Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Patijn over de opbouw van de reservering van 1,2 miljard voor arbeidsongeschiktheidsuitkeringen
Vragen van het lid Patijn (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de opbouw van de reservering van 1,2 miljard voor arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (ingezonden 26 maart 2025).
Antwoord van Minister Van Hijum (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 9 april
2025)
Vraag 1
Kunt u de argumentatie en berekeningen delen op grond waarvan u tot de conclusie bent
gekomen dat er bij de voorjaarsnota 1,2 miljard euro gereserveerd moet worden voor
arbeidsongeschiktheidsuitkeringen?1
Antwoord 1
Ik herken het genoemde bedrag van € 1,2 miljard niet en heb daarom geen berekeningen
voor de opbouw daarvan.
De gesprekken over de voorjaarsbesluitvorming zijn in volle gang en ik kan niet vooruitlopen
op de uitkomsten daarvan. Eerder heb ik toegezegd uw Kamer voor de zomer te informeren
over ontwikkelingen bij de WIA. Deze brieven gaan over de voortgang van de WIA-correctieorganisatie,
de ontwikkelingen bij sociaal-medisch beoordelen en de uitwerking van OCTAS. In deze
brieven kan ik ingaan op eventuele budgettaire consequenties van de voorjaarsbesluitvorming.
Vraag 2
Tot welk jaar controleert u de uitkeringen en tot welk jaar compenseert u de fouten?
Antwoord 2
In de beantwoording ga ik ervan uit dat in de vraag gedoeld wordt op de correctieoperatie
die UWV momenteel aan het opzetten is. Deze operatie kan cliënten veel onzekerheid
geven over hun uitkering. Ik hecht er waarde aan dat mensen niet te lang in onzekerheid
blijven, maar ook dat de individuele correcties in één keer juist uitgevoerd worden.
Daarom probeert UWV recht te doen aan de balans tussen zorgvuldigheid en snelheid.
In de correctieoperatie wordt bij WIA-uitkeringen die zijn toegekend in de periode
januari 2020 – december 2024 gecontroleerd op fouten in het dagloon. Geconstateerde
fouten worden vervolgens aangepast in de hoogte van lopende uitkeringen. In het afwegingskader
bij de verbeteraanpak van november 2024 staat beschreven hoe wordt omgegaan met te
hoog vastgestelde uitkeringen en eventuele terugvorderingen die daaruit ontstaan.
Het uitgangspunt daarbij is dat zeer terughoudend wordt omgegaan met terugvorderen.
Alleen als het mensen redelijkerwijs duidelijk kon zijn dat de uitkering te hoog was
vastgesteld, kan er aanleiding zijn voor een terugvordering. Dit is een zware toets.
In mijn brief van 24 maart jl. heb ik uw Kamer ook geïnformeerd over te laag vastgestelde
uitkeringen en hoe ik omga met nabetalingen die daaruit ontstaan. Hier wordt nog naar
gekeken in verband met mogelijke keteneffecten.
Vraag 3
Welk aandeel van de 1,2 miljard euro is gereserveerd voor de hersteloperatie, en welk
aandeel is gereserveerd voor hervormingen van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
(WIA)?
Antwoord 3
Zie het antwoord op vraag 1. Ik herken het genoemde bedrag niet.
Vraag 4
Kunt u aangeven hoe groot de totale groep gedupeerden is, en dit uitsplitsen naar
soort fout, en daarbij in ieder geval de aantallen aangeven van mensen met onvoldoende
onderbouwde sociaal medische beoordelingen2, mensen bij wie fouten zijn gemaakt in de dagloonberekening3, mensen bij wie er fouten zijn gemaakt bij de (eerste) indexatie4, mensen bij wie er fouten zijn gemaakt vanwege afrondingsfouten5 en mensen bij wie fouten zijn gemaakt in het maatmanloon?6
Antwoord 4
Mijn huidig beeld is dat er fouten zijn gemaakt bij de berekening van het WIA-dagloon,
bij de indexatie van het WIA-dagloon en met de indexcijfers van het WIA-maatmanloon.
UWV doet momenteel onderzoek naar de kwaliteit van de maatmanloonbeoordeling. Over
het resultaat van dat onderzoek informeer ik uw Kamer in april, waarbij het mijn ambitie
is om dat te doen voor het Kamerdebat WIA-problematiek van 16 april. Ik realiseer
me dat dit bij mensen tot onzekerheid leidt. Mensen moeten kunnen vertrouwen op de
beoordeling door UWV. Daarom werkt UWV hard aan het verbeteren van de kwaliteit van
de dienstverlening en aan de implementatie en doorontwikkeling van het nieuwe kwaliteitssysteem.
Hieronder zal ik ingaan op mijn huidige beeld van de omvang van de fouten waar ik
op dit moment zicht op heb.
In de periode januari 2020 – december 2024 zijn fouten gemaakt bij de berekening van
het dagloon. Na analyse van 220.000 uitkeringen concludeert UWV dat er 43.000 uitkeringen
nader onderzocht moeten worden. Deze uitkeringen zullen handmatig en één voor één
doorzocht worden op daadwerkelijke fouten, waarbij eventuele fouten worden hersteld.
Eerder zijn ook fouten bij de indexatie van het dagloon aan het licht gekomen. UWV
schat in dat het hier om ongeveer 2.600 dossiers gaat waar de indexatie niet is toegepast
in de periode 2006–2022.
Vanaf november 2023 zijn er kleine verschillen ontstaan in de indexcijfers die gebruikt
worden bij het vaststellen van het maatmanloon. Deze afwijking kan invloed hebben
op het arbeidsongeschiktheidspercentage en daarmee in sommige gevallen op de (hoogte
van de) uitkering die mensen ontvangen. UWV doet op dit moment onderzoek naar de impact
van de gemaakte fouten. Ook over de stand van zaken van dit onderzoek informeer ik
uw Kamer in april.
Vraag 5
Kunt u van het deel dat gereserveerd is voor de hersteloperatie uitsplitsen welk deel
gereserveerd wordt voor welke groep gedupeerden, en hierbij in ieder geval afzonderlijk
uitsplitsen welk deel gereserveerd is voor de groepen benoemd in bovenstaande vraag?
Antwoord 5
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 6
Omvat de 1,2 miljard euro eveneens de correcties als gevolg van de uitspraken van
de Centrale Raad van Beroep van 30 juli 2023? Zo ja, hoe groot is dit deel? Zo nee,
hoeveel trekt u hiervoor uit en wanneer?
Antwoord 6
Ik herken het genoemde bedrag van € 1,2 miljard niet. Dat gezegd hebbende, de Centrale
Raad van Beroep (CRvB) heeft op 29 november 2023 en 30 juli 2024 uitspraken gedaan
die gevolgen hebben voor de WIA.
De CRvB-uitspraken hebben tot gevolg dat de uitkering van WIA-uitkeringsgerechtigden
met een loonloos tijdvak in de referteperiode toeneemt. Voor uitkeringsgerechtigden
die vanaf 1 juli 2015 recht hebben op een WIA-uitkering wordt een herstelactie uitgevoerd,
waarbij de uitkering met terugwerkende kracht vanaf datum uitspraak wordt opgehoogd.
Deze herstelactie loopt mee in de brede correctieorganisatie die UWV aan het opzetten
is. De budgettaire gevolgen van de CRvB-uitspraak van 30 juli moeten nog op de SZW-begroting
verwerkt worden. Deze verwerking loopt mee in de gesprekken over de voorjaarsnota
die momenteel bezig zijn.
Vraag 7
Kunt u van het deel van de 1,2 miljard euro dat gereserveerd is voor de hersteloperaties
aangeven welk deel gereserveerd is voor uitvoeringskosten?
Antwoord 7
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 8
Kunt u met zekerheid zeggen dat het UWV in de hersteloperatie wel in staat is om het
sociale verzekeringsloon correct uit te voeren?
Antwoord 8
Het sociale verzekeringsloon (SV-loon) is het deel van het loon waar belastingen en
premies over worden betaald. UWV gebruikt het SV-loon onder andere om het dagloon
en het maanmanloon mee vast te stellen. Deze gegevens worden door de werkgever doorgegeven
aan de Belastingdienst, hierna zijn deze data voor uitvoeringsorganisaties inzichtelijk
in de polisadministratie. In de correctieoperatie die UWV nu aan het opzetten is,
zal UWV van 43.000 uitkeringsgerechtigden per individu bekijken of er een fout is
gemaakt in de vaststelling van het dagloon. Vervolgens worden geïdentificeerde fouten
hersteld. Ook werkt UWV aan verbetering van de kwaliteit van de vaststelling van het
dagloon. Op dit moment wordt nog onderzoek gedaan naar de kwaliteit van het vaststellen
van het maatmanloon. Hierover informeer ik uw Kamer in april.
Vraag 9
Op welke manier is vastgesteld dat het om 43.000 mensen gaat? Kunt u uitsluiten dat
er meer gedupeerden zijn?
Antwoord 9
UWV heeft een analyse afgerond waarbij van lopende WIA-uitkeringen van uitkeringsgerechtigden
die in de periode 2020 – 2024 zijn ingestroomd bekeken is of er een kans bestaat op
een fout. Dit zijn 220.000 lopende uitkeringen. De basis voor de analyse is een onderzoek
naar verschillende situaties die kunnen leiden tot een fout in de dagloonberekening.
Uit dat onderzoek kwamen meer dan dertig situaties naar voren. UWV heeft vervolgens
onderzocht hoe vaak deze situaties bij alle 220.000 mensen voorkomen. Hieruit is gebleken
dat dit bij 43.000 dossiers het geval is. Deze dossiers zullen vanuit de correctieorganisatie
individueel onderzocht worden, om te kijken of er daadwerkelijk een fout gemaakt is.
UWV heeft een gedegen onderzoek uitgevoerd waarbij zowel het proces als de uitkomsten
van de analyse met externe experts is gevalideerd.
Vraag 10
Hoe verhoudt het aantal 43.000 zich tot het bericht7 dat alleen al wat betreft de fouten met de eerste indexatie tenminste 84.000 dossiers
doorgespit moesten worden, te beginnen met 53.000 lopende dossiers? Is dit reeds afgerond?
Zo niet, hoe is het aantal van 43.000 dan vastgesteld?
Antwoord 10
UWV gaat 43.000 lopende uitkeringen individueel onderzoeken om te kijken of er sprake
is van fouten bij de dagloonberekeningen. Het AD-artikel waar aan gerefereerd wordt
heeft betrekking op fouten die gemaakt zijn bij de indexatie van het dagloon. UWV verwacht dat er bij die indexatie fouten zijn gemaakt in de
periode 2006 – 2022. UWV moet voor de correctie van die fouten ongeveer 53.000 dossiers
controleren, waarvan de verwachting is dat er in ongeveer 2.600 de indexering niet
is toegepast. Indien een uitkering is gestart vanaf 1 januari 2020 loopt deze controle
mee in de brede correctieoperatie.
Vraag 11
Kunt u deze vragen afzonderlijk en binnen een week beantwoorden?
Antwoord 11
De vragen heb ik zo goed en zo snel als mogelijk afzonderlijk beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.