Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Beckerman en Van Nispen over het bericht ‘Criminelen vroegen studiefinanciering aan op naam van Helmondse vrouw: rechter geeft minister veeg uit de pan’
Vragen van de leden Beckerman en Van Nispen (SP) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Criminelen vroegen studiefinanciering aan op naam van Helmondse vrouw: rechter geeft Minister veeg uit de pan» (ingezonden 13 december 2024).
Antwoord van Minister Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 30 januari
2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 904.
Vraag 1
Kunt u uitleggen hoe het Ministerie van Onderwijs en de Dienst Uitvoering Onderwijs
(DUO) zich positioneren ten opzichte van de bevindingen van de rechtbank Oost-Brabant,
die stelt dat het ministerie onvoldoende controle heeft uitgeoefend op de aanvragen
voor studiefinanciering en daardoor fraude met studiefinanciering mogelijk werd?1
Antwoord 1
In 2018 vond een samenloop van omstandigheden plaats waardoor de in het artikel beschreven
fraude met studiefinancieringsaanvragen kon plaatsvinden.
Het gaat om het volgende. DUO hanteert standaard een periode van verantwoord vertrouwen
rondom de inschrijving waarbij eerst studiefinanciering wordt uitgekeerd en later
gecontroleerd. Vanwege een transitie naar een nieuw systeem was het in een korte periode
van begin juli 2018 tot eind augustus 2018 mogelijk om met terugwerkende kracht vanaf
september 2017 studiefinanciering aan te vragen en te ontvangen. Het betreft dus één
momentopname waarin de controles niet goed op elkaar stonden afgesteld. Het controlesysteem
is kort nadat de foutieve afstelling is ontdekt, direct hersteld. De fraude zoals
die toen plaatsvond, is sindsdien niet meer mogelijk.
Vraag 2
Wat is uw reactie op de uitspraak dat de Minister onterecht de studiefinanciering
op een slachtoffer heeft proberen te verhalen, en welke stappen onderneemt het ministerie
om schadevergoeding te regelen voor slachtoffers van identiteitsfraude zoals in dit
geval?
Antwoord 2
Identiteitsfraude is een serieuze zaak en als mensen daar slachtoffer van worden is
dat altijd een bijzonder vervelende situatie. Daar moeten we als overheid oog voor
hebben.
Deze zaak is onderdeel van een groter geheel waarin in totaal in 48 gevallen in deze
periode onterecht studiefinanciering is uitgekeerd door DUO vanwege identiteitsfraude.
Wat in deze gevallen meespeelde is dat op basis van informatie van de FIOD bleek dat
de personen betrokken bij deze 48 identiteitsfraudezaken zelf baat hebben gehad bij
het verstrekken van hun identiteitsgegevens. Op het moment dat een persoon zelf heeft
meegewerkt aan de identiteitsfraude, bijvoorbeeld door het vrijwillig verstrekken
van de identiteitsgegevens (al dan niet tegen een vergoeding), kan deze persoon niet
geheel als slachtoffer worden gezien. De schade kan in die gevallen over het algemeen
door de persoon wel worden verhaald op de dader. Het is dan ook geen gegeven dat schulden
bij identiteitsfraude altijd moeten worden kwijtgescholden, dat vraagt een zorgvuldige
afweging van alle feiten.
In deze specifieke zaak bleek dat echter niet op te gaan voor het slachtoffer, zo
bleek tijdens de procedure bij de rechtbank. De identiteitsgegevens waren niet door
de persoon zelf verstrekt, maar ontvreemd. De rechter heeft in deze zaak dan ook geoordeeld
dat DUO onterecht de schulden van deze persoon niet heeft kwijtgescholden. Daar kan
ik mij in vinden. De schulden van deze persoon, die zijn gemaakt met de identiteitsfraude,
worden kwijtgescholden.
Naar aanleiding van deze zaak heeft DUO in het beleid opgenomen dat op het moment
dat sprake is van identiteitsfraude er altijd een gesprek plaats vindt met de betrokken
persoon. Op die manier kan een zo goed mogelijk beeld worden verkregen van de omstandigheden.
Vraag 3
Hoe kan het dat DUO in 2018 studiefinanciering heeft verstrekt zonder het vereiste
bewijs van inschrijving bij een onderwijsinstelling te ontvangen, zoals vastgesteld
door de rechtbank? Bent u het met de slachtoffers eens dat het ministerie hierin gefaald
heeft?
Antwoord 3
Door een ongelukkige samenloop van omstandigheden stonden de controlesystemen van
DUO niet goed afgesteld. DUO hanteert standaard een periode van verantwoord vertrouwen
rondom de inschrijving waarbij eerst studiefinanciering wordt uitgekeerd en later
gecontroleerd. Het is vanwege een transitie naar een nieuw systeem alleen in een korte
periode van begin juli 2018 tot eind augustus 2018 mogelijk geweest om met terugwerkende
kracht vanaf september 2017 studiefinanciering aan te vragen en te ontvangen. Dat
had niet moeten gebeuren.
Vraag 4
Wat is het beleid van het ministerie ten aanzien van de beveiliging van DigiD-gegevens
en het voorkomen van identiteitsfraude bij de aanvraag van studiefinanciering, en
wordt er voldoende gedaan om gebruikers bewust te maken van de risico’s?
Antwoord 4
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en Logius, de beheerder
van DigiD, werken nauw samen met (overheids-)organisaties bij vermoedens van misbruik
van DigiD. Zodra er een signaal is (van burger, afnemer of eigen onderzoek) van mogelijk
misbruik of oneigenlijk gebruik van DigiD zal Logius dit onderzoeken en aan de burger
en betreffende (overheids-) organisatie laten weten. Logius treft uitgebreide maatregelen
om mogelijk misbruik en oneigenlijk gebruik te detecteren. Indien nodig wordt ook
het DigiD van een burger ingetrokken om verdere misbruik en oneigenlijk gebruik te
voorkomen. De burger wordt hier dan direct over geïnformeerd. De burger kan dan een
nieuw DigiD-account aanvragen.
Daarnaast wordt een burger altijd geadviseerd om bij het vermoeden van misbruik of
oneigenlijk gebruik zijn of haar wachtwoord voor DigiD te wijzigen. Dit kan via MijnDigiD
of de DigiD-helpdesk. Een burger kan via MijnDigiD ook zijn gebruiksgeschiedenis inzien.
Mocht er een verdachte inlogpoging zijn gedaan bij een (overheids-)organisatie, dan
wordt de burger geadviseerd om contact op te nemen met de DigiD-helpdesk en de (overheids-)organisatie
waar hij of zij is ingelogd. Zij controleren dan samen met de burger of er zaken zijn
gewijzigd. Wanneer er sprake is van identiteitsfraude kunnen burgers een melding doen
bij het Centraal Meldpunt Identiteitsfraude (CMI). Het CMI biedt ondersteuning aan
de burger en kan schakelen met ketenpartners zoals de Belastingdienst, politie of
RDW. Daarnaast biedt het CMI voorlichting aan burgers wat betreft het herkennen en
voorkomen van identiteitsfraude.
Tot slot kunnen burgers misbruik van hun DigiD-account door derden voorkomen door
veiliger in te loggen. Dit kan bijvoorbeeld door het toevoegen van twee-factorauthenticatie
(sms) aan het DigiD-account of de ID-check toe te voegen aan de DigiD-app.
Vraag 5
Hoe komt het dat er geen actie is om de schade te verhalen op de werkelijke daders
van de fraude, en welke maatregelen neemt het ministerie om slachtoffers van fraude
in de toekomst beter te ondersteunen?
Antwoord 5
DUO is voornemens de civielrechtelijk schade in deze specifieke casus te verhalen
op de daders, nu de schade voor de overheid zich hier heeft gemanifesteerd door het
kwijtschelden van de studieschuld. Hiermee is immers vast komen te staan dat de studieschuld
niet zal worden terugbetaald door de oud-student. Die schade kan verhaald worden op
de daders.
Daarnaast heeft DUO naar aanleiding van deze zaak in het beleid opgenomen dat op het
moment dat sprake is van identiteitsfraude er ook altijd ingezet wordt op een gesprek
met de student. Op die manier kan, naast andere beschikbare informatie zoals de aangifte
van identiteitsfraude, een zo compleet mogelijk beeld worden verkregen van de omstandigheden
voordat DUO een beslissing neemt.
Vraag 6
Hoe heeft het ministerie de controlemechanismen van DUO versterkt sinds deze fraudezaak,
en welke maatregelen worden er getroffen om soortgelijke incidenten in de toekomst
te voorkomen?
Antwoord 6
Zoals in het antwoord op vraag 1 aangegeven, betrof het hier een samenloop van omstandigheden
door de transitie naar nieuwe systemen. Het betreft dus één momentopname waarin de
controles niet goed op elkaar stonden afgesteld. Het controlesysteem is kort nadat
de foutieve afstelling is ontdekt, direct hersteld. De fraude zoals die toen plaatsvond,
is sindsdien dan ook niet meer mogelijk. Dat sluit evenwel niet uit dat er DigiD-fraude
gepleegd kan worden wanneer iemand zelf meewerkt of toestemming verleend.
Vraag 7
De rechtbank concludeert dat de Minister geen rechtsgrond had om een voorschot op
studiefinanciering te verstrekken. Kunt u aangeven waarom de Minister, ondanks het
ontbreken van een wettelijke basis, besloot om voorschotten te betalen en wat dit
betekent voor de rechtspositie van studenten die in soortgelijke situaties verkeren?
Antwoord 7
DUO controleert de inschrijving aan de onderwijsinstelling na 70 dagen. Dat doet DUO
om te voorkomen dat de inschrijving nog niet volledig is geregistreerd door de onderwijsinstelling
en een student in de eerste maand(en) geen studiefinanciering zou kunnen ontvangen.
Dat zou tot grote financiële problemen bij de student kunnen leiden. Mocht na 70 dagen
nog geen inschrijving aanwezig zijn, dan wordt de studiefinanciering niet langer toegekend
en het uitgekeerde bedrag terug gevorderd.
Ik bestudeer momenteel de uitspraak van de rechter op dit punt en of dit gevolgen
heeft voor dit beleid.
Vraag 8
Hoe zorgt het ministerie ervoor dat slachtoffers van identiteitsfraude niet ten onrechte
als fraudeurs worden behandeld? Wat gaat het ministerie doen om dergelijke fouten
in de toekomst te voorkomen?
Antwoord 8
Identiteitsfraude is, zoals gezegd, een serieuze zaak en daar moeten we als overheid
oog voor hebben. Het is echter niet in alle gevallen van identiteitsfraude zo dat
het slachtoffer geen blaam treft, bijvoorbeeld wanneer iemand zelf identiteitsgegevens
aanbiedt en daarvoor een vergoeding ontvangt. Daarom moet er altijd zorgvuldig gekeken
worden naar de individuele situatie en alle relevante feiten. DUO heeft daarom naar
aanleiding van deze zaak in het beleid opgenomen dat op het moment dat sprake is van
identiteitsfraude, er altijd ingezet wordt op een gesprek met de student. Op die manier
kan een zo goed mogelijk beeld worden verkregen van de omstandigheden.
Vraag 9
Kunt u een lijst geven van andere mechanismes binnen het DUO-systeem die op gelijke
wijze gevoelig zijn voor misbruik door oplichters?
Antwoord 9
Het is altijd belangrijk dat mensen hun DigiD gegevens geheim houden. Daarmee wordt
voorkomen dat iemand met verkeerde intenties gebruik kan maken van bijvoorbeeld studiefinanciering.
De werkwijze die hier wordt gevolgd is specifiek voor dit proces van het controleren
van de inschrijving van studenten aan een onderwijsinstelling.
Door de eerder genoemde ongelukkige samenloop van omstandigheden kon het gebeuren
dat voor een korte periode grotere bedragen studiefinanciering met terugwerkende kracht
konden worden aangevraagd. Dit is direct na het ontdekken van deze fout hersteld.
Het gaat dus om een specifiek proces dat niet op andere plekken binnen DUO voorkomt.
Vraag 10
Wat is uw mening over de toegang tot het recht voor studenten? Zou dit volgens u verbeterd
kunnen worden? Zo ja, hoe?
Antwoord 10
Studenten en oud-studenten hebben in het kader van het studiefinancieringsstelsel
te maken met publiekrechtelijke besluiten. Het is altijd mogelijk om bezwaar aan te
tekenen tegen deze besluiten en, mocht dat niet voldoende zijn, een beroepszaak in
te stellen bij de rechtbank. Dit gebeurt ook door studenten en oud-studenten. Na de
beroepszaak kan nog hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.
Studenten kunnen uiteraard ook juridische hulp of advies inroepen. Daarbij kan bijvoorbeeld
gedacht worden aan vakbonden, het Landelijk Studenten Rechtsbureau of het Juridisch
Loket.
Ik heb geen signalen dat deze routes niet goed toegankelijk zouden zijn voor (oud-)studenten
en zie dan ook geen aanleiding om hier op dit moment iets in te veranderen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.