Wijziging van het Reglement van Orde in verband met het als ongeoorloofd gedrag aanmerken van het bedreigen van een persoon

9 maart 2023, debat - De Kamer vervolgt het debat over het voorstel van Paternotte (D66) en Bikker (ChristenUnie) om het bedreigen van een persoon expliciet aan te merken als ongeoorloofd gedrag in het Reglement van Orde.

Kamerleden, journalisten, wetenschappers, ambtenaren en alle Nederlanders moeten in vrijheid hun werk kunnen doen, zonder dat zij in of vanuit de nationale vergaderzaal bedreigd worden. Die overtuiging was voor Paternotte (D66) en Bikker (ChristenUnie) aanleiding om expliciet in de eigen gedragsregels op te nemen dat bedreigen onder geen enkele voorwaarde is toegestaan. Op 29 september 2022 sprak de Kamer voor het eerst over het initiatiefvoorstel.

Geen oplossing

We moeten niet doen alsof dit iets gaat veranderen, betoogt Leijten (SP). Het voorstel heeft volgens haar een "hoog moraalriddergehalte". Ook Van Dijk (CDA) denkt niet dat hiermee een heel grote stap voorwaarts wordt gezet, maar snapt de wens tot explicitering. De toevoeging gaat "zeker niet alles oplossen", meent ook Sneller (D66), maar hij vindt het wel een belangrijke en goede stap om te zetten.

Bedreigingen in deze zaal hebben een uitwerking in de samenleving, benadrukt Paternotte. De Kamer heeft een voorbeeldfunctie, dus de toon van het debat doet ertoe. Hij erkent dat met het voorstel niet alle problemen worden opgelost, maar het heeft volgens hem wel een normerende werking.

Het voorstel "kan geen kwaad", vindt Kathmann (PvdA), maar zolang er partijen in deze Kamer zitten die het zaaien van haat en angst als politiek verdienmodel hebben, blijven we volgens haar tegen de genoemde problemen aanlopen. Het debat mag schuren, maar het mag er nooit toe leiden dat parlementariƫrs niet meer hun werk kunnen doen, beklemtoont Ceder (ChristenUnie).

Toegevoegde waarde

Kamminga (VVD) wijst erop dat het huidige Reglement van Orde al de mogelijkheid biedt om op te treden. Toch is ze voor het voorstel, omdat een nadere explicitering de voorzitter wellicht meer handvatten geeft om in te grijpen. Ook Van der Staaij (SGP) heeft geen bezwaar tegen de toevoeging, maar wil niet dat die wordt gebruikt om dingen die nu nog wel gezegd kunnen worden, voortaan niet meer toe te staan.

Het is uiteindelijk aan de Kamervoorzitter om over het gedrag in de vergadering te oordelen, stelt Bikker. Het is volgens haar goed om daar een duidelijke grond voor te hebben. Door dit voorstel bestaat niet alleen bij belediging, maar ook bij bedreiging geen twijfel over de vraag of de voorzitter kan ingrijpen.

De Kamer stemt op 14 maart over het voorstel tot wijziging van het Reglement van Orde.

Zie ook