Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Podt en Bamenga over het bericht Kabinet versoepelde exclusief voor Schiphol de bestaande stikstofregels
Vragen van de leden Podt en Bamenga (beiden D66) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over het bericht ««Niet bewust getraineerd»; Kabinet versoepelde exclusief voor Schiphol de bestaande stikstofregels» (ingezonden 2 mei 2024).
Antwoord van Minister Van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof) (ontvangen 14 juni
2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1874
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Kabinet versoepelde exclusief voor Schiphol de bestaande
stikstofregels»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat bij het opkopen van bedrijven voor stikstofruimte, eerst gekeken
moet worden of de aanwezige stikstofruimte nodig is voor het herstellen van kwetsbare
natuur?2
Antwoord 2
Ja, ik was altijd al van mening dat dit moet gebeuren bij extern saldeertransacties
waar een overheidspartij bij betrokken is en dat is ook gebeurd. De RvS heeft in haar
uitspraak van februari jl. geoordeeld dat bij extern salderen tussen private partijen
eveneens getoetst moet worden op additionaliteit. Sindsdien volg ik deze lijn.
Vraag 3
Klopt het dat van de negen opgekochte boerenbedrijven alle stikstofruimte naar de
vergunning van Schiphol is gegaan en dat hierbij geen rekening is gehouden met kwetsbare
natuurgebieden in de buurt van de luchthaven? Zo ja, waarom is deze werkwijze toegepast
en bent u zich ervan bewust dat dit tegen de Programma Aanpak Stikstof (PAS-)uitspraak
ingaat?
Antwoord 3
Niet alle aangekochte stikstofruimte is benut voor activiteiten van Schiphol. Er is
wel degelijk afgeroomd overeenkomstig het daarover door mijn ambtsvoorganger vastgesteld
beleid.3 Dat betekent dat alleen gesaldeerd mag worden met depositie van de vergunde, feitelijke
gerealiseerde capaciteit en maximaal 70% van deze depositie benut kan worden voor
de luchthaven en minimaal 30% is afgeroomd. Dit gaat niet in tegen de PAS-uitspraak.
De PAS-uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van 29 mei 2019 maakt duidelijk
dat een maatregel die naar z’n aard ook geschikt is om te worden ingezet als instandhoudingsmaatregel
om in een Natura 2000-gebied de instandhoudingsdoelen te realiseren in de zin van
artikel 6, lid 1, van de Habitatrichtlijn of als passende maatregel om verslechtering
in het gebied te voorkomen in de zin van artikel 6, lid 2, Habitatrichtlijn, alleen
mag worden ingezet als mitigerende maatregel bij toestemmingverlening voor projecten
met mogelijk significante gevolgen in de zin van artikel 6, lid 3, Habitatrichtlijn
als dat aanvullend is aan hetgeen nodig is voor de natuur (additionaliteitstoets).
Uit de uitspraak Logistiek Park Moerdijk uit 2020 is vervolgens gebleken dat de overheid
alleen extern kan salderen na een additionaliteitstoets. Dat was wat mij betreft destijds
geen reden om aan te nemen dat extern salderen tussen private partijen ook moest worden
getoetst aan additionaliteit. Ik was daarvan overtuigd omdat alleen de overheid maatregelen
kan nemen in de zin van artikel 6, lid 1 en 2, Habitatrichtlijn, en niet een willekeurige
private partij.
Vraag 4
Bent u het ermee eens dat het zeer onwenselijk is om een onhoudbare vergunning te
verstrekken om tijd te rekken? Zo ja, waarom is dit dan toch gebeurd?
Antwoord 4
Ja dat zou inderdaad onwenselijk zijn. Dit is, anders dan u suggereert echter niet
het geval geweest.
Vraag 5
Bent u het ermee eens dat Schiphol niet anders behandeld dient te worden dan boeren
(of andere bedrijven) bij het verkrijgen van een natuurvergunning? Zo ja, waarom is
voor Schiphol dan een andere werkwijze toegepast en waarom krijgt dit bedrijf een
uitzonderingspositie?
Antwoord 5
Ik heb bij het verlenen van een natuurvergunning aan de luchthaven Schiphol niet anders
gehandeld dan bij het verlenen van andere natuurvergunningen, waar extern salderen
tussen private partijen onderdeel uitmaakte van de aanvraag om vergunning.
Vraag 6
Kunt u uiteenzetten waarom u denkt dat de vergunning zoals deze is verstrekt wel houdbaar
is?
Antwoord 6
Gelet op de lopende beroepsprocedure kan ik hierover geen inhoudelijke uitspraken
doen.
Vraag 7
Is het mogelijk nu al de natuurvergunning van Schiphol te herzien en daarmee niet
de uitspraak van de rechter af te wachten in de aangespannen procedures? Zo ja, bent
u daartoe bereid? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Het is mogelijk om een aanvullende motivering te leveren in beroep.
De wet voorziet voorts in de mogelijkheid om een herstelbesluit te nemen (op grond
van 6:19 Algemene wet bestuursrecht). Het beroep is in dat geval dan ook tegen een
dergelijk herstelbesluit gericht. Gelet op de lopende beroepsprocedure kan ik hierover
verder geen inhoudelijke uitspraken doen.
Vraag 8
Indien deze manier van vergunningen verstrekken wel houdbaar zou zijn, waarom wordt
deze dan niet toegepast voor bijvoorbeeld PAS-melders?
Antwoord 8
Door de recente uitspraak van de Raad van State is duidelijk geworden dat additionaliteit
moet worden getoetst bij elke extern saldeertransactie. Dit geldt voor alle initiatiefnemers
(zowel overheidspartijen als private partijen) die een overeenkomst ten behoeve van
extern salderen sluiten.
De inzet van het Rijk is om via bronmaatregelen van de Structurele Aanpak Stikstof
te komen tot legaliseren van PAS-melders. Tot nu toe heeft dit niet voldoende PAS-melders
geholpen. Daarom verken ik samen met provincies ook andere mogelijkheden.
In mijn brief van 12 april jl. heb ik aangegeven dat ik vind dat er onvoldoende snelheid
is op het legaliseren van PAS-meldingen. Daarom heb ik een verbreding van het programma
aangekondigd. De verbrede aanpak moet ertoe leiden dat meer PAS-melders sneller aan
een oplossing geholpen kunnen worden. De nieuwe lijnen die ik heb uitgezet en die
de komende tijd verder worden uitgewerkt zijn: maatwerk, vrijwillige beëindiging en
schadevergoeding. Ik blijf zoeken naar juridisch houdbare alternatieven waarmee meer
PAS-melders sneller geholpen kunnen worden.
Vraag 9
Kunt u toezeggen dat deze handelwijze niet toegepast zal worden op het verkrijgen
van een vergunning voor Rotterdam Airport en Eindhoven Airport?4
Antwoord 9
Bij het verlenen van nieuwe vergunningen waarbij sprake is van extern salderen toets
ik in alle gevallen aan additionaliteit conform de recente uitspraak van de hoogste
bestuursrechter.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van der Wal, minister voor Natuur en Stikstof
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.