Debat over anti-islamsentimenten in de samenleving

25 mei 2021, debat – De Kamer debatteert met minister Koolmees (Sociale Zaken) over groeiende anti-islamsentimenten in de samenleving.

Stickers met de tekst "moslimvrije zone". Geweld tegen moskeeën. Discriminatie bij sollicitaties. Minister Koolmees zegt dat anti-islamsentimenten opleven na incidenten, maar helaas voor velen een alledaagse ervaring zijn. Het tegengaan van moslimdiscriminatie ziet de minister als een opdracht aan ons allemaal.

Ideologie?

Het is toch niet verboden om tegen een bepaalde ideologie te zijn, vraagt De Graaf (PVV). Hij zegt dat iedereen die de leidende cultuur in Nederland accepteert, welkom is om hier te blijven. Volgens Eerdmans (JA21) komt het anti-islamsentiment van talloze aanslagen, de moord op Theo van Gogh en de bedreiging van docenten die cartoons tonen.

De islam is geen ideologie maar een godsdienst, reageert Azarkan (DENK). Hij constateert dat door het wegzetten van de islam als een ideologie voorbijgegaan wordt aan de vrijheid van godsdienst in Nederland. Simons (BIJ1) benadrukt dat veel uitingsvormen van islamofobie en racisme rechtstreeks uit de Tweede Kamer komen.

Discriminatie

Zet geen mensen weg op grond van hun afkomst of hun geloof. Westerveld (GroenLinks) benadrukt dat alle discriminatie moet worden afgewezen, want het heeft grote persoonlijke consequenties en tast de rechtsstaat aan. Koolmees sluit zich daarbij aan: we moeten mensen als individu benaderen en niet als lid van een groep.

Het is goed dat het kabinet bekijkt welke rol een coördinator tegen discriminatie en racisme kan vervullen, vindt Becker (VVD), maar zij vraagt ook om bestrijding van "de uitwassen van de islam".

Ceder (ChristenUnie) vraagt welke stappen het kabinet de afgelopen tijd heeft gezet om discriminatie tegen te gaan. Van der Plas (BBB) is benieuwd hoe het staat met de aanpak van arbeidsmarkt- en stagediscriminatie. En wat is de voortgang bij de gevraagde staatscommissie en de app om stagediscriminatie laagdrempelig te kunnen melden, vraagt Heerma (CDA).

Het kabinet "zet stevig in" op het voorkomen van arbeidsmarktdiscriminatie en discriminatie bij werving en selectie, reageert Koolmees. Hij betreurt het dat een wetsvoorstel daaromtrent moet wachten op een nieuw kabinet. Eind juni zal de Kamer debatteren over de instelling van de coördinator tegen discriminatie en racisme.

Extreemrechts

Een witte brandstichter bij een moskee wordt in de pers aangeduid als "een verwarde man", maar bij iemand met een migratieachtergrond wordt al snel een link gelegd met moslimextremisme, constateert Belhaj (D66). Zij wijst erop dat het anti-islamsentiment verbonden is met rechts-extremisme.

Wie wegkijkt van extreemrechts, voedt het, zegt Leijten (SP). Wat doet de overheid tegen mensen uit rechts-extremistische kringen die bereid zijn om aanslagen te plegen en tegen een organisatie als Vizier op links?

Dat extreemrechts gedachtegoed zich verspreidt, baart ook Koolmees zorgen. Het beleid ter voorkoming van radicalisering wordt daarom beter gericht op individuen die dreigen te radicaliseren. De veiligheidsdiensten hebben zeker oog voor een intimiderende organisatie als Vizier op links, verzekert de minister.

De Kamer stemt op 1 juni over de tijdens het debat ingediende moties.

Zie ook: