Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Eerdmans en Six Dijkstra over het bericht 'De Vonk nodigt omstreden pro-Palestijnse activist Khatib uit voor politiek evenement’
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) en het lid Six Dijkstra (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «De Vonk nodigt omstreden pro-Palestijnse activist Khatib uit voor politiek evenement» (ingezonden 30 december 2024).
Antwoord van Minister Van Weel (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 31 januari 2025)Z.
ie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 1072.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «De Vonk nodigt omstreden pro-Palestijnse activist Khatib
uit voor politiek evenement»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
In hoeverre vindt u het problematisch dat na meerdere universiteiten ook een politieke
partij de zeer omstreden Mohammed Khatib uitnodigt en wil laten spreken op haar bijeenkomst?
Antwoord 2
Voor haatzaaien en het verheerlijken van geweld is geen plaats in Nederland. De heer
Khatib, en de organisatie Samidoun waar hij lid van is, legitimeert, vergoelijkt en
verheerlijkt geweld tegen de staat Israël, waaronder geweld door organisaties die
op de terrorisme sanctielijst van de Europese Unie staan. Betrokkene heeft ook actief
zijn steun uitgesproken voor terroristische organisaties. Deze uitspraken kunnen een
radicaliserend effect hebben. Dit heeft er in oktober 2024 toe geleid dat betrokkene
vreemdelingrechtelijk gesignaleerd staat. Dit betekent dat betrokkene zal worden geweerd
indien hij Nederlands grondgebied wil betreden of hier wordt aangetroffen. Er is in
onze rechtsstaat ruimte om scherpe discussies te voeren en hiertoe bijeenkomsten te
organiseren, maar altijd binnen de grenzen van de wet. Een politieke partij is zelf
verantwoordelijk voor bijeenkomsten die zij organiseren en ook zij wordt geacht te
zorgen dat deze plaatsvinden binnen de grenzen van de wet en – in het bijzonder –
die gelden voor een beoogd spreker.
Vraag 3, 4 en 7
Welke mogelijkheden heeft u om te voorkomen dat de Mohammed Khatib fysiek dan wel
online kan spreken bij bijeenkomsten in Nederland en specifiek de bijeenkomst op 13 januari
2025?
Deelt u de mening dat wanneer er een inreisverbod geldt voor een persoon het eveneens
onwenselijk is dat deze persoon online op een bijeenkomst kan spreken? Zo ja, welke
stappen bent u voornemens te nemen om in de toekomst te voorkomen dat dit plaatsvindt?
Ontbreken er in uw optiek nog juridische instrumenten om sprekers met extremistische
boodschappen structureel en blijvend te weren? Zo ja, welke zijn dat?
Antwoord 3, 4 en 7
Er zijn verschillende mogelijkheden om personen die naar Nederland willen komen om
hier extremistisch gedachtegoed te verspreiden fysiek te weren. Dit kan bijvoorbeeld
– binnen de daarvoor bestaande wet- en regelgeving – door het weigeren van een visum,
een signalering in het Schengeninformatiesysteem of het opleggen van een ongewenstverklaring
door de IND. De Minister van Asiel en Migratie heeft, in samenspraak met mij, de betrokkene
op 25 oktober 2024 gesignaleerd. Dit betekent dat betrokkene zal worden geweerd indien
hij Nederlands grondgebied wil betreden of hier wordt aangetroffen. Deze signalering
is nog steeds van kracht.
Als iemand in verband kan worden gebracht met terroristische activiteiten of de ondersteuning
hiervan kan ik op basis van de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding,
met het oog op de bescherming van de nationale veiligheid, vrijheidsbeperkende maatregelen
opleggen, zoals een gebiedsverbod.
Verder zijn uitingen die in de fysieke wereld strafbaar zijn, ook online strafbaar.
Zo kan het Openbaar Ministerie, zodra blijkt dat er (vermoedelijk) strafbare uitlatingen
zijn gedaan, besluiten om online sprekers te vervolgen die dergelijke boodschappen
online uiten. Ook heeft de Autoriteit online Terroristisch en Kinderpornografisch
Materiaal de bevoegdheid verwijderbevelen te sturen indien er online terroristische
content wordt verspreid. Die content dient dan binnen één uur te worden verwijderd.
Het recht op vrijheid van meningsuiting biedt tegelijkertijd een hoge mate van bescherming
voor (online) uitingen, ook als deze op veel weerstand in de samenleving stuiten.
Uit recente jurisprudentie blijkt dat de rechter bij de beoordeling van de proportionaliteit
van het fysiek weren van sprekers ook de omstandigheid meeweegt dat sprekers nog steeds
de mogelijkheid hebben om uitlatingen op een andere wijze te delen, zoals online.2
Ik deel uw mening dat wanneer in het kader van de openbare orde en nationale veiligheid
een spreker de toegang tot Nederland is geweigerd, het eveneens onwenselijk is dat
diegene online spreekt. Daarom spoor ik de internetsector aan meer te doen om het
internet veilig te houden. Gezien de dreiging van online extremisme en terrorisme
is het namelijk van belang dat de internetsector naast bestaande wet en -regelgeving,
proactieve maatregelen treft om deze dreiging tegen te gaan. Om dit te bevorderen
zal ik in Europees verband inzetten op het verkennen van een zorgplicht, waardoor
het instellen van proactieve maatregelen mogelijk sneller gerealiseerd kan worden.
Daarnaast zet ik in op het weerbaarder maken van internetgebruikers tegen deze online
extremistische boodschappen. Over deze inspanningen heb ik uw Kamer recent geïnformeerd
middels de nadere uitwerking Versterkte Aanpak Online inzake extremistische en terroristische
content.3
Tegelijkertijd zie ik ook dat deze maatregelen niet altijd voldoende zijn om te voorkomen
dat extremistische sprekers hun schadelijke boodschappen online verspreiden. Ik wil
de komende tijd verkennen of er in het kader van nationale veiligheid mogelijkheden
zijn om het handelingsperspectief te verbreden. Ik zal uw Kamer over de uitkomsten
hiervan informeren.
Vraag 5
Hoe bent u voornemens uitvoering te geven aan de motie van het lid Eerdmans c.s. over
er alles aan te doen om sprekers met extremistische boodschappen de toegang tot Nederland
te ontzeggen zolang het netwerk Samidoun nog niet verboden is?4
Antwoord 5
Voor vreemdelingen die naar Nederland komen om hier extremistisch gedachtegoed te
verspreiden en die daarmee een gevaar vormen voor de openbare orde en nationale veiligheid,
is in Nederland geen plaats. Zoals op verschillende momenten met uw Kamer is gewisseld,
is het kabinet er daarom alles aan gelegen om op te treden tegen deze sprekers.5 Conform Europese en nationale regelgeving kunnen personen die een gevaar vormen voor
de openbare orde of nationale veiligheid, belet worden om toegang te krijgen tot Nederland.
Dit dient per geval te worden beoordeeld. Bij deze beoordeling baseert de IND zich
op beschikbare informatie, zoals een duiding van de NCTV, een ambtsbericht van de
AIVD en/of informatie uit de lokale driehoek. Dit is staande praktijk en zet het kabinet
voort.
Vraag 6
Bent u bereid om met de burgemeester van Amsterdam in gesprek te gaan om te voorkomen
dat Mohammed Khatib zowel online als offline kan spreken?
Antwoord 6
Ik wijs nogmaals op het feit dat betrokkene staat gesignaleerd en dat betekent dat
hij zal worden geweerd indien hij Nederland wil betreden of hier wordt aangetroffen.
Daarbij is het aan de organisatoren van een evenement om te voorkomen dat extremistische
sprekers een podium krijgen. Het lokaal bestuur is verantwoordelijk voor de handhaving
van de openbare orde en maakt daarin een eigen afweging. Voor wat betreft het online
weren van sprekers verwijs ik naar de beantwoording van vragen 3, 4 en 7. Tot slot
wil ik opmerken dat, gelet op de eerdere extremistische uitlatingen van de heer Khatib,
ik het onwenselijk acht dat hem een podium wordt geboden.
Vraag 8
Kunt u deze vragen binnen een week beantwoorden?
Antwoord 8
De vragen zijn zo spoedig mogelijk beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.