heeft u genoeg capaciteit om kritisch mee te kijken naar de naleving van
internationale afspraken over milieu en mensenrechten?
Antwoord 4
Alle investeringsbesluiten worden voorzien van een standpunt waarin eventuele zorgen
of aandachtspunten worden meegenomen. Hierin trekt Nederland samen op met de andere
landen in de eurozonekiesgroep. Deze standpunten worden ingebracht in de Raad van
Bewindvoerders.
Naast de ex-ante beoordeling van investeringsbesluiten zal Nederland eventuele zorgen
over signalen over tekortkomingen of afwijkingen van het AIIB beleid in de implementatie,
o.a. op het gebied van milieu en mensenrechten, onder de aandacht van de AIIB brengen.
Vraag 5
Klopt het dat burgers die schade ondervinden van projecten van de AIIB maar beperkt
in gesprek kunnen met een projectverantwoordelijke manager? Hoe beoordeelt u het klachtenmechanisme
van de AIIB? Klopt het dat indieners van klachten eerst aan onredelijke voorwaarden
moeten voldoen? Heeft de klachtenafdeling binnen de AIIB een onafhankelijke positie
of kan het voorkomen dat een operationeel manager tegelijkertijd verantwoordelijk
is voor de beoordeling van klachten en de evaluatie van projecten?
Antwoord 5
De AIIB heeft een organisatiestructuur zonder regionale kantoren. Het is echter belangrijk
dat (lokale) partijen, wanneer nodig, de AIIB kunnen benaderen.
Een goed functionerend, onafhankelijk en toegankelijk klachtenmechanisme voor projecten
met omvangrijke milieu- en sociale impact is daarbij essentieel voor elke IFI. Dit
is een blijvend aandachtspunt en waar signalen worden opgevangen dat de toegankelijkheid
mogelijk tekort schiet zet Nederland zich sterk in dat het principe van transparantie
en stakeholder engagement wordt toegepast.
De Compliance, Evaluation, Integrity Unit (CEIU) binnen de AIIB is verantwoordelijk voor het goed functioneren van het klachtenmechanisme
van de AIIB. De managing director CEIU rapporteert direct aan de Raad van Bewindvoerders.
Een operationeel manager kan niet een klacht in behandeling nemen en hetzelfde project
evalueren. Nederland ziet, samen met gelijkgestemde landen, toe op de onafhankelijkheid
van het klachtensysteem en zal dat ook in de toekomst doen.
Vraag 6
Wat zijn uw ambities en mogelijkheden voor het bereiken van verbeterd toezicht en
transparantere besluitvorming binnen de AIIB? Hoe gaat u zich opstellen in deze discussie
bij de jaarvergadering van de AIIB komende maand (12 & 13 juli 2019)?
Antwoord 6
Nederland heeft zich altijd actief opgesteld in discussies rondom toezicht, transparantie
en de bredere governance structuur van de AIIB.
Nederland heeft daarbij continue gepleit voor een invulling van beleid die conform
de statuten van de AIIB rust op de principes van transparantie, openheid, onafhankelijkheid
en accountability en naleving hiervan in de praktijk.
Een goed functionerend en beslissingsbevoegde Raad van Bewindvoerders, een onafhankelijk
opererend en goed functionerend klachtenmechanisme en een continue betrokkenheid van
stakeholders is cruciaal voor effectief toezicht en transparante besluitvorming binnen
de AIIB. Deze boodschap is ook tijdens de recente AIIB jaarvergadering in Luxemburg
overgebracht (zie bijlage voor de Nederlandse gouverneursverklaring)7.
Vraag 7
Klopt het dat veel informatie waar NGO’s om vragen, zoals milieueffectrapportages,
projectvoorstellen en kwartaalrapportages niet of nauwelijks beschikbaar zijn op de
website van de AIIB? Bestaan er tijdgebonden regels voor de openbaarheid van informatie?
Worden deze nageleefd?
Antwoord 7
Het overkoepelende beleid voor het openbaar maken van informatie is in 2018 vastgelegd
(Public Information Policy)8. Voor de totstandkoming van dit beleid heeft Nederland ingezet op maximale transparantie,
qua inhoud en timing voor het vrijgeven van informatie. Dit heeft vooral betrekking
op het vrijgeven van algemene informatie over projectvoorstellen voorafgaand aan goedkeuring
in de Raad van Bewindvoerders en het openbaar maken van milieueffectrapportages bij
projecten met significante milieu- en sociale impact.
Momenteel wordt voor milieu- en sociale impact bij projecten veel verantwoordelijkheid
bij de cliënten van de AIIB gelegd en erop vertrouwd dat deze informatie tijdig openbaar
gemaakt wordt. Deze informatie wordt pas laat openbaar gemaakt op de website van de
AIIB. Bij de geplande herziening van ESF later dit jaar zal Nederland, in lijn met
eerdere inbreng, de AIIB aansporen om hier strakkere tijdscriteria te hanteren voor
hun cliënten.
Algemene informatie over investeringsbesluiten wordt openbaar gemaakt op de website
van de AIIB in de vorm van korte samenvattingen, Project Summary Information9. Afhankelijk van het type investering wordt de informatie in de interne projectvoorbereidingscyclus
van de AIIB openbaar gemaakt. Bij overheidsleningen wordt dit relatief vroeg in de
projectvoorbereidingscyclus vrijgegeven, bij leningen aan de private sector in een
later stadium. Bij gebrek aan duidelijke tijdgebonden regels wordt relevante informatie
soms relatief laat openbaargemaakt. Nederland zal de AIIB blijven verzoeken om het
principe van transparantie conform de statuten van de AIIB in de praktijk te brengen
en duidelijke tijdgebonden regels te introduceren.
Vraag 8
Welke mogelijkheden ziet u om de Kamer regelmatiger te informeren over de voorwaarden
voor financiering en standaarden van investeringen bij de AIIB?
Antwoord 8
De Tweede Kamer wordt via de begroting van het Ministerie van Financiën regulier geïnformeerd
over de AIIB. Ik stel voor om jaarlijks na de bijeenkomst van het hoogste bestuursorgaan,
de Board of Governors, van de AIIB een verslag met de Tweede Kamer te delen om daarmee de Kamer te voorzien
van de belangrijkste informatie ten aanzien van relevante ontwikkelingen bij de AIIB.
Ten tijde van het afronden van het Verdrag van AIIB10 is daarnaast toegezegd de Kamer te blijven informeren omtrent het beleid van de AIIB,
met name ten aanzien van de waarborgen op het gebied van milieu- en sociale impact.
Hier is nadat het ESF was goedgekeurd gevolg aan gegeven11. Bij de geplande herziening van het ESF zal ik de Tweede Kamer opnieuw informeren
over mogelijke veranderingen in standaarden en voorwaarden voor financieringen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.