Verslag van een bijeenkomst : Verslag van de 148e zitting van de Assemblee van de Interparlementaire Unie
29 679 Verslag van de zittingen van de Assemblee van de Interparlementaire Unie
AN/ Nr. 40
VERSLAG VAN DE 148e ZITTING
Vastgesteld 21 mei 2023
Inleiding
In Genève, Zwitserland vond van 22 tot en met 27 maart 2024 de 148ste zitting van de Assemblee van de Interparlementaire Unie (IPU) plaats. De Nederlandse
groep van de IPU vaardigde naar deze zitting een delegatie af bestaande de Tweede
Kamerleden Dennis Ram (PVV), Judith Tielen (VVD) en Glimina Chakor (GroenLinks-PvdA) deel en de Eerste Kamerleden Hendrik-Jan Talsma (ChristenUnie, delegatieleider) en Fatimazhra Belhirch (D66).
Zo’n 700 parlementsleden uit 142 landen waarvan 36% vrouwelijke leden kwamen bijeen,
inclusief delegaties uit landen in oorlog of conflictsituatie. De vergadering stond
in het teken van parlementaire diplomatie: het bouwen van bruggen voor vrede en begrip.
Net als tijdens de 147e IPU Assemblee speelden de ontwikkelingen in het Midden-Oosten een grote rol, naast
de voortdurende oorlog in Oekraïne. Voorafgaand aan en gedurende de Assemblee kwam
de 12 Plus Groep bijeen, de Westerse groep van landen binnen de IPU waar Nederland
lid van is, om de hoofdelementen van de vergadering voor te bespreken en posities
binnen de Assemblee te verdelen. De Assemblee nam twee resoluties aan, één over het
adresseren van humanitaire en sociale impact van autonome wapensystemen en kunstmatige
intelligentie en één over het bevorderen van toegang tot betaalbare groene energie
en het verzekeren van innovatie, verantwoordelijkheid en gelijkheid. En marge van
de conferentie ontmoette de delegatie de plaatsvervangende Permanent Vertegenwoordiger
bij de Verenigde Naties in Genève, Lars Tummers en zijn staf. Onderwerpen van gesprek
waren ontwapeningszaken, WTO, humanitaire zaken, gezondheid en mensenrechten. De Griffier
van de Eerste Kamer, Remco Nehmelman en Griffier van de Tweede Kamer, Peter Oskam
namen deel aan de vergadering van de wereldwijde vereniging van secretarissen-generaal,
Association of Secretary-Generals of Parliaments (ASGP).
Plenaire vergaderingen
Bij de opening van de 148e zitting op 24 maart bracht IPU-president Tulia Jackson (Tanzania) in herinnering
dat de IPU was opgericht op basis van het principe dat dialoog centraal staat bij
het vreedzaam oplossen van conflicten en hoe de IPU parlementariërs uit landen in
conflict bijeen bracht. «Of het nu gaat om Israël en Palestina, de Russische Federatie
en Oekraïne of andere conflicten, zoals bijvoorbeeld in de Democratische Republiek
Congo, Soedan, Venezuela of Pakistan, parlementaire diplomatie biedt een waardevolle
aanvulling op de diplomatie tussen staatshoofden en regeringen en zou omarmd moeten
worden door diegenen die vrede willen bevorderen,» zei Jackson.
Het algemene debat over het centrale thema parlementaire diplomatie bruggen bouwen
voor vrede en begrip begon op 24 maart met bijdragen van vele voorzitters, ondervoorzitters
en leden van parlementen. Op 25 maart sprak Glimina Chakor de leden toe. Ze stelde
dat het van belang is op te komen voor de meest kwetsbaren, en discriminatie en haat
te bestrijden. Ze wees op de nadelen van kunstmatige intelligentie en de recente deepfakes
van collega parlementariërs in Nederland. «Als parlementsleden mogen we niet toestaan
dat vrouwen, kinderen en ook mannen slachtoffer worden van misbruik van kunstmatige
intelligentie,» zei Chakor. Judith Tielen refereerde in haar plenaire inbreng op 26 maart
naar het Nederlandse poldermodel van samenwerking. «Wij zoeken altijd naar manieren
om een gemeenschappelijke basis te vinden en bruggen te slaan tussen tegenstrijdige
meningen en verwachtingen. In alle samenwerking is vrijheid van meningsuiting, informatie,
godsdienst en persvrijheid fundamentele vereisten,» zei Tielen. Aan het eind van de
conferentie op 27 maart namen de leden de Genève-verklaring aan over parlementaire
diplomatie.
Op 24 maart vond de plenaire verkiezing van het onderwerp voor het urgentiedebat,
het zogenaamde Emergency Item, plaats.
De huidige situatie in de Gazastrook en Israël speelde een grote rol tijdens deze
148e IPU Assemblee. Twee voorstellen over dit onderwerp waren ingediend Emergency Item voor een urgentiedebat over dit conflict door enerzijds Zuid-Afrika met steun van
de Arabische groep en de Afrikaanse groep en anderzijds door Denemarken, Frankrijk,
Hongarije, Ierland, Portugal, Zweden en het Verenigd Koninkrijk. Argentinië had voor
het urgentiedebat het onderwerp van een ordelijke en vreedzame democratische transitie
in Venezuela ingebracht. Geen van de drie voorstellen behaalde de benodigde twee-derde
meerderheid van de uitgebrachte stemmen van alle nationale delegaties op 24 maart.
Dit had tot gevolg dat er geen urgentiedebat over de situatie in het Midden-Oosten
werd gehouden. Wel legde de IPU President, Tulia Ackson, op 27 maart een statement
af waarin ze opriep tot een onmiddellijk staakt-het-vuren in Gaza en tot dringende
actie om het lijden van de mensen in de regio, inclusief vrouwen, kinderen en ouderen,
die bij de gevechten betrokken zijn geraakt, te verlichten.
Vergaderingen van de 12 Plus Groep
Op 22 maart vergaderde de 12 Plus Groep onder voorzitterschap van Andries Gryffroy
uit België. Deze groep van 47 westerse landen bereidde samen de plenaire vergadering
van de IPU voor en het actualiteitendebat (het Emergency Item). Binnen de 12 Plus Groep werd gewerkt aan het Emergency Item, met als titel «Call
for urgent action regarding the conflict in the Middle East». Ook werden de amendementen
op de ontwerpresolutie Addressing the social and humanitarian impact of autonomous weapon systems and artificial
intelligence van de commissie Vrede en Internationale Veiligheid besproken en de amendementen op
de resolutie Partnerships for climate action: Promoting access to affordable green energy, and
ensuring innovation, responsibility and equity van de commissie Duurzame Ontwikkeling. Verder kwamen voorstellen voor mogelijke
toekomstige resoluties en amendementen op de reglementen van de IPU aan de orde. Uit
haar gelederen werden de parlementsleden gekozen om vacatures binnen de IPU in te
vullen. De termijn van het Belgische voorzitterschap van de 12Plus groep loopt eind
2024 af en landen werden opgeroepen zich kandidaat te stellen.
Commissie inzake vrede en internationale veiligheid
De commissie inzake vrede en internationale veiligheid kwam op 24, 25 en 26 maart
bijeen om onder meer de resolutie over sociale en humanitaire impact van autonome
wapens te bespreken. In de discussie over autonome wapensystemen is zinvolle menselijke
controle en verantwoorde ontwikkeling en gebruik essentieel bracht Fatimazhra Belhirch
in. Het is cruciaal om het bewustzijn rondom te vergroten, te verduidelijken wat AI
in het militaire domein inhoudt en te bepalen hoe deze technologie op een verantwoorde
manier kan worden ontwikkeld, gefabriceerd en ontwikkeld voegde Belhirch toe. «De
toepassing van AI in het militaire domein dient een breder belang, en zal bijvoorbeeld
in grote mate bepalend zijn voor gegevensanalyse, beslissingsondersteuning en inlichtingen-,
bewakings- en verkenningsactiviteiten voor militaire operaties,» sprak zij. De potentiële
risico’s, bijvoorbeeld met betrekking tot de voorspelbaarheid van systemen, een gebrek
aan menselijke controle en de escalatie van geweld vragen om zo breed mogelijk garanties
en zij benadrukte dat de ontwikkeling, productie en het gebruik van autonome wapensystemen
in lijn moet zijn met internationaal humanitair recht. «Het is belangrijk dat dit
onderwerp hoger op de internationale politieke agenda komt en dat dit niet alleen
tussen landen wordt besproken, maar ook in parlementen en met andere spelers op terrein
van kunstmatige intelligentie,» aldus Belhirch. Als lid van het bureau woonde zij
de bureauvergadering op 26 maart bij waar De rol van parlementen bij het bevorderen van een tweestatenoplossing in Palestina
werd vastgesteld als onderwerp voor de volgende resolutie werd vastgesteld.
Commissie inzake duurzame ontwikkeling
In de commissie duurzame ontwikkeling werd de resolutie over partnerschappen bij klimaatverandering
besproken op 24, 25 en 26 maart. Judith Tielen verwelkomde de resolutie en wees erop
dat in een klein dichtbevolkt land als Nederland waar handel, landbouw en industriële
ontwikkelingen efficiënt en productief zijn dit niet zonder impact voor klimaat en
natuur is. «Door innovatieve technologie, door kennis over bijvoorbeeld waterstof
en kernenergie en ook door slimme publiek-private samenwerking is Nederland weer koploper
in de energietransitie,» sprak Tielen. Hierbij is de private sector van belang en
moeten parlement dit erkennen en overheden oproepen een gunstig klimaat te scheppen
voor investeringen in schone energie en technologieoverdracht, motiveerde Tielen het
ingebrachte amendementen namens Nederland, in plaats van dat parlementen direct samenwerken
met de private sector om een dergelijk gunstige investeringsklimaat te creëren, zoals
de originele tekst stelt. Het amendement werd echter verworpen.
Het volgende onderwerp van de commissie, namelijk Parlementaire strategieën ter beperking van de langdurige gevolgen van conflicten,
waaronder gewapende conflicten, voor duurzame ontwikkeling, werd op 26 maart vastgesteld.
Commissie inzake democratie en mensenrechten
Ook de commissie democratie en mensenrechten vergaderde op 24, 25 en 26 maart waar
een voorbereidend debat werd gehouden over de resolutie over de impact van kunstmatige
intelligentie op democratie, mensenrechten en de rechtstaat. Glimina Chakor sprak
over de snelle ontwikkelingen op dit gebied en de helaas ook negatieve kanten van
kunstmatige intelligentie zoals nepvideo’s en het wijdverspreide nepnieuws, «Kunstmatige
intelligentie wordt zo geavanceerd dat het steeds moeilijker wordt om echt van nep
te onderscheiden. Daarom zijn wij voorstander van de verplichting om watermerken te
gebruiken op door kunstmatige intelligentie gegenereerde afbeeldingen en teksten waarin
auteursrechtelijke bronnen zijn gebruikt,» zei Chakor. Zij eindigde haar inbreng met
een oproep tot bewustwording van de gevaren maar alle positieve kanten niet uit het
oog te verliezen en samen te werken om deze balans te vinden. Er werd ook gesproken
over het verbeteren van de positie van mensen met een handicap, waaronder hun kansen
op onderwijs en werk. «Deelnemen aan het dagelijks leven en de maatschappij is niet
«business as usual» voor mensen met een beperking, even rennen om de bus te halen
of binnen tien seconden een sms kunnen typen, is voor mensen met een beperking niet
vanzelfsprekend,» zei Chakor. Zij verwees naar het VN-verdrag voor de rechten van
mensen met een handicap dat voorschrijft wat overheden moeten doen om de positie van
mensen met een handicap te verbeteren. In het Nederlandse parlement is er een breed
gevoel van begrip en urgentie dat deze zaak serieus genomen moet worden aldus Chakor.
«Laten we allemaal even de tijd nemen om na te denken over hoe ons leven zou worden
beïnvloed als we een handicap zouden hebben en hoe we zouden willen parlementariërs
ons serieus nemen en, nog belangrijker, actie ondernemen. Want kleine, eenvoudige
veranderingen kunnen een groot verschil maken,» sloot zij af.
Commissie inzake VN-aangelegenheden
Op 26 maart vergaderde de commissie inzake VN-aangelegenheden onder meer over een
grotere betrokkenheid van jongeren bij de Verenigde Naties waarbij de assistent Secretaris-Generaal
voor jeugdzaken, Felipe Paullier een presentatie gaf. Met verwijzing naar zijn presentatie
reageerde Judith Tielen op de rol van vertrouwen als cruciale factor in onze democratieën.
«Die rol is vooral belangrijk voor onze jeugd, want zij zijn en bouwen onze toekomst,»
zei Tielen. Om jongeren te betrekken gaf zij een aantal voorbeelden uit Nederland
zoals de organisatie ProDemos die jongeren de gelegenheid geeft om de politieke omgeving
en politici leren kennen door bezoeken aan het parlement te organiseren en het kindervragenuur,
waar scholieren vragen kunnen stellen aan Ministers. Goed geïnformeerd zijn speelt
ook een belangrijke rol bij vertrouwen aldus Tielen en uitte haar zorgen over de ontwikkelingen.
«Jongeren halen informatie uit hun communicatiekanalen, sociale media. En we zien
dat de hoeveelheid desinformatie via sociale media toeneemt. Dit baart ons zorgen,
omdat veel van deze desinformatie invloed heeft op de politiek, zoals we hebben gezien
tijdens de verkiezingen afgelopen november». Zij wilde graag van Paullier weten of
hij dit herkent en wat we als parlementariërs samen kunnen doen om desinformatie te
bestrijden.
Commissie inzake Midden-Oosten vraagstukken
Op 24 maart werd Hendrik-Jan Talsma tot voorzitter gekozen van de commissie inzake
Midden-Oosten vraagstukken. Tijdens de vergaderingen op 24 en 26 maart werden de ontwikkelingen
in Israël en Gaza in aanwezigheid van zowel de Israëlische als de Palestijnse delegatie
besproken. Een vertegenwoordiger van UNRWA gaf een presentatie over de werkzaamheden
in Gaza en de betekenis van de organisatie voor de humanitaire hulp in het bijzonder
voor kinderen.
Ook werden de mogelijkheden voor een bezoek aan de regio en de aangrenzende landen
door de leden van de commissie besproken. Tijdens de plenaire vergadering op 27 maart
deed Talsma verslag van de commissievergaderingen. «Het is met een diep gevoel van
verantwoordelijkheid en urgentie dat ik hier als voorzitter van deze commissie sta,»
opende Talsma. Een commissie die zich inzet voor parlementaire diplomatie om te reageren
op de politieke crisis waarbij Israël, de Palestijnen, de bredere regio en, in toenemende
mate, de internationale gemeenschap, waaronder de VN, betrokken zijn voegde hij daaraan
toe. «We hebben naar het pleidooi geluisterd van de Palestijnse afgevaardigde die
benadrukte dat meer dan twee miljoen Palestijnen verstoken zijn van hun meest fundamentele
behoeften en naar de afgevaardigde uit Israël die het belang voor Israël onderstreepte
van het garanderen van zijn veiligheid en soevereiniteit in de regio,» zei Talsma.
De commissieleden betreurden het dat het wederom niet gelukt was een Emergency Item over de situatie in het Midden Oosten op de plenaire agenda te krijgen ondanks de
consensus bij een overgrote meerderheid van de parlementen over de noodzaak van een
onmiddellijk staakt-het-vuren, de vrijlating van alle gijzelaars, het verlenen van
toegang voor humanitaire hulp en de verplichting om het internationaal recht te eerbiedigen.
«Ondanks de gevoeligheid, complexiteit en tragedie van de huidige situatie in Israël
en Gaza, blijft de commissie zich inzetten voor haar werk en zal zij blijven zoeken
naar mogelijkheden om de parlementaire dialoog aan te wenden om de humanitaire crisis
in de Gazastrook te verlichten en te werken aan politieke overeenstemming om een einde
te maken aan de vijandelijkheden en de weg vrij te maken voor vrede,» sloot Talsma
af.
Comité van de mensenrechten van parlementariërs
Een speciaal comité binnen de IPU, bestaande uit parlementsleden, houdt zich bezig
met schendingen van mensenrechten van parlementsleden wereldwijd; in 2023 betrof het
762 parlementariërs in 47 landen. De situatie van 350 parlementsleden (waarvan 34%
vrouwen) in 19 landen werd onderzocht. Beslissingen van dit comité werden op 27 maart
aangenomen door de Governing Council, een belangrijk bestuursorgaan binnen de IPU.
Men besprak zeventien casussen betreffende moord, gevangenschap, verdwijning, marteling,
bedreiging van parlementsleden uit onder meer Bangladesh, Egypte, Israël, Türkiye,
Venezuela en Zimbabwe. Het comité spreekt de autoriteiten in de desbetreffende landen
op de schendingen aan (als bijlage toegevoegd aan dit verslag).
ASGP
De Griffier van de Eerste Kamer, Remco Nehmelman en de Griffier van de Tweede Kamer,
Peter Oskam, namen deel aan de vergaderingen van de vereniging van secretarissen-generaal
(ASGP) die altijd bijeenkomt tijdens een IPU-assemblee. Sinds 12 maart 2023 is Nehmelman
Vice-President van de ASGP. Hij sprak op 25 maart over de samenwerking tussen wetenschap
en parlementen als lid van de Studiegroep Parlement (SPG).
Na een introductie van Nehmelman over de mogelijkheden van samenwerking tussen wetenschap
en politiek wisselden de leden van de ASGP in kleinere groepen hun ervaringen uit
en gaven daarna onder leiding van Nehmelman een plenaire terugkoppeling.
Overige
Op 25 maart vond een bijeenkomst plaats over multilateralisme in crisis: oorzaken
en mogelijke oplossingen. In 2020 had de vijfde IPU Wereldconferentie van Parlementsvoorzitters
nog opgeroepen tot een sterker, op regels gebaseerd multilateraal systeem. Momenteel
staat multilateralisme onder druk onderstreepten meerdere sprekers, waarbij zij het
belang benadrukten van het versterken en het democratiseren van de Verenigde Naties.
Dennis Ram sprak in dit overleg over Nederland als coalitie-land waar samenwerking
de basis is van onze democratie en een langdurige traditie. «Wij steunen de hervorming
van de VN. Het moet democratischer en gebaseerd op de rechtstaat,» zei Ram. Op 23 maart
nam Glimina Chakor deel aan het forum van vrouwelijke parlementsleden. Hierin sprak
men over de ontwerpresolutie van de commissie voor vrede en internationale veiligheid
vanuit het genderperspectief en de impact van kunstmatige intelligentie. Chakor wees
op het belang van vrouwelijke rolmodellen «Het is door diversiteit dat we veranderingen
teweeg kunnen brengen die rekening houden met de behoeften en zorgen van alle leden
van de samenleving». Ook sprak zij over een vorm van kunstmatige intelligentie die
vooral vrouwen treft. «Het maken en verspreiden van deepfake video’s schendt niet
alleen de waardigheid en privacy van de betrokken personen, maar bestendigt ook schadelijke
stereotypen en ondermijnt de integriteit van onze samenleving,» zei Chakor. Zij riep
de aanwezigen op stelling te nemen tegen dergelijke uitbuiting en manipulatie. Op
26 maart woonde Tielen een paneldiscussie bij over gezondheid in tijden van crisis
met een presentatie van dr. Tedros Adhhanom Ghebreyesus van de WHO waarbij hij wees
op de hoeveelheid desinformatie die werd verspreid over het pandemieverdrag en riep
parlementariërs op om deze desinformatie te bestrijden, zodat de WHO het verdrag kan
afronden. «De verhalen over het verlies van nationale soevereiniteit zijn impactvol
en hebben ook ons land bereikt,» merkte Tielen op. Ze vroeg aan de directeur-generaal
van de WHO wat de WHO kan doen of al doet om parlementariërs over de hele wereld,
te helpen bij het bestrijden van en verdedigen tegen misinformatie. Op 26 maart was
Belhirch aanwezig bij een workshop over de uitvoering van het Verdrag inzake chemische
wapens.
De delegatie had op 25 maart een ontmoeting met een vertegenwoordiger van het Global
Fund to Fight Aids, TBC and Malaria. En marge van de vergadering bracht de delegatie
een bezoek aan het Palais des Nations waar de VN-Mensenrechtenraad op dat moment vergaderde.
De 149e IPU Assemblee zal van 13 en met 17 oktober 2024 wederom plaatsvinden in Genève.
De voorzitter van de delegatie, Talsma
De griffier van de delegatie, Bakker-de Jong
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Indiener/ondertekenaar n.v.t., Functie n.v.t.