E-mailprocedure : Emailprocedure: Verzoek om een drietal vragen over de dienstverlening van het UWV (n.a.v. artikel in Trouw) namens de commissie aan de minister SZW voor te leggen

De vergadering is geweest

28 mei 2018
12:00 uur
Van: Commissie SZW
Verzonden: woensdag 23 mei 2018 18:25
Aan: GC-Commissie-SZW
Onderwerp:Vverzoek van het lid van Brenk om een drietal vragen over de dienstverlening van het UWV (nav artikel in Trouw) namens de commissie aan de minister SZW voor te leggen: uw reactie uiterlijk maandag 28 mei a.s. om 12.00 uur
 
Geachte (plv) leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
 
Hieronder treft u aan een voorstel van het lid van Brenk (50PLUS) om namens de commissie een drietal vragen aan de minister van SZW voor te leggen naar aanleiding van berichtgeving in Trouw van 18 mei jl. over het onthouden van persoonlijke begeleiding aan werkzoekenden, als onderdeel van een onderzoek om de effecten van persoonlijke begeleiding te testen.
 
Graag verneem ik uiterlijk maandag 28 mei a.s. om 12.00  uur of u met het verzoek kunt instemmen (graag een Allen beantwoorden op dit e-mailbericht). Spoedig daarna zal ik u informeren of het voorstel wordt gehonoreerd.*
  
Met vriendelijke groet,
Marc Esmeijer
Griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
*Toelichting
De e-mailprocedure is geregeld in artikel 36, vierde lid, van het Reglement van Orde, luidende:
   4. Indien een voorstel eenvoudig en spoedeisend van aard is, kunnen de leden van de commissie langs schriftelijke weg over dat voorstel besluiten. De voorzitter van de commissie beslist of een voorstel eenvoudig en spoedeisend van aard is. Het besluit, bedoeld in de eerste volzin, wordt genomen als ware de Kamer in voltallige samenstelling bijeen en zou zij stemmen als bedoeld in artikel 69, derde lid.
 
Dit betekent dat in een e-mailprocedure  een voorstel is aangenomen indien het door een absolute Kamermeerderheid wordt gesteund.
 
 
Geachte griffier, Beste Marc,
 
Conform de afspraken in de procedurevergadering, zou ik willen voorstellen namens de commissie een brief te vragen aan de minister SZW, naar aanleiding van berichtgeving in Trouw van 18 mei jl. over het onthouden van persoonlijke begeleiding aan werkzoekenden, als onderdeel van een onderzoek om de effecten van persoonlijke begeleiding te testen.
 
Wij willen de minister te vragen om een reactie op het artikel in Trouw, en hierbij in ieder geval een antwoord te geven op de volgende vragen:
 
  1.  In het artikel in Trouw van 18 mei jl wordt gesteld, dat ww-ers met een ‘verkeerd’ Burgerservice-nummer tóch géén extra dienstverlening krijgen. Is dit waar, en wát wordt verstaan onder een ‘verkeerd’ burgerservicenummer? 
  2. Is het juist, zoals in Trouw beweerd wordt, dat UWV-medewerkers op vragen waarom men niet uitgenodigd wordt voor een gesprek, niettemin moeten antwoorden dat de reden daarvan is ‘dat de dienstverlening wordt afgestemd op wat wij denken dat de klant nodig heeft’, dus onder het mom van het leveren van ‘maatwerk’? Hoe beoordeelt u deze benaderingswijze van het UWV?
  3. Hanteert het UWV een puur wetenschappelijke benadering  bij het kiezen van personen die wél en géén intensieve persoonlijke begeleiding krijgen?  
 Bericht in Trouw van 18 mei jl.
 
UWV onthield werkzoekenden begeleiding, om effect te testen
 
https://www.trouw.nl/home/uwv-onthield-werkzoekenden-begeleiding-om-effect-te-testen-~a97382dc/
 
Mogelijk zijn er nog meer vragen vanuit de andere leden van de commissie, ik hoop dat dit op positieve reactie kan rekenen van de collega’s.
  
Met vriendelijke groet,
 
Corrie van Brenk
Tweede Kamerlid 50PLUS
 

 

Bijlage

Agendapunten

  1. 1

    Verzoek om een drietal vragen over de dienstverlening van het UWV (n.a.v. artikel in Trouw) namens de commissie aan de minister SZW voor te leggen

    Te behandelen:

    Loading data