Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kathmann over de slechte beveiliging van gemeentelijke websites
Vragen van het lid Kathmann (GroenLinks-PvdA) aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de slechte beveiliging van gemeentelijke websites: (ingezonden 5 maart 2024).
Antwoord van Staatssecretaris Van Huffelen (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties)
(ontvangen 3 juni 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1350.
Vraag 1
Kent u het bericht «Duizenden «vergeten» gemeentelijke websites in ontluisterende
staat»?1
Antwoord 1
Ja, ik heb hier kennis van genomen.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk is dat van de 10.000 gemeentelijke websites
slechts 28 procent aan de voor overheden verplichte beveiligingsstandaarden voldoet?
Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Ja, het is onwenselijk dat gemeentelijke websites niet voldoen aan de voor de overheden
verplichte beveiligingsstandaarden. Uit de meest recente Meting Informatieveiligheidstandaarden
overheid van Forum Standaardisatie blijkt echter dat 54% procent van de gemeentelijke
websites voldoen aan de veiligheidsstandaarden2. Overheden hebben de verantwoordelijkheid richting de burger om online overheidsinformatie
en diensten transparant, toegankelijk, betrouwbaar en veilig aan te bieden. Overheden
hebben daarbij een voorbeeldfunctie als het gaat om de informatiebeveiliging. Een
veilige website is daar onderdeel van.
Daarbij hoort onder meer dat overheden alle websites beveiligen volgens de wettelijke
verplichte standaarden (Wdo)3, en de informatieveiligheidsstandaarden van de «pas-toe-of-leg-uit»-lijst van het
Forum Standaardisatie toepassen, zoals ook is toegelicht in de beantwoording op eerdere
Kamervragen.4 Overheden hebben zichzelf met het gezamenlijke beveiligingsnormenkader voor de gehele
overheid, de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO), verplicht hun informatiesystemen,
waaronder websites, te beveiligen. In de BIO wordt benadrukt dat de overheid de standaarden
volgt die op de «pas toe of leg uit»-lijst van het Forum Standaardisatie staan.
Vraag 3
Deelt u de mening dat ook bij vergeten of niet meer gebruikte websites er wel degelijk
een gevaar kan ontstaan dat in het geval die websites niet aan de verplichte veiligheidsstandaarden
voldoen ze misbruikt kunnen worden om andere delen van een gemeentelijk netwerk binnen
te dringen en daar schade te veroorzaken? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Ja, om websites veilig te houden moeten ze continu beheerd worden. Zodra websites
niet meer beheerd worden ontstaat een grotere kans op misbruik van de website. Dat
betekent dat een website bijvoorbeeld gebruikt kan worden door een kwaadwillende om
zich voor te doen als een overheid, data te lekken of malware te verspreiden. Wat
het exacte risico is bij het niet naleven van een standaard hangt af van de situatie
en kan per website verschillen.
Vraag 4
Deelt u de mening dat overheden een voorbeeldfunctie hebben ook als het gaat om de
beveiliging van websites en het nakomen van regels dienaangaande? Zo ja, wat gaat
u doen om ervoor te zorgen dat gemeenten die voorbeeldfunctie gaan waarmaken? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 4
Ja, overheden hebben een voorbeeldfunctie als het gaat om de beveiliging van websites
en het volgen van de standaarden.
In opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties meet
het Forum Standaardisatie halfjaarlijks de implementatie van de standaarden. Zoals
ik in mijn Kamerbrief Digitalisering december 20235 heb toegelicht, blijkt uit de meest recente meting Informatieveiligheidstandaarden
overheid medio 20236 dat 54% van de gemeten gemeentelijke websites voldoet aan de afgesproken websitestandaarden
voor veilig en modern webverkeer (exclusief IPv6 en RPKI). Terwijl uit de meting blijkt
dat gemeenten het beter doen dan in 2022 is er nog steeds een groep achterblijvers
en volgt uit de meting dat er relatief slecht zicht is op domeinnamen van decentrale
overheden.
In het Overheidsbreed Beleidsoverleg Digitale Overheid (OBDO) zijn afspraken gemaakt
tussen het Rijk, VNG, IPO en UvW om te sturen op de voortgang en knelpunten om zo
per overheidsorganisatie de adoptie te versnellen. De voortgang zal twee keer per
jaar geagendeerd worden in het OBDO.
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zet zich ook in voor
beter domeinportfoliobeheer. Portfoliobeheer draagt niet alleen bij aan de veiligheid
van een website, maar ook bij aan het naleven van wet- en regelgeving voor digitoegankelijkheid
en het voorkomen van online tracking.
In dit kader werkt het ministerie aan het Register Internetdomeinen Overheid (RIO).
Vanaf eind 2023 zijn in het RIO de publieke internetdomeinen van de rijksoverheid
geregistreerd. In 2024 krijgen medeoverheden de mogelijkheid hun (publieke) portfolio
aan internetdomeinen op deze centrale plek vast te leggen. Het register kan gebruikt
worden om te beoordelen of je te maken hebt met een overheidswebsite of niet.
Daarnaast steun ik het initiatief op basisbeveiliging.nl van de Internet Cleanup Foundation
(ICF). Op deze website is met open data voor iedereen in te zien wat de stand is van
de publiek meetbare digitale beveiliging van websites van overheidsorganisaties. Organisaties
kunnen zich hieraan spiegelen en optrekken. ICF houdt ook regelmatig bijeenkomsten
om te kijken welke websites van de overheid nog niet geïndexeerd zijn.
Om samen te werken aan een veiligere digitale samenleving vind ik het van belang dat
beveiligingsonderzoekers kwetsbaarheden melden bij de desbetreffende overheidsorganisatie.
Onbeheerde websites vallen daar ook onder. Onderzoekers kunnen de contactgegevens
en afspraken vinden in een zogenaamde security.txt. Dit bestand moet verplicht publiek
worden gepubliceerd. Daarnaast kunnen meldingen voor gemeenten ook direct gedaan worden
via de Informatiebeveiligingsdienst (IBD).
Vraag 5
Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat een van de redenen dat gemeenten laks
omspringen met (de beveiliging van) vergeten of niet gebruikte websites is dat er
niet gehandhaafd wordt op beveiligingseisen? Zo ja, wat gaat u doen om ervoor te zorgen
dat er gehandhaafd wordt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Het is onwenselijk dat gemeenten nog niet voldoen aan de verplichte beveiligingseisen.
Zeker wanneer overheidsorganisaties niet aan de wettelijke verplichte veiligheidstandaarden
voldoen. Zoals aangegeven in beantwoording van vraag 7 zijn gemeentes bezig met het
implementeren van de standaarden. Vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties wordt hierop gemonitord7 door een meting van het Forum Standaardisatie. In het kader van de Wet digitale overheid
(Wdo) ben ik aan het verkennen hoe het toezicht op de wettelijke verplichte standaarden
steviger kan worden ingericht. Door het niet toepassen van verplichte standaarden,
lopen overheidsorganisaties een beveiligingsrisico.
Vraag 6
Wat gaat de Network and Information Security Directive (NIS2) voor gemeenten betekenen
als het om de beveiliging van hun websites gaat? Hoeveel gemeenten voldoen nu al aan
die richtlijn? Hoe groot acht u de kans dat gemeenten eind 2024 nog niet voldoen aan
de NIS2? En wat zijn de gevolgen daarvan?
Antwoord 6
In lijn met bestaande toepassing van de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO),
gaat de NIS2-richtlijn uit van de verantwoordelijkheid van organisaties zelf, zoals
gemeenten, om passende en evenredige maatregelen te nemen voor het beveiligen van
netwerk- en informatiesystemen. Waar de BIO zelfregulering is, leidt de toekomstige
Cybersecuritywet (de implementatiewet van NIS2) tot een wettelijk verplichte zorgplicht.
Overheden, waaronder gemeenten, worden met de Cybersecuritywet verplicht om significante
incidenten te melden bij het CSIRT en de toezichthouder. Ook kunnen gemeenten op vrijwillige
basis incidenten die niet kwalificeren als significant, bijna-incidenten en cyberdreigingen
melden bij het CSIRT. Deze incidenten en dreigingen kunnen gerelateerd zijn aan websites.
Tevens verplicht de Cybersecuritywet onafhankelijk toezicht. Voor de sector overheid
is stelseltoezicht op informatieveiligheid nieuw. Het gegeven dat er toezicht komt,
geeft overheidsorganisaties een extra prikkel om informatieveiligheid procesmatig
in te richten. De beoogde toezichthouder voor NIS2 bij de overheid is de Rijksinspectie
voor Digitale Infrastructuur (RDI) en zal beschikken over handhavingsbevoegdheden.
Het is tot slot niet goed mogelijk om betekenis te geven aan de vraag in hoeverre
gemeenten voldoen aan NIS2 en de kans dat gemeenten eind 20248 nog niet voldoen aan de NIS2. Gemeenten passen immers momenteel de Baseline Informatiebeveiliging
Overheid (BIO) toe binnen hun organisaties. Dit doen zij op basis van risicoafweging,
passend bij hun eigen specifieke situatie, en kan dus verschillen per gemeente. In
deze aanpak is informatiebeveiliging geen einddoel, maar een continu proces waarin
risicoanalyses worden geactualiseerd en maatregelen worden bijgesteld. Informatiebeveiliging
is en blijft een cyclisch proces.
Vraag 7
Wat gaat u in overleg met gemeenten doen om ervoor te zorgen dat slecht beveiligde
gemeentelijke websites die niet meer gebruikt worden uit de lucht worden genomen of
beter beveiligd gaan worden? Kunt u de Kamer voor het komend zomerreces laten weten
welke stappen er gezet zijn of gaan worden?
Antwoord 7
Samen met de VNG en IBD zorgen wij voor continue aandacht voor het goed beheren van
websites. Zie ook de beantwoording op vraag 2 t/m 6 over de verschillende stappen
die ik neem om overheidsorganisaties, waaronder ook gemeenten vallen, te ondersteunen
in de toepassing van veiligheidstandaarden en het verbeteren van hun domeinportfoliobeheer.
Verder informeert de VNG-Informatiebeveiligingsdienst IBD gemeenten dagelijks over
kwetsbaarheden en dreigingen en adviseert en ondersteunt op informatiebeveiligingsvraagstukken.
De IBD monitort de websites en IT-infrastructuur van gemeenten en levert informatie
over kwetsbaarheden direct, automatisch, door. Afhankelijk van de ernst neemt de IBD
direct contact op met de gemeente. In april 2024 is de monitoringtool na een pilotfase
uitgerold naar alle gemeenten.9 De gemeenten hebben zelf ook toegang tot het portaal in de tool. Deze dienstverlening
van de IBD is een aanvulling op de interne logging, monitoring en detectie door gemeenten
zelf. Gemeenten kunnen hierbij onder andere gebruik maken van de monitoring en response
diensten uit de raamcontracten die door VNG zijn afgesloten met diverse aanbieders.10 Met de halfjaarlijkse Informatieveiligheidmeting van het Forum Standaardisatie worden
de gemeenten periodiek extra geattendeerd, specifiek op websites, portalen en mailvoorzieningen.
Ik blijf uw Kamer ook informeren over deze stand van zaken. In de Verzamelbrief Waardengedreven
Digitaliseren Q3 zal ik u informeren over de volgende halfjaarlijkse meting Informatieveiligheidstandaarden
van het Forum Standaardisatie.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.