Geen steun voor Zwarte Pietvoorstel

16 februari 2017, initiatiefwetsvoorstel - Wat zwart is moet zwart blijven, vinden Bosma (PVV) en De Graaf (PVV). Maar andere partijen zien niks in hun voorstel om het uiterlijk van Zwarte Piet vast te leggen in een wet.

"Zwarte Piet is racisme." Die stelling leidde de afgelopen jaren tot verhitte discussies op verjaardagen, scheldkanonnades op internet en rijk gevulde opiniepagina's in de kranten.

Met een voorstel om de kleur van Zwarte Piet wettelijk te verankeren wil Bosma "een verdedigingswal opwerpen tegen rare acties vanuit Den Haag" bedoeld om "onze tradities te ondergraven". Hij krijgt bijval van partijgenoot Beertema, die de wens van een deel van de bevolking om de kleur van Zwarte Piet aan te passen ziet als "een aanval op onze identiteit".

De overige partijen zien geen heil in het wetsvoorstel. Arno Rutte (VVD) noemt het sinterklaasfeest inclusief Zwarte Piet een "door en door Nederlandse traditie", maar wijst er ook op dat tradities nu eenmaal veranderen. Volgens Van Raak (SP) proberen de indieners met dit voorstel de tijd stil te zetten, en "dat kan niet."

Rol van de overheid

Bosma uit kritiek op minister Asscher (Sociale Zaken), die met verschillende maatschappelijke partijen overleg voerde over een modernere invulling van het sinterklaasfeest. Onafhankelijk Kamerlid Monasch is het met hem eens en wil dat de regering zich niet meer met de invulling van het sinterklaasfeest bemoeit.

Öztürk (GrKÖ) vindt juist dat de overheid sterker op moet treden tegen "de racistische elementen" in het sinterklaasfeest.

Maatschappelijke discussie

Verhoeven (D66) verwijt de PVV dat zij een maatschappelijke discussie politiseert: "Dit land snakt naar verbinding, maar de PVV probeert alleen maar te polariseren."

Vermue (PvdA) pleit voor een samenleving waarin iedereen zich thuis voelt. "Die realiseren we niet met een wet die voorschrijft hoe Zwarte Piet eruit moet zien."

Strijdig met Grondwet en rechtsstaat

Voorschrijven welke kleding iemand moet dragen, past dat niet meer bij landen als Saudi-Arabië en Iran?, vraagt Voortman (GroenLinks). Van Raak wijst de initiatiefnemers erop dat ze met dit wetsvoorstel cultuurpolitiek bedrijven, iets waarvoor Bosma zelf vaak gewaarschuwd heeft. Verhoeven stelt dat de PVV de belangrijkste Nederlandse traditie, de rechtsstaat, probeert af te breken.

Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken), die als adviseur van de Kamer optreedt, merkt op dat het wetsvoorstel de Grondwet aan zijn laars lapt. "Alleen Noord-Korea kent een vergelijkbaar kledingvoorschrift", aldus de minister. Hij ontraadt het wetsvoorstel met klem.

De Kamer stemt op 21 februari over het initiatiefvoorstel en de ingediende motie.

Zie ook:

  • Het overzicht van de laatste debatten in het kort
  • De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.