Schriftelijke vragen : De aanval op Druzen in Syrië
Vragen van de leden Kahraman (Nieuw Sociaal Contract) en Ceder (ChristenUnie) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid over de aanval op Druzen in Syrië (ingezonden 21 juli 2025).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de recente aanvallen, moordpartijen en plunderingen op Druzen
in Zuid-Syrië door onder meer milities gelieerd aan de regering van (interim)president
en oud-terrorist Al-Sharaa/Al-Jolani?
Vraag 2
Wat is uw visie op de situatie aldaar, en in hoeverre acht u de Syrische regering
en Al-Jolani verantwoordelijk of aansprakelijk voor het recente geweld tegen de Druzen?
Vraag 3
Welke acties wilt u ondernemen tegen de Syrische regering om druk uit te oefenen,
wat er voor kan zorgen dat minderheden zoals Druzen, Alawieten, Koerden, christenen
en andere groepen niet langer slachtoffer worden van intimidaties, terreur en slachtpartijen?
Vraag 4
Hoe kijkt u naar het onderzoek van persbureau Reuters dat bewijst dat regeringstroepen
ook betrokken waren bij de moord op 1.500 Alawieten dit voorjaar?1
Vraag 5
Wanneer verwacht u het onderzoek van de Verenigde Naties (VN) Commission of Inquiry
naar deze eerdere massaslachting in Syrië te ontvangen en met de Kamer te kunnen delen?
Vraag 6
Bent u, conform de aangenomen motie Omtzigt c.s. (Kamerstuk 21 501-20, nr. 2242), bereid in Europese Unie (EU)-verband te pleiten voor herinvoering («snapback»)
van sancties tegen de Syrische overgangsregering, gelet op de aanhoudende negatieve
ontwikkelingen, zoals de recente moordpartijen op Druzen?
Vraag 7
Op welke wijze wordt er uitvoering gegeven aan de aangenomen motie Kahraman (Kamerstuk
32 623, nr. 342) over het beschikbaar stellen van humanitaire hulp specifiek voor etnische en religieuze
minderheden in Syrië, zoals christenen, Alawieten, Druzen en Koerden?
Vraag 8
Welke concrete voorstellen kan Nederland in EU-verband nog meer doen om minderheden
in Syrië te beschermen, conform de aangenomen motie Kahraman/Ceder (Kamerstuk 21 501-02, nr. 3082), die oproept om in te zetten op bescherming van etnische en religieuze minderheden
en het staken van buitenlandse steun aan en ontwapening van milities?
Vraag 9
Bent u van mening dat verdere normalisatie van de betrekkingen met het Syrische regime
van tafel moet, nu de overgangsregering aantoonbaar niet voldoet aan de harde voorwaarden
gesteld door de Kamer, namelijk het waarborgen van veiligheid en gelijke rechten voor
alle minderheden, waaronder Alawieten, Druzen, christenen en Koerden, conform de aangenomen
motie Ceder c.s. (Kamerstuk 32 623, nr. 334)?
Vraag 10
Zijn er aanwijzingen dat Nederlandse strijders betrokken zijn bij het recente geweld
tegen de Druzische gemeenschap in Syrië, en zo ja, welke stappen onderneemt u om deze
personen te identificeren, te vervolgen en/of hun paspoort af te pakken?
Vraag 11
Zijn er signalen dat Nederlands-Syrische burgers worden bedreigd?
Vraag 12
Zo ja, welke maatregelen treft u om hun veiligheid te waarborgen?
Vraag 13
Bent u bereid het landenbeleid inzake Syrië te actualiseren en daarbij christenen,
Druzen, Alawieten en Koerden aan te merken als kwetsbare groepen met een risicoprofiel,
zodat in het terugkeerbeleid beter rekening wordt gehouden met hun verhoogde risico
op vervolging?
Vraag 14
Kunt u deze vragen één voor één en ruim voor het einde van het reces beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken -
Indiener
Isa Kahraman, Kamerlid