Debat over de mondkapjesdeal

7 april 2022, debat - De Kamer debatteert met minister Helder (Langdurige Zorg en Sport) en minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) over de mondkapjesdeal.

In het begin van de coronacrisis kocht het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) mondkapjes van ondernemer Sywert van Lienden, die beweerde tegen kostprijs te zullen leveren. Later bleek hij met zijn kompanen Bernd Damme en Camille van Gestel via een bv ten minste 20 miljoen winst op de deal te hebben gemaakt.

Toenmalig minister van VWS De Jonge ontkende eerder betrokken te zijn bij de mondkapjesdeal. Maar uit een Volkskrantartikel en inmiddels geopenbaarde appcommunicatie blijkt dat hij wel degelijk een rol heeft gespeeld bij het tot stand komen van de deal. De Kamer vraagt opheldering. Moties van wantrouwen en afkeuring worden verworpen.

Handelwijze De Jonge

De deal was niet tot stand gekomen als minister De Jonge zich er niet mee had bemoeid, concludeert Kuiken (PvdA), want het LCH wilde niet met Van Lienden in zee. Hijink (SP) vindt het onbegrijpelijk dat de minister niet van het begin af aan heeft gezegd: ja, ik was op de hoogte en ben net zo kwaad over de verrijking.

Minister De Jonge biedt zijn excuses aan voor het eerder niet volledig genoeg beantwoorden van vragen over zijn betrokkenheid. Hij was weliswaar niet betrokken bij het sluiten van de deal met Van Lienden, maar heeft wel contact gehad met ambtenaren over Van Lienden. De minister zegt zich ermee te hebben bemoeid om te voorkomen dat Van Lienden door het opzetten van een alternatieve luchtbrug de concurrentie zou aangaan met het LCH.

Privémail

Ook Tielen (VVD) en Paulusma (D66) vragen minister De Jonge om een reflectie op zijn betrokkenheid bij de deal. Waarom gebruikte hij bijvoorbeeld doelbewust zijn privémail, terwijl dat ingaat tegen het handboek voor bewindspersonen? Bikker (ChristenUnie) kwalificeert dat als "erg dom". Privémail moet volgens haar wel betrokken worden bij het lopende Deloitteonderzoek.

Het gebruik van privémail voor het ontvangen van documenten tegen een dringend advies in was niet goed, erkent minister De Jonge. Maar het gebeurde vanwege praktische redenen: de werkmail was gebruiksonvriendelijk. Er is geen informatie verloren gegaan, omdat de mails werden verstuurd vanuit mailadressen van het ministerie. Ook was er waarschijnlijk geen veiligheidsrisico.

Onderzoek

Het eerste deelrapport van het Deloitteonderzoek zal uiterlijk voor de zomer van 2022 aan de Kamer worden gepresenteerd, zegt minister Helder. Op verzoek van De Jonge is twee dagen geleden een selectie van mails en apps openbaar gemaakt.

Het ergert Klaver (GroenLinks) dat minister Helder een eerder informatieverzoek van de Kamer heeft genegeerd en wél informatie heeft verstrekt nadat minister De Jonge daarom vroeg. Waarom pas een dag voor dit debat openheid gegeven, vraagt Van der Staaij (SGP). Omtzigt wijst erop dat de verstrekte informatie al eerder beschikbaar is gesteld voor het onderzoek van Deloitte.

Een groot deel van de Kamer wilde het debat over dit onderwerp met mij voeren, stelt minister De Jonge vast. Daarom heeft hij besloten om de informatie waarover hij beschikte, te delen met de Kamer.

Deloitte zet zich maximaal in om het beeld compleet te maken, zegt Helder. Ook de relevante privémail zal zo veel mogelijk bij het onderzoek worden betrokken. De minister spoort ook andere ministeries aan om relevante data aan te leveren.

Vertrouwen

Het vertrouwen in de politiek is zorgwekkend laag, en niet zonder reden, zegt Van Esch (PvdD). Dassen (Volt) vindt dat het gedrag van een bewindspersoon niet zo veel aandacht van een parlement zou moeten vragen.

Goudzwaard (JA21) ziet een "verontrustend patroon" waarin over de randjes heen wordt gegaan en waarin kritiek assertief wordt gepareerd. Het debat gaat over de integriteit van het openbaar bestuur, meent Azarkan (DENK), en minister De Jonge heeft niet integer gehandeld. Een minister die liegt of de Kamer verkeerd of niet informeert, moet weg, vindt Van der Plas (BBB).

Klaver (GroenLinks) wil afrekenen met "een verziekte bestuurscultuur", waarin informatie wordt onthouden aan de Kamer en aan journalisten. Door een gebrek aan transparantie en een verbod op kritiek, krijgt je wanbestuur en corruptie, luidt de analyse van Van Houwelingen (FVD).

Ik heb mijn werk altijd naar eer en geweten gedaan, benadrukt minister De Jonge, wat niet betekent dat er niets is misgegaan. Hij voelde zich genoodzaakt om zich in dit debat te verantwoorden omdat er vragen waren gerezen over het vertrouwen in hem.

Rol van het CDA

Van den Berg (CDA) wijst op de grote maatschappelijke druk in het begin van de coronacrisis om zo groot mogelijke voorraden beschermingsmiddelen aan te leggen. Dat Van Lienden indertijd CDA-lid was, heeft er volgens haar niets mee te maken.

Maar Agema (PVV) verwijst onder meer naar de rol van toenmalig CDA-Kamerlid Omtzigt en ziet nepotisme: CDA'ers hebben onderling dingen voor elkaar geregeld. Van Haga (Groep Van Haga) zegt dat minister De Jonge "een CDA-vriendje een winst van 20 miljoen heeft laten maken".

Een motie van wantrouwen tegen minister De Jonge, ingediend door Kuiken (PvdA), wordt verworpen met 72 tegen 52 stemmen. Ook een motie van afkeuring van Van der Plas (BBB) wordt verworpen, met 100 tegen 24 stemmen. De Kamer stemt op 12 april over de overige tijdens het debat ingediende moties.

Zie ook: