Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda voor de informele NAVO Foreign Ministers Meeting van 14 en 15 mei 2025 (Kamerstuk 28676-500)
2025D20112 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties
de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Buitenlandse
Zaken over de geannoteerde agenda voor de informele NAVO Foreign Ministers Meeting
van 14 en 15 mei 2025 (Kamerstuk 28 676, nr. 500), het verslag van de NAVO Foreign Ministers Meeting op 3 en 4 april 2025 (Kamerstuk
28 676, nr. 496) en de brief inzake Voortgang organisatie NAVO-top op 24–25 juni 2025 in Den Haag
(Kamerstuk 28 676, nr. 499).
De voorzitter van de commissie,
Klaver
De adjunct-griffier van de commissie,
Dekker
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
II Antwoord / Reactie van de Minister
III Volledige agenda
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie zetten zich onverminderd in voor steun aan Oekraïne. Deze
leden vragen het kabinet wat de concrete Nederlandse inzet gaat zijn tijdens de informele
bijeenkomst van de NAVO-ministers van Buitenlandse Zaken voor de steun aan Oekraïne.
De leden van de VVD-fractie vragen het kabinet hoe zij zich inzet tijdens de informele
bijeenkomst om landen aan te moedigen meer te doen voor Oekraïne. Als laatst, vragen
zij het kabinet wat de inzet gaat zijn tijdens de bijeenkomst ten aanzien van de spanningen
rondom het door de Verenigde Staten (VS) voorgesteld bestand tussen Oekraïne en Rusland.
Nu de VS zich langzaam terugtrekt uit besprekingen, wat moet de rol van de EU zijn
en hoe zet het kabinet zich hiervoor in?
De leden van de VVD-fractie vragen hoe het kabinet aankijkt tegen de dreigementen
van president Trump om niet naar de NAVO-top te komen. Hoe analyseert het kabinet
dit soort dreigementen en hoe zet zij in om Trump naar Den Haag te halen tijdens de
top? Deze leden vragen wat het kabinet hoopt te halen uit het aankomende voorstel
van de NAVO Secretaris-Generaal Rutte over nieuwe afspraken voor collectieve verdediging.
Voor welke uitkomst zet het kabinet zich concreet in?
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de stukken bijgaand
dit schriftelijk overleg, maar hebben nog enkele vragen.
In de geannoteerde agenda lezen de leden van de NSC-fractie dat staat vermeld dat
er een consensus bestaat onder de bondgenoten als het gaat om het verhogen van de
BBP-norm boven de twee procent. Deze leden vragen in hoeverre alle NAVO-lidstaten
gecommitteerd zijn aan de huidige %-norm en welwillend zijn naar een hoger percentage
in de toekomst.
Verder lezen de leden van de NSC-fractie dat er sprake is van een verbondenheid tussen
de Euro-Atlantische en Indo-Pacifische veiligheidsregio’s. Deze leden vragen welke
rol het kabinet ziet voor de NAVO in het Indo-Pacific gebied.
Tot slot vragen de leden van de NSC-fractie in welke mate druk jegens Rusland wordt
opgevoerd door de NAVO-lidstaten in het kader van de huidige vredesbesprekingen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het voorstel van de Secretaris-Generaal
van de NAVO om toe te groeien naar een NAVO-norm van 5%, waarvan 3,5% moet worden
bestemd voor militaire uitgaven. Deze leden hebben eerder opgeroepen tot het verhogen
van de NAVO-norm tot minstens 3% en zij zien dan ook de noodzaak en urgentie om te
komen tot hogere defensie-uitgaven ten behoeve van onze vrijheid en veiligheid. De
aan het woord zijnde leden lezen dat de Ministers zullen spreken over nieuwe afspraken
over defensie-uitgaven en vragen de Minister wat de inbreng van Nederland in deze
discussie zal zijn. Deelt hij de mening dat Nederland als gastland niet afwachtend
kan zijn, maar in de kopgroep van bondgenoten moet zitten als het aankomt op het committeren
aan een hogere NAVO-norm, zo vragen zij.
Voorts hebben deze leden kennisgenomen van de uitgestelde brief over de NAVO capaciteitsdoelstellingen
(Kamerstuk 28 676, nr. 495). Dit betreuren zij, gezien het belang en de urgentie van een stevige defensie. Zij
vragen de Minister deze brief met grootst mogelijke spoed aan de Kamer te doen toekomen.
De leden van de D66-fractie steunen de Minister uiteraard in zijn positie met betrekking
tot het NAVO-lidmaatschap voor Oekraïne. Zij vragen hem opnieuw duidelijk te maken
dat Rusland niét mag bepalen wie zich bij de NAVO aansluit en deze boodschap ook specifiek
uit te dragen richting zijn Amerikaanse collega. Daarnaast vragen de aan het woord
zijnde leden of de Minister bereid is bij zijn collega uit het Verenigd Koninkrijk
te pleiten voor Oekraïens lidmaatschap van de Joint Expeditionary Force. De aan het
woord zijnde leden hebben kennisgenomen van de uitspraken van de Russische Minister
Lavrov waarin hij uithaalt naar Litouwen en stelt dat het land «anti-Russische sentimenten»
zou aanwakkeren. Zij vragen de Minister tijdens deze bijeenkomst duidelijk te maken
dat Litouwen op volle steun van haar bondgenoten kan rekenen en dat Russische pogingen
een klein land zo te intimideren onacceptabel zijn.
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
De leden van de Volt-fractie verwelkomen het voorstel van Secretaris-Generaal Rutte
van de NAVO om de NAVO-norm te verhogen naar 5% van het BBP. Wat is de reactie van
het kabinet op dit voorstel? Wanneer wordt de Nederlandse inzet voor een nieuwe NAVO-norm
bekend gemaakt? Wat is de mening van de Minister over de voorgestelde financiële verdeling
van de NAVO-norm tussen militaire uitgaven en uitgaven voor, bijvoorbeeld, cyberveiligheid
en militaire mobiliteit? Zal het kabinet deze financiële verdeling ook meenemen in
de Nederlandse inzet voor een nieuwe NAVO-norm?
De leden van de Volt-fractie zijn verheugd te lezen dat de inzet van dit kabinet is
en blijft dat Oekraïne op een onomkeerbaar pad zit richting een NAVO-lidmaatschap.
Delen de NAVO-bondgenoten deze mening en blijven zij zich hiervoor uitspreken tijdens
NAVO-bijeenkomsten? Blijft de Minister dit standpunt bij zijn NAVO-collega’s herhalen?
Wat is het verwachtte tijdspad voor een NAVO-lidmaatschap van Oekraïne?
De leden van de Volt-fractie hebben daarnaast kennisgenomen van de intentie tot aankoop
van Amerikaanse Tomahawk-kruisrakketten door de Nederlandse regering. Het is goed
dat met de aankoop van deze raketten de militaire strategische capaciteiten van de
Nederlandse defensie worden vergroot, maar deze leden zijn aan de andere kant bezorgd
over de toenemende afhankelijkheid van de VS die met deze aankoop op de loer ligt.
Zijn er manieren om deze afhankelijkheid te voorkomen? Is het volgens de Minister
het overwegen waard om voor, bijvoorbeeld, het Franse alternatief Missile de Croisière
Naval te gaan, ondanks het mindere bereik? Wat zijn hierbij de afwegingen van het
kabinet?
De leden van de Volt-fractie kijken kritisch naar de onderhandelingen tussen Rusland
en Oekraïne. Rusland laat met zijn aanhoudende aanvallen op Oekraïne zien dat het
vrede niet ziet zitten. Hoe zorgt de NAVO ervoor dat de druk op Rusland wordt aangehouden?
Ziet de Minister een verband tussen de gesloten mineralendeal tussen Oekraïne en de
VS en een hardere aanpak van Rusland door de VS? De Minister heeft benadrukt dat het
van belang is om de hechte trans-Atlantische band en eenheid te blijven uitstralen.
Is de Minister van mening dat dit standpunt ook gedragen wordt door zijn Amerikaanse
collega’s, wanneer de Amerikaanse president Trump openlijk twijfelt aan welke partij
de oorlog in Oekraïne precies is begonnen en zich openlijk uitspreekt voor de Russische
erkenning van de Krim? Welke recente geluiden hoort de Minister precies over het terugtrekken
van de Supreme Allied Commander Europe (SACEUR) door de VS? Zijn de Europese NAVO-bondgenoten
bezig met een plan voor het geval dat dit scenario werkelijkheid wordt? Deelt de Minister
de mening dat een dergelijk plan hoort bij het vormen van een sterke Europese NAVO-zuil?
De leden van de Volt-fractie hebben tot slot kennisgenomen van het feit dat de Informele
NAVO Ministeriële plaats zal vinden in Turkije. Naar verluidt hebben president Trump
en de Turkse president Erdogan gesproken over het samen optrekken om de oorlog in
Oekraïne te beëindigen. Hoe ziet de Minister dit voornemen? Is Turkije, net als Trump,
van mening dat Oekraïne de Krim zou moeten opgeven? Hoe denkt Turkije over het NAVO-lidmaatschap
van Oekraïne? Deze leden vragen ook hoe het ervoor staat met de opsluiting van Imamoglu,
de burgemeester van Istanbul. Spreekt de Minister Turkije hier nog steeds op aan?
Wat zijn hierbij de laatste ontwikkelingen?
II Antwoord/ Reactie van de Minister
III Volledige agenda
– Brief van de Minister van Buitenlandse Zaken van 1 mei 2025 inzake de Geannoteerde
agenda voor de informele NAVO Foreign Ministers Meeting van 14 en 15 mei 2025
– Brief van de Minister van Buitenlandse Zaken van 14 april 2025 inzake het Verslag
van de NAVO Foreign Ministers Meeting op 3 en 4 april 2025
– Brief van de Minister van Buitenlandse Zaken van 25 april 2025 inzake de Voortgang
organisatie NAVO-top op 24–25 juni 2025 in Den Haag
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.F. Klaver, voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
S.L. Dekker, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.