Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kostic over ernstige en structurele misstanden bij de ganzenjacht
Vragen van het lid Kostić (PvdD) aan de Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur over ernstige en structurele misstanden bij de ganzenjacht (ingezonden 11 april 2025).
Antwoord van Staatssecretaris Rummenie (Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur)
(ontvangen 27 mei 2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 1985.
Vraag 1
Bent u bekend met de op 2 april 2025 gemaakte beelden van de ganzenjacht bij Stolwijk,
waarbij een jager een gewonde gans aan zijn nek rondslingert en het dier vervolgens
spartelend op de grond achterlaat zonder controle op de dood?1
Antwoord 1
Ik ben bekend met de beelden.
Vraag 2
Erkent u dat deze methode (cervicale dislocatie) wettelijk niet is toegestaan voor
het doden van ganzen, zoals vastgelegd in artikel 8.74q, derde lid, van het Besluit
kwaliteit leefomgeving? Zo nee, wat is dan uw juridische onderbouwing?
Antwoord 2
Op de beelden lijkt te zien hoe een aangeschoten nijlgans wordt gedood door de nek
te breken (cervicale dislocatie).
Artikel 8.74q van het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) bevat voorschriften die
moeten worden opgenomen in omgevingsvergunningen voor het doden of vangen van beschermde
vogels op grond van de vogelrichtlijn. Het derde lid van art 8.74q bepaalt inderdaad
dat in een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit voor het doden
van vogels, gebruikmaking van de dodingsmethode cervicale dislocatie alleen mag worden
toegestaan voor het doden van in nood verkerende, gewonde vogels van een omvang kleiner
dan of gelijk aan eenden.
Omdat het hier echter een nijlgans betreft, een exoot die niet op basis van de vogelrichtlijn
beschermd wordt, is bovenstaande bepaling niet op deze situatie van toepassing.
Wel geldt voor het doden van alle in het wild levende dieren in het kader van jacht
of faunabeheer de zorgplicht van artikel 11.27 lid 3 van het Besluit activiteiten
leefomgeving (Bal). Dat artikel bepaalt dat eenieder die een in het wild levend dier
doodt moet voorkomen dat het dier onnodig lijdt.
Het is aan het bevoegd gezag om te bepalen of in dit geval sprake is van een overtreding
en of hiertegen handhavend opgetreden wordt. In dit geval is dat de Omgevingsdienst
Zuid-Holland Zuid, die namens de provincie toezicht op het faunabeheer in Zuid-Holland.
Ik heb de beelden met de provincie Zuid-Holland gedeeld.
Vraag 3
Deelt u de mening dat de betrokken jager duidelijk niet beschikte over de vereiste
deskundigheid om deze dodingsmethode humaan en effectief toe te passen, en dat bovendien
een alternatief voorhanden was? Zo nee, op welke wetenschappelijke experts baseert
u zich dan?2
Antwoord 3
Ik kan op basis van deze video niet beoordelen of de betrokken jager over de deskundigheid
beschikt om deze dodingsmethode humaan en effectief toe te passen en of een alternatief
voorhanden was.
Zie mijn antwoord bij vraag 2 voor de bevoegde instantie voor toezicht op het faunabeheer
in Zuid-Holland.
Vraag 4
Hoe beoordeelt u de reactie van de gemeente Krimpenerwaard die stelt geen taak te
hebben, ondanks een eigen Nota Dierenwelzijn en het feit dat hier mogelijk sprake
is van dierenmishandeling in de openbare ruimte? Wie heeft volgens u dan wel de taak
om in te grijpen en de dieren te beschermen, waarbij u wordt verzocht te verwijzen
naar de exacte stukken van de wet- en regelgeving waar u zich op baseert?3
Antwoord 4
Op basis van artikel 18.2 Omgevingswet is de provincie het bevoegd gezag voor flora
en fauna-activiteiten en belast met het bestuursrechtelijk handhaven van de algemene
regels en omgevingsvergunningen. Zoals gemeld in het antwoord op vraag 2, houdt in
dit geval de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid namens de provincie Zuid-Holland toezicht
op het faunabeheer. Op de website van de Omgevingsdienst staat aangegeven hoe melding
kan worden gemaakt van misstanden of vermeende overtredingen.
Overtredingen van voorschriften van omgevingsvergunningen voor flora en fauna-activiteiten
zijn tevens overtredingen op basis van art 1a, onder 3 in combinatie met artikel 2
lid 3 van de Wet op de economische delicten. Voor het opsporen van dergelijke strafbare
feiten is onder andere de politie bevoegd.
Vraag 5
Wordt er actief toezicht gehouden op jachtactiviteiten, waaronder zogeheten «faunabeheer»
en «schadebestrijding» in en rondom natuurgebieden zoals Polder het Beijersche, dat
direct grenst aan de plek van dit incident? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Namens de provincie Zuid-Holland houdt de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid toezicht
op het faunabeheer in de gehele provincie Zuid-Holland. Dat gebeurt binnen en buiten
natuurgebieden. Daarnaast heeft de politie een handhavende taak in het buitengebied.
Vraag 6
Hoe vaak is er in Zuid-Holland in de afgelopen vijf jaar daadwerkelijk gecontroleerd
op naleving van jachtregels? Hoeveel overtredingen zijn er vastgesteld?
Antwoord 6
In het betreffende voorval is formeel geen sprake van jacht, maar van exotenbeheer.
De provincie Zuid-Holland laat mij weten dat de toezichthouders van de omgevingsdienst
vrijwel dagelijks en gedurende het gehele jaar op pad zijn om in het veld te controleren
op de naleving van de regels over activiteiten die de natuur betreffen, waaronder
ook activiteiten in het kader van jacht en faunabeheer. Gemiddeld worden daarbij jaarlijks
150 tot 200 faunabeheerders in het veld gecontroleerd, aldus de provincie. De provincie
Zuid-Holland laat weten dat daarbij over het algemeen geen ernstige overtredingen
worden geconstateerd.
Vraag 7
Bent u bekend met onderzoek waaruit blijkt dat 17 procent van de brandganzen en 22
procent van de grauwe ganzen in Nederland rondloopt met hagel in het lichaam als gevolg
van jacht («crippling»)? Wat vindt u hiervan?4
Antwoord 7
Mij is bekend dat een aanzienlijk deel van de ganzen die zich in Nederland bevinden
hagel in het lijf heeft. Ik vind dit onwenselijk.
Vraag 8
Hoe duidt u het feit dat er structureel beelden opduiken van dieren die langdurig
lijden na jachtschoten, waaronder een spartelende gans in Reeuwijk, een mishandelde
eend bij Ransdorp, en een haas die met negen stokslagen wordt gedood in Hof van Twente?5
Antwoord 8
Ik kom op basis van deze beelden niet tot de conclusie dat er structureel beelden
opduiken van dieren die langdurig lijden. Wel maak ik me zorgen over de opduikende
beelden. Ik roep eenieder op die beelden bezit van (vermoedelijke)
diermishandeling dit te melden bij de omgevingsdienst of de provincie.
Vraag 9
Bent u bereid onafhankelijk onderzoek te laten doen naar het functioneren van toezicht
en handhaving op jachtactiviteiten in Nederland en een toegankelijk meldpunt voor
burgers in te stellen? Zo nee, waarom niet en op welke recente onafhankelijke onderzoeken
baseert u dan uw oordeel over toezicht en handhaving op jachtactiviteiten?
Antwoord 9
Het is op dit moment al mogelijk voor burgers om melding te maken van vermeende overtredingen.
Dit kan bij de omgevingsdienst van de provincie, Zuid-Holland-Zuid in dit geval. Bij
betrapping op heterdaad kan de politie direct worden ingeschakeld. Een apart meldpunt
is daarom niet nodig. Ik zie ook nog onvoldoende aanleiding om een apart onderzoek
in te stellen. Het is vooral belangrijk dat mensen gebruik maken van de mogelijkheden
die er al zijn, als ze overtredingen zien.
Vraag 10
Deelt u de conclusie van Nettie Dekker dat het massaal afschieten van ganzen niet
leidt tot minder schade, noch tot een kleinere populatie? Zo nee, op welke recente
onafhankelijke (bijvoorbeeld niet gerelateerd aan jagers en faunabeheereenheden) wetenschappelijke
inzichten baseert u zich dan op?6
Antwoord 10
Provincies zijn verantwoordelijk voor beleid voor ganzen. Het is aan hen om besluiten
te nemen over beheer en schadebestrijding en om die besluiten te motiveren.
Vraag 11
Bent u bereid om extensieve graslandmaatregelen en vermindering van het voedselaanbod
in te zetten als alternatief voor het huidige beleid van afschot? Zo nee, waarom niet
en op welke wetenschappelijke bronnen baseert u zich dan?
Antwoord 11
Zie antwoord op vraag 10
Vraag 12
Bent u bereid de ganzenjacht in Zuid-Holland op te schorten zolang het onderzoek naar
de misstanden bij Stolwijk loopt? Zo nee, hoe gaat u er dan voor zorgen dat de misstanden
zich niet herhalen en dat de dieren worden beschermd?
Antwoord 12
Jacht op ganzen is in Nederland niet toegestaan. Ganzen mogelijk uitsluitend worden
geschoten in het kader van beheer en schadebestrijding. Provincies zijn verantwoordelijk
voor beleid voor ganzen. Het is aan hen om besluiten te nemen over beheer en schadebestrijding
en om die besluiten te motiveren.
Vraag 13
Kunt u uitsluiten dat het incident bij Stolwijk plaatsvond tijdens het broedseizoen?
Hoe wordt hierop gecontroleerd, door wie precies, hoe vaak en hoe onafhankelijk?
Antwoord 13
Zie antwoord op vraag 10. Handhaving is een bevoegdheid van het bevoegd gezag, in
dit geval gedeputeerde staten van de provincie Zuid Holland.
Vraag 14
Bent u op de hoogte dat het schot viel om 09:45 uur op 2 april 2025 tussen de Beijerscheweg
en Achterbroek, grenzend aan natuurgebied Polder het Beijersche? Was de jacht, oftewel
«faunabeheer», «schadebestrijding», daar toegestaan?
Antwoord 14
De precieze tijd van het schot is mij niet bekend, maar op dat moment en op die locatie
was volgens het betreffende bevoegd gezag het beheer en de bestrijding van diverse
diersoorten, waaronder nijlganzen toegestaan op basis van het aanwijzingsbesluit exoten
en verwilderde dieren.
Vraag 15
Bent u bereid te erkennen dat het lijden van dieren bij de jacht, of «faunabeheer»,
«schadebestrijding, geen incident is, maar structureel voorkomt en dat het gebrek
aan optreden door provincies en toezichthouders een systeemprobleem vormt waarvoor
dringend ingrijpen nodig is? Zo nee, op welke wetenschappelijke onderzoeken en feiten
baseert u zich dan?7
Antwoord 15
Degene die gerechtigd is schadebestrijding uit te voeren heeft op grond van artikel 11.27
lid 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving de plicht om onnodig lijden te voorkomen.
De omgevingsdienst van de provincie en de politie zien toe op handhaving van die plicht.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.F. Rummenie, staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.