Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Diederik van Dijk over het bericht ‘De kapper pochte in de salon dat hij de IND had bedonderd met een schijnhuwelijk, maar de immigratiedienst trof geen maatregelen’
Vragen van het lid Diederik van Dijk (SGP) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht «De kapper pochte in de salon dat hij de IND had bedonderd met een schijnhuwelijk, maar de immigratiedienst trof geen maatregelen» (ingezonden 12 juni 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 1 juli
2024).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «De kapper pochte in de salon dat hij de IND
had bedonderd met een schijnhuwelijk, maar de immigratiedienst trof geen maatregelen»
in het NRC van 12 juni jl.?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
In hoeverre herkent u de in het artikel geschetste signalen van fraude bij toekenning
van verblijfsvergunningen door de IND?
Antwoord 2
In zijn algemeenheid geldt dat er voor mensen veel aan gelegen is om in het bezit
te komen van een verblijfsvergunning voor zichzelf of voor anderen. Dat kan in een
enkel geval ook gepaard gaan met frauduleus handelen. De IND is daar zeker beducht
op maar kan het tegelijkertijd gelet op de hoeveelheid aanvragen die de IND jaarlijks
afhandelt niet altijd uitsluiten of voorkomen.
Vraag 3
Welke mogelijkheden zijn er voor IND-medewerkers om signalen van fraude te melden
bij de IND en het Ministerie van Justitie en Veiligheid, en hoe wordt hiermee omgegaan?
Antwoord 3
Binnen de IND kunnen vermoedens van fraude bij inhoudelijke casuïstiek/bij aanvragers
gemeld worden bij het Handhavingsinformatieknooppunt. Vermoedens van fraude door een
IND-medewerker kunnen gemeld worden bij de eigen leidinggevende, het Bureau Integriteit
of bij een vertrouwenspersoon. Meldingen worden opgepakt zoals beschreven in Bijlage 11
van het JenV Personeelsreglement.
Voor alle medewerkers van JenV geldt dat bij zowel misstanden als andere (vermoedens
van) integriteitsschendingen de Centrale Coördinator Integriteit kan worden ingeschakeld.
Bij mogelijke financiële integriteitsschendingen is er sprake van een aanvullende
meldprocedure. Het voorgaande wordt conform de procedure «melding financiële en materiële
integriteitsschendingen» bij JenV afgehandeld. Vermeende misstanden kunnen daarnaast
ook gemeld worden bij de Integriteitscommissie JenV.
Vraag 4
Hoe reageert u op de berichtgeving dat de IND nadere informatie over mogelijke fraude
tijdens het onderzoek ontving, maar dat dit verder niet werd uitgezocht door de IND
en het Ministerie van Justitie en Veiligheid?
Antwoord 4
Naar aanleiding van een melding met betrekking tot een integriteitsschending is door
de IND intern onderzoek gedaan volgens de daarvoor geldende protocollen. Daarna heeft
de Integriteitscommissie JenV eveneens onderzoek gedaan naar deze melding. In het
onderzoek heeft de Integriteitscommissie geconcludeerd dat het uitgevoerde interne
onderzoek door de IND inhoudelijk voldoende duidelijkheid heeft opgeleverd. Er blijkt
daaruit geen bewijs voor een misstand.
Advies-over-een-vermoedelijke-integriteitsschending-door-leidinggevenden-en-benadeling-na-interne-melding.pdf
(meldpuntintegriteitjenv.nl)
Na afronding van het onderzoek van de commissie heeft de IND van hen een signaal gehad
over aanvullende informatie. De inhoud hiervan is voor het eerst op maandag 10 juni
jl. door de Interdepartementaal Bijzonder Vertrouwenspersoon met de IND gedeeld. Op
grond van deze aanvullende, nieuwe informatie heeft de IND besloten om een vervolgonderzoek
te starten.
Vraag 5
Deelt u de mening dat signalen van fraude te allen tijde serieus moeten worden onderzocht?
Antwoord 5
Ja. De IND neemt meldingen met betrekking tot misstanden en integriteitsschendingen
altijd serieus. Er zijn heldere protocollen en verschillende manieren om melding te
doen van een vermeende misstand (zowel intern als extern).
Vraag 6
Bent u bereid alsnog opdracht te geven voor nader onderzoek naar de aanvullende informatie
over mogelijke fraude?
Antwoord 6
Er wordt een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd onder opdrachtgeverschap van de waarnemend
secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie en Veiligheid.
Vraag 7
Welke maatregelen zijn getroffen of bent u voornemens te treffen naar aanleiding van
deze berichtgeving ter voorkoming van fraude?
Antwoord 7
De IND wacht de bevindingen van het vervolgonderzoek af en zal die bestuderen alvorens
conclusies te trekken. Ik wil daar niet op vooruit lopen.
Vraag 8
Wilt u deze vragen beantwoorden voor het commissiedebat over Vreemdelingen- en asielbeleid
van 26 juni a.s.?
Antwoord 8
Ja. Het debat is verplaatst naar een later moment.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.