Lijst van vragen : Lijst van vragen over de Beleidsreactie op het OvV-rapport n.a.v. spoorwegongeval Voorschoten (Kamerstuk 29893, nr. 267)
2024D21672 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd
aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de Beleidsreactie op het OVV-rapport
n.a.v. spoorwegongeval Voorschoten (Kamerstuk 29 893, nr. 267).
De fungerend voorzitter van de commissie,
Postma
Adjunct-griffier van de commissie,
Wiendels
Nr
Vraag
1
Welke aspecten zijn van belang geweest tijdens de afweging om treinen te laten rijden
over het spoor naast de plek waar de werkzaamheden werden verricht?
2
Waarom is besloten om de passerende treinen ter hoogte van de werkzaamheden geen snelheidsbeperkingen
op te leggen?
3
Geeft u kaders omtrent veilig werken mee aan ProRail en op welke concrete wijzen wordt
dit vormgegeven? Zo nee, waarom niet?
4
Erkent u dat de focus bij werkzaamheden ligt op het openhouden van het spoor en dat
daardoor de veiligheid in het geding is gekomen? Zo nee, waarom niet?
5
Wie had de dagelijkse feitelijke leiding tijdens de werkzaamheden in Voorschoten?
6
Waarom is voor het doorgeven van cruciale informatie, zoals welke baanvakken gesloten
zijn, gekozen voor mondelinge communicatie over meerdere schakels?
7
Kunt u aangeven of er voorafgaand aan het ongeval vanuit betrokkenen signalen zijn
afgegeven omtrent de veiligheid? Zo ja, kunt u hier een lijst van doen toekomen aan
de Kamer?
8
Welke maatregelen zijn getroffen om ervoor te zorgen dat werknemers veiliger het spoor
kunnen oversteken?
9
Heeft het inzetten van zzp’ers, die niet gebonden aan de Arbeidstijdenwet en dus gemakshalve
meer kunnen worden ingezet, mogelijk bijgedragen aan een onveilige situatie?
10
Is het mogelijk voor passerende treinen om contact te leggen met mensen die aan het
werk zijn langs het spoor? Zo nee, waarom niet?
11
Welke maatregelen zijn in de periode voor het ongeval genomen om de risico’s van het
nachtwerken te beperken?
12
Hoeveel mensen hebben aan dit project gewerkt als zogeheten nachtwerker en hoeveel
van hen waren zzp’er?
13
Wat vindt u van de aanbevelingen van Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) aan ProRail?
14
Hoe gaat u monitoren of het risico op dergelijke ongevallen in de toekomst afneemt?
15
Welke maatregelen ter bevordering van de veiligheid hebben u en ProRail genomen na
het ongeval in Voorschoten tot aan dit moment?
16
Wie is op dagelijkse basis belast met toezicht en handhaving van de veiligheidsnormen
op dergelijke bouwlocaties?
17
ProRail heeft een regisserende rol voor de veiligheid op en om het spoor, maar de
OVV concludeert dat ProRail geen regie voert op de veiligheid door versnippering van
verantwoordelijkheid naar contractpartners en RailAlert. U heeft ProRail verzocht
om te onderzoeken op welke wijze de regie op veiligheid voortaan wordt gevoerd. Kunt
u een deadline op korte termijn vaststellen, zodat deze verplichting zo snel mogelijk
in werking kan treden?
18
Wordt uw rol op basis van de conclusie dat u in de praktijk vooral stuurt op de beschikbaarheid
van de spoorweginfrastructuur en dat dit negatieve gevolgen heeft voor de arbeidsveiligheid
en spoorveiligheid in het algemeen nog verder onderzocht?
19
Onderneemt u nog maatregelen op basis van de conclusie van de OVV dat niet werd voldaan
aan de beperkingen die de Arbeidstijdenwet oplegt aan het aantal nachtdiensten dat
iemand in een bepaalde periode mag doen.
20
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) geeft de veiligheidsvergunning af aan
ProRail; kunt u schetsen hoe dit proces van aanvraag vergunning, toetsen van de aanvraag,
afgeven van de vergunning, eventuele bezwaar- en beroepsprocedure, toezicht en handhaving
eruitziet?
21
Voor hoelang wordt de vergunning afgegeven? Kan deze tussentijds worden herzien en
is dat wel eens gebeurd? Zo ja, waarom?
22
Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen het onderzoek van ProRail, NS, DB
Cargo en BAM enerzijds en de OVV anderzijds?
23
Hoe heeft men tijdens de uitvoering van de onderzoeken samengewerkt en van elkaars
informatie gebruik gemaakt? Welke informatie is gedeeld tijdens de duur van de onderzoeken?
24
Hoe wordt invulling gegeven aan de tweede schil van veiligheidsmaatregelen in het
geval er geen sprake is van spoorstroomlopen als treindetectie maar van assentellers?
Hoe worden nieuwe technologieën die worden toegepast op het spoor verwerkt in de veiligheidsprocedures?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.L. Postma, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
N. Wiendels, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.