Energiedebat over verduurzaming

7 februari 2017, debat - Een ruime meerderheid steunt verduurzaming van de energieproductie, maar vooral de linkse partijen vinden dat die te langzaam gaat. De Kamer debatteert met minister Kamp (Economische Zaken).

Met het ratificeren van het klimaatakkoord van Parijs committeert Nederland zich aan het verduurzamen van de energievoorziening om de uitstoot van broeikasgassen terug te brengen. Daarbij moeten we vooroplopen, zegt Van Veldhoven (D66), en niet achteraan bungelen. We mogen de financiële en ecologische rekening niet bij volgende generaties leggen, betoogt Dik (ChristenUnie).

Hoe komen we zo snel mogelijk af van fossiele energie? Van Tongeren (GroenLinks) pleit voor een duidelijk tijdpad. Oplossingen moeten van onderop komen, benadrukt Mulder (CDA), want draagvlak voor energiebeleid is belangrijk.

De coalitiepartijen prijzen de resultaten van de afgelopen kabinetsperiode. Samenwerking tussen overheid en maatschappelijke partners leidt volgens Bosman (VVD) tot een betaalbare, betrouwbare en schone energievoorziening. Jan Vos (PvdA) spreekt van "een enorme omwenteling": halvering van het aantal kolencentrales en de gaswinning in Groningen en vrijwel een jaarlijkse verdubbeling van energie uit zonnepanelen.

Kritiek op Kamp

Klever (PVV) is zeer kritisch over het "subsidiegedreven" energiebeleid van de minister. Volgens haar gaan er "krankzinnige bedragen" naar verouderde technieken, wat innovatie belemmert en Nederlanders opzadelt met een hoge rekening.

Het is teleurstellend dat Kamp uitspraken van de Kamer over het energiebeleid negeert, betoogt Smaling (SP). Hij wijst op aangenomen maar niet uitgevoerde moties over onder andere het versneld invoeren van elektrisch rijden, het sluiten van kolencentrales en het stoppen met biomassabijstook.

Er gaat kostbaar subsidiegeld naar de verkeerde zaken, betoogt Ouwehand (PvdD). Subsidie voor biomassabijstook houdt kolencentrales draaiende en subsidie voor mestvergisting legitimeert de vervuilende bio-industrie en de kap van regenwouden voor het verbouwen van soja.

Kolencentrales

Sluiting van kolencentrales is een effectieve en relatief goedkope manier om de CO2-uitstoot terug te brengen en de klimaatdoelen te halen, denken Van Veldhoven, Vos, Van Tongeren, Smaling, Dik en Ouwehand.

Het op korte termijn sluiten van kolencentrales is onverstandig, zegt Bosman. Het kost 4.000 banen en heeft slechts een marginaal effect op de CO2-uitstoot. Die kan volgens hem het beste teruggebracht worden door het beprijzen van uitstoot via emissiehandel.

Het verplicht sluiten van alle kolencentrales is in strijd met het energieakkoord, zegt de minister. De vijf resterende Nederlandse centrales behoren bovendien tot de 10% efficiëntste van Europa. In dat licht is het volgens Kamp onlogisch om ze nu al af te schrijven. Hij pleit voor Europese afspraken om de meest vervuilende kolencentrales het eerst te sluiten.

Windmolens Veenkoloniën

Vooral in de Drentse Veenkoloniën is er veel weerstand tegen het bouwen van windmolens. De Kamer heeft de minister gevraagd om bezinning. Daarop heeft Kamp beloofd geen nieuwe stappen te zetten totdat de Raad van State een uitspraak heeft gedaan. Het is goed dat er nu extra tijd is om alternatieven te bezien, zegt Vos.

Hoe moet het verder met de plannen voor de Drentse Veenkoloniën?

  • Klever: stop met het "megalomane windpark"
  • Smaling en Mulder: geef ruimte aan alternatieven, zoals de aanleg van een zonnepark
  • Mulder en Dik: vergroot het draagvlak door bewoners te laten meebeslissen en meeprofiteren

Dat bewoners in de Drentse Veenkoloniën tegen aanleg van een windmolenpark zijn, betekent volgens Kamp niet dat het plan geschrapt wordt. Er moet volgens hem namelijk ook rekening gehouden worden met het algemeen en het nationaal belang: het halen van de klimaatdoelen. De plannen voor een zonnepark zijn volgens de minister te optimistisch en onvoldoende doordacht.

De Kamer stemt op 14 februari over de ingediende moties.

Zie ook:

  • Het overzicht van de laatste debatten in het kort
  • De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.