Wet uitbreiding bestuurlijk instrumentarium onderwijs

16 juni 2022, wetsvoorstel - Minister Wiersma (Primair en Voortgezet Onderwijs) wil dat er meer mogelijkheden komen om bij misstanden in te grijpen bij onderwijsinstellingen. De Kamer debatteert met hem over het wetsvoorstel dat dit regelt.

Met het wetsvoorstel van Wiersma krijgen de minister van OCW en de Inspectie van het Onderwijs meer instrumenten om toezicht te houden op en te handhaven bij scholen en onderwijsinstellingen die (ernstige) overtredingen begaan. Het gaat met name om:

  • verruiming van de definitie van "wanbeheer"
  • de mogelijkheid om in acute crisissituaties een spoedaanwijzing te geven
  • de optie om na het schenden van de zorgplicht voor sociale veiligheid en van de burgerschapsopdracht de bekostiging van een school te beĆ«indigen
  • de plicht tot bevordering van het maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef in het mbo

Steun

Cornelius Haga Lyceum, Cheider, VMBO Maastricht, Avicenna College en Stichting voor Persoonlijk Onderwijs. Van Meenen (D66) geeft een reeks aan voorbeelden van onderwijsinstellingen waar het de afgelopen jaar fout is gegaan. Je wilt bij misstanden snel en gericht kunnen ingrijpen, zegt Paul (VVD), ook in het belang van de betrokken leerlingen. Beide woordvoerders zijn dan ook positief over het wetsvoorstel.

Grove misstanden in het onderwijs moeten adequaat en krachtig aangepakt worden, zegt Beertema (PVV). De bestuurderskaste heeft in zijn ogen vrij spel gekregen om te doen en te laten wat zij wilde. De overheid moet de regie weer terugveroveren, en het wetsvoorstel kan daarbij helpen.

Nut, noodzaak en proportionaliteit

Het nut, de noodzaak en de proportionaliteit van het wetsvoorstel zijn onvoldoende aangetoond, zo oordeelde de Raad van State, omdat een adequate probleemanalyse en een evaluatie van het huidige instrumentarium ontbreekt. De regering paste het wetsvoorstel vervolgens aan, maar minister Wiersma draaide dit later weer terug.

Op basis van twee incidenten wordt een uitgebreid instrumentarium opgetuigd waarmee de minister kan ingrijpen, zegt Van Baarle (DENK). Hij waarschuwt dat deze "paniekwet" kan leiden tot "trial by minister".

De minister krijgt bijna onbeperkte mogelijkheden om het bestuur opzij te schuiven als zich ergens een probleem voordoet, stelt Bisschop (SGP). Hij wil niet dat er bestuurlijke aanwijzingen worden gegeven in incidentele en individuele situaties. En een vermoeden van wanbeheer zou "ernstig" moeten zijn en niet "redelijk".

Ook Van der Graaf (ChristenUnie) heeft twijfels. Heeft de minister niet al genoeg mogelijkheden om indien nodig in te grijpen? Als er op basis van de nieuwe bevoegdheden te snel wordt ingegrepen bij incidenten, betoogt Peters (CDA), dan kan de onderwijsvrijheid in het gedrang komen.

We moeten iets hebben voor als het ergens echt fout gaat, zegt minister Wiersma, vooral in het belang van leerlingen en studenten. Op basis van eerdere casussen en afspraken in het regeerakkoord vond hij het nodig om het wetsvoorstel aan te scherpen en de eerdere aanpassingen ongedaan te maken.

Academische vrijheid

Kan het wetsvoorstel leiden tot een aantasting van de academische vrijheid in het hoger onderwijs? Een aantal woordvoerders stelt daar vragen, ook omdat de vereniging van universiteiten zich daar zorgen over maakt. De Hoop (PvdA) suggereert om universiteiten niet onder het wetsvoorstel te laten vallen, of expliciet in de wet op te nemen dat een spoedaanwijzing de academische vrijheid niet mag aantasten.

Wiersma vindt het onlogisch om universiteiten uit te sluiten. Het kunnen geven van aanwijzingen aan de raad van toezicht heeft geen betrekking op wetenschappelijk onderzoek, zo verzekert hij, maar op wanbeheer.

Medezeggenschap en beloning bestuurders

We zouden moeten voorkomen dat de minister of de inspectie bij een school moet ingrijpen, betoogt Westerveld (GroenLinks). Zij denkt dat dit kan door medezeggenschapsraden meer bevoegdheden en middelen te geven, zodat die misstanden beter kunnen voorkomen. Minister Wiersma staat open voor versterking van de medezeggenschap.

Onderwijsbestuurders met toezichthoudende functies vallen niet onder de Wet normering topinkomens. Kwint (SP) vindt dit onwenselijk en wil daarom wettelijk regelen dat het stapelen van toezichtfuncties niet mag leiden tot een inkomen boven de WNT-norm. Ook stelt hij, samen met Westerveld (GroenLinks), voor om de medezeggenschapsraad te laten instemmen met de beloning van toezichthouders.

Wiersma is het ermee eens dat bestuurders zich moeten houden aan de WNT-norm. Maar dit wetsvoorstel is volgens de minister niet de logische plek om dat beter te regelen.

Het debat over het wetsvoorstel gaat, na beantwoording van schriftelijke vragen, op een later moment verder met de tweede termijn van de Kamer.

Zie ook: