Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Ceder en Dobbe over ontwikkelingen in Jemen
Vragen van de leden Ceder (ChristenUnie) en Dobbe (SP) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over ontwikkelingen in Jemen (ingezonden 5 juni 2024).
Antwoord van Minister Bruins Slot (BZ) van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel
en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen 28 juni 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met de recente oproep van 190 humanitaire organisaties die actief zijn
in Jemen die vragen om duurzame steun om de grote noden in het land tegen te gaan?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe reageren Nederland en de Europese Unie (EU) op deze oproep? Is er bereidheid om
meer humanitaire hulp te bieden?
Antwoord 2
Nederland is zich bewust van de hoge noden in Jemen en is sinds jaren een substantiële
humanitaire donor. De afgelopen jaren was Nederland een grote donor van het humanitaire
fonds voor Jemen van de VN (Country Based Pooled Fund). Met ingang van vorig jaar
is besloten tot een meerjarige bijdrage aan het fonds van 10 miljoen euro per jaar.
Daarnaast steunt Nederland de Dutch Relief Alliance (DRA). De bijdrage aan de Joint
Response van de DRA voor Jemen bedraagt 24 miljoen euro in de periode 2024 t/m 2026.
In de Kamerbrief over humanitaire hulp en diplomatie van april 2024 maakte het kabinet
de verdeling van het humanitaire budget voor 2024 bekend. Naast deze bijdragen is
de financiële ruimte beperkt en wordt momenteel geen additionele financiële bijdrage
voor Jemen overwogen. De bijdrage van ECHO, het humanitaire programma van de EU, voor
Jemen wordt jaarlijks vastgesteld. In 2024 is die bijdrage 125 miljoen euro.
Vraag 3
Bent u bekend met de grote zorgen die de speciale gezant van de Verenigde Naties (VN)
voor Jemen heeft over de vredesonderhandelingen in het land?2
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Hoe kunnen de EU en Nederland eraan bijdragen dat de vredesonderhandelingen in Jemen
een nieuwe impuls krijgen? Wordt hier op ingezet?
Antwoord 4
In Jemen heeft het jarenlange conflict tussen verschillende rivaliserende partijen
geleid tot een van de ergste humanitaire rampen ter wereld. Een stabiel en vreedzaam
Jemen is in Nederlands en Europees belang. Nederland zet zich daarom in voor een rechtvaardig
en inclusief vredesproces onder leiding van de VN. Eind vorig jaar kondigde de VN
speciale gezant voor Jemen Hans Grundberg aan dat alle strijdende partijen overeenstemming
hadden bereikt over de te zetten stappen voor de beëindiging van de burgeroorlog.
De verslechterde veiligheidssituatie in Jemen en de ontwikkelingen in de Rode Zee
dragen er echter aan bij dat een formeel vredesakkoord vooralsnog uitblijft. Nederland
blijft het mandaat van de VN gezant ondersteunen en in multilateraal verband voortdurend
aandacht vragen voor dit vergeten conflict.
Vraag 5
Herinnert u zich de twee jaar geleden aangenomen motie die de Nederlandse regering
verzoekt zich in te spannen voor hervatting van VN-onderzoek naar oorlogsmisdaden
in Jemen?3
Antwoord 5
Ja.
Vraag 6
Kunt u aangeven wat is gedaan om deze motie uit te voeren?
Antwoord 6
Aan deze motie is op verschillende momenten uitvoering gegeven. Zo heeft Nederland
op ministerieel niveau in VN-verband aandacht gevraagd voor het tegengaan van straffeloosheid
voor oorlogsmisdaden in Jemen, onder meer tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde
Naties. Ook heeft Nederland zich de afgelopen twee jaar in de VN-Mensenrechtenraad
ingezet voor onafhankelijk onderzoek naar en het tegengaan van straffeloosheid voor
gepleegde oorlogsmisdrijven in Jemen.
Vraag 7
Kunt u, nu Nederland weer in de Mensenrechtenraad van de VN zit, daar een nieuwe poging
doen om te komen tot onderzoek naar oorlogsmisdaden in Jemen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Nederland heeft zich de afgelopen jaren in de VN-Mensenrechtenraad ingezet voor onafhankelijk
onderzoek naar oorlogsmisdrijven in Jemen. Helaas bleek in de Mensenrechtenraad onvoldoende
draagvlak om dit te concretiseren in resolutieteksten. Wel is een verlenging van technische
ondersteuning aan de nationale onderzoekscommissie in Jemen (NCOI) gerealiseerd. Nederland
blijft zich – ook als lid van de Mensenrechtenraad – samen met gelijkgezinden inzetten
om het tegengaan van straffeloosheid in Jemen op de internationale agenda te houden.
Vraag 8
Kunt u nader toelichten waarom het aanvullend nationaal wapenexportcontrolebeleid
in de vorm van een zogeheten presumption of denial, dat onder andere gold voor Saudi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten, is afgeschaft?4
Antwoord 8
Graag verwijs ik u naar de Kamerbrief van 14 juli 20235 waarin uitgebreid wordt toegelicht waarom het aanvullend nationaal beleid, dat van
toepassing was op onder andere Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten, is
afgeschaft.
Vraag 9
Deelt u de zorgen dat wapenexport naar deze landen, die mogelijk verantwoordelijk
zijn voor oorlogsmisdaden in Jemen, uitermate zorgelijk blijft en kan bijdragen aan
nieuwe schendingen, zeker nu vredesonderhandelingen lijken te stagneren? Bent u het
ermee eens dat er geen aanleiding is wapenexportcontrole naar deze landen minder strikt
toe te passen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Het kabinet is zich ervan bewust dat de situatie in Jemen instabiel is en dat de vredesonderhandelingen
nog lopen. Het afschaffen van het nationaal beleid doet er niet aan af dat Nederland
scherp blijft toezien op het belang dat Nederlandse goederen niet worden gebruikt
in conflicten zoals in Jemen. Zoals wordt toegelicht in de Kamerbrief van 14 juli
2023 volstaat een strikte toets aan de bestaande kaders van het EU Gemeenschappelijk
Standpunt inzake wapenexportcontrole.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.